Advertenties
Sequencerblok dat wordt toegepast
op zowel song als patroon
MIDI-tracks en audiotracks
Afhankelijk van de opnamemethode, zijn de song of patroon-
tracks (1 – 16) van deze synthesizer verdeeld in twee groepen:
MIDI-tracks en audiotracks.
MIDI-tracks worden gecreëerd door uw toetsenspel op te
nemen in de modus Song Record of Pattern Record. MIDI-
sequencedata worden opgenomen op de MIDI-track en de
normale voice of drumvoice wordt toegewezen aan de
mixingpart die overeenkomt met die track.
Audiotracks worden gecreëerde door het audiosignaal van
externe apparatuur of een microfoon via de A/D INPUT-aan-
sluiting op te nemen in de modus Sampling Record. In feite
worden audiodata niet rechtstreeks op een track opgenomen
maar gesampled via de handeling Sampling. Het opgenomen
audiosignaal wordt opgeslagen als een samplevoice in een
song of patoon. De opgeslagen samplevoice wordt automa-
tisch toegewezen aan de mixingpart die overeenkomt met de
aangegeven track, en de MIDI-data het triggeren van de
samplevoice worden opgenomen op de aangegeven track.
Tijdens het afspelen triggeren de MIDI-data van de track de
samplevoice. Daardoor functioneert de track in feite als een
track met audio-opnamen.
Sequencerblok
Sequencedata
(song, patroon)
Track 1
Opname
Track 2
Audio-
Track 3
opname
Track 16
Audiodata
Samplevoice
Audiodata worden opgenomen in een samplevoice die aan een song
of patroon wordt toegewezen, en het noot-aan/uit-event dat wordt
gebruikt voor het triggeren worden opgenomen op track 3.
MIDI-data
Audiodata
MIDI-data voor het triggeren van de samplevoice
Toongeneratorblok
Mix
Part 1: Voice 1
Uitvoer
Part 2: Voice 2
Part 3: Samplevoice
Part 16: Voice 16
Samplevoice
toewijzing
Afspeeleffect (Play Effect; Play FX)
Via speeleffecten kunt u het ritmische gevoel van het afspelen
van het patroon wijzigen door de timing en aanslagsnelheid
van de noten tijdelijk en alleen bij het afspelen te wijzigen,
waardoor de oorspronkelijke data ongewijzigd blijven. Deze
eigenschap kan worden ingesteld in de display Play FX in de
modus Song Play of Pattern Play. Raadpleeg respectievelijk
de pagina's 183 en 211. Als u een instelling vindt die u aan-
staat, kunt u deze naar daadwerkelijke MIDI-data omzetten
via de modus Song Job (pagina 195) of Pattern Job
(pagina 222).
Song of
Afspeeleffect
patroon
Wijzigt de timing en
Track 1
aanslagsnelheid van de noten
Wijzigt de timing en
Track 2
aanslagsnelheid van de noten
:
Wijzigt de timing en
Track 16
aanslagsnelheid van de noten
Sequencerblok dat wordt toegepast
op de modus Performance
Performance opnemen
U kunt uw toetsenspel in de modus Performance opnemen in
een song of patroon. U kunt draaiknophandelingen, regel-
handelingen, het arpeggioafspelen alsook uw toetsenbord-
spel als MIDI-events opnemen op de aangegeven track.
(Draaiknophandelingen die niet kunnen worden opgenomen
zijn o.a. sustainniveau, EQ-instellingen, arpeggiogerelateerde
instellingen en de panniveaus, reverbzendniveaus en chorus-
zendniveau van de multipartregelaar.) Arpeggioafspeeldata
voor de parts 1 – 4 van de performance worden opgenomen
op de respectievelijke tracks 1 – 4 van de song of het
patroon. Uw toetsenspel en regel- en draaiknophandelingen
(gezamenlijk voor parts 1 – 4 ) worden afzonderlijk opgeno-
men op de tracks 1 – 4.
n
Raadpleeg voor instructies over een performance opnemen
pagina 140.
MOTIF XS-gebruikershandleiding
Basisstructuur
Toon-
generator-
blok
:
61
Advertenties
