Databeheer (modus File)
Een apparaat formatteren:
[SF3] Format
Via deze display kunt u geheugenopslagapparaten formatteren
zoals een op de aansluiting USB TO DEVICE aangesloten apparaat.
1
2
1 Device
De aangesloten en aangemelde apparaten worden hier
opgesomd, zodat u het te formatteren apparaat kunt
selecteren. Een apparaat dat geformatteerd moet worden
wordt aangegeven met 'unkown device (usb***)' (onbekend
apparaat). De drie asterisken (***) in de indicatie geven het
achtereenvolgende volgnummer van de aangesloten
apparaten aan die geformatteerd moeten worden. Als een
apparaat meerdere partities bevat, wordt het partitienummer
rechts van het volgnummer weergegeven.
2 Volume Label
Bepaalt het volumelabel van het geselecteerde apparaat. Het
volumelabel is de naam die aan het apparaat is toegewezen.
Het volumelabel kan uit maximaal 11 tekens bestaan.
Raadpleeg voor gedetailleerde instructies over het geven van
namen 'Basisbediening' op pagina 82.
Procedure formatteren
1
Sluit het te formatteren apparaat aan op de
aansluiting USB TO DEVICE.
2
Selecteer het te formatteren een apparaat in
het overzicht Device (1).
3
Voer naar wens het volumelabel (2) in.
4
Druk op de knop [ENTER]. (De display vraagt u
om bevestiging.)
Druk op de knop [DEC/NO] als u het formatteren wilt
annuleren.
5
Druk op de knop [INC/YES] om de handeling
formatteren uit te voeren.
PAS OP
Bij het formatteren van het apparaat worden alle opgeslagen
data gewist. Controleer van te voren of het apparaat geen
belangrijke gegevens bevat. Houd bij het controleren van de
inhoud van het apparaat in het venster [F1] File in gedachte dat
sommige bestanden (die niet staan opgesomd op de pagina's
273 en 274) niet in de display van de MOTIF XS worden getoond,
zelfs niet als File Type is ingesteld op 'all'.
278
MOTIF XS-gebruikershandleiding
Een bestand wegschrijven
De wegschrijfprocedure verschilt, afhankelijk van het
bestandstype dat wordt weggeschreven en de voor het
oproepen van het venster File geselecteerde modus. Deze
sectie bevat de procedure voor de volgende drie gevallen.
• Alle gebruikersdata of alle data van een bepaald type
wegschrijven
• De sample van een bepaalde voice wegschrijven
• Een song- of patroonsectie wegschrijven als 'Standard
MIDI File'
Alle gebruikersdata of alle data van een
bepaald type wegschrijven
1
Selecteer een apparaat en map als bestemming
door 'Basisprocedure in de modus File' op
pagina 276 te volgen.
n
Druk als u alle 64 songs wilt wegschrijven op de knop
[SONG] om de modus Song te activeren en druk
vervolgens op de knop [FILE] om het venster File op te
roepen. Druk als u alle 64 patronen wilt wegschrijven
op de knop [PATTERN] om de modus Pattern te
activeren en druk vervolgens op de knop [FILE] om het
venster File op te roepen.
n
Volg de onderstaande instructies na het selecteren van
een voice, performance, song of patroon in de betreffende
modus, waaraan de sample is toegewezen die u wilt
wegschrijven.
2
Stel Type naar wens in op 'all', 'all voice', 'all
arpeggio', 'all waveform', 'editor', 'all song' of
'all pattern'.
3
Druk op de knop [SF1] Save om het venster op te
roepen voor het invoeren van de bestandsnaam.
4
Voer de bestandsnaam in, druk op de knop
[ENTER] en vervolgens op de knop [INC/YES]
om de data van het aangegeven type weg te
schrijven naar het externe geheugenapparaat.
De bestandnaam kan uit maximaal 20 tekens bestaan.
Raadpleeg voor gedetailleerde instructies over het geven
van namen 'Basisbediening' op pagina 82.