Een normale voice bewerken
2
3
4
5
6
7
8
9
)
!
@
#
1 Type
Bepaalt of de vocoder wel of niet op de huidige voice wordt
toegepast. Bij de instelling 'thru' wordt de vocoder niet toege-
past op de voice.
Instellingen: Thru, Vocoder
2 Vocoder Attack
Hiermee bepaalt u de attacktijd van het vocodergeluid. Hoe
hoger de waarde, hoe langzamer de attack.
Instellingen: 1ms – 200ms
3 Vocoder Release
Hiermee bepaalt u de releasetijd van vocodergeluid. Hoe
hoger de waarde, hoe langzamer de decay.
Instellingen: 10ms – 3000ms
4 Mic Gate Threshold
Hiermee bepaalt u het drempelniveau van de noisegate voor
het microfoongeluid. Als de ruis interfereert met het vocoder-
effect, stel deze parameter dan in op een relatief hoog waar-
de om te voorkomen dat de ruis onbedoelde, onverwachte
geluiden produceert.
Instellingen: -72dB – -30dB
5 Gate Switch
Bepaalt of het microfoongeluid wel of niet wordt uitgevoerd
door de HPF als u de noten loslaat. Normaal gesproken staat
deze ingesteld op 'on'.
Instellingen: off, on
off: Het microfoongeluid wordt altijd uitgevoerd. (U kunt altijd het
microfoongeluid horen.)
on: Het microfoongeluid wordt alleen uitgevoerd terwijl de noot wordt
ingedrukt.
6 HPF Freq (High Pass Filter Frequency)
Bepaalt de afsnijfrequentie van de HPF voor het binnenko-
mende microfoongeluid. Dit op een lage waarde instellen
geeft een minimaal bewerkt binnenkomend geluid, met
andere woorden, weinig afwijkend van het origineel. Dit
instellen op een hogere waarde benadrukt de hoogfrequen-
tere consonant- en sisklanken (die ervoor zorgen dat woor-
den beter te verstaan zijn).
Instellingen: thru, 500Hz – 16.0kHz
7 HPF Output Level
Bepaalt het niveau van het uitgevoerde microfoongeluid van
de HPF (hoogdoorlaatfilter).
Instellingen: 0 – 127
110
MOTIF XS-gebruikershandleiding
8 Formant Shift
1
Hiermee bepaalt u de mate (in BPF) waarmee de waarde van
de afsnijfrequentie van de BPF's (voor de instrumenteningang)
$
wordt verschoven. Deze parameter kan worden gebruikt om de
toonhoogte van het vocodergeluid aan te passen.
Instellingen: -2, -1, +0, +1, +2
%
9 Formant Offset
Past de afsnijfrequenties van alle BPF's (voor de instrumenten-
ingang) fijn aan. Deze parameter kan worden gebruikt om de
toonhoogte van het vocodergeluid fijn aan te passen.
Instellingen: -63 – +0 – +63
) Mic Level
Bepaalt het microfoongeluidsniveau, dat wordt ingevoerd
naar de vocoder.
Instellingen: 0 – 127
! Inst Input Level
Bepaalt het niveau van het geluid van het toetsenspel, dat
wordt ingevoerd naar de vocoder.
Instellingen: 0 – 127
@ Noise Input Level
Bepaalt het ruisniveau dat wordt ingevoerd naar de vocoder.
Dit kan worden gebruikt om slisklanken en stemloze geluiden
te benadrukken, waardoor de spraakachtige karakteristieken
uitdrukkelijker worden.
Instellingen: 0 – 127
# Output Level
Bepaalt het uitgangsniveau van de vocoder.
Instellingen: 0 – 127
$ Dry/Wet Balance
Bepaalt de balans tussen het droge geluid waarop het effect
niet wordt toegepast en het natte geluid waarop het geluid
wordt toegepast. Hoe hoger de instelling W, hoe dieper het
effect.
Instellingen: D63>W – D=W – D<W63
% BPF1 – 10 Gain (Band Pass Filter 1 – 10 Gain)
Bepaalt de uitgangsversterking voor elk van de BPF 1 – 10
voor de instrumenteningang (geluid van het toetsenspel).
BPF1 komt overeen met de laagste formant terwijl BPF 10
overeenkomt met de hoogste formant.
Instellingen: -18dB – +18dB