Beginnen met opnemen!
Druk na het afronden van de opnamesetup op de knop [ F ] (afspelen) om het opnemen te beginnen. Druk op de knop
[ F ] (afspelen) zodat zijn indicator knippert en start vervolgens het daadwerkelijke opnemen na een opmaat.
Als u het eind van de bovenstaande muziek bereikt hebt, drukt u op de knop [ J ] (stoppen) om het opnemen te stoppen.
Als u verkeerde noten hebt gespeeld, drukt u op de knop [ J ] (stoppen) en probeert u vervolgens opnieuw op te nemen.
Stel na het opnemen van de bovenstaande melodie op track 1, 'REC TR' in op 2 in de display Recording Setup en neem
vervolgens de onderstaande baslijn op op track 2.
Verkeerde noten verbeteren
Als u tijdens het opnemen verkeerde noten hebt gespeeld en
u wilt ze verbeteren, druk dan in de modus Song Play op de
knop [EDIT] om de modus Song Edit op te roepen. In de
modus Song Edit (song bewerken) kunt u reeds opgenomen
data van song wissen en bewerken of nieuwe data in de
songs tussenvoegen.
In de modus Song Edit kunt u in de display Event List de
verkeerd opgenomen noten opzoeken en desgewenst
verbeteren.
1
Selecteer de opgenomen song en druk vervol-
gens op de knop [EDIT] om de modus Song
Edit te activeren.
De display Event List verschijnt.
2
Selecteer de track die u wilt bewerken.
Druk op de nummerknop [1] of [2]. De overzicht van de in
de voorgaande sectie opgenomen MIDI-events verschijnt
in de display.
n
Er worden verschillende MIDI-events alsook noot-aan/
uit-data in de display weergegeven als u regelaars
zoals het pitchbendwiel, knoppen en schuifregelaars
gebruikt tijdens het opnemen.
Locatie
Noten
Doorlaat-
Geselec-
Aanslag-
snelheid
tijd
teerde track
3
Gebruik de cursorknoppen om de cursor naar
de locatie te verplaatsen die u wilt bewerken.
Nadat u de locatie hebt gevonden waarop de verkeerde
data zijn opgenomen gebruikt u de cursorknoppen op/
neer om de cursor naar de locatie te verplaatsen en
gebruikt u vervolgens de cursorknoppen links/rechts om
de cursor naar het datatype te verplaatsen dat u wilt
verbeteren. Als u verkeerde nootdata hebt opgenomen op
de 2e noot van de 3e tel ('F' in de muziek), verplaatst u de
cursor naar de locatie die wordt aangegeven met MEAS
(maat) = 002, Beat (tel) = 03 en CLOCK = 240.
Vervolgens verplaatst u de cursor naar NOTE als u wenst
de nootdata wilt verbeteren, en verplaatst u de cursor
naar GATE als u doorlaattijd (nootlengte) wilt verbeteren.
n
Elke toets heeft een nootnaam. De laagste (meest
linkse) toets op het toetsenbord, bijvoorbeeld, komt
overeen met C1, en de hoogste (meest rechtse) toets
met C6. Raadpleeg pagina 10.
n
De songlocatie waarop u het event bewerkt of invoert
wordt aangegeven door MEAS (maat), BEAT (tel) en
CLOCK. Een kwartnoot (één tel als de maatsoort op
'4/4' is ingesteld) bestaat uit 480 eenheden. De lengte
van elke noot (doorlaattijd) wordt aangegeven door
Beat (tel) en Clock. 001:000 komt bijvoorbeeld over-
een met een kwartnoot en 000:240 met een achtste
noot.
Maat
4
Draai aan de datadraaischijf om de waarde te
bewerken.
De hele regel van het bewerkte event gaat knipperen. U
kunt de noot ook rechstreeks via het toetsenbord instellen
door de knop [SF6] KBD ingedrukt te houden en de
gewenste noot in te drukken.
5
Druk op de knop [ENTER] om de bewerkte data
daadwerkelijk in te voeren (de complete regel
van het bewerkte event stopt met knipperen).
MOTIF XS-gebruikershandleiding
Stap 4: Uw originele song creëren
Tel
Clock
35