Mitel 470-communicatieserver heeft in de basisconfiguratie 8 Enterprise-voicemail audiokanalen. Een
Enterprise Voice Mail licentie en 6 Audio-opname & Afspeelkanalen licenties moeten aanwezig zijn voordat
ze kunnen worden gebruikt.
Note:
•
De geconfigureerde Voicemail modus is altijd geldig voor het gehele knooppunt.
•
In Voicemail modus = Uitgebreid (alleen G.729) moeten de voicemailaudiogegevens (persoonlijke
en globale begroetingen, gesproken berichten en de talen van de audiogids) in G.729-formaat zijn,
zodat ze kunnen worden afgespeeld. Bestaande begroetingen in de G.711-indeling moeten worden
geconverteerd naar de G.729-indeling met behulp van de Mitel 400 WAV-converter.
•
Reeds beschikbare voicemailspraakberichten in G.711-indeling kunnen niet worden omgezet
omdat deze in gecomprimeerde indeling zijn opgeslagen in het bestandssysteem.
•
Spraakberichten kunnen alleen worden verstuurd als bijlagen als zij altijd in G.711 indeling zijn.
•
Mitel 470 en Mitel SMBC werken altijd met de codec-instelling G.711.
Zie ook:
•
De systeemhandleidingen van de afzonderlijke hardwareplatforms bevatten het maximale aantal
spraakkanalen per DSP en knooppunt, aanvullende informatie over de Voicemail modus, de toewijzing
van spraakkanalen en een beschrijving van de licenties.
•
De procedure voor het converteren van spraakberichten en begroetingen met behulp van de Mitel
400 WAV Converternbsp en de procedure voor het laden van de audiogids in de juiste audio-indeling
worden beschreven in WebAdmin-help.
9.6.1.3
Bediening van de voicemailfuncties
Afhankelijk van de gebruikte telefoon worden de voicemailfuncties bediend met de Foxkey/Softkeys of */#
functiecodes en cijfertoetsen.
Bediening met de Foxkey/Softkeys
De eigenaar van de mailbox kan de Foxkey/Softkeys gebruiken om persoonlijke begroetingen op zijn
systeemtelefoon op te nemen, te bewaken, te activeren en te deactiveren. De persoonlijke begroeting die
momenteel actief is wordt aangegeven. Als er geen persoonlijke begroeting actief of beschikbaar is, dan
wordt automatisch de algemene begroeting geactiveerd, mits deze is opgenomen. Zo niet, dan worden de
teksten van de audiogids afgespeeld.
De mailboxeigenaar kan elke persoonlijke begroeting een naam geven en voor elke begroeting beslissen
of de beller een bericht kan inspreken. De huidige instelling wordt op het display aangegeven met een
tapesymbool (met of zonder doorhalen).
Spraakberichten kunnen worden afgespeeld vanuit de voicemail-inkomende lijst, verwijderd of omgeleid
naar een andere gebruiker met voicemailbox. Omgeleide spraakberichten worden gemarkeerd met een pijl
in de voicemail-inkomende lijst op de bestemming. Omgeleide spraakberichten worden geweigerd als er
geen mailbox op de bestemming is of als er onvoldoende vrije ruimte is in het mailboxspraakgeheugen.
System Functions and Features
Functies
416