5.6
Schakelgroepen
Met behulp van de schakelgroepen kan de routeringsconfiguratie voor het systeem gemakkelijk worden
aangepast aan de tijds- en situatie-gerelateerde vereisten van de klant. Dit betekent bijvoorbeeld dat
oproepen gedurende de dag anders kunnen worden gerouteerd dan oproepen 's nachts, of anders tijdens
een periode met een hoog oproepvolume dan tijdens periodes met een laag oproepvolume (bijvoorbeeld
bij radiostations of in telemarketing).
Bepaalde bestemmingen en functies wordenafhankelijk van de schakelpositie geselecteerd. Elke
schakelgroep heeft drie schakelstanden. De schakelposities kunnen bijvoorbeeld worden gebruikt voor
dag, nacht en weekend. De schakelgroepen hebben changeover-schakelaars voor
•
Routering van inkomende oproepen naar interne bestemmingen in een CDE.
•
Routering van inkomende oproepen naar een welkomsbericht van de meldingsservice
•
Routering van uitgaande noodoproepen
Schakelgroep 1 heeft ook changeover-schakelaars
•
toewijzing van een externe nummerblokkering voor elke interne gebruiker
•
Toewijzing van een interne nummerblokkering voor iedere interne gebruiker
•
Toewijzing van interne bestemming voor de deurbel als geen andere schakelgroep is toegewezen aan
de stuuringang van de optieskaart.
Figure 62: Schakelgroepen en hoe hun changeover-schakelaars worden gebruikt
De keuze van de schakelgroep en de toewijzing van de schakelposities worden uitgevoerd in de relevante
menu's van de systeemconfiguratie. Na de initialisatie worden de changeover-schakelaars toegewezen
aan schakelgroep 1.
System Functions and Features
Routeringselementen
122