Aansluitingsinterfaces, oproepdistributie, route, gebruikersgroep, telefonistentelefoons, toetsentelefoons,
intern verkeer, inkomend verkeer, uitgaand verkeer, het verkeer in de PISN, gebruikergerelateerde
functies, nummerschema.
5.9
Telefonistentelefoon
The system has 1 switching centre, which is defined under the name
nummerschema. Er kunnen verschillende telefonistentelefoons op dezelfde communicatieserver worden
gebruikt. Er zijn verschillende soorten telefonistentelefoons:
•
De MiVoice1560 PC Operatoris een OIP-cliëntenapplicatie die is verbonden via een LAN. Op de
MiVoice 1560 wordt spraak via de DSI-interface van een systeemtelefoon verstuurt. Op de MiVoice1560
gebeurt dit via IP, bijvoorbeeld via een headset die is verbonden met de PC.
•
De Mitel6930SIP, Mitel6940SIP, Mitel 6869 SIPof Mitel6873SIPkunnen met de softkeys van de telefoon
zelf worden gebruikt als telefonistentelefoon. De telefonistentoetsen kunnen worden geconfigureerd via
WebAdmin. Elke telefonistentoets gebruikt 2 softkeys op de telefoon.
•
In combinatie met een MiVoice M535 extra toetsenbord kan de MiVoice 5380 / 5380 IP-systeemtelefoon
worden gebruikt als een digitale telefonistentelefoon.
•
De Office45-systeemtelefoon als een telefonistentelefoon verbonden met de DSI-interface wordt op
dezelfde manier ondersteund als voorheen.
Met uitzondering van type-specifieke kenmerken zijn de volgende verklaringen van toepassing op alle
typen telefonistentelefoons. Details en eigenschappen zijn te vinden in de type-specifieke documentatie.
5.9.1
Routeringsfuncties voor Inkomende Oproepen
Een Oproep van Buiten Routeren
Inkomende oproepen worden rechtstreeks of via een gebruikersgroep oproepdistributie-element naar de
telefonistentelefoon(s) gerouteerd.
Op de Mitel6930SIP-, Mitel6940SIP-, Mitel 6869 SIP- of Mitel6873SIPtelefonisten telefoon worden de
oproepen op de telefonistentoetsen weergegeven. Als de telefonistentoetsen worden gebruikt, dan worden
andere oproepen in de wachtrij gesorteerd.
Op een MiVoice 5380 / 5380 IPof Office45telefonisten telefoon worden oproepen op de lijntoetsen
weergegeven. Als alle lijntoetsen bezet zijn, dan worden andere oproepen gesorteerd in de
oproepenwachtrij.
Op een MiVoice1560 PC Operator, worden de oproepen ingevoerd in de externe oproepenwachtrij. Om de
oproep te beantwoorden, selecteert de telefonist(e) deze rechtstreeks vanuit de oproepenwachtrij die op
de grafische interface wordt weergegeven.
De telefonist(e) kan in de wachtrij zien wie de beller is en kan elke oproep beantwoorden; de
wachtrijvolgorde hoeft hiervoor niet te worden gerespecteerd.
Interne Oproepen Routeren
System Functions and Features
Routeringselementen
Operator consolein het interne
136