Routeringselementen
[1] Routering via het nummerschema naar een van de elementen. Geldt alleen voor oproepen van het
permanente netwerk PISN
(Rechtstreekse
routering)
[2] Routering via een transitieroute () of als [1]. Geldt alleen voor oproepen uit het permanente netwerk
PISN
[3] Is niet van toepassing op oproepen van het analoge netwerk
[4] Uitgaande KT-oproepen
Configuratie
U vindt de configuratie van het routeringselement in de oproeproutering .
Overschakelen met Uitgaande en Inkomende links in de rubriek tussen uitgaande- en inkomende
oproeproutering.
Open de schakelgroepconfiguratie via de link Schakelgroepen in de rubriek.
Om alle andere routeringselementen te configureren, dubbelklikt u op het gewenste element of vinkt u het
vakje aan voor het gewenste element en selecteert u Bewerken via het contextmenu (rechter muisknop).
Netwerkinterfaces
Netwerkinterfaces bieden toegang tot de communicatieserver van buiten af. De instellingen
voor de netwerkinterfaces worden gebruikt om netwerkspecifieke kenmerken te specificeren
System Functions and Features
100