Functie voor direct
tegemoetkomend verkeer
Functie voor direct tegemoetkomend
verkeer waarschuwt en bestuurt het
voertuig afhankelijk van het risiconiveau
van een aanrijding:
Botsingswaarschuwing, Noodremmen en
De auto tot stilstand brengen en het
aansturen van de remmen beëindigen.
Botsingswaarschuwing
2C_FCABasicCollisionWarningInfo_2
• Om de bestuurder te waarschuwen
voor een aanrijding knippert het
Forward Safety-waarschuwingslampje
(O), verschijnt er
"Botsingswaarschuwing!" op het
instrumentenpaneel, klinkt er een
hoorbaar waarschuwingssignaal en
gaat het stuur trillen.
• De functie werkt wanneer de rijsnelheid
van uw auto ongeveer tussen 10-130
km/h ligt, die van de tegenligger
ongeveer meer dan 10 km/h en de
snelheid van de tegemoetkomende
motorfiets ongeveer meer dan 25 km/h
is.
Noodremmen
2C_FCABasicEmergencyBrakingInfo
• Om de bestuurder te waarschuwen dat
noodremmen wordt geactiveerd,
knippert het Forward
Safety-waarschuwingslampje (O),
verschijnt de waarschuwingsmelding
"Noodremmen" op het
instrumentenpaneel, klinkt er een
hoorbaar waarschuwingssignaal en
gaat het stuur trillen.
• Bij Emergency braking (Noodremmen)
levert de functie hoge remkracht als
remhulp om een botsing met de
tegenligger te voorkomen.
• De functie werkt wanneer de rijsnelheid
van uw auto ongeveer tussen 30-130
km/h ligt en die van de gedetecteerde
tegenligger ongeveer meer dan 10
km/h is.
7
7-15