Handige functies
Lucht opnieuw laten
circuleren na gebruik van
sproeivloeistof
indien van toepassing
De recirculatiemodus wordt automatisch
geactiveerd om de geur van de
ruitensproeiervloeistof die het interieur
binnenkomt te verminderen wanneer de
ruitensproeier wordt gebruikt.
Als u naar de recirculatiemodus schakelt,
kan de onprettige geur het voertuig
binnendringen.
Om te verhinderen dat de voorruit in koud
weer beslaat, mag de recirculatiemodus
niet worden geselecteerd.
Activering op gebruik van
ruitensproeiervloeistof in- of
uitschakelen
Verwarmings- en ventilatiesysteem
Om de Activeer na gebruik van
sproeivloeistoffunctie in of uit te
schakelen, selecteert u de modus
Vloerniveau ( ) en drukt u minstens 5
keer binnen 3 seconden op de
luchttoevoertoets (
A/C-knop ingedrukt houdt.
Wanneer Activeer na gebruik van
sproeivloeistof is ingeschakeld, knippert
het controlelampje van de
luchttoevoertoets 6 keer. Als deze wordt
uitgeschakeld, knippert het
controlelampje 3 keer.
Infotainmentsysteem
Het activeren van het gebruik van
sproeiervloeistof kan worden in- en
uitgeschakeld door te drukken op de
knop Ų en vervolgens te selecteren
Voertuig > Klimaat > Interne
luchtcirculatie > Activering bij gebruik
van sproeiervloeistof vanuit het
infotainmentsysteem.
5-98
) terwijl u de
Recirculerende lucht bij het
betreden van een tunnel
indien van toepassing
Om de instroom van vervuilde lucht in het
voertuig te voorkomen wanneer u door
een tunnel rijdt, worden de ruiten en het
verwarmings- en ventilatiesysteem als
volgt bediend op basis van de
navigatie-informatie en de snelheid van
het voertuig:
Als u deze functie wilt gebruiken, kunt u
deze inschakelen via het
infotainmentsysteem. Selecteer:
Voertuig > Klimaat > Interne
luchtcirculatie
• Tunnelgedeelte: De ruiten van de auto
sluiten automatisch en het
verwarmings- en ventilatiesysteem
schakelt ongeveer 7 seconden voor het
binnenrijden van een tunnel over naar
de recirculatiestand.
De ruiten gaan weer open naar de vorige
stand na het uitrijden van de tunnel. Als
de schakelaar voor de ruitbediening
wordt bediend voordat de ruiten weer
opengaan, keren de ruiten niet terug naar
de vorige stand.
Bedrijfsomstandigheden
• De modus verse lucht van het
verwarmings- en ventilatiesysteem is
geselecteerd.
• Een of meerdere ruiten zijn geopend.
De ruiten sluiten alleen automatisch
wanneer uw voertuig is voorzien van de
automatische ruitbedieningsfunctie
voor alle zitplaatsen.
• De activeringstijd voor de functie kan
verschillen vanwege het tijdsverschil
tussen de GPS en de rijsnelheid.
• De functie wordt geactiveerd totdat u
een ononderbroken tunnel hebt
verlaten.