Download Print deze pagina

Advertenties

Gebruikshandleiding
KONA Electric

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Hyundai KONA Electric 2023

  • Pagina 1 Gebruikshandleiding KONA Electric...
  • Pagina 2 Onderhoud Technische gegevens De specificaties en de beschrijvingen in dit instructieboekje waren correct bij het ter perse gaan. HYUNDAI streeft echter naar een voortdurende verbetering van zijn producten en behoudt zich het recht voor op elk moment wijzigingen in de specificaties en uitrusting aan te brengen.
  • Pagina 3 HYUNDAI-dealer kan ertoe leiden dat het (toestel van het) pan-Europese eCall-systeem of eCall-systeem voor de VAE niet goed werkt, foute oproepen maakt, en kan storingen in het toestel veroorzaken (in auto‘s) in geval van een verkeers- en...
  • Pagina 4 WAARSCHUWING M.B.T. VEILIGHEID EN SCHADE AAN DE AUTO In dit instructieboekje vindt u informatie onder de koppen GEVAAR, WAARSCHUWING, OPGELET en AANWIJZING. Hiermee wordt het volgende bedoeld: GEVAAR GEVAAR geeft een gevaarlijke situatie aan die, indien niet vermeden, de dood of ernstig letsel tot gevolg zal hebben.
  • Pagina 6 Inhoudsopgave Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Voertuiginformatie Zetels & Veiligheidssysteem Instrumentenpaneel Handige functies Met uw auto rijden Bestuurdershulpsysteem Noodsituaties Onderhoud Index...
  • Pagina 8 1. Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Informatie..........................1-3 Over "Aan de slag met uw elektrisch voertuig"..............1-5 Uw elektrische auto begrijpen..................1-6 Eigenschappen van uw elektrische auto..............1-6 Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van de hoogspanningsbatterij ......1-8 Andere voorzorgsmaatregelen voor het beheer van elektrische voertuigen...1-9 Laden van uw elektrische auto..................
  • Pagina 9 Maatregelen bij ongevallen of brand................1-65 Als de elektrische auto vlam vat................1-65 Als de elektrische auto met water in aanraking komt ..........1-65 Als het elektrische voertuig moet worden gesleept ..........1-66 Overige voorzorgsmaatregelen bij ongevallen met de elektrische auto ....1-67 Verzameling van voertuiggegevens en event data recorders ........1-68...
  • Pagina 10 Wij willen u gelukwensen met uw nieuwe auto en danken u voor uw vertrouwen in HYUNDAI. Welkom bij de steeds grotere groep veeleisende mensen die HYUNDAI rijden. Wij zijn trots op de geavanceerde technologie en hoge bouwkwaliteit van elke HYUNDAI die we bouwen.
  • Pagina 11 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Veiligheidsmeldingen Uw veiligheid, en die van anderen, is belangrijk. In dit instructieboekje voor de eigenaar vindt u veel voorzorgsmaatregelen en bedieningswijzen. Deze informatie wijst u op potentiële gevaren die een risico kunnen vormen voor u of anderen, of die de auto kunnen beschadigen.
  • Pagina 12 6 van deze handleiding. Inleveren van gebruikte voertuigen (voor Europa) HYUNDAI stimuleert een milieuvriendelijke afvoer van auto's aan het einde van hun levensduur en biedt aan uw auto in te nemen in overeenstemming met de richtlijnen van de Europese Unie (EU) voor voertuigen aan het einde van hun levensduur.
  • Pagina 13 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Uw elektrische auto begrijpen Een elektrische auto wordt aangedreven door een batterij en een elektromotor. Zorg dat u de kenmerken van uw elektrische voertuig begrijpt en controleer de functies die u moet kennen voordat u ermee gaat rijden. Eigenschappen van uw elektrische auto De kenmerken die elektrische voertuigen onderscheiden van benzine- en dieselvoertuigen zijn de volgende:...
  • Pagina 14 Dit kan leiden tot ongelukken, zoals een elektrische schok en ernstig letsel en de prestaties en duurzaamheid van het voertuig aanzienlijk verminderen. • We adviseren u contact op te nemen met een erkende HYUNDAI-dealer voor controle en onderhoud van de hoogspanningsonderdelen en de hoogspanningsbatterij.
  • Pagina 15 • Als er een aanrijding plaatsvindt en de auto wordt geraakt, raden we aan om uw auto te laten inspecteren door een erkende HYUNDAI-dealer om de status van de batterijaansluiting te controleren. • Het gebruik van de V2L-functie kan het rijbereik verkleinen doordat energie van de hoogvoltagebatterij wordt verbruikt, en herhaald gebruik van de V2L-functie kan de levensduur van de hoogvoltagebatterij verkorten.
  • Pagina 16 • Als de hoogspanningsschakelaar moet worden geïnspecteerd of gerepareerd, raden we u aan contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. • Koppel de hoogspanningsschakelaar nooit los en schakel deze nooit uit, behalve wanneer er sprake is van een noodsituatie. Dit kan resulteren in ernstige problemen,...
  • Pagina 17 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Laden van uw elektrische auto Bekijk de gedetailleerde informatie over het opladen van een elektrisch voertuig en laad het voertuig dan op. Elektrische voertuigen kunnen worden opgeladen met een AC-lader of DC-lader bij openbare oplaadstations.
  • Pagina 18 Fundamentele veiligheidsmaatregelen voor het opladen WAARSCHUWING • Voordat u gaat opladen, schakelt u de elektronische parkeerrem (EPB) aan met ingedrukt rempedaal, zet u de pook in P (Parkeren) en schakelt u de auto uit. Verplaatsing van het voertuig tijdens het opladen kan materiële schade, ernstig letsel of de dood tot gevolg hebben.
  • Pagina 19 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto • Tijdens het laden kan er niet van de stand P (parkeren) naar een andere versnellingsstand worden geschakeld. • Zorg ervoor dat de deur van het voertuig ontgrendeld is voordat u de laadconnector loskoppelt.
  • Pagina 20 • Als er tekenen van beschadiging, corrosie of roest zijn op de oplaadconnector en -stekker, of als de aansluiting van de oplaadconnector en -stekker los aanvoelt, gebruik de kabel dan niet. We raden aan om uw voertuig te laten inspecteren door een erkende HYUNDAI-dealer. 1-13...
  • Pagina 21 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Voorzorgsmaatregelen voor het hanteren en opbergen van de oplaadkabel OPGELET • Houd de oplaadconnector en de stekker altijd droog en schoon. • Zorg ervoor dat de connectors, stekkers en het bedieningskastje (draagbare lader) van de laadkabel niet ondergedompeld zijn of in contact komen met water.
  • Pagina 22 OPGELET • De prestaties en de levensduur van de batterij kunnen achteruitgaan als er continu gebruik wordt gemaakt van een DC-lader. Het gebruik van DC-laden moet tot een minimum worden beperkt voor een zo lang mogelijke levensduur van de hoogspanningsbatterij. Gebruik wisselstroom tenzij opladen met gelijkstroom noodzakelijk is.
  • Pagina 23 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto De laadstatus controleren Controleer de laadstatus (SOC) van de hoogspanningsbatterij via het laadindicatielampje in het laadluik. 1. Druk met de voertuigdeur ontgrendeld op de "open"-indicator op het laadluik om deze te openen. 2. Controleer de SOC aan de hand van het laadindicatielampje in het laadluik. •...
  • Pagina 24 Informatie op het laadlabel controleren Open de bagageruimte en controleer de informatie op de laadkabel. Op het oplaadlabel staan veiligheidssymbolen en de nominale ingangsspecificaties voor het opladen. 2C_ChargingLabelLocation 2C_ChargingLabel Naam Omschrijving Waarschuwing voor Duidt op een apparaat met kans op hoogspanning elektrische schokken.
  • Pagina 25 2C_EmergencyChargingCable • Als de oplaadconnector niet loskomt nadat u aan de noodkabel hebt getrokken, raden wij u aan uw auto door een erkende HYUNDAI-dealer te laten nakijken. 1-18...
  • Pagina 26 Een AC-lader gebruiken AC-opladen is de meest gebruikte oplaadmethode voor elektrische voertuigen. Laad uw elektrische voertuig op met een AC-laadkabel die in openbare oplaadstations is geïnstalleerd of met een apart gekochte AC-laadkabel. • Raadpleeg sectie "Zoeken naar dichtbij gelegen Laadpunten" in dit hoofdstuk om een laadstation in de buurt te vinden.
  • Pagina 27 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Opladen met een AC-lader Volg de onderstaande instructies om het voertuig op te laden met een AC-lader. 1. Als de auto gestart is, schakel dan de elektronische parkeerrem (EPB) in terwijl u het rempedaal indrukt.
  • Pagina 28 8.Houd de hendel van de oplaadconnector vast en trek aan de oplaadconnector om deze los te koppelen van de laadingang. OPGELET Koppel de oplaadconnector niet met geweld los zonder op de ontgrendelknop daarvan te drukken. Hierdoor kan de oplaadconnector of de laadingang op het voertuig beschadigd worden.
  • Pagina 29 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto De DC-laadconnector begrijpen De buitenkant van de DC-oplaadkabel ziet er als volgt uit: 2C_DCCharger Opladen met een gelijkstroomoplader (DC) Volg de onderstaande instructies om het voertuig op te laden met een DC-lader. 1. Als de auto gestart is, schakel dan de elektronische parkeerrem (EPB) in terwijl u het rempedaal indrukt.
  • Pagina 30 6. Houd de laadconnectorhendel na het volledig opladen vast en trek aan de laadconnector om deze los te koppelen van de laadingang. • Afhankelijk van het type gelijkstroomoplader hebben sommige geen ontgrendelknop op de laadconnector. OPGELET Controleer voordat u de laadconnector loskoppelt of er een ontgrendelknop op de connectorhendel zit.
  • Pagina 31 Volg de onderstaande instructies om schade aan eigendommen of letsel door brand of explosie te voorkomen. • Gebruik alleen een originele HYUNDAI draagbare lader (indien van toepassing). • Laat de draagbare lader niet gebruiken door kinderen en laat kinderen de draagbare lader niet aanraken.
  • Pagina 32 Inzicht in draagbare opladers De configuratie van een draagbare lader en de weergave van het bedieningsscherm zijn als volgt: ONE1Q011087L (1) Stekker (2) Regeleenheid (3) Laadstekker Pictogram Naam Kleur Omschrijving Schakelt in wanneer de STROOM Groen stroom is ingeschakeld. Schakelt in tijdens het opladen en knippert LADEN Blauw...
  • Pagina 33 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Pictogram Naam Kleur Omschrijving Communicatie Communicatiefout met met de Control het voertuig Pilot Stroomlek Fout in lader Waarschuwing te hoge temperatuur van de stekker Temperatuur van de stekker Fout door temperatuur van de stekker Fout in lader Waarschuwing te hoge Te hoge...
  • Pagina 34 • Als hetzelfde symptoom zich herhaalt na het resetten van de draagbare lader, raden wij aan uw auto te laten nakijken door een erkende HYUNDAI-dealer. • Als er langer dan 1 minuut geen statuswijziging is, schakelt de draagbare lader over naar de energiebesparingsmodus en wordt de displayverlichting uitgeschakeld.
  • Pagina 35 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto 6. Open de inlaatafdekking voor opladen en controleer de laadconnector en de laadingang voor stof of andere verontreinigingen. • Als er vuil of verontreinigingen zijn, verwijder deze dan met het luchtpistool. WAARSCHUWING Raak de laadconnector van de oplaadkabel of de laadingang op het voertuig niet aan. 7.
  • Pagina 36 > AC-lader > Gepland opladen op het scherm en schakelt u de instelling voor gepland opladen uit. • U kunt gepland opladen instellen of annuleren met de HYUNDAI Bluelink app op uw smartphone. Raadpleeg de handleiding van het infotainmentsysteem voor meer informatie.
  • Pagina 37 - Als het voertuig nu, met een andere lader normaal wordt opgeladen, neem dan contact op met de fabrikant van de eerste lader voor een oplossing. - Als het voertuig ook bij gebruik van een andere lader niet wordt opgeladen, raden we aan uw voertuig te laten nakijken door een erkende HYUNDAI-dealer. 1-30...
  • Pagina 38 Functies van een elektrische auto gebruiken Elektrisch Voertuig biedt rij-informatie en informatie over hoogvoltagebatterijen. U kunt verschillende elektrische voertuigfuncties instellen in Elektrisch Voertuig. De configuratie van het scherm Elektrisch voertuig controleren Volg de onderstaande instructie om naar de modus Elektrisch voertuig te gaan en de schermconfiguratie te controleren.
  • Pagina 39 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Naam Omschrijving U kunt het energieverbruik en de geschiedenis van de energiezuinigheid controleren. U kunt verschillende opties instellen met Ĥ betrekking tot het opladen van elektrische voertuigen. U kunt een geplande vertrektijd instellen waarop het opladen is voltooid en de temperatuur in de cabine is Volgende vertrek...
  • Pagina 40 Energiegegevens controleren U kunt het energieverbruik en de geschiedenis van de energiezuinigheid controleren. 1. Ga naar het startscherm op het infotainmentscherm. 2. Selecteer op het startscherm Elektrisch Voertuig > • Energiegegevens controleren. Energieverbuik controleren Selecteer op het infotainment scherm Energieverbruik. •...
  • Pagina 41 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto De geschiedenis van de energiezuinigheid controleren Selecteer op het infotainment scherm Historisch Energieverbruik. • U kunt de geschiedenis van het elektrische energieverbruik controleren met de datum en afstand van eerdere ritten. 1C_EVEconomyHistory De volgende vertrektijd instellen U kunt een verwachte vertrektijd instellen voor gepland opladen en de doeltemperatuur.
  • Pagina 42 1. Ga naar het startscherm op het infotainmentscherm. 2. Selecteer Elektrisch Voertuig op het startscherm > Ĥ > Volgend vertrek. 3. Stel het verwachte vertrekschema in. 1C_NextDeparture 4. Stel de verwachte vertrektijd (1) en temperatuur (2) van het voertuig na het opladen in. 5.
  • Pagina 43 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Instellen van de opties voor de AC-lader U kunt de opties voor de AC-lader instellen, inclusief gepland opladen en laadstroom. 1. Ga naar het startscherm op het infotainmentscherm. 2. Selecteer Elektrisch Voertuig op het startscherm > Ĥ > AC-lader. 3.
  • Pagina 44 Instellen van de laadstroom Stel de laadstroom in bij gebruik van een AC-oplader. 1C_ACChargingCurrent Het doelniveau van de batterijlading instellen U kunt het beoogde oplaadniveau van de batterij instellen wanneer deze wordt opgeladen met een AC-lader of een DC-lader. • U kunt de status van de hoogvoltageaccu controleren, de geschatte afstand tot de accu leeg is en de tijd die nodig is om het beoogde accuniveau op te laden.
  • Pagina 45 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto 1. Ga naar het startscherm op het infotainmentscherm. 2. Selecteer Elektrisch Voertuig op het startscherm > Ĥ > Laadlimiet. 3. Stel elk doelniveau voor de batterijlading in voor de AC-lader en de DC-lader. •...
  • Pagina 46 1. Ga naar het startscherm op het infotainmentscherm. 2. Selecteer Elektrisch Voertuig op het startscherm > Ĥ > Instellingen elektriciteitsverbruik (V2L). 3. Stel de gewenste ontladingslimiet van de batterij in (%). • De ontlaadlimiet van de batterij kan alleen worden ingesteld onder de huidige batterijlading.
  • Pagina 47 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Handmatige bediening 1. Ga naar het startscherm op het infotainmentscherm. 1C_BatteryConditioning 2. Selecteer Elektrisch Voertuig op het startscherm > Ĵ > Accuconditionering en selecteer Activeren om handmatig te gebruiken. Gekoppeld aan navigatieroute Gekoppeld aan navigatieroute Als u een DC-laadstation instelt als bestemming of richtingspunt op uw navigatie, handhaaft de batterijconditionering-functie de batterijtemperatuur die ideaal is voor DC-laden, rekening houdend met de aankomsttijd.
  • Pagina 48 Instellen van de hulpprogramma-modus In de gebruiksmodus kan de hoogvoltagebatterij worden gebruikt in plaats van de 12 V-batterij voor andere doeleinden dan autorijden. U kunt de audio en verlichting van het voertuig gebruiken zonder dat u zich zorgen hoeft te maken over het ontladen van de batterij en u kunt zelfs de indoor V2L-functie gebruiken.
  • Pagina 49 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Als de bedrijfsmodus niet is geactiveerd wanneer het voertuig in de gereedstand staat (¢ indicator aan) en de versnelling wordt geschakeld naar P (parkeren), inspecteer de bedrijfsstatus van EPB. Plug & charge gebruiken (voor Europa) Bij het opladen met een DC-lader kunt u de Plug &...
  • Pagina 50 Langs de route, rond de huidige locatie en in de buurt van de gekozen bestemming wordt gezocht naar relevante laadpunten. Als u een laadpunt kiest, wordt gedetailleerde informatie verstrekt. Wanneer u zich aanmeldt voor de HYUNDAI Bluelink-service, worden de beschikbare laders bij elk laadstation weergegeven. 1-43...
  • Pagina 51 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Volg de onderstaande instructies om te zoeken naar oplaadstations in de buurt: 1. Ga naar het startscherm op het infotainmentscherm. 2. Selecteer op het startscherm Elektrisch Voertuig > > Lijst Laadstations. 1C_ChargingStationListMenu • U kunt kiezen uit "Route", "Huidige positie", Bestemmingen "Favoriet". •...
  • Pagina 52 V2L-functie gebruiken Met de functie Vehicle to Load (V2L) kunt u elektronische apparaten inschakelen door ze aan te sluiten op de hoogvoltagebatterij. Veiligheidsmaatregelen bij het gebruik van de V2L-functie Lees voordat u de V2L-functie gebruikt zorgvuldig alle veiligheidsinformatie hieronder en volg deze nauwkeurig op.
  • Pagina 53 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Voorzorgsmaatregelen voor het gebruik van de koelventilator WAARSCHUWING 2C_MotorRoomHotCaution Als u de V2L gebruikt, kan de koelventilator in de motorruimte automatisch aanslaan, ook als de auto uitstaat. Houd tijdens het gebruik van de V2L uw hand niet dichtbij de koelventilator.
  • Pagina 54 Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van elektrische/elektronische producten OPGELET • Controleer voordat u het product gebruikt de voorzorgsmaatregelen en hoe u het product moet gebruiken door de producthandleiding te raadplegen. • Gebruik alleen producten die een nationale veiligheidscertificering hebben verkregen. • Gebruik alleen een elektrisch apparaat dat het maximale vermogen dat het voertuig kan leveren niet overschrijdt.
  • Pagina 55 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Gebruik van elektriciteit buiten het voertuig Lees voordat u de V2L-functie gebruikt zorgvuldig alle veiligheidsinformatie en voorzorgsmaatregelen op “Veiligheidsmaatregelen bij het gebruik van de V2L-functie” en volg de instructies. Volg de onderstaande instructies om de V2L-connector aan te sluiten op de oplaadingang van het voertuig en stroom te leveren aan een elektronisch product.
  • Pagina 56 Gebruik van elektriciteit in het voertuig U kunt huishoudelijke apparaten of elektrische apparaten aansluiten op het stopcontact in het voertuig en ze gemakkelijk gebruiken. WAARSCHUWING Gebruik geen elektrische verwarmingstoestellen zoals een waterkoker, broodrooster of strijkijzer in het voertuig. Dit kan brand en letsel veroorzaken. 1.
  • Pagina 57 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto • Als het elektronische apparaat niet werkt hoewel het groene controlelampje brandt, sluit de stekker van het apparaat dan opnieuw aan op de 12V-aansluiting. • V2L-ontlaadmodus wordt uitgeschakeld als het voertuig is uitgeschakeld met behulp van indoor V2L op de voertuigstatus AAN.
  • Pagina 58 Oplossen van V2L problemen Als er een probleem optreedt tijdens het gebruik van de V2L-functie, stopt de V2L en verschijnen er gerelateerde berichten op het instrumentenpaneel. Controleer de oorzaak van de melding en neem de juiste maatregelen aan de hand van onderstaande tabel.
  • Pagina 59 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Hulpaccu laadfunctie + indien van toepassing WAARSCHUWING 2C_BatterySaverIndicator Wanneer de functie wordt geactiveerd, gaat het indicatielampje branden en komt het voertuig onder hoogspanning te staan. Volg de onderstaande instructies om elektrische schokken of letsel te voorkomen. •...
  • Pagina 60 Rijden met uw elektrische auto Controleer hoe u de voertuigfuncties gebruikt die fundamenteel zijn voor het rijden, zoals starten, remmen en schakelen van het elektrische voertuig. Het voertuig starten en stoppen Volg de onderstaande instructies om het voertuig te starten of te stoppen. OPGELET •...
  • Pagina 61 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Stoppen van de auto 1. Breng het voertuig volledig tot stilstand door het rempedaal in te trappen. 2. Gebruik de EPB terwijl u het rempedaal indrukt houdt en druk op de P-knop van de versnelling om naar P (Parkeren) te schakelen.
  • Pagina 62 Rij-informatie voor elektrische voertuigen controleren Tijdens de werking van het voertuig toont het instrumentenpaneel de belangrijkste informatie, zoals de resterende afstand voor de accu, de realtime energiestatus, het oplaadniveau van de accu en waarschuwingsberichten, via de gebruikersinterface en indicatoren. Factoren die de resterende afstand voor de accu beïnvloeden De resterende afstand voor de accu verwijst naar de afstand die kan worden gereden met het huidige accuniveau en wordt tijdens het rijden met de elektrische auto weergegeven aan de onderkant van het instrumentenpaneel.
  • Pagina 63 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto • Rijomstandigheden: Het weer, de temperatuur en het terrein. Als u bij sneeuw/regen/sterke wind of lage temperaturen rijdt, wordt de resterende afstand voor de accu korter. De reikwijdte wordt ook korter bij het bergop rijden of op gladde of ruwe wegen.
  • Pagina 64 Tips voor het vergroten van de resterende afstand voor de accu De reikwijdte hangt af van het laadniveau van de hoogspanningsaccu, het weer, de temperatuur, de gebruiksduur van de accu, het terrein, de rijgewoonten, enz. U kunt deze afstand vergroten door de onderstaande instructies te volgen. •...
  • Pagina 65 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto De real-time energiestatus controleren (CHARGE/POWER-meter) De CHARGE/POWER-meter geeft richting en status weer van de elektrische energie die wordt geproduceerd door het regeneratief remmen en verbruikt door de elektromotor. Type A 2C_PowerChargeGaugeA Type B 2C_PowerChargeGaugeB •...
  • Pagina 66 De staat van lading (SOC) controleren De SOC-indicator wordt onderaan de CHARGE/POWER-meter weergegeven en toont het laadniveau van de hoogspanningsaccu in procent. Hoe lager het getal, hoe meer het voertuig een energie nodig heeft; 100 % geeft aan dat het voertuig volledig is opgeladen. 2C_BatteryLevelGauge 2C_ChargingLevelLowWarningLamp •...
  • Pagina 67 Zorg dat u de betekenis van de waarschuwings- en controlelampjes begrijpt, raadpleeg de onderstaande instructies, dan rijdt u veiliger. OPGELET Laat uw auto inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer als het waarschuwingslampje gaat branden tijdens het rijden of als het niet uitgaat nadat u de auto hebt gestart.
  • Pagina 68 WAARSCHUWING • Rijd niet met een waarschuwingsbericht op het display. • Als een waarschuwingsbericht niet verdwijnt nadat u maatregelen hebt genomen, raden wij u aan het voertuig onmiddellijk door een erkende HYUNDAI-dealer te laten inspecteren en repareren. 1-61...
  • Pagina 69 Controleer elek- Er is een probleem met het • We raden u aan de auto trisch voertu- besturingssysteem van het onmiddellijk naar een erkende igsysteem elektrische voertuig. HYUNDAI-dealer te laten slepen en hem te laten inspecteren en repareren. 1-62...
  • Pagina 70 HYUNDAI-dealer te slepen voor inspectie en reparatie. 1-63...
  • Pagina 71 Er treedt een storing op in het controleer het voertuig naar een erkende voedingssysteem. voeding HYUNDAI-dealer te slepen voor inspectie en onderhoud. Haal stekker uit U hebt het voertuig gestart met de Koppel de laadkabel los en start de wagen om te laadstekker nog in het vervolgens het voertuig.
  • Pagina 72 • Zet de auto onmiddellijk uit en ga met uw sleutel op een veilige afstand staan. • Neem contact op met een noodhulpdienst, zoals de brandweer, of een officiële HYUNDAI-dealer. WAARSCHUWING Raak de ondergedompelde elektrische auto nooit aan. Dat kan leiden tot een ongeval, zoals een elektrische schok of brand.
  • Pagina 73 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Als het elektrische voertuig moet worden gesleept Als slepen nodig is, til dan alle wielen op om te slepen. Slepen met de wielen op de grond kan de motoronderdelen van het voertuig beschadigen. OPGELET Wanneer een voertuigbrand ontstaat door de accu, bestaat het risico op een tweede brand.
  • Pagina 74 Als de auto in een droogcabine moet worden gedroogd, adviseren we u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. • Gebruik of installeer alleen originele onderdelen. Onderdelen van derden of gemodificeerde onderdelen kunnen het elektrische energiesysteem beschadigen...
  • Pagina 75 Informatie/Aan de slag met uw elektrische auto Verzameling van voertuiggegevens en event data recorders Dit voertuig is voorzien van een event data recorder (EDR). Het hoofddoel van een EDR is om in bepaalde situaties waarin sprake is van een ongeval of bijna-ongeval, zoals het activeren van een airbag of het raken van een obstakel op de weg, gegevens te registreren om de werking van de voertuigsystemen te kunnen helpen begrijpen.
  • Pagina 76 2. Voertuiginformatie Exterieur overzicht (Vooraanzicht)................. 2-2 Exterieuroverzicht (achteraanzicht)................2-3 Overzicht interieur......................2-4 Overzicht middenconsole ....................2-5 Bediening van het stuurwiel ................... 2-7 Motorruimte Overzicht....................2-8 Afmetingen ........................2-9 Specificaties elektrische auto..................2-9 Wattage lamp......................... 2-10 Banden en wielen ......................2-11 Draagvermogen en snelheidsindex banden..............2-11 Airconditioningsysteem ....................2-12 Voertuiggewicht en inhoud bagageruimte..............2-12 Maximaal gewicht en maximale kogeldruk bij het rijden met een aanhanger ..2-13...
  • Pagina 77 Voertuiginformatie Exterieur overzicht (Vooraanzicht) Vooraanzicht 1C_OutsideVehicleFrontOverview De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. (1) Elektrische laadklep ....................5-61 (2) Motorkap .........................5-49 (3) Koplamp ......................5-67, 9-41 (4) Banden en wielen ....................9-20 (5) Buiten achteruitkijkspiegel ..................5-38 (6) Breed schuifdak ......................5-45 (7) Voorruitenwisserbladen ................
  • Pagina 78 Exterieuroverzicht (achteraanzicht) Achteraanzicht 1C_OutsideVehicleRearOverview De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. (1) Portier ........................5-24 (2) Combinatieverlichting achter ..............5-67, 9-47 (3) Achterklep ....................... 5-53 (4) Antenne ........................5-113 (5) Derde remlicht ......................9-47 (6) Achterruitenwisserbladen ................5-81, 9-15 (7) Breedbeeld-achteruitrijcamera ................
  • Pagina 79 Voertuiginformatie Overzicht interieur 1C_SideInsideVehicleOverview De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. (1) Portiergreep binnen ....................5-25 (2) Integrated Memory System (geïntegreerd geheugensysteem) ......5-30 (3) Bedieningsschakelaar buitenspiegel ..............5-38 (4) Knop voor het inklappen van de buitenspiegel ............5-38 (5) Schakelaar centrale vergrendeling ................ 5-25 (6) Schakelaars ruitbediening ..................
  • Pagina 80 Overzicht middenconsole 1C_CenterInsideVehicleOverview De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. (1) Instrumentenpaneel ....................4-2 (2) Claxon ........................5-35 (3) Airbag voor bestuurder ..................3-45 (4) toets START/STOP ....................6-4 (5) Rotary shifter (draaiknop voor versnellingspook) ..........6-8 (6) Infotainmentsysteem .................... 5-114 (7) Schakelaar van de alarmknipperlichten..............8-2 (8) Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem ..........5-82 (9) Herinnering veiligheidsgordel (achterbank) ............
  • Pagina 81 Voertuiginformatie (17)Stoelverwarming .....................3-21 (18)Geventileerde stoel ....................3-22 (19)Stuurwielverwarming .....................5-34 (20)Toets AUTO HOLD ....................6-31 (21)Drive mode-knop ....................6-41 (22)Toets Parking/View (Parkeren/Weergave) ............7-120 (23)Toets parkeerveiligheid ..................7-152 (24)Bekerhouder ......................5-100 (25)Middenconsole (verwijderbare lade) ..............5-99 (26)Stopcontact ......................5-102 (27)Dashboardkastje ....................5-100 (28)Open lade passagiersstoel .................. 5-100 (29)Voorpassagiersairbag ....................3-45...
  • Pagina 82 Bediening van het stuurwiel 1C_SteeringWheelControlOverview De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. (1) Bedieningshendel verlichting ................5-67 (2) Bedieningshendel ruitenwissers en -sproeier ............5-78 (3) Peddelschakelaar ....................6-15 (4) Knop Rijhulpsysteem....................7-83 (5) Bediening instrumentendisplay ................4-23 (6) Toets voertuigafstand ....................7-84 (7) Toets hulp met rijden op de rijstrook ..............
  • Pagina 83 Voertuiginformatie Motorruimte Overzicht 1C_MotorRoomOverview De motorruimte in de auto kan in werkelijkheid afwijken van de afbeelding. (1) Expansievat koelvloeistof ..................9-9 (2) Ruitenwisservloeistofreservoir ................9-13 (3) Remvloeistofreservoir ....................9-12 (4) Zekeringkast......................9-28 (5) Accu (12 V) .........................9-17 (6) Bagageruimte voorzijde ..................5-50 (7) Noodkabel ........................ 1-18...
  • Pagina 84 Afmetingen Onderwerpen mm (in.) Totale lengte 4.355 (171,46) Totale breedte 1.825 (71,85) 215/60 R17 1.575 (62,01) / 1.580 (62,20) Totale hoogte 235/45 R19 1.575 (62,01) / 1.580 (62,20) 215/60 R17 1.591 (62,63) Spoorbreedte vóór 235/45 R19 1.589 (62,56) 215/60 R17 1.600 (62,99) Spoorbreedte achter 235/45 R19...
  • Pagina 85 Voertuiginformatie Wattage lamp Gloeilamp Gloeilamp Vermogen Laag Koplamp Hoog Dagrijverlichting/parkeerlicht Voor Type A PY21W 21 W Richtingaanwij- Type B Lamp richtingaanwijzer opzij Achterlicht/remlicht Type A PY21W 21 W Richtingaanwij- Type B Achter Achteruitrijlicht W16W 16 W Derde remlicht Mistlamp P21W 21 W Kentekenplaatverlichting Type A...
  • Pagina 86 Banden en wielen Bandenspanning kPa, (psi) Aanhaalmoment Onderwer- Banden- Normale Maximumbe- Velgmaat wielmoer kgf·m maat belasting lasting (lbf·ft, N·m) Voor Achter Voor Achter 215/60R17 7,0J X 17 Standaard- 11-13 (79-94, 250 (36) 250 (36) band 107-127) 235/45R19 7,5J X 19 AANWIJZING •...
  • Pagina 87 180 ± 10 g (6,35 ± 0,35 oz.) Compressor olie Zonder verwarmingspomp 180 ± 10 g (6,35 ± 0,35 oz.) Voor meer informatie adviseren we u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. Voertuiggewicht en inhoud bagageruimte Onderdeel Waarde Standaardtype 2.110 kg (4.652 lbs.)
  • Pagina 88 Maximaal gewicht en maximale kogeldruk bij het rijden met een aanhanger De volgende tabel geeft het maximale aanhangwagengewicht voor uw voertuig aan. Overschrijd het maximaal toegestane aanhangergewicht niet. Het maximale aanhangergewicht omvat het gewicht van de aanhanger, eventuele lading en apparatuur of voorwerpen die aan de aanhanger zijn bevestigd.
  • Pagina 89 Voertuiginformatie Aanbevolen smeermiddelen en hoeveelheden Gebruik voor een optimale werking en een lange levensduur van de auto uitsluitend smeermiddelen van de juiste kwaliteit. Deze smeermiddelen en vloeistoffen worden aanbevolen voor gebruik in uw auto. Smeermiddel Hoeveelheid Classificatie 2,8-2,9 ℓ Reductieoverbrengingsvloeistof HK ATF 65 SP4M-1 (3,0-3,1 US qt.) met verwar-...
  • Pagina 90 Voertuigidentificatie- Voertuigcertificatielabel nummer (VIN) Chassisnummer 2C_CertificationLabelPosition Op het voertuigcertificatielabel op de middenstijl aan bestuurderszijde (of 2C_VINPosition voorpassagierszijde) staat het Het voertuigidentificatienummer (VIN) is voertuig-identificatienummer (VIN). het nummer dat gebruikt wordt bij de registratie van uw auto en bij alle zaken die te maken hebben met eigendom, enz.
  • Pagina 91 (2). wordt, kan op de website worden verkregen https://www.hyundai.com/worldwide/o pensource HYUNDAI Motor Company zal de openbroncode na een e-mailverzoek aan opensource@hyundai.com aan u verstrekken op een opslagmedium (zoals cd-rom) tegen minimale kosten die de kosten van brondistributie dekken en binnen een periode van 3 jaar vanaf de datum van productaankoop .
  • Pagina 92 3. Zetels & Veiligheidssysteem Belangrijke veiligheidsvoorzorgsmaatregelen .............. 3-3 Doe uw veiligheidsgordel altijd om ................3-3 Gebruik voor alle kinderen de juiste veiligheidssystemen........3-3 Gevaren airbag ......................3-3 Afleiding van de bestuurder..................3-3 Ga nooit rijden als u onder invloed bent van drank of drug ........3-4 Pas uw snelheid aan.....................3-4 Houd uw auto in een veilige conditie .................3-4 Stoelen ..........................
  • Pagina 93 Airbag - aanvullend veiligheidssysteem..............3-42 SRS Componenten ....................3-44 Waar zijn de airbags? ....................3-45 Hoe werkt het airbagsysteem?................. 3-49 Wat kan ik verwachten nadat een airbag is opgeblazen ......... 3-51 Plaats geen kinderzitje op de voorpassagiersstoel..........3-52 Waarschuwingslampje SRS ..................3-53 Waarom werd mijn airbag bij een aanrijding niet geactiveerd? ......3-53 Onderhoud aan aanvullend veiligheidssysteem (SRS) ..........3-57 Aanvullende voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de veiligheid ....
  • Pagina 94 Belangrijke veiligheids- Afleiding van de bestuurder Afleiding van de bestuurder vormt een voorzorgsmaatregelen ernstig en potentieel dodelijk gevaar, vooral voor onervaren bestuurders. In dit hoofdstuk en deze handleiding vindt Veiligheid moet de eerste zorg zijn achter u veel veiligheidsmaatregelen en het stuur.
  • Pagina 95 Zetels & Veiligheidssysteem Ga nooit rijden als u onder invloed bent van drank of drug Het drinken van alcohol of het nemen van drugs kan uw vermogen om te reageren op veranderende omstandigheden en noodsituaties verminderen. Drink of gebruik geen drugs en laat uw vrienden niet drinken of drugs gebruiken en autorijden.
  • Pagina 96 Stoelen 1C_FrontSeatOverview Bestuurdersstoel [A] (1) Vooruit of achteruit (2) Rugleuningverstelling (3) Zithoogte/zitkussenhoek (4) Lendensteun (5) Schakelaar voor ontspanningscomfort van stoel (6) Hoofdsteun Voorpassagiersstoel [B] (1) Vooruit of achteruit (2) Rugleuningverstelling (3) Stoelhoogte (4) Schakelaar voor ontspanningscomfort van stoel (5) Hoofdsteun Achterbank [C] (1) Neerklapbare rugleuning (2) Hoofdsteun...
  • Pagina 97 Zetels & Veiligheidssysteem Infotainmentsysteem 1C_AdjustSeatAVN Druk op de Ų en selecteer vervolgens Voertuig > Stoelen in het infotainmentsysteem. U kunt verschillende comfortfuncties gebruiken. • Link naar klimaatinstellingen voor automatische aanpassing: De stoelverwarming en luchtventilatie van de stoel worden automatisch geregeld, afhankelijk van de omgevingstemperatuur en de ingestelde temperatuur van de klimaatregeling.
  • Pagina 98 Veiligheidsvoorzorgsmaatre- • Laat, om de kans op beenletsel tot een minimum te beperken, de gelen voorpassagier zijn voeten of benen Het afstellen van de stoelen zodat u in een nooit op het dashboard zetten. veilige en comfortabele houding zit, speelt een belangrijke rol voor de veiligheid van de bestuurder en Veiligheidsgordels passagiers, evenals veiligheidsgordels en...
  • Pagina 99 Zetels & Veiligheidssysteem Voorstoelen Verstellen van de rugleuning Zitten in een liggende positie wanneer het WAARSCHUWING voertuig in beweging is, kan gevaarlijk zijn. Zelfs wanneer de gordel is Om ernstig of dodelijk letsel te vastgemaakt, wordt de bescherming van voorkomen: uw veiligheidssysteem •...
  • Pagina 100 Stoelverstelling Rugleuningverstelling indien van toepassing De voorste stoel kan worden versteld met behulp van de hendels onder het voorste deel van de stoel of de knop aan de buitenkant van de stoel. Verstellen in voorwaartse en achterwaartse richting 2C_AdjustSeatBackmanual Rugleuning achterover kantelen: 1.
  • Pagina 101 Zetels & Veiligheidssysteem Lendensteun (indien van toepassing) AANWIJZING Om beschadiging van de stoelen te voorkomen: • Laat de schakelaar los zodra de stoel in de voorste of achterste stand staat. • Verstel de stoelen niet langer dan nodig als de auto is uitgeschakeld. Dit kan leiden tot onnodige ontlading van de accu.
  • Pagina 102 • Stoelhoogte (2) Rugleuninghoogte aanpassen De hoogte van de zitting verstellen: 1. Beweeg het achterste deel van de bedieningsschakelaar naar boven of naar beneden om de zitting omhoog of omlaag te verstellen. 2. Laat de schakelaar los zodra de stoel in de gewenste stand staat.
  • Pagina 103 Zetels & Veiligheidssysteem Ontspanningscomfort van stoel OPGELET (voor bestuurders- en voorpassagiersstoel, indien van Neem de volgende toepassing) voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de stoel met ontspanningscomfort: indien van toepassing • Gebruik de ontspanningsstand van de stoel niet tijdens het rijden. Gebruik van de stoel met ontspanningscomfort kan de kans op letsel vergroten bij een aanrijding of plotselinge stop.
  • Pagina 104 • Wanneer de veiligheidsgordel bediend, het geïntegreerde geheugen te achteraan is vastgemaakt. resetten. Als de stoel met ontspanningscomfort niet werkt na het resetten van het geïntegreerde geheugen, raden we aan contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. 3-13...
  • Pagina 105 Zetels & Veiligheidssysteem Opbergvak in rugleuning Achterstoelen neerklappen De rugleuning achter kan worden indien van toepassing opgeklapt om het vervoer van langere voorwerpen mogelijk te maken of de bagageruimte achterin te vergroten. Voordat u de achterstoelen inklapt, laat u de hoofdsteun in de laagste positie zakken en bergt u de veiligheidsgordel aan beide zijden van de stoelen op.
  • Pagina 106 Neerklappen van de rugleuning achter: 4. Trek aan de hendel voor het neerklappen van de rugleuning en klap 1. Zet de rugleuning zoveel mogelijk de rugleuning naar voren. rechtop en schuif indien nodig de voorste stoel naar voren. 2. Laat de achterste hoofdsteunen zakken naar de laagste stand door de ontgrendelingsknop (1) in te drukken en vast te houden en de hoofdsteun (2)
  • Pagina 107 Zetels & Veiligheidssysteem Armsteun Om de rugleuning van de achterbank uit te klappen: 1. Til en duw tegen voorste deel van de hendel voor het neerklappen om de achterpassagiersstoel weer te kunnen gebruiken. 2. Duw de rugleuning stevig naar achteren tot deze op zijn plaats vergrendelt.
  • Pagina 108 Hoofdsteunen voorstoelen • Stel de hoofdsteunen zo in dat het midden van de hoofdsteun zich op dezelfde hoogte bevindt als de bovenkant van de ogen. 2C_FrontHeadrestOverview De bestuurdersstoel en de voorpassagiersstoel zijn voorzien van een 2C_HeadrestRightPosition verstelbare hoofdsteun voor de veiligheid •...
  • Pagina 109 Zetels & Veiligheidssysteem Verwijderen/plaatsen AANWIJZING Hoofdsteun verwijderen: Handmatige aanpassing stoel 2C_AdjustHeadrestCaution Wanneer u de rugleuning naar voren klapt 2C_RemoveHeadrestManual terwijl de hoofdsteun en zitting niet zijn Elektrische verstelling stoel ingeklapt, raakt de hoofdsteun mogelijk de zonneklep of andere onderdelen van de auto.
  • Pagina 110 Hoofdsteunen achterstoelen Plaatsen van de hoofdsteun: Handmatige aanpassing stoel 2C_RearHeadrestOverview 2C_InstallHeadrestManual Elke achterstoel is voor de veiligheid en Elektrische verstelling stoel het comfort van de passagier voorzien van een hoofdsteun. Hoogte afstellen 2C_InstallHeadrestAuto 1. Kantel de rugleuning door op de rugleuninghoekhendel of -schakelaar (3) te drukken.
  • Pagina 111 Zetels & Veiligheidssysteem Stoelverwarming Verwijderen/aanbrengen Hoofdsteun verwijderen: indien van toepassing Met de stoelverwarming kunnen de stoelen bij lage buitentemperaturen worden verwarmd. Bij zacht weer of onder omstandigheden waarbij de stoelverwarming niet nodig is, dient u de stoelverwarming uit te schakelen. WAARSCHUWING De stoelverwarming kan ernstige 2C_AdjustRearHeadrestUp...
  • Pagina 112 • De standaardinstelling voor de AANWIJZING stoelverwarming is UIT als de toets Start/Stop naar de stand ON wordt Om beschadiging van de gedrukt. stoelverwarming en stoelen te voorkomen: • Gebruik voor het reinigen van de Verwarming achterzetels stoelen geen oplosmiddel, zoals thinner, benzeen, alcohol of wasbenzine.
  • Pagina 113 • Vervang de stoelbekleding niet. • Als de stoelventilatie niet werkt, start u de auto opnieuw. Als er niets verandert, adviseren wij u de auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. 3-22...
  • Pagina 114 Om ernstig of dodelijk letsel te beschadigd zijn niet. We adviseren u de voorkomen: veiligheidsgordel te laten vervangen door een officiële HYUNDAI-dealer. • Kinderen tot en met 13 jaar moeten altijd plaatsnemen op de achterbank en de gordel op de juiste manier dragen.
  • Pagina 115 Zetels & Veiligheidssysteem Waarschuwingslampje Waarschuwingslampje voorpassagiersgordel veiligheidsgordel Ter herinnering aan de voorpassagier branden de waarschuwingslampjes voor Waarschuwingslampje de veiligheidsgordels van de bestuurdersgordel voorpassagier gedurende ongeveer 6 Instrumentenpaneel seconden telkens wanneer de Start/Stop-knop wordt ingeschakeld, ongeacht of de veiligheidsgordel is vastgemaakt. Als de passagier zijn of haar veiligheidsgordel nog steeds niet vastmaakt of losmaakt en u sneller dan 20...
  • Pagina 116 Waarschuwingslampje Voor de stoel midden achter veiligheidsgordel achterpassagier • Ter herinnering aan de passagier achterin gaan de waarschuwingslampjes voor de veiligheidsgordels achterin ongeveer 6 seconden branden telkens wanneer de Start/Stop-knop in de AAN-stand staat, ongeacht of de veiligheidsgordels zijn vastgemaakt. •...
  • Pagina 117 Zetels & Veiligheidssysteem Veiligheidsgordels AANWIJZING Als de veiligheidsgordel niet soepel uit de Driepuntsgordel oprolautomaat kan worden getrokken, trek dan krachtig aan de veiligheidsgordel Vastmaken van de gordel: en laat hem dan los. Na het losmaken kan de riem soepel worden uitgetrokken. WAARSCHUWING Onjuist aangebrachte veiligheidsgordels kunnen het risico op ernstig letsel bij een...
  • Pagina 118 Hoogteverstelling Losnemen van de veiligheidsgordel: Het schoudergedeelte moet zodanig Druk op de ontgrendelknop (1) in de worden afgesteld dat het over de borst en gordelsluiting. het midden van de schouder loopt, en nooit over de nek. Om de hoogte van het gordelverankering af te stellen: •...
  • Pagina 119 Daarom raden we u aan om inzittende te snel voorover probeert te deze reparaties door een officiële leunen, blokkeert de veiligheidsgordel. HYUNDAI-dealer te laten uitvoeren. Bij sommige frontale aanrijdingen wordt de gordelspanner geactiveerd en wordt de veiligheidsgordel tegen uw lichaam getrokken.
  • Pagina 120 SRS-regelmodule zo snel mogelijk door een officiële HYUNDAI-dealer te laten controleren. 2C_RearRetractorPretensionerOverview Het gordelspannersysteem bestaat • De gordelspanners kunnen bij bepaalde...
  • Pagina 121 Zetels & Veiligheidssysteem Extra voorzorgsmaatregelen Kinderen en het gebruik van veiligheidsgordels veiligheidsgordel Baby's en kleine kinderen Gebruik van veiligheidsgordels bij De meeste landen hebben wetten betref- zwangerschap fende kinderzitjes, die eisen dat kinderen De veiligheidsgordel moet altijd worden in geschikte kinderzitjes reizen, waar- gebruikt tijdens de zwangerschap.
  • Pagina 122 Een persoon per veiligheidsgordel Grotere kinderen Kinderen jonger dan 13 jaar die te groot Als twee personen (kinderen of zijn voor een stoelverhoger moeten altijd volwassenen) bij elkaar zitten, probeer plaatsnemen op de achterbank en de dan nooit een enkele veiligheidsgordel te aanwezige driepuntsgordel gebruiken.
  • Pagina 123 Wij adviseren u contact op te gebruik van een goedgekeurd kinderzitje nemen met een officiële HYUNDAI-dealer verplicht stellen. voor hulp. Regels met betrekking tot de limieten...
  • Pagina 124 • Gebruik geen autostoeltje voor baby's of een kinderzitje dat over een rugleuning "haakt". Het biedt mogelijk onvoldoende bescherming bij een ongeval. • Laat de officiële HYUNDAI-dealer na een ongeval het kinderzitje, de veiligheidsgordels, de ISOFIX-bevestigingspunten en het bovenste gordel bevestigingspunt controleren.
  • Pagina 125 Zetels & Veiligheidssysteem Kinderzitjes waarin het kind met het Kinderzitjes waarin het kind met het gezicht naar achteren wordt vervoerd gezicht naar voren wordt vervoerd 2C_ALRSeatBelt 2C_ALRSeatBelt_2 Bij een naar achteren gericht kinderzitje Een naar voren gericht kinderzitje biedt worden de botskrachten opgevangen bescherming voor het kind met een eigen door de schaal in plaats van door het gordelsysteem.
  • Pagina 126 Een kinderzitje plaatsen Nadat u een goede kinderzitje heb gekozen voor uw kind en gecontroleerd WAARSCHUWING hebt dat het kinderzitje goed past goed op de zitplaats, moeten deze drie stappen Lees altijd de aanwijzingen die door de gevolgd worden voor een juiste fabrikant van het kinderzitje zijn installatie: opgesteld en volg deze aanwijzingen op.
  • Pagina 127 Zetels & Veiligheidssysteem Geschiktheid van elke stoelpositie voor kinderzitjes met gordel & ISOFIX-kinderzitjes overeenkomstig de VN-voorschriften (voor Europa) (Informatie voor voertuigbezitters en fabrikanten van kinderzitjes) • Ja: Geschikt voor het bevestigen van kinderzitjes van de aangegeven categorie. • Nee: Niet geschikt voor het bevestigen van kinderzitjes van de aangegeven categorie. •...
  • Pagina 128 • Wanneer de hoofdsteun een juiste plaatsing van het kinderzitje verhindert, verstel of verwijder dan de hoofdsteun van de stoel. • Gebruik nooit een kinderzitje waarbij het kind met het gezicht naar achteren gericht op de voorstoel zit, tenzij de airbag gedeactiveerd is. Stoelnummer Positie in het voertuig Positie...
  • Pagina 129 Zetels & Veiligheidssysteem ISOFIX-bevestigingspunten en Top ISOFIX-bevestigingspunten bevinden Tether-bevestigingspunt zich op de buitenste twee zitplaatsen van (ISOFIX-bevestigingssysteem) voor de achterbank. Hun locaties worden in de kinderen illustratie getoond. Er zijn geen ISOFIX-bevestigingspunten voor de Het ISOFIX-systeem verbindt een middenste zitplaats op de achterbank. kinderzitje met het voertuig tijdens het rijden en bij een aanrijding.
  • Pagina 130 Hierdoor kan het bevestigingspunt of controleren door een officiële de bevestiging loskomen of breken. HYUNDAI-dealer. • Laat het ISOFIX-systeem na een ongeval altijd inspecteren door uw dealer. Een ongeval kan het Vastzetten van een kinderzitje met...
  • Pagina 131 Zetels & Veiligheidssysteem Vastzetten van een kinderzitje met Om het boven gordel bevestigingspunt te behulp van het boven gordel installeren: bevestigingssysteem 1. Leid de boven gordel van het kinderzitje over de rugleuning. Voer bij voertuigen met verstelbare hoofdsteun de band onder de hoofdsteun en tussen de stijlen van de hoofdsteun door.
  • Pagina 132 Kinderzitje met een driepuntsgordel 3. Beperk zo veel mogelijk de speling van bevestigen de gordel door tegen het kinderzitje te drukken terwijl u de schoudergordel Als het ISOFIX-bevestigingssysteem niet door de blokkeerautomaat laat wordt gebruikt, moet een kinderzitje altijd oprollen. met het heupgedeelte van een driepuntsgordel worden vastgezet op een 4.
  • Pagina 133 Zetels & Veiligheidssysteem Airbag - aanvullend veiligheidssysteem 1C_AirbagOverview De daadwerkelijke airbags in het voertuig kunnen afwijken van de afbeelding. (1) Bestuurdersairbag (2) Voorpassagiersairbag (3) Zij-airbag (4) Gordijnairbag (5) Zij-airbag middenvoor (6) AAN/UIT-schakelaar voorpassagiersairbag 3-42...
  • Pagina 134 Uw voertuig is uitgerust met een • Beveilig kinderen jonger dan 13 jaar aanvullend airbagsysteem voor de altijd in de gordel op de achterbank. bestuurders- en voorpassagiersstoel. Het is de veiligste plek voor kinderen van alle leeftijden. Als een kind van 13 De voorairbags zijn ontworpen om de jaar of ouder moet plaatsnemen in de driepuntsveiligheidsgordels aan te vullen.
  • Pagina 135 Zetels & Veiligheidssysteem SRS Componenten 1C_AirbagPartsOverview De onderdelen van het aanvullend veiligheidssysteem zijn: (1) Bestuurdersairbagmodule (2) Airbagmodule voorpassagier (3) Zij-airbagmodules (4) Gordijnairbagmodules (5) Voorspanner voor oprolmechanisme (6) Waarschuwingslampje AIRBAG (7) Airbagmodule (SRSCM) / koprolsensor (8) Airbagsensoren voor (9) Zijairbagsensoren (acceleratie) (10)Zijairbagsensoren (druk) (11) AAN/UIT-schakelaar voorpassagiersairbag (12)Achterste oprolmechanisme gordel...
  • Pagina 136 Waar zijn de airbags? WAARSCHUWING Om de kans op ernstig of dodelijk letsel Voorairbags bestuurder en door geactiveerde voorairbags te voorpassagier beperken: Bestuurdersairbag • Alle inzittenden moeten altijd hun veiligheidsgordel dragen: de gordel houdt de inzittende zo goed mogelijk op zijn plaats. •...
  • Pagina 137 Zetels & Veiligheidssysteem AAN/UIT-schakelaar Opnieuw inschakelen van de voorpassagiersairbag voorpassagiersairbag: Het doel van de schakelaar is om de voorairbag van de passagier uit te schakelen om het risico van letsel of overlijden als gevolg van een opgeblazen airbag voor bepaalde inzittenden voorin vanwege leeftijd, grootte of medische aandoening, te verminderen.
  • Pagina 138 Zij-airbags en zij-airbag middenvoor Voor het voertuig dat is uitgerust met een rollover sensor, kunnen de centrale Bestuurdersstoel voorairbag, de zijdelingse en/of gordijnairbag en de voorspanners aan beide kanten van het voertuig ingeschakeld worden als er een (mogelijke) rollover wordt gedetecteerd. De zijairbags zijn niet ontworpen om bij alle aanrijdingen van opzij of situaties waarbij de auto over de kop kan slaan...
  • Pagina 139 De gordijnairbags zijn niet ontworpen om officiële HYUNDAI-dealer. bij alle aanrijdingen van opzij of situaties waarbij de auto over de kop kan slaan, geactiveerd te worden. Gordijnairbags...
  • Pagina 140 Hoe werkt het • De voorairbags blazen in één klap volledig op en lopen net zo snel weer airbagsysteem? leeg. Het is vrijwel onmogelijk om de De bedieningsmodule aanvullend airbag met het blote oog te zien veiligheidssysteem (SRSCM) controleert opblazen tijdens een ongeval. De kans continu alle SRS-componenten terwijl de is groter dat u de leeggelopen airbags toets Start/Stop is ingeschakeld, om te...
  • Pagina 141 Zetels & Veiligheidssysteem Bestuurdersairbag (1) WAARSCHUWING Om het risico op ernstig of dodelijk letsel als gevolg van een opgeblazen airbag te verminderen: • Gebruik nooit een kinderzitje op de voorstoel. Kinderen tot en met 13 jaar moeten ALTIJD plaatsnemen op de achterbank van het voertuig.
  • Pagina 142 • We raden aan om een erkende WAARSCHUWING HYUNDAI-dealer uw voertuig te laten inspecteren en indien nodig Voorkom dat voorwerpen gevaarlijke onderdelen te laten vervangen voordat projectielen worden wanneer de u uw voertuig weer gaat gebruiken.
  • Pagina 143 Zetels & Veiligheidssysteem Plaats geen kinderzitje op de Geluid en rookontwikkeling bij het opblazen van een airbag voorpassagiersstoel Wanneer de airbags worden opgeblazen, maken ze een hard geluid en kan er poeder in het voertuig vrijkomen. Nadat de airbag is opgeblazen, kunt u ongemak voelen tijdens het ademen.
  • Pagina 144 • Monteer geen bumperbeschermers • Het lampje gaat branden terwijl het met niet-originele HYUNDAI- of voertuig in beweging is.weging is. niet-gelijkwaardige onderdelen. Dit kan • Het lampje knippert als de auto is een negatieve invloed hebben op de ingeschakeld.
  • Pagina 145 Zetels & Veiligheidssysteem 1C_AirbagSensorOverview (1) SRS-regeleenheid/kantelsensor (2) Airbagsensor vóór (3) Zijdelingse impactsensor (druk) (4) Zijdelingse impactsensor (versnelling) 3-54...
  • Pagina 146 Voorwaarden voor activeren airbags De zij- en gordijnairbags worden geactiveerd bij een aanrijding van opzij, waarbij rekening wordt gehouden met de Voorairbags kracht van de botsing. Hoewel de frontairbags voor bestuurder en voorpassagier zijn ontworpen om te worden geactiveerd bij frontale botsingen en zij- en gordijnairbags zijn ontworpen om te worden geactiveerd bij botsingen van opzij, kunnen ze ook...
  • Pagina 147 Zetels & Veiligheidssysteem Voorwaarden voor niet activeren De voorairbags worden mogelijk niet van de airbags geactiveerd bij aanrijdingen van opzij, omdat de inzittenden zich in de richting van de aanrijding bewegen. De zij- en gordijnairbags worden mogelijk wel opgeblazen, afhankelijk van de kracht van de botsing.
  • Pagina 148 2C_AirbagNonOperatingConditionTurnoverCrash Als de auto over de kop slaat, bieden de door een erkende HYUNDAI-dealer. airbags voor geen extra bescherming aan We raden aan om alle werkzaamheden de inzittenden. Ze worden dan ook niet aan het SRS-systeem, zoals verwijderen, geactiveerd.
  • Pagina 149 Als u uw voertuig aanpast door het frame, acht worden genomen. Neem contact het bumpersysteem, het plaatwerk aan op met een officiële HYUNDAI-dealer de voor- of zijkant of de rijhoogte te voor de benodigde informatie. wijzigen, kan dit de werking van het aanvullende beveiligingssysteem van uw voertuig beïnvloeden.
  • Pagina 150 4. Instrumentenpaneel Instrumentenpaneel ......................4-2 Verlichting instrumentenpaneel .................4-3 Meters en tellers ......................4-3 Schakelstandindicator ....................4-6 Waarschuwings- en controlelampjes................. 4-7 Berichten op het instrumentenpaneel ..............4-19 Instrumentendisplay ..................... 4-23 Bediening instrumentendisplay................4-23 Weergavemodi......................4-23 Voertuiginstellingen (infotainmentsysteem)...............4-26 Instellingen voor uw voertuig ...................4-26...
  • Pagina 151 Instrumentenpaneel Instrumentenpaneel Type A 1C_ClusterOverview Type B 1C_ClusterOverview_2 Het werkelijke instrumentenpaneel kan afwijken van de afbeelding. Raadpleeg voor meer informatie het gedeelte "Meters en tellers" in dit hoofdstuk. (1) Snelheidsmeter (2) Power/Charge-meter (3) Kilometerteller (4) Actieradius (5) Ladingstoestandmeter (SOC) accu (6) Waarschuwings- en controlelampjes (7) Instrumentendisplay...
  • Pagina 152 Verlichting Meters en tellers instrumentenpaneel Snelheidsmeter Dashboardverlichting Type A Infotainmentsysteem U kunt de helderheid van de verlichting van het instrumentenpaneel aanpassen in het infotainmentsysteem. Selecteer Cluster/head-updisplay > Helderheid. Het infotainmentsysteem kan wijzigen na software-updates. Kijk voor meer 2C_Speedmeter informatie in de apart geleverde Type B handleiding van het infotaintmentsysteem en de korte...
  • Pagina 153 Instrumentenpaneel Power/Charge-meter Ladingstoestandmeter (SOC) voor hoogspanningsbatterij Type A 2C_PowerChargeGauge 2C_BatteryLevelGauge Type B • De ladingstoestandmeter toont de laadstatus van de hoogspanningsbatterij. • Het lage percentage op de indicator geeft aan dat de hoogspanningsbatterij onvoldoende energie heeft. 100% geeft aan dat de batterij volledig geladen is. •...
  • Pagina 154 Buitentemperatuurmeter Kilometerteller 2C_OutsideTemp 2C_Odometer De buitenomgevingstemperatuur De kilometerteller geeft de totale afstand verschijnt in het onderste gedeelte van aan die met de auto is gereden en dient het display van het cluster. De ook te worden gebruikt om te bepalen temperatuur wordt weergegeven in wanneer periodiek onderhoud nodig is.
  • Pagina 155 Instrumentenpaneel Actieradius • Als de auto niet op een horizontaal vlak staat of nadat de accupolen Type A losgenomen zijn, kan het gebeuren dat de functie actieradius niet goed werkt. Schakelstandindicator 2C_DistanceToEmpty Type B 2C_ShiftPosition De schakelindicator van de automatische transmissie in het onderste gedeelte van het instrumentenpaneel geeft de huidige versnelling of P (parkeren) aan.
  • Pagina 156 Laat uw auto inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer als het Dit controlelampje gaat branden: waarschuwingslampje gaat branden Wanneer de auto klaar voor vertrek is. tijdens het rijden of als het niet uitgaat •...
  • Pagina 157 Als het airbagwaarschuwingslampje gedurende ongeveer 1 minuut. tijdens het rijden blijft branden, raden we u aan uw auto te laten nakijken door een erkende HYUNDAI-dealer. Waarschuwingslampje niveau hoogspanningsbatterij ª Dit waarschuwingslampje gaat branden: Als het laadniveau van de hoogspanningsbatterij laag is.
  • Pagina 158 Als dat gebeurt, rijd dan voorzichtig. Wij laag is. adviseren u de auto te laten controleren - Als het waarschuwingslampje blijft door een officiële HYUNDAI-dealer. branden terwijl de parkeerrem niet De bediening van het rempedaal kan aangetrokken is, kan dit duiden op...
  • Pagina 159 Als het waarschuwingslampje voor de we u aan uw auto te laten inspecteren parkeerrem gaat branden terwijl de door een erkende HYUNDAI-dealer. parkeerrem is losgezet, betekent dit dat WAARSCHUWING het remvloeistofpeil laag is. We raden aan...
  • Pagina 160 • Laag ruitensproeiervloeistofniveau we u aan uw auto te laten inspecteren (indien van toepassing) door een erkende HYUNDAI-dealer. • Storing TPMS (bandenspanningscontrolesysteem) Hoofdwaarschuwingslampje Als het probleem is opgelost, gaat het hoofdwaarschuwingslampje uit.
  • Pagina 161 Safety is ingesteld, raden we aan uw • Als de toets Start/Stop in stand ON auto te laten inspecteren door een staat. Het lampje blijft ongeveer 3 erkende HYUNDAI-dealer. seconden branden en gaat dan uit. • Als een of meer banden een Dit waarschuwingslampje gaat knipperen: aanzienlijke hoeveelheid lucht hebben •...
  • Pagina 162 Collision-Avoidance Assist in werking is gedeblokkeerd, raden we u aan uw auto te laten inspecteren door een Als het gele waarschuwingslampje nog erkende HYUNDAI-dealer. steeds brandt nadat vreemd materiaal van de voorkant van de sensoren is Dit controlelampje knippert: verwijderd nadat Forward Safety is geselecteerd in de instellingen, raden we •...
  • Pagina 163 Raadpleeg voor meer informatie het erkende HYUNDAI-dealer. gedeelte "Lane following assist (LFA - houdt het voertuig in het midden van de Dit waarschuwingslampje gaat knipperen: rijstrook)" in hoofdstuk 7.
  • Pagina 164 • Geel: Wanneer rijstrookveiligheid is u aan uw auto te laten inspecteren door gedeselecteerd, uitgeschakeld of een een erkende HYUNDAI-dealer. storing wordt gedetecteerd. Raadpleeg voor meer informatie het Als het gele waarschuwingslampje blijft gedeelte "Intelligent Speed Limit Assist branden nadat de sensor is blootgelegd (ISLA)"...
  • Pagina 165 OPGELET branden, raden we u aan uw auto te laten nakijken door een officiële De 12 V-accu kan ontladen als u het HYUNDAI-dealer. voertuig verlaat terwijl het indicatielampje Deur open brandt. Dit waarschuwingslampje gaat knipperen: Wanneer er een storing is in een...
  • Pagina 166 Als de Smart Key in de auto is en de toets Start/Stop in stand ON staat, maar de auto de Smart Key niet waarneemt. Laat uw auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. Dit controlelampje knippert: Als er een storing is in het Dit controlelampje gaat branden: startblokkeersysteem.
  • Pagina 167 Instrumentenpaneel Controlelampje mistachterlicht Controlelampje verlichting AAN Dit controlelampje gaat branden: Dit controlelampje gaat branden: Wanneer de mistachterlichten branden. Wanneer de parkeerverlichting of het grootlicht wordt ingeschakeld. Controlelampje dimlicht Indicatielampje grootlichtassistent indien van toepassing Dit controlelampje gaat branden: Dit controlelampje gaat branden: Als het grootlicht brandt met de Wanneer de koplampen aan zijn.
  • Pagina 168 1. Druk op de toets Start/Stop. Druk de aan uw auto te laten nakijken door een toets Start/Stop in stand AAN. officiële HYUNDAI-dealer. 2. Schakel de versnelling naar P Raadpleeg voor meer informatie het (parkeren).
  • Pagina 169 Start/Stop-knop drukt, raden we u aan de Als dit bericht op het dashboard auto te laten inspecteren door een verschijnt en er geen andere externe erkende HYUNDAI-dealer. elektronische apparaten op de auto zijn aangesloten, raden we u aan uw auto te laten inspecteren door een erkende Druk op de START-knop met de HYUNDAI-dealer.
  • Pagina 170 Controlelampje portier, motorkap, Lage bandenspanning achterklep open 2C_TPMSHighLine Deze waarschuwingsmelding wordt 2C_DoorOpenWarning Deze waarschuwing wordt weergegeven weergegeven als de bandenspanning te als een van de portieren, de motorkap of laag is. de achterklep blijft openstaan. De Raadpleeg voor meer informatie het waarschuwing geeft op het clusterdisplay gedeelte "Lampje voor lage aan welke deur open is.
  • Pagina 171 Deze melding wordt weergegeven als er een probleem is met de LED-koplamp. We raden aan om uw voertuig te laten inspecteren door een erkende HYUNDAI-dealer. 2C_RearWiperMode Controleer Active Air Flap-systeem Dit controlelampje geeft weer welke wissersnelheid er is geselecteerd met de Deze melding wordt weergegeven in de bediening van de ruitenwissers.
  • Pagina 172 Instrumentendisplay Bediening instrumentendisplay 2C_ClusterMenuSwitch Schakelaar Functie Toets MODE voor het wijzigen van weergavemodi Schakelaar MOVE voor het wijzigen van functies SELECT/RESET knop voor het instellen of resetten van de geselecteerde functie Weergavemodi Weergavemodi Toelichting Deze modus geeft rijhulpsystemen weer, zoals rijbaan aanhouden Rijassistentie assistent, slimme cruise control, rijbaan volgen assistent enz.
  • Pagina 173 Instrumentenpaneel Driving Assist-weergave Utility (hulp) weergave Gebruik in de Hulpprogramma-weergave (OMHOOG, OMLAAG) schakelaar, kunt u items in de volgende volgorde wijzigen. Huidige rit 2C_DrivingAssistMode LKA/SCC/LFA/HDA Geeft de status weer van de volgende systemen: rijbaan aanhouden assistent, handmatige snelheidslimietassistent, slimme cruise control, rijbaan volgen 2C_CurrentTripInfo assistent en snelweg rijden assistent.
  • Pagina 174 Na laden Bandenspanning 2C_TPMSReset 2C_AfterChargingInfo Het bandenspanningsscherm verschijnt De ritafstand, de totale rijtijd, het om het TPMS-systeem te resetten. gemiddelde energieverbruik en het actuele energieverbruik nadat het Raadpleeg voor meer informatie het voertuig is opgeladen, worden gedeelte weergegeven. Om handmatig te resetten, "Bandenspanningscontrolesysteem drukt u langer dan 1 seconde op de OK (TPMS)"...
  • Pagina 175 Instrumentenpaneel Voertuiginstellingen Instellingen voor uw voertuig (infotainmentsysteem) Voertuiginstellingen in het infotainmentsysteem bieden gebruikersopties voor de instellingen, waaronder functies voor het vergrendelen/ontgrendelen van de portieren, gemaksfuncties, instellingen voor bestuurdersassistentie, enz. Menu voor voertuiginstellingen 2C_AVNOverview • Bestuurdershulp 1. Druk op de knop INSTELLEN op het •...
  • Pagina 176 5. Handige functies Toegang tot uw auto .......................5-6 Smart Key ........................5-6 Startblokkeersysteem....................5-12 Hyundai Digital Key ......................5-12 Digitale sleutel (smartphone)..................5-12 Digitale sleutel (sleutelkaart) ..................5-18 Onderhoud van gebruikt voertuig/digitale sleutel ..........5-23 Beperkingen van het systeem................... 5-23 Portiersloten........................5-24 Portiersloten van buitenaf vergrendelen/ontgrendelen ......... 5-24 Portiersloten van binnenuit ontgrendelen ...............
  • Pagina 177 Ruiten..........................5-41 Elektrisch bedienbare ruiten ..................5-42 Breed schuifdak ......................5-45 Elektrisch zonnescherm.................... 5-46 Omhoog/omlaag kantelen..................5-46 Open-/dichtschuiven ....................5-47 Klembeveiliging......................5-47 Schuif-/kanteldak resetten..................5-48 Waarschuwing geopend schuif-/kanteldak ............5-49 Motorkap ........................5-49 Openen van de motorkap ..................5-49 Sluiten van de motorkap................... 5-50 Bagageruimte voorzijde ....................
  • Pagina 178 5. Handige functies Head-up display ......................5-62 Instellingen head-up display..................5-62 Informatie head-updisplay..................5-63 Voorzorgen voor het gebruik van de head-up display..........5-63 OTA-update voertuigsysteem ..................5-64 Software downloaden ....................5-64 Software-update goedkeuren...................5-64 Software-update voorbereiden ................5-65 Software updaten ......................5-65 Verlichting buitenzijde ....................5-67 Bediening verlichting....................5-67 Grootlicht........................5-68 Richtingaanwijzers.....................5-68 Mistlamp achter ......................5-69...
  • Pagina 179 Ruitenwissers en ruitensproeiers..................5-78 Ruitenwissers voor .....................5-79 Ruitensproeiers voorruit ................... 5-80 Ruitenwisser achter....................5-81 Ruitensproeiers achter....................5-81 Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem............5-82 Automatische verwarming en airconditioning............5-83 Handmatig bediende verwarming en airconditioning ........... 5-84 Werking systeem ....................... 5-89 Onderhoud van het systeem ..................5-91 Ontwasemen en ontdooien voorruit ................
  • Pagina 180 5. Handige functies Interieur........................5-100 Bekerhouder......................5-100 Zonneklep ........................5-101 12V-aansluiting ......................5-102 USB-lader ......................... 5-103 Draadloos oplaadsysteem smartphone ..............5-104 Vehicle to Load (V2L)....................5-106 Klok ........................... 5-106 Kledinghaak.......................5-107 Bevestigingspunt(en) vloermat ................5-107 Bagagenethouder ....................5-108 Hoedenplank ......................5-108 Bagagelade....................... 5-109 Exterieur ........................
  • Pagina 181 4. Controleer of de portieren vergrendeld zijn door aan de portiergreep aan de buitenkant te trekken. Type aanraaksensor 2C_SmartKeyOverview_2 Uw HYUNDAI gebruikt een Smart Key om de bestuurders- en passagiersportieren en de achterklep te vergrendelen of ontgrendelen, en om de auto te starten. (1) Portiervergrendeling...
  • Pagina 182 4. Controleer of de portieren vergrendeld (Als de 3 seconden voorbij zijn, controleer zijn door aan de portiergreep aan de dan of de portieren vergrendeld zijn door buitenkant te trekken. op de vergrendelknop op de Smart Key te drukken. U hoort een enkele pieptoon.) •...
  • Pagina 183 Handige functies Type aanraaksensor Instellen van de functie voor het voorkomen van vergrendelen/ontgrendelen van het portier De portieren kunnen worden vergrendeld of ontgrendeld als de aanraaksensor op de buitenportiergreep reageert bij het wassen van de auto of hevige regen. Druk op de vergrendeltoets van uw Smart Key en meteen daarna langer dan 4 seconden tegelijk op de ontgrendeltoets en de vergrendeltoets om onbedoeld...
  • Pagina 184 Het voertuig op afstand starten (3) De achterklep sluiten: Doe het volgende om de auto op afstand Druk op de toets Achterklep te starten: openen/sluiten (4) op de Smart Key en houd deze vast om de open achterklep te 1. Druk op een afstand van minder dan sluiten.
  • Pagina 185 Smart Key verliest, adviseren we u de Dit kan vooral het geval zijn wanneer de auto en de resterende sleutel onmiddellijk telefoon actief is, bijvoorbeeld tijdens naar een officiële HYUNDAI-dealer te het telefoneren, sms-berichten brengen of, indien nodig, de auto te laten verzenden en of het wegslepen.
  • Pagina 186 3. Plaats het deksel aan de achterzijde van de Smart Key. Als u vermoedt dat de Smart Key beschadigd is of als u denkt dat de Smart Key niet goed werkt, adviseren we u contact op te nemen met een officiële Hyundai-dealer. 5-11...
  • Pagina 187 Druk de toets Start/Stop weer naar UIT en druk daarna opnieuw naar AAN. • Digitale sleutels van Hyundai zijn alleen Het systeem herkent de code van uw beschikbaar op smartphones die sleutel misschien niet als er een andere digitale sleutelfuncties ondersteunen.
  • Pagina 188 2. Na het selecteren van Digitale sleutel > verschillen, dus neem voor meer Digitale sleutel instellen in de My informatie contact op met de Hyundai-app op de smartphone, fabrikant van de smartphone. registreert u de digitale sleutel volgens de instructies op het scherm van de •...
  • Pagina 189 Handige functies De digitale sleutel gebruiken 3. Druk vanuit het infotainmentsysteem op de Ų knop en selecteer (smartphone) vervolgens Voertuig > Digitale sleutel De bestuurder kan het portier > Smartphonesleutel en drukt u op de vergrendelen of ontgrendelen door de knop Opslaan op het scherm van het smartphone op de buitenportiergreep te infotainmentsysteem.
  • Pagina 190 Portieren vergrendelen/ontgrendelen • Als de bestuurder de NFC-antenne van • De locatie van de NFC-antenne op de de digitale sleutel (smartphone) langer smartphone kan per telefoonmodel dan 2 seconden op het verschillen, dus neem voor meer authenticatiepad van de portiergreep informatie contact op met de fabrikant van de bestuurder of passagier plaatst, van de smartphone.
  • Pagina 191 Handige functies Uw digitale sleutel (smartphone) verwijderen Als een gedeelde digitale sleutel Start het voertuig met de Smart Key. (smartphone) voor het eerst wordt Draag de Smart Key bij u in het voertuig. gebruikt, kan de activeringstijd langer duren. Alle geregistreerde digitale sleutels •...
  • Pagina 192 Mijn geregistreerde digitale sleutel verwijderen (smartphone) • Als de geregistreerde digitale sleutel (smartphone) wordt verwijderd, wordt ook de op de smartphone opgeslagen digitale sleutel verwijderd. • Als de digitale sleutel van de smartphone wordt verwijderd, wordt ook de in de auto geregistreerde digitale sleutel (smartphone) verwijderd.
  • Pagina 193 Handige functies Digitale sleutel (sleutelkaart) 4. Registreer uw kaartsleutel door op de Ų knop te drukken en selecteer indien van toepassing vervolgens Voertuig > Digitale sleutel > NFC-kaart sleutel > Opslaan in het infotainmentsysteem. De digitale sleutel (sleutelkaart) registreren Volg de volgende procedure om de sleutelkaart als digitale sleutel te •...
  • Pagina 194 • Portieren vergrendelen/ontgrendelen WAARSCHUWING - Als de bestuurder de digitale sleutel Het voertuig kan worden gestart wanneer (sleutelkaart) langer dan 2 seconden de geregistreerde sleutelkaart op het op het authenticatiepad van de authenticatiepad van het voertuig portiergreep van de bestuurder of (draadloos oplaadpad) wordt geplaatst.
  • Pagina 195 Handige functies • Als u de digitale sleutel (sleutelkaart) • De toets "Verwijderen" is tijdens het rijden op het uitgeschakeld als er geen digitale authenticatiepad (draadloos sleutel (sleutelkaart) geregistreerd is. oplaadpad) in het voertuig laat zitten, kan de digitale sleutel (sleutelkaart) Gepersonaliseerde profiel- en defect raken.
  • Pagina 196 • De personalisatiefunctie werkt alleen wanneer het voertuig UIT staat of wanneer het voertuig op afstand wordt • Het gebruikersprofiel kan niet worden gestart. De personalisatiefunctie werkt gekoppeld aan zowel Bestuurder 1 als niet met de digitale sleutel wanneer het Bestuurder 2 die zijn verbonden met voertuig niet op afstand wordt gestart.
  • Pagina 197 Handige functies Voertuigpersonalisatie met digitale sleutel De beschikbare personalisatiefunctie in het voertuig is als volgt: Systeeminstellin- Personalisatie-item Lamp Knipperend aantal one-touch signaallampjes Instrumenten- Informatieweergave op het instrumentenpaneel, paneel stemvolume, welkomstgeluid Voertuiginstellin- gen infotain- Stoelpositie, Stand achteruitkijkspiegel, mentsysteem Instapgemak Stoel/spiegel Geïntegreerd geheugensysteem (IMS) Portier Automatisch vergrendelen/ontgrendelen van portier Voorkeursvolume van het navigatiesysteem, Recente...
  • Pagina 198 Onderhoud van gebruikt Beperkingen van het systeem voertuig/digitale sleutel • De HYUNDAI Digital Key-app op de smartphone en sleutelkaart werkt mogelijk niet als: Aankoop van een tweedehands - De batterij van de smartphone of de voertuig accu leeg is. Als één van de digitale sleutelapparaten...
  • Pagina 199 Handige functies Portiersloten 3. Trek voorzichtig de behuizing (3) naar buiten terwijl u de ontgrendelingsknop ingedrukt houdt om de behuizing te verwijderen en de sleutelcilinder bloot Portiersloten van buitenaf te leggen. vergrendelen/ontgrendelen 4. Steek de mechanische sleutel in de sleutelcilinder en draai (4) rechtsom om De Smart Key gebruiken het voertuig te ontgrendelen en linksom om het voertuig te...
  • Pagina 200 Met de centrale schakelaar voor het ver/ontgrendelen van portieren • In een koud en nat klimaat werken de portiervergrendeling en Bestuurdersportier portiermechanismen mogelijk niet goed door bevriezingsverschijnselen. • Als het portier een aantal keren snel achter elkaar wordt vergrendeld en weer ontgrendeld, ofwel met de sleutel ofwel met de schakelaar portiervergrendeling, zal de werking...
  • Pagina 201 Handige functies Wat te doen in noodgevallen WAARSCHUWING Laat geen ouderen, kinderen of dieren onbeheerd achter in uw voertuig. Een gesloten voertuig kan extreem heet worden en ouderen, kinderen zonder toezicht of dieren die niet uit het voertuig kunnen ontsnappen, kunnen ernstig gewond raken of overlijden.
  • Pagina 202 Functies voor automatische Automatisch ontgrendelen - Bij uitgezet voertuig portiervergrende- ling/-ontgrendeling Wanneer deze functie is ingesteld in het infotainmentsysteem, worden alle Uw voertuig is uitgerust met functies die portieren automatisch ontgrendeld uw voertuig automatisch vergrendelen of wanneer het voertuig wordt uitgezet. ontgrendelen op basis van instellingen Kijk voor meer informatie in de apart die u selecteert in het...
  • Pagina 203 Handige functies Antidiefstalsysteem Kindersloten achterportieren Dit systeem helpt uw auto en waardevolle spullen te beschermen. De claxon klinkt en de alarmknipperlichten knipperen continu in één van de volgende situaties: • Een portier wordt geopend zonder de smart key. • De achterklep wordt geopend zonder de smart key.
  • Pagina 204 Rear Occupant Alert Probeer geen wijzigingen aan te brengen aan het systeem of het uit te breiden met (Achterbank-passa- andere apparaten. gier-alarm - ROA) • Vergrendel de portieren niet voordat Het ROA-systeem alle passagiers de auto verlaten (achterbank-passagier-alarm) wordt hebben. Als een deur wordt geopend gebruikt om te helpen voorkomen dat de nadat het systeem is ingeschakeld, bestuurder het voertuig verlaat en de...
  • Pagina 205 Achterbankpassagiersalarm is • Als het Geïntegreerde geactiveerd, kan er opnieuw een geheugensysteem niet goed werkt, waarschuwing worden gegeven. adviseren wij u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. 5-30...
  • Pagina 206 Standen in het geheugen Het Geïntegreerde opslaan geheugensysteem resetten 1. Zorg ervoor dat de toets Start/Stop in 1. Zorg ervoor dat de versnelling in P (parkeren) staat en dat het voertuig stand AAN staat en de transmissie in AAN staat, en open vervolgens het stand P (Parkeren).
  • Pagina 207 Handige functies Werking van de Instapfunctie indien van toepassing Het infotainmentsysteem kan wijzigen na De Instapfunctie verplaatst de software-updates. Kijk voor meer bestuurdersstoel automatisch als volgt: informatie in de apart geleverde handleiding van het • Het voertuig uitstappen infotaintmentsysteem en de korte (bestuurdersstoel): handleiding.
  • Pagina 208 Hyundai-dealer. • Er kan een klikkend geluid hoorbaar zijn AANWIJZING van het MDPS-relais na het in stand AAN of UIT zetten van de toets Als het waarschuwingslampje Start/Stop.
  • Pagina 209 Handige functies Hoogte-/diepteverstelling stuurwiel Soms grijpt de ontgrendelingshendel niet Stel het stuurwiel af in de richting van uw compleet aan. Trek de borst, niet naar uw gezicht. Zorg ervoor ontgrendelingshendel naar beneden, stel dat u het instrumentenpaneel en de het stuurwiel weer af en trek de meters goed kunt zien.
  • Pagina 210 Claxon • Automatische temperatuurregeling De stuurwielverwarming begint automatisch de temperatuur van het stuurwiel te regelen als deze handmatig is ingeschakeld. - Wanneer handmatig HIGH (hoog) is geselecteerd: De stuurwielverwarming gaat na 30 minuten automatisch over naar de lage stand. U kunt de stuurwielverwarming uitzetten door de knop in de UIT-stand te tikken.
  • Pagina 211 Handige functies Spiegels Voelbare waarschuwing/tril- lingswaarschuwing stuurwiel Als er een haptisch stuurwiel beschikbaar Binnenspiegel is, trilt het rijhulpsysteem het stuurwiel om de bestuurder te waarschuwen Controleer, voordat u gaat rijden, of de wanneer het systeem gevaarlijke situaties binnenspiegel correct is ingesteld. Stel de aangeeft.
  • Pagina 212 Binnenspiegel met dag-/nachtstand Elektrochrome spiegel indien van toepassing indien van toepassing 2C_InsideRearViewMirrorECM [A] Sensor 2C_InsideRearViewMirrorDayNight [A] Dag De auto staat AAN (¢ controlelampje is [B] Nacht AAN); de lichtreflecties van voertuigen Voordat u 's nachts gaat rijden, trekt u de achter u worden automatisch gedimd hendel onder aan de spiegel naar u toe met behulp van de sensor in de...
  • Pagina 213 Handige functies Buitenspiegels AANWIJZING • Schraap geen ijs van de spiegel. Dit kan het oppervlak van het glas beschadigen. • Forceer de buitenspiegel niet als deze vastgevroren is. Gebruik een goedgekeurde ruitontdooier (geen koelvloeistof) of een spons of zachte doek met zeer warm water, of zet de auto op een warme plaats om het ijs te laten smelten.
  • Pagina 214 - De spiegel klapt in of uit wanneer het AANWIJZING portier wordt vergrendeld of ontgrendeld door de aanraaksensor • De spiegels stoppen hun beweging als aan te raken aan de buitenkant van de maximale stelhoek is bereikt. De het portier of de hendelknop in te stelmotor blijft echter draaien zolang drukken.
  • Pagina 215 Handige functies Parkeerhulp bij achteruit Modus Gebruikersinstellingen parkeerhulp bij achteruit parkeren parkeren U kunt de hoek van de hoek van de indien van toepassing buitenspiegel veranderen als u moeilijk achteruit kunt kijken in de standaard neerwaartse spiegelhoek voor achteruit rijden. Bij levering van het voertuig moet u de neerwaartse hoek van de linker- en rechter buitenspiegel verschillend...
  • Pagina 216 Ruiten Voor/Achter 1C_WindowOpenClose (1) Schakelaar ruitbediening bestuurdersportier (2) Schakelaar ruitbediening passagiersportier (3) Schakelaar ruitbediening achterportier (links) (4) Schakelaar ruitbediening achterportier (rechts) (5) Ruiten openen en sluiten (6) Elektrisch bedienbare ruiten (7) Vergrendelknop elektrische ruiten/Elektronisch kinderslot 5-41...
  • Pagina 217 HYUNDAI-dealer. WAARSCHUWING Zorg ervoor dat lichaamsdelen en andere voorwerpen zich op een veilige afstand bevinden voordat u de ruiten sluit. De...
  • Pagina 218 Klembeveiliging WAARSCHUWING Zorg ervoor dat lichaamsdelen en voorwerpen zich op een veilige afstand bevinden voordat u de ruiten sluit. Zo voorkomt u letsel of schade aan de auto. Als een voorwerp met een diameter van minder dan 4 mm tussen de ruit en de sponning terechtkomt, wordt de extra weerstand mogelijk niet opgemerkt door de klembeveiliging en stopt de ruit niet en...
  • Pagina 219 Handige functies Ruit op afstand openen/sluiten WAARSCHUWING indien van toepassing Laat kinderen niet met de elektrische ruiten spelen. Laat de blokkeerschakelaar voor de ruitbediening van de bestuurder in de stand vergrendeld staan. Ernstig of dodelijk letsel kan het gevolg zijn van onbedoelde bediening van de ruiten door een kind.
  • Pagina 220 Breed schuifdak indien van toepassing • De ruit op afstand openen/sluiten werkt alleen bij voertuigen voorzien van Indien uw auto is uitgerust met een elektrisch bedienbare ruiten met schuif-/kanteldak, kunt u dit met behulp klembeveiliging. van de schakelaar in de dakconsole openschuiven of kantelen.
  • Pagina 221 Handige functies AANWIJZING Bedien het schuif-/kanteldak niet Het is normaal dat het materiaal van het wanneer dakstangen op de auto zijn elektrische zonnescherm kreukt. gemonteerd of wanneer er bagage op het dak ligt. Omhoog/omlaag kantelen Elektrisch zonnescherm 2C_WideSunroofTiltOpen • Duw de hendel van het schuif-/kanteldak omhoog en het glas 2C_WideSunroofSunblindOpen Gebruik het elektrische zonnescherm om...
  • Pagina 222 Open-/dichtschuiven Klembeveiliging 2C_WideSunroofAutoReverse 2C_WideSunroofSlideOpen • Duw de schakelaar van het Als het elektrische zonnescherm of het glas van het schuif-/kanteldak een schuif-/kanteldak naar achteren tot de eerste klikstand. Het glas van het obstakel waarneemt tijdens het sluiten, verandert het van richting en stopt het schuif-/kanteldak gaat open.
  • Pagina 223 Handige functies Schuif-/kanteldak resetten AANWIJZING • Duw niet meer tegen de hendel als het schuif-/kanteldak volledig is geopend, gesloten of gekanteld. Er kan schade aan de motor van het schuif-/kanteldak optreden of er kan een storing in het schuif-/kanteldaksysteem optreden. •...
  • Pagina 224 Motorkap 5. Duw de hendel van het schuif-/kanteldak nogmaals naar voren en houd hem in die positie totdat het elektrische zonnescherm en het glas Openen van de motorkap van het schuif-/kanteldak openen en 1. Parkeer het voertuig en trek de sluiten.
  • Pagina 225 Handige functies Bagageruimte voorzijde Sluiten van de motorkap 1. Controleer het volgende in en rond de motorruimte voordat u de motorkap Bagageruimte voorzijde sluit: openen • Alle gereedschappen of andere losse voorwerpen zijn verwijderd. 1. Open de motorkap. • Alle handschoenen, doekjes of ander 2.
  • Pagina 226 Achterklep WAARSCHUWING indien van toepassing • Bewaar nooit sigarettenaanstekers, gasflessen of andere ontvlambare/explosieve materialen in Achterklep openen de auto. Deze voorwerpen kunnen ontbranden en/of exploderen als de auto langere tijd aan hoge Van de buitenkant openen temperaturen wordt blootgesteld. AANWIJZING •...
  • Pagina 227 Handige functies Achterklep sluiten Noodontgrendeling achterklep Breng en druk de achterklep omlaag totdat deze vergrendelt. Controleer altijd of hij goed vastzit door aan het handvat te trekken. WAARSCHUWING 2C_EmergencyPowerTailgateOpen Om de achterklep handmatig van binnenuit de bagageruimte te ontgrendelen en openen, doet u het volgende: 1.
  • Pagina 228 Elektrisch bedienbare AANWIJZING achterklep • De elektrische achterklep mag niet met de hand worden gesloten of geopend. indien van toepassing Hierdoor kan de elektrische achterklep beschadigen. Als u de elektrische achterklep met de hand moet sluiten of Gebruiksomstandigheden openen als de accu leeg is of van de elektrische achterklep losgekoppeld is, moet u weinig kracht De elektrische achterklep werkt als de...
  • Pagina 229 We • In een koud en nat klimaat werkt de adviseren u contact op te nemen met toets elektrische achterklep openen een officiële HYUNDAI-dealer. aan de buitenzijde mogelijk niet door bevriezingsverschijnselen. Als dit het • Bedien de elektrische achterklep niet geval is, verwijder dan het ijs voordat u onder de volgende omstandigheden.
  • Pagina 230 Elektrische achterklep Druk tijdens het openen van de achterklep op de toets om de elektrische bedienen achterklep stil te zetten. Houd de toets elektrische achterklep Toets elektrische achterklep open/sluiten ingedrukt terwijl de openen/sluiten (Smart Key, achterklep geopend is om deze instrumentenpaneel) vervolgens te sluiten.
  • Pagina 231 Handige functies Toets openen/sluiten elektrische achterklep (binnenin de elektrische achterklep) De elektrische achterklep kan stoppen met werken als de automatische klembeveiliging meer dan twee keer in werking treedt terwijl geprobeerd wordt de achterklep te openen of sluiten. Als dat gebeurt, open of sluit de achterklep dan voorzichtig met de hand en probeer na 30 seconden weer om de elektrische achterklep automatisch te laten werken.
  • Pagina 232 Als het u de auto te laten nakijken door een gebruikersprofiel wordt gewijzigd, officiële Hyundai-dealer. worden de instellingen voor de openingssnelheid en openingshoogte van de elektrische achterklep overeenkomstig gewijzigd. 5-57...
  • Pagina 233 Handige functies Slimme achterklep Noodontgrendeling achterklep indien van toepassing 2C_EmergencyPowerTailgateOpen 2C_SmartTailGate Om de achterklep handmatig van Bij auto's met het Smart Key-systeem kan binnenuit de bagageruimte te de achterklep dankzij het Smart ontgrendelen en openen, doet u het Tailgate-systeem worden geopend volgende: zonder dat de achterklep aangeraakt 1.
  • Pagina 234 • De smart key wordt binnen 15 seconden 3. Automatisch openen gedetecteerd nadat de portieren zijn Nadat de alarmknipperlichten brand en gesloten en vergrendeld en binnen 1,5 het signaal 6 keer klinkt, gaat de slimme m vanaf de voorzijde van de hendels. achterklep open.
  • Pagina 235 Handige functies Detectiezone • Slimme achterklep werkt mogelijk niet naar behoren wanneer: - De Smart Key bevindt zich in de buurt van een andere zender (bijvoorbeeld van een radiostation of een luchthaven), waardoor de normale werking van de afstandsbediening verstoord kan worden. - De smart key bevindt zich dicht bij een radiozend- en 2C_SmartTailgateSensingRange...
  • Pagina 236 Elektrische laadklep • De laadklepverwarming stopt automatisch wanneer deze meer dan Elektrische laadklep openen 20 minuten in werking is. Als de Ī knop is gedeactiveerd, is de laadklepverwarming ook gedeactiveerd. AANWIJZING Probeer de laadklep niet open te wrikken met gereedschap. 2C_ChargingDoorPushOpen Elektrische laadklep sluiten 1.
  • Pagina 237 Handige functies Head-up display AANWIJZING indien van toepassing • Als de laadklep niet open of dicht gaat omdat er zich ijs omheen heeft gevormd, tik er dan zachtjes op of druk op de klep om het ijs te breken en de klep te ontgrendelen.
  • Pagina 238 Voorzorgen voor het gebruik van de head-up display Het infotainmentsysteem kan wijzigen na • In de volgende situaties kan het software-updates. Kijk voor meer moeilijk zijn om de informatie op het informatie in de apart geleverde head-updisplay te lezen: handleiding van het - Als de bestuurder niet goed in de infotaintmentsysteem en de korte bestuurdersstoel zit.
  • Pagina 239 Handige functies OTA-update • Zorg dat de voorruit geen getint glas heeft en breng geen andere types voertuigsysteem metalen coatings aan. Anders is het beeld van de head-updisplay mogelijk indien van toepassing niet zichtbaar. Met de OTA (Over-the-Air) • Plaats geen accessoires op het software-updatefunctie kunt u software dashboard en bevestig geen draadloos bijwerken naar de nieuwste...
  • Pagina 240 Software-update Software updaten voorbereiden Als u op de toets Start op het scherm drukt, begint het voertuig automatisch met het installeren van de update. Er moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden: • Het voertuig moet zijn uitgeschakeld. • De versnelling moet in stand P (parkeren) staan.
  • Pagina 241 "OTA-software-update" op de website wijzigt of vervangt. van HYUNDAI of scan de QR-code op • Open tijdens de update de motorkap het scherm. niet en vervang de accu niet in het voertuig. De update kan mislukken.
  • Pagina 242 Verlichting buitenzijde Zelfs als de AUTOMATISCHE koplampfunctie is ingeschakeld, wordt aanbevolen om de koplampen handmatig AAN te zetten wanneer u 's nachts of in Bediening verlichting mist rijdt, in de regen rijdt of wanneer u Draai, om de verlichting te bedienen, de donkere gebieden binnenrijdt, zoals knop op het uiteinde van de tunnels en parkeerfaciliteiten.
  • Pagina 243 Trek de hendel naar u toe om het niet knippert of ongewoon knippert, is grootlicht uit te schakelen. Het dimlicht één van de richtingaanwijzerlampen gaat aan. mogelijk doorgebrand en moet deze mogelijk worden vervangen. We adviseren u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. 5-68...
  • Pagina 244 Energiebesparingsfunctie One Touch Turn Signal (one-touch passeerknipperlicht) Om te voorkomen dat de accu leegraakt, Om de One Touch richtingaanwijzer te schakelt het systeem automatisch het gebruiken, duwt u de stadslicht uit wanneer de bestuurder het richtingaanwijzerhendel omhoog of voertuig uitzet en het bestuurdersportier omlaag naar stand (B) en laat u deze opent.
  • Pagina 245 Als de functie niet correct werkt, raden omstandigheden: we u aan het systeem door een officiële HYUNDAI-dealer te laten controleren. • De lampjes in de interieurknoppen gaan Probeer de bedrading niet zelf te een tijdje branden wanneer het portier controleren of vervangen.
  • Pagina 246 Dagrijverlichting (DRL) Verlichting portiergreep Wanneer alle portieren (en de achterklep) De dagrijverlichting (DRL) zorgt ervoor gesloten en vergrendeld zijn, gaat het dat medeweggebruikers uw auto overdag lampje op de portiergrepen ongeveer 15 beter zien, met name na zonsopgang en seconden branden als: voor zonsondergang.
  • Pagina 247 Handige functies High Beam Assist (HBA - Interieurverlichting Wanneer de schakelaar van de assistent voor grootlicht) binnenverlichting in de stand ć staat en alle portieren (en de achterklep) zijn indien van toepassing gesloten en vergrendeld, gaat de interieurverlichting gedurende 30 seconden branden wanneer: •...
  • Pagina 248 High Beam Assist bediening AANWIJZING • Na het selecteren van HBA (High Beam • Houd de frontzichtcamera altijd in Assist, grootlichtassistent) uit het goede staat om de optimale prestaties infotainmentsysteem om High Beam van High Beam Assist te waarborgen. Assist te bedienen: •...
  • Pagina 249 X het vanwege uitlaatgassen, rook, mist, waarschuwingslampje op het sneeuw, storm, opspattend water op de instrumentenpaneel kan gaan branden. weg of condensatie op de voorruit, enz. We raden u aan het systeem door een officiële HYUNDAI-dealer te laten controleren. 5-74...
  • Pagina 250 Interieurverlichting Raadpleeg het gedeelte “Ondersteuning WAARSCHUWING botsing vermijden voorzijde (FCA)” in hoofdstuk 7 voor meer informatie over de Gebruik de interieurverlichting niet beperkingen van de frontzichtcamera. wanneer u in het donker rijdt. De interieurverlichting kan uw zicht belemmeren en een aanrijding veroorzaken.
  • Pagina 251 Handige functies Koplampen Interieurverlichting Type A 2C_MapLampButton 2C_RoomLamp • Druk opnieuw op de lens om het Type B leeslampje in of uit te schakelen. Dit lampje heeft een gerichte lichtbundel waarmee de bestuurder en de voorpassagier in het donker een kaart of iets anders kunnen lezen.
  • Pagina 252 Lampje make-upspiegel Sfeerverlichting indien van toepassing 2C_SunvisorLamp Druk op de schakelaar om de verlichting 2C_MoodLamp in of uit te schakelen. [A] Bestuurdersportier, voorpassagiersportier [B] Open lade passagiersstoel • ĉ: De verlichting wordt ingeschakeld Om de helderheid en kleur van het als er op deze toets wordt gedrukt.
  • Pagina 253 Handige functies Ruitenwissers en Lamp bagageruimte ruitensproeiers Ruitenwissers/-sproeiers voor 2C_LuggageRoomLamp De bagageruimteverlichting gaat branden als de achterklep wordt geopend en gaat uit als de achterklep wordt 2C_WiperSwitchOverview gesloten. Ruitenwisser/-sproeier achter AANWIJZING Sluit de achterklep na gebruik om onnodige ontlading van de batterij te voorkomen.
  • Pagina 254 Ruitenwissers voor Automatische regeling (AUTO) Werkt als volgt wanneer het voertuig indien van toepassing wordt ingeschakeld. • 2: De wisser wist met een hogere snelheid. • 1: De wisser wist met een lagere snelheid. • ---: De wisser wist met dezelfde intervallen.
  • Pagina 255 Handige functies Ruitensproeiers voorruit WAARSCHUWING Wanneer de buitentemperatuur beneden het vriespunt is, verwarm de voorruit dan altijd door deze te ontwasemen om te voorkomen dat de ruitensproeiervloeistof op de ruit bevriest en uw zicht belemmert, waardoor een ongeval met ernstig letsel of overlijden tot gevolg kan ontstaan.
  • Pagina 256 Ruitenwisser achter Ruitensproeiers achter 2C_WiperRearOperation 2C_WasherRearSwitch De schakelaar voor de achterruitenwisser Duw de hendel van u af om en -sproeier bevindt zich aan het uiteinde ruitensproeiervloeistof op de achterruit te van de ruitenwisser- en sproeien en de achterruitwisser 1-3 maal sproeierschakelaar.
  • Pagina 257 Handige functies Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem 1C_AutoAircon De toetsen van het Verwarmings- en ventilatiesysteem kunnen verschillen, afhankelijk van de voertuigspecificatie. (1) AUTO (2) OFF (uit) (3) Informatiescherm klimaatregeling (4) A/C (airconditioning) (5) SYNC (6) ALLEEN BESTUURDER (7) Luchttoevoertoets (8) Temperatuurregelknop bestuurderszijde (9) Aanjagerknop (10)Luchtcirculatietoets (11) Temperatuurregelknop passagierszijde...
  • Pagina 258 Automatische verwarming en 2. Duw de temperatuurschakelaar omhoog of omlaag naar de gewenste airconditioning temperatuur. Als de temperatuur wordt Het Automatisch verwarmings- en ingesteld op de laagste stand, werkt de ventilatiesysteem wordt bediend door de airconditioning continu. Als het gewenste temperatuur in te stellen. interieur voldoende is afgekoeld, zet u 1.
  • Pagina 259 Handige functies Luchtcirculatietoets AANWIJZING 2C_AirconModeSelection 2C_SolarRadiationSensor De schakelaar regelt de circulatie van de Plaats nooit iets in de buurt van de sensor, lucht door het ventilatiesysteem. zodat een optimale werking van het verwarmings- en airconditioningssysteem gegarandeerd blijft. Handmatig bediende verwarming en airconditioning 1.
  • Pagina 260 Richting van de luchtstroom 1C_AutoAirconModeSelectionOverview Symbool Werking Richting De lucht stroomt naar het bovenlichaam en het hoofd. Daarnaast kan iedere uitstroomopening versteld worden om B, D, F de richting van de luchtstroom te wijzigen. De lucht stroomt wordt naar het gezicht en de B, C, D, E, F voetenruimte.
  • Pagina 261 Handige functies Toets voorruitontwaseming [A], [D] Uitstroomopeningen dashboard Voor 2C_AirconFrontDefrostButton Om de voorruitontwaseming in te 2C_FrontVent Achter schakelen, drukt u op de toets voorruitontwaseming (controlelampje AAN). Als de voorruitontwaseming is ingesteld, wordt de buitenluchtmodus (frisse lucht) automatisch geselecteerd en wordt de airconditioning ingeschakeld op basis van de gedetecteerde omgevingstemperatuur.
  • Pagina 262 Temperatuurregelknop Een deel van de luchtstroom kan bij andere stoelen komen om de binnenlucht aangenaam te houden in de modus ALLEEN BESTUURDER. Wanneer Ontwasemen voor de voorruit wordt gebruikt, blijven de luchtblazers aan beide zijden van de voorruit werken, ongeacht de activering van ALLEEN BESTUURDER.
  • Pagina 263 Handige functies Luchttoevoertoets WAARSCHUWING Om ernstig of dodelijk letsel te Stand toevoer recirculatielucht voorkomen: • Als het verwarmings- en ventilatiesysteem in de recirculatiestand blijft werken, kan de luchtvochtigheid in het voertuig WL_RecirculationModeLamp toenemen, waardoor de voorruit en de Als de recirculatie is geselecteerd, wordt zijruiten kunnen beslaan en het zicht lucht uit het passagierscompartiment kan worden belemmerd.
  • Pagina 264 Werking systeem Airconditioning Koeling / ventilatie 1. Zet de modus in de ĭ stand. 2. Schakel de stand BUITENLUCHT in met de luchttoevoertoets. 3. Stel de temperatuur in op de gewenste waarde. 4. Zet de aanjager op de gewenste snelheid. 2C_AutoAirconButton Druk op de knop A/C om het systeem Verwarmen...
  • Pagina 265 Airconditioning houden. Het airconditioningsysteem van uw • Als u de airconditioning overmatig HYUNDAI is afgevuld met R-134a of gebruikt, kan het verschil tussen de R-1234yf koudemiddel. temperatuur van de buitenlucht en die van de voorruit ertoe leiden dat de 1.
  • Pagina 266 HYUNDAI-dealer. Als er onder ongunstige geventileerde ruimte, zodat het omstandigheden gereden wordt, systeem goed en veilig blijft werken. bijvoorbeeld in een stoffige omgeving of...
  • Pagina 267 Handige functies Auto’s met R-134a Type A WL_DoAirconRepairByTechnician Om ernstig letsel te voorkomen, mag onderhoud aan de airconditioning alleen worden uitgevoerd door geschoolde en 2C_RefrigerantLabel Type B gecertificeerde technici. R-134a werkt onder hoge druk. Reclaim alle koudemiddelen met de juiste apparatuur.
  • Pagina 268 Ontwasemen en Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem ontdooien voorruit Binnenzijde voorruit ontwasemen WAARSCHUWING Gebruik het ontdooiniveau niet in de Ç stand in combinatie met koelen bij een extreem hoge luchtvochtigheid. Het buitenoppervlak van de voorruit kan beslaan en het zicht verminderen, waardoor een aanrijding kan ontstaan die ernstig letsel of de dood tot gevolg kan hebben.
  • Pagina 269 Handige functies Ontwasemen voorruit Buitenzijde voorruit ontdooien (verwarming) Achterruitverwarming AANWIJZING Gebruik nooit scherpe voorwerpen of een ruitenreiniger met schuurmiddelen om de ruit te reinigen om schade aan de achterruitverwarming te voorkomen. 2C_InsideDefrostProcedure_2 (1) Stel de aanjager in op de hoogste snelheid.
  • Pagina 270 Extra voorzieningen verwarmings- en • Verwijder eerst eventueel aanwezige sneeuw van de achterruit voordat de ventilatiesysteem achterruitverwarming wordt ingeschakeld. • De achterruitverwarming wordt na ongeveer 20 minuten of wanneer de Het infotainmentsysteem kan wijzigen na toets Start/Stop in stand UIT wordt software-updates.
  • Pagina 271 Handige functies Automatisch Voorwaarden voor gebruik ontwasemingssysteem De automatische droogfunctie van de airconditioning werkt onder de volgende omstandigheden: • Het voertuig wordt uitgeschakeld nadat de airconditioning gedurende een bepaalde periode is gebruikt. • Het batterijniveau is voldoende en de buitentemperatuur is boven een bepaald niveau.
  • Pagina 272 Als de airconditioning is uitgeschakeld of AANWIJZING recirculatie handmatig is geselecteerd terwijl het automatische Verwijder de behuizing van de sensor ontwasemingssysteem AAN staat, boven aan de voorruit niet. Schade wordt knippert het controlelampje van het mogelijk niet gedekt door de garantie van automatische ontwasemingssysteem uw voertuig.
  • Pagina 273 Handige functies Lucht opnieuw laten Recirculerende lucht bij het circuleren na gebruik van betreden van een tunnel sproeivloeistof indien van toepassing Om de instroom van vervuilde lucht in het indien van toepassing voertuig te voorkomen wanneer u door De recirculatiemodus wordt automatisch een tunnel rijdt, worden de ruiten en het geactiveerd om de geur van de verwarmings- en ventilatiesysteem als...
  • Pagina 274 Opbergvak • Wanneer u een tunnel binnenrijdt, kan de recirculatiemodus ervoor zorgen dat de voorruit beslaat. Gebruik de knop WAARSCHUWING van de voorruitontwaseming. Bewaar nooit sigarettenaanstekers, • De functie werkt niet in korte tunnels. gasflessen of andere • De functie wordt mogelijk niet ontvlambare/explosieve materialen in de geactiveerd als de GPS niet goed auto.
  • Pagina 275 Handige functies Uitneembaar tussenschot Open lade passagiersstoel 2C_OpenTray U kunt deze ruimte gebruiken voor het 2C_PartitionCenterConsole opbergen van kleine spullen. Het uitneembare tussenschot (1) kan worden verwijderd om de opbergruimte WAARSCHUWING te vergroten. Plaats geen scherpe voorwerpen in de open lade. Bij plotseling stoppen of een Dashboardkastje aanrijding kunt u ernstig letsel oplopen.
  • Pagina 276 Zonneklep Armsteun achterbank 2C_RearSeatCupHolder 2C_Sunvisor Druk de armsteun naar beneden om de Trek de zonneklep omlaag om deze te bekerhouders te kunnen gebruiken. kunnen gebruiken WAARSCHUWING Om de zonneklep te gebruiken om de zon vanaf het zijraam te blokkeren, trekt u •...
  • Pagina 277 Handige functies 12V-aansluiting AANWIJZING Opbergvak middenconsole (binnen) Om beschadiging van de 12V-aansluitingen te voorkomen: • Gebruik de 12V-aansluiting alleen als de auto is ingeschakeld en verwijder de plug van het apparaat na gebruik uit de aansluiting. Als de 12V-aansluiting gedurende langere tijd wordt gebruikt terwijl de auto is uitgeschakeld, kan de accu ontladen.
  • Pagina 278 USB-lader De USB-oplader is ontworpen om • De laadstatus van de batterij kan batterijen van kleine elektronische worden gecontroleerd op het apparaten op te laden met een elektronische apparaat. USB-kabel. • Verwijder de USB-kabel na gebruik uit Voor de USB-aansluiting. •...
  • Pagina 279 Voor meer informatie over accessoires 1. De draadloze smartphone-oplader is voor HYUNDAI-voertuigen, neemt u beschikbaar wanneer alle portieren zijn contact op met een officiële gesloten en de toets Start/Stop in stand HYUNDAI-dealer.
  • Pagina 280 AANWIJZING • Verwijder andere voorwerpen, inclusief • Het draadloze oplaadsysteem voor de Smart Key, van het draadloze smartphones is mogelijk niet geschikt oplaadpad. voor bepaalde smartphones, die niet voldoen aan de Qi-specificatie ( ). • Voor vouwbare smartphones: wanneer u draadloos oplaadt, plaatst u de •...
  • Pagina 281 Handige functies Vehicle to Load (V2L) • De smartphone laadt mogelijk niet op als het een dik hoesje heeft. indien van toepassing • Sommige magnetische voorwerpen zoals credit cards, telefoonkaarten of OV-kaarten kunnen worden beschadigd als zij tijdens het opladen bij de smartphone worden gelaten.
  • Pagina 282 • Plaats geen automatten op elkaar (bv. een rubber mat bovenop een gestoffeerde automat). Op iedere plaats mag slechts één automat worden geplaatst. WAARSCHUWING Om verstoring van de pedaalbediening te 2C_CoatHookWarning voorkomen, adviseert HYUNDAI dat u de originele HYUNDAI automat voor in uw auto gebruikt. 5-107...
  • Pagina 283 We adviseren u voor het aanschaffen van de achterklep omhoog gaat, koppelt u een bagagenet contact op te nemen met de riem (1) los van de riemhouder van een officiële HYUNDAI-dealer. de achterklep. WAARSCHUWING Hoedenplank verwijderen • Voorkom oogletsel. Overstrek het bagagenet niet.
  • Pagina 284 • Oefen geen overmatige druk of gewicht • Om de hoedenplank te ontgrendelen, uit op de hoedenplank. De drukt u op de vergrendeling [B], laat u hoedenplank kan beschadigd zijn. de plank zakken en trekt u de plank er schuin uit. OPGELET De inhoud van de bagageruimte vergroten...
  • Pagina 285 Handige functies Exterieur De inhoud van de bagageruimte vergroten Om de inhoud van de bagageruimte Dakrails vergroten: 1. Til de bovenste plank op aan het indien van toepassing handvat en verwijder de plank. 2C_RoofRack 2C_CargoBoard Uw voertuig is mogelijk uitgerust met 2.
  • Pagina 286 Infotainmentsysteem WAARSCHUWING • Er kan schade aan uw auto ontstaan, als AANWIJZING u meer dan het toegestane gewicht op de dakrails vervoert. • Installeer geen HID-koplamp van een externe leverancier. Er kunnen 100 kg (220 lbs.) storingen optreden in het DAKRAILS GELIJKMATIG VERDEELD audiosysteem en de elektronische...
  • Pagina 287 MP3 of USB op de USB-poort aangesloten apparaten beschadigen. hebt aangesloten, kunt u naar muziek Voor meer informatie over accessoires voor HYUNDAI-voertuigen, adviseren luisteren via de luidsprekers van het voertuig of afspelen op het we u contact op te nemen met een infotainmentsysteem.
  • Pagina 288 Antenne SEEK/PRESET ( Als de SEEK/PRESET-schakelaar gedurende 0,8 seconden of langer naar boven of beneden wordt gedrukt, werkt hij in de volgende modi: • RADIO-modus De schakelaar activeert de functie AUTOMATISCH ZOEKEN. Er wordt gezocht totdat u de schakelaar loslaat. •...
  • Pagina 289 Handige functies Infotainmentsysteem Bluetooth® draadloze technologie 2C_AVNOverview Kijk voor meer informatie in de apart 2C_SteeringWheelCallButton geleverde handleiding van het infotaintmentsysteem. Spraakherkenning 2C_Microphone (1) Toets Bellen/Beantwoorden/Gesprek beëindigen (2) Microfoon Kijk voor meer informatie in de apart 2C_SteeringWheelVoiceRecognitionButton geleverde handleiding van het Kijk voor meer informatie in de apart infotaintmentsysteem.
  • Pagina 290 6. Met uw auto rijden Vóór het rijden .........................6-3 Voor het instappen ......................6-3 Vóór het starten ......................6-3 Toets start/stop .......................6-4 Standen van de toets Start/Stop ................6-5 Starten van de auto......................6-6 De auto uitzetten ......................6-7 Starten op afstand .......................6-8 Reductieoverbrenging ....................6-8 Bediening reductieoverbrengingshendel ..............6-8 Berichten op het instrumentenpaneel ..............6-12 Goede rijgewoonten ....................
  • Pagina 291 Emergency Stop Signal (ESS) (noodstopsignaal) ........... 6-39 Multi-Collision Brake (MCB) ..................6-39 Remhulpsysteem (BAS) .................... 6-40 Goede remgewoonten ....................6-41 Geïntegreerde rijmodusregeling................... 6-41 Rijmodus ........................6-41 Kenmerken rijdmodus....................6-43 Active Air Flap........................ 6-44 Storing........................6-44 Active Sound Design..................... 6-45 Rijden onder speciale rijomstandigheden ..............6-45 Rijden onder gevaarlijke omstandigheden..............
  • Pagina 292 Vóór het rijden WAARSCHUWING Om de kans op ERNSTIG LETSEL te beperken, moeten de volgende Voor het instappen voorzorgsmaatregelen getroffen worden: • Zorg ervoor dat alle ruiten, • Doe uw veiligheidsgordel ALTIJD om. buitenspiegel(s) en lampen schoon en Alle inzittenden moeten tijdens het onbedekt zijn.
  • Pagina 293 Met uw auto rijden Toets start/stop WAARSCHUWING • Druk de toets Start/Stop NOOIT in als de auto in beweging is, behalve in een noodsituatie. Hierdoor wordt de auto uitgeschakeld en valt de stuur- en rembekrachtiging uit. Hierdoor is voor het sturen en remmen aanzienlijk meer kracht nodig en kunt u een ongeval veroorzaken.
  • Pagina 294 Standen van de toets Start/Stop Stand Actie Opmerkingen startknop Zet de motor uit door op de toets Start/Stop te drukken terwijl het voertuig in stand P (parkeren) staat. Als de toets Start/Stop wordt OFF (uit) ingedrukt als de auto naar D (rijden), R (achteruit) of N (neutraal) is geschakeld, verschuift de versnelling automatisch naar P (parkeren).
  • Pagina 295 Met uw auto rijden Starten van de auto Starten van de auto 1. Zorg ervoor dat u de Smart Key altijd bij WAARSCHUWING u hebt. • Draag tijdens het rijden altijd geschikte 2. Controleer of de parkeerrem is schoenen. Ongeschikte schoenen, geactiveerd.
  • Pagina 296 Noodstart AANWIJZING Om schade aan de auto te voorkomen: Druk de toets Start/Stop nooit langer dan 10 seconden in, behalve wanneer de remlichtzekering is doorgebrand. Wanneer de remlichtzekering is doorgebrand, kunt u de auto niet normaal starten. Vervang de zekering door een nieuwe.
  • Pagina 297 Met uw auto rijden Reductieoverbrenging Starten op afstand 2C_SmartKeyRemoteStartButton 2C_ShiftButtonOverview U kunt de auto starten met de Remote [A] Draaiknop voor schakelen Start-toets van de smart key. [B] P (parkeren) -toets Doe het volgende om de auto op afstand te starten: Bediening 1.
  • Pagina 298 Draaischakelaar/draaiende schakelknop In voertuigen met de elektronische parkeerrem (EPB) wordt de EPB P (Parkeren) automatisch ingeschakeld als u naar P Zorg ervoor dat de auto volledig tot (Parkeren) schakelt. stilstand is gekomen voordat stand P (parkeren) wordt ingeschakeld. R (Achteruit) Gebruik deze stand om de auto achteruit te rijden.
  • Pagina 299 Met uw auto rijden Zet de draaiende schakelknop naar N AANWIJZING (neutraal) door hem eenmaal met de klok mee of tegen de klok in te draaien. • Als de auto tot stilstand wordt gebracht in de stand R (achteruit) of D (rijden), Als de huidige stand D (rijden) is, draait u schakelt de versnelling automatisch de draaiende schakelknop tegen de klok...
  • Pagina 300 • Zorg ervoor dat de auto volledig tot 2. Draai de schakelknop naar stand N stilstand is gekomen voordat stand D (neutraal) terwijl u het rempedaal (rijden) wordt ingeschakeld om schade loslaat. aan de reductiewieltandkast te 3. Als u uw voet van het rempedaal haalt, voorkomen.
  • Pagina 301 • Als de auto wordt afgezet met in de (12V-accu)" in hoofdstuk 8) of neem stand R (achteruit), D (rijden) of N contact op met een officiële (neutraal). HYUNDAI-dealer. • Wanneer het bestuurdersportier openstaat terwijl de auto aanstaat met Parkeren de transmissie in de stand of R...
  • Pagina 302 HYUNDAI-dealer. Als dit bericht wordt weergegeven wanneer de toets niet wordt ingedrukt, raden wij u aan uw auto door een erkende HYUNDAI-dealer te laten nakijken. Fout in schakelsysteem Deze melding wordt weergegeven als er een storing optreedt met de draaiende schakelknop.
  • Pagina 303 • Activeer altijd de parkeerrem voordat u de rijbaan op. de auto verlaat. Vertrouw niet uitsluitend op stand P (parkeren) van de • HYUNDAI adviseert u om u altijd aan de transmissie om de auto op zijn plaats te aangegeven snelheidslimieten te houden.
  • Pagina 304 Regeneratief • Trek aan de rechter schakelhendel (²) eenmaal om het regeneratieve remsysteem rem-intensiteitsniveau met 1 te verlagen. Het verlaagt de Het regeneratieve remsysteem bedient remintensiteit. de schakelhendel om de regeneratieve • Trek aan de linker schakelhendel en rem-intensiteit van het voertuig te houd deze aangetrokken (°) regelen.
  • Pagina 305 Met uw auto rijden Beperkingen van het Rijden met één pedaal regeneratieve remsysteem Het rijden met één pedaal bedient de schakelhendel tijdens het uitrollen om de In de volgende situaties kan de intensiteit intensiteit van het regeneratief remmen van het regeneratief remmen niet worden te regelen.
  • Pagina 306 Automatische activering van EPB OPGELET Gebruik de rijfunctie met één pedaal om • Het voertuig komt mogelijk niet tot het voertuig tot stilstand te brengen en stilstand hoewel de functie rijden met automatisch de Elektronische één pedaal actief is, afhankelijk van de parkeerrem (EPB) in te schakelen.
  • Pagina 307 Met uw auto rijden i-PEDAL gebruiken Beperkingen van i-PEDAL Onder de volgende omstandigheden i-PEDAL helpt de bestuurder om de auto komt het voertuig mogelijk niet tot te versnellen, af te remmen en tot stilstand hoewel de i-PEDAL op juiste stilstand te brengen met alleen het wijze is geactiveerd.
  • Pagina 308 Slim regeneratiesysteem Slimme terugwinningssysteem Het slimme terugwinningssysteem aan/uit herkent de afstand tussen voertuigen, de Bedien de schakelhendel zoals hieronder helling van de weg en snelheidscamera's weergegeven om het slimme en regelt het regeneratieve remniveau terugwinningssysteem te gebruiken. tijdens het uitrollen. Het vermindert het onnodig intrappen van pedalen om de •...
  • Pagina 309 Met uw auto rijden Voorwaarden van gebruik van Instellingen Slimme het Slimme terugwinningsniveau terugwinningssysteem Wanneer het regeneratieve remniveau wordt weergegeven als 'AUTO' en de voertuigsnelheid hoger is dan 10 km/h, dan regelt het systeem automatisch het regeneratieve remniveau onder de volgende omstandigheden: •...
  • Pagina 310 Frontsensoren (voorradar) Intensiteitsinstelling slimme terugwinning De regeneratieve remintensiteit van het slimme terugwinningssysteem kan worden aangepast aan de voorkeur van de bestuurder. Pas de remintensiteit aan om sneller of langzamer af te remmen . 2C_FrontRadar [A] Voorradar Voorradar herkent de afstand tot de voorligger om de regeneratieve rem-intensiteit te regelen.
  • Pagina 311 HYUNDAI-dealer te gaan. gevaarlijke situaties. In dit geval kan het slimme terugwinningssysteem laat en ongepast reageren op voertuigbewegingen vanaf de zijstroken.
  • Pagina 312 - Smalle voertuigen zoals motorfietsen of fietsen raden we u aan een officiële HYUNDAI-dealer te bezoeken voor - Voertuigen die aan één kant rijden inspectie. - Langzaam rijdende of plotseling • De sensoren en hun omgeving, de...
  • Pagina 313 Met uw auto rijden Voorzorgsmaatregelen bij bochten Voorzorgsmaatregelen bij hellingen 2C_SmartRegenerationSystemDrivingOnCurve 2C_SmartRegenerationSystemDrivingOnIncline • De frontsensoren zijn mogelijk niet in • Wanneer het voertuig uitrolt aan het staat om de voorligger te herkennen als einde van een helling of waar de u in een bocht uitrolt.
  • Pagina 314 Remsysteem Voorzorgsmaatregelen bij het wisselen van rijstrook Power-assist brakes (rembekrachtiging) Uw auto is voorzien van bekrachtigde remmen die bij normaal gebruik automatisch afgesteld worden. Als er een stroomstoring in het voertuig optreedt, zal de elektrische ondersteuning van de remmen niet werken.
  • Pagina 315 Met uw auto rijden AANWIJZING WAARSCHUWING Neem de volgende • Houd het rempedaal niet continu voorzorgsmaatregelen: ingedrukt als het voertuig is uitgeschakeld (¢ controlelampje • Laat tijdens het rijden uw voet niet op OFF). In dat geval kan de accu ontladen het rempedaal rusten.
  • Pagina 316 Remblokslijtage-indicator Elektronische parkeerrem (EPB) Wanneer uw remblokken versleten zijn en moeten worden vervangen, hoort u mogelijke een hoog Parkeerrem activeren waarschuwingssignaal van uw voor- of achterremmen. Dit geluid kan komen of Activeren van de EPB (elektronische gaan of kan optreden wanneer u het parkeerrem): rempedaal intrapt.
  • Pagina 317 P (parkeren) of N het remmen in een noodsituatie, raden (neutraal) naar stand D (rijden). Zorg we u aan uw voertuig te laten controleren ervoor dat de portieren, motorkap en door een officiële HYUNDAI-dealer. achterklep gesloten zijn en dat de veiligheidsgordel vastzit. 6-28...
  • Pagina 318 • We adviseren u het voertuig te laten voorkomen: controleren door een officiële • Kom altijd volledig tot stilstand en blijf HYUNDAI-dealer als het het rempedaal intrappen voordat u waarschuwingslampje voor het parkeert. Schakel de versnelling naar P Parkeerremsysteem blijft branden (Parkeren), trek de EPB-schakelaar terwijl de EPB gedeactiveerd is.
  • Pagina 319 EPB brandt, druk dan op de schakelaar en trek deze vervolgens omhoog. Herhaal dit een aantal keer. Als de EPB-waarschuwing niet uitgaat, raden wij u aan om uw auto te laten nakijken door een erkende HYUNDAI-dealer. 6-30...
  • Pagina 320 Auto Hold-functie Deactiveren: Wanneer u het gaspedaal intrapt met de De Auto Hold-functie houdt de auto op versnelling in D (Rijden) of R (Achteruit), zijn plek, zelfs als het rempedaal niet dan wordt het Auto Hold-systeem wordt ingetrapt, nadat de bestuurder de automatisch gedeactiveerd en begint de auto volledig tot stilstand heeft gebracht auto te rijden.
  • Pagina 321 • Het bestuurdersportier of de motorkap Hold-functie mogelijk niet goed. wordt geopend. We adviseren u contact op te nemen met • De achterklep wordt geopend. een officiële HYUNDAI-dealer. • De transmissie staat in stand P (Parkeren). • EPB is ingeschakeld. Waarschuwingsmeldingen •...
  • Pagina 322 Remschijf reinigen Antiblokkeersysteem (ABS) Gebruik de functie remschijf reinigen als WAARSCHUWING er geluid klinkt bij het intrappen van het rempedaal tijdens het rijden of als de Een antiblokkeersysteem (ABS) of een remschijf begint te roesten. Dit helpt elektronische stabiliteitsregeling (ESC) tegen het geluid en de roest.
  • Pagina 323 Het is raadzaam om zo snel 'pompend' gaan remmen. Trap het mogelijk contact met uw officiële rempedaal zo hard mogelijk in. HYUNDAI-dealer op te nemen om het Als u het rempedaal intrapt onder risico op ernstig of dodelijk letsel te omstandigheden waarbij de wielen verminderen.
  • Pagina 324 Elektronische Bediening voertuigstabiliteitsregeling (ESC) stabiliteitsregeling (ESC) Voertuigstabiliteitsregeling (ESC) ingeschakeld Als de toets Start/Stop in stand AAN staat, gaan de controlelampjes ESC en ESC UIT ongeveer drie seconden branden. Nadat beide lampjes doven, is de ESC geactiveerd. In werking 2C_ESCOffButton De elektronische stabiliteitsregeling (ESC) is ontworpen om de stabiliteit van de auto in bochten te verbeteren.
  • Pagina 325 Zowel de mogelijk door een erkende tractieregelingsfunctie van de ESC HYUNDAI-dealer te laten nakijken. (bedieningsbeheer elektrisch voertuig) als de remregelingsfunctie van de ESC Het controlelampje ESC OFF gaat (remregeling) zijn uitgeschakeld.
  • Pagina 326 Voertuigstabiliteitsbeheer AANWIJZING (VSM) Als met wielen en banden met Het Vehicle Stability Management (VSM) verschillende afmetingen wordt gereden, is een functie van de elektronische kan het ESC-systeem een storing stabiliteitsregeling (ESC). Het helpt de vertonen. Voordat u banden vervangt, auto stabiel te houden bij het plotseling controleer of alle vier de banden en accelereren of remmen op een nat, glad wielen de juiste maat hebben voor uw...
  • Pagina 327 P (Parkeren) of N wij u uw auto zo snel mogelijk te laten (Neutraal) wordt gewijzigd. controleren door een officiële • De HAC wordt ook geactiveerd indien HYUNDAI-dealer. de ESC (elektronische stabiliteitsregeling) is uitgeschakeld. De functie wordt niet geactiveerd als de AANWIJZING ESC niet normaal werkt.
  • Pagina 328 Emergency Stop Signal (ESS) Multi-Collision Brake (MCB) (noodstopsignaal) Bij een ongeval waarbij de airbag wordt geactiveerd, regelt Multi-Collision Brake Het Emergency Stop Signal de rem automatisch om het risico op (noodstopsignaal)-systeem waarschuwt bijkomende ongevallen te beperken. achteropkomende bestuurders door de remlichten te laten knipperen wanneer de auto plotseling sterk afremt.
  • Pagina 329 Met uw auto rijden Remhulpsysteem (BAS) MCB off (uit) Multi-Collision Brake wordt Het Remhulpsysteem geeft extra druk uitgeschakeld in de volgende situaties: wanneer het rempedaal kort en krachtig wordt ingetrapt in een situatie waarin • Het gaspedaal wordt boven een plotseling remmen vereist is tijdens het bepaald niveau ingetrapt.
  • Pagina 330 We raden aan om uw voertuig wellicht niet mogelijk om over te te laten inspecteren door een erkende schakelen naar de SPORT-stand. HYUNDAI-dealer. Laat tijdens het rijden uw voet NIET op het rempedaal rusten. Zelfs lichte maar aanhoudende druk op het pedaal kan leiden tot oververhitting, slijtage en zelfs weigering van de remmen.
  • Pagina 331 Met uw auto rijden Functies rijmodus SPORT-modus In de SPORT-stand kunt u sportief rijden, NORMAL-modus maar met een goede stabiliteit. In de NORMAL-modus kunt u soepel en In de SPORT-modus neemt de comfortabel rijden. energie-efficiëntie mogelijk af. Als de modus NORMAAL is geselecteerd, •...
  • Pagina 332 Kenmerken rijdmodus De karakteristiek van elke component varieert afhankelijk van de geselecteerde aandrijfmodus. Rijmodus SNOW (sneeuw) NORMAL SPORT Modus voor Optimalisatie hoge efficiëntie van beschikbare Normale Sportieve Kenmerken van de tractiemodus rijmodus rijmodus elektrische door sneeuw energie Activering Rechts of links afslaan schakelaar Controlelampje op het instru-...
  • Pagina 333 10 minuten wachten. Als de pop-upmelding in beeld blijft, adviseren we u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. OPGELET • Als de luchtkleppen ongeacht de pop-upmelding niet in dezelfde stand...
  • Pagina 334 Active Sound Design Rijden onder speciale rijomstandigheden indien van toepassing • Active Sound Design biedt verschillende virtuele rijgeluiden op Rijden onder gevaarlijke basis van de rijmodus, voertuigsnelheid omstandigheden en het gaspedaal. U kunt het volume aanpassen en de instellingen voor de Neem onderstaande gaspedaalrespons en geluidsstijl voorzorgsmaatregelen als er sprake is van...
  • Pagina 335 Met uw auto rijden Auto lostrekken door heen en • Als het voertuig na enkele schommel- pogingen nog steeds vastzit, dient u het weer te schommelen voertuig los te laten trekken om over- Draai eerst het stuurwiel een aantal keren verhitting van de motor, mogelijke naar rechts en naar links om de beschadiging van de versnelling en...
  • Pagina 336 Rijden in de regen Doorwaden van water Regen en natte wegen kunnen het rijden Voorkom het doorwaden van water, tenzij gevaarlijk maken. Hier volgt een aantal u ervan overtuigd bent dat het water niet aandachtspunten voor het rijden in de hoger komt dan de onderkant van de regen of op een glad wegdek: wielnaaf.
  • Pagina 337 Met uw auto rijden Voorkomen dat de auto WAARSCHUWING over de kop slaat Sommige SUV's slaan significant eerder over de kop dan een ander type auto. Om Uw personenauto, die geschikt is voor omrollen of controleverlies te vermijden: meerdere doeleinden, wordt een Sports •...
  • Pagina 338 HYUNDAI-kettingen en neem bij het monteren hiervan de gebruiksaanwijzing in acht. Schade als gevolg van het onjuiste gebruik van sneeuwkettingen valt niet onder de fabrieksgarantie.
  • Pagina 339 Met uw auto rijden Parkeer de auto op een vlakke WAARSCHUWING ondergrond en uit de buurt van het overige verkeer voor het monteren van de Het rijgedrag van de auto kan door het sneeuwkettingen. Schakel de gebruik van kettingen negatief beïnvloed alarmknipperlichten in en plaats een worden: gevarendriehoek achter de auto (indien...
  • Pagina 340 De schade die Ruitensproeierantivries is verkrijgbaar bij hierdoor kan ontstaan valt niet onder de een officiële HYUNDAI-dealer en bij de fabrieksgarantie. meeste automaterialenzaken. Voorkom vastvriezen van de arkeerrem...
  • Pagina 341 Met uw auto rijden Rijden met een WAARSCHUWING aanhanger Om ernstig of dodelijk letsel te voorkomen: Het slepen van een aanhangwagen • Als u tijdens het rijden met een vereist ervaring. De combinatie van het aanhanger niet de juist uitrusting voertuig en de aanhangwagen zelf gebruikt en/of niet correct rijdt, kunt u reageert niet zo snel als het voertuig zelf.
  • Pagina 342 15 % zijn. Rijd in dit geval niet Raadpleeg een erkende harder dan 100 km/h (62,1 mph) en HYUNDAI-dealer voor meer informatie. verhoog de bandenspanning met ten • Als een aanhanger of op een trekhaak minste 0,2 bar.
  • Pagina 343 • Neem contact op met een officiële WAARSCHUWING HYUNDAI-dealer over de benodigde Het overschrijden van de belastinglimiet zaken als een trekhaak, enz. als u een of het onjuist laden van uw voertuig en aanhanger moet gaan trekken.
  • Pagina 344 Kogeldruk Hoe de trailerbelastingen op een openbare weegschaal te wegen Laad het voertuig en de aanhangwagen volledig voordat u naar de openbare weegschaal gaat. U en uw passagiers moeten tijdens het uitvoeren van de meting in het voertuig blijven. 1. Meet het bruto voorasgewicht. 2.
  • Pagina 345 Hyundai raadt u aan om alle nummerplaat en/of de achterlichten trekhaakapparatuur bij een erkende door een deel van de mechanische HYUNDAI-dealer te laten installeren met koppelinrichting worden geblokkeerd.
  • Pagina 346 Rijden met een aanhanger losbreekvoorziening U moet altijd een ketting tussen uw auto Voor het rijden met een aanhanger is een en de aanhanger aanbrengen. zekere mate van ervaring nodig. Zorg voordat u ermee gaat rijden eerst dat u Voor meer informatie over vertrouwd raakt met het gewijzigde weg- veiligheidskettingen kunt u de fabrikant en remgedrag als gevolg van het...
  • Pagina 347 Gebruik een en uw aanhangergewicht aan. goedgekeurde kabelboom voor aanhangers. Anders kan dit voor schade aan de elektrische installatie van de auto en/of persoonlijk letsel zorgen. Wij adviseren u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer voor hulp. 6-58...
  • Pagina 348 Parkeren op een helling Met de auto rijden nadat hij op een heuvel geparkeerd stond Als u een aanhanger achter de auto hebt gekoppeld, is het niet verstandig om uw 1. Met de versnellingspook in stand P auto op een helling te parkeren. (parkeren) of N (Neutraal) houdt u het rempedaal ingetrapt terwijl u: Als u uw trailer ooit op een heuvel moet...
  • Pagina 349 Met uw auto rijden GAW (maximale asbelasting) AANWIJZING Dit is het totaalgewicht op elke as (voor Om schade aan de auto te voorkomen: en achter) - opgebouwd uit het rijklaar gewicht en de totale belasting. • Als gevolg van de grotere belasting bij het gebruik van een aanhanger kan tijdens hoge buitentemperaturen of GAWR (maximale toelaatbare...
  • Pagina 350 7. Bestuurdershulpsysteem Melding bestuurdershulpsysteem ................. 7-4 Ondersteuning botsing vermijden voorzijde (FCA)............7-4 Instellingen Ondersteuning botsing vermijden voorzijde......... 7-8 Werking van Ondersteuning botsing vermijden voorzijde ........7-12 Storing en beperkingen van de Ondersteuning botsing vermijden voorzijde..7-23 Lane Keeping Assist (LKA, rijvakassistentie) ............... 7-32 Instellingen Lane Keeping Assist (rijvakassistentie)..........
  • Pagina 351 Waarschuwing aandacht vooruit (FAW)...............7-70 Instellingen Waarschuwing aandacht vooruit............7-70 Werking Waarschuwing aandacht vooruit ..............7-71 Storingen en beperkingen Waarschuwing aandacht vooruit ......... 7-72 Blind-Spot View Monitor (BVM, monitor dodehoekweergave)........7-75 Instellingen Monitor dodehoekweergave ..............7-75 Werking van Monitor blindehoekweergave .............7-76 Storingen Monitor blindehoekweergave..............7-76 Cruise control (CC) ......................
  • Pagina 352 7. Bestuurdershulpsysteem Botsingsvermijding kruisend verkeer achteraan (RCCA) ..........7-128 Instellingen Rear Cross-Traffic Collision-Avoidance Assist (ondersteuning botsing vermijden kruisend verkeer achteraan) ..............7-129 Werking Rear Cross-Traffic Collision-Avoidance Assist (ondersteuning botsing vermijden kruisend verkeer achteraan) ..............7-130 Storing en beperkingen van de Rear Cross-Traffic Collision-Avoidance Assist (ondersteuning botsing vermijden kruisend verkeer achteraan)......7-134 Forward/reverse parking distance warning (afstandswaarschuwing vooruit/achteruit, PDW)..........................7-139...
  • Pagina 353 Bestuurdershulpsysteem Melding Bovendien helpt het Forward Collision-Avoidance bestuurdershulpsysteem Assist-waarschuwingssysteem (ondersteuning botsingsvermijding Vanwege de infotainmentsoftwareversie voorzijde), als er vooraan hoekradars zijn, kan de beschrijving van elke functie van met detecteren van voertuigen voor u en het rijhulpsysteem verschillen van die in in aangrenzende rijstroken.
  • Pagina 354 Functie voor direct Functie Naderende tegemoetkomend verkeer rijstrookwisseling indien van toepassing 2C_FCADirectOncomingFunction [A] Tegenligger 2C_FCALaneOvertakingOncomingFunction De functie voor direct tegemoetkomend [A] Tegenligger verkeer helpt de snelheid bij de aanrijding De functie Naderende rijstrookwisseling te verminderen wanneer een naderend helpt bij het wisselen van rijstrook een voertuig van de andere kant wordt aanrijding met tegenliggers en gedetecteerd.
  • Pagina 355 Bestuurdershulpsysteem Rijstrookwisselfunctie Uitwijkhulpfunctie indien van toepassing indien van toepassing 2C_FCALaneChangeSideFunction 2C_FCAEvasiveSteeringAssistFunction • Driver steering assist (stuurhulp) De functie Uitwijkhulp helpt bij het voorkomen van een aanrijding met een voertuig, gemotoriseerde tweewieler, voetganger of fietser vóór u op dezelfde rijstrook. Als er een risico op aanrijding wordt waargenomen, waarschuwt de Evasive Steering Assist (uitwijkhulp) de bestuurder en als de...
  • Pagina 356 • Na het vervangen of repareren van de detectiesensor adviseren wij u uw auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. 2C_FrontViewCamera • Breng nooit accessoires of stickers op de voorruit aan en deze mag ook niet worden getint.
  • Pagina 357 Wij adviseren u uw auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. • Gebruik uitsluitend originele onderdelen om een beschadigd afdekkapje van de radar vóór te repareren of te vervangen. Breng geen...
  • Pagina 358 De bestuurder kan de aan/uit-status van het Forward Collision-Avoidance Assist-systeem controleren. Als de waarschuwingslampjes O of P blijven branden wanneer de Ondersteuning botsing vermijden voorzijde aanstaat, raden we u aan uw auto te laten controleren door een erkende HYUNDAI-dealer.
  • Pagina 359 Bestuurdershulpsysteem Waarschuwingstiming Veiligheid WAARSCHUWING vooruit Wanneer de auto opnieuw wordt gestart, wordt het Forward Collision-Avoidance Assist-systeem altijd ingeschakeld. Als echter "Veiligheid vooruit/zijdelings" wordt gedeselecteerd, moet de bestuurder zich altijd bewust zijn van de omgeving en veilig rijden. OPGELET 2C_ForwardSafetyWarningTimingSetInfo • De instellingen voor Veiligheid vooruit Wanneer het voertuig aanstaat, drukt u omvatten 'Basisfunctie' en 'Tegemoet op de Ų...
  • Pagina 360 Waarschuwingsmethodes • Als u de waarschuwingsmethodes wijzigt, kan dat ook de waarschuwingsmethode voor andere bestuurdershulpsystemen wijzigen. • Ook wanneer de auto opnieuw wordt gestart, blijft de laatste instelling voor de waarschuwingsmethode behouden. • Het instellingenmenu is mogelijk niet beschikbaar voor uw voertuig, afhankelijk van de kenmerken en 2C_WarningTypeSetInfo specificaties van het voertuig.
  • Pagina 361 Bestuurdershulpsysteem Werking van Ondersteuning Noodremmen botsing vermijden voorzijde Basisfunctie De basisfunctie van de Ondersteuning botsing vermijden voorzijde is om waarschuwingen te geven en te helpen het voertuig in bedwang te houden, afhankelijk van het botsingsrisico: Botsingswaarschuwing, Noodremmen en De auto tot stilstand brengen en het 2C_FCABasicEmergencyBrakingInfo aansturen van de remmen beëindigen.
  • Pagina 362 • Voetganger of fietser: De functie werkt bij een rijsnelheid De akoestische waarschuwing kan tussen ongeveer 10-65 km/h. worden uitgeschakeld terwijl de WAARSCHUWING botsingswaarschuwing of het noodremsysteem werkt door op de knop • Het werkingsbereik van de functie van het waarschuwingsknipperlicht te afnemen vanwege drukken.
  • Pagina 363 Bestuurdershulpsysteem Noodremmen De auto tot stilstand brengen en het aansturen van de remmen beëindigen 2C_FCAJunctionTurningEmergencyBrakingInfo • Om de bestuurder te waarschuwen 2C_DriveCarefullyInfo voor het noodremmen, verschijnt de • Wanneer de auto tot stilstand is waarschuwingsmelding “Noodrem” op gebracht door de noodrem, verschijnt het instrumentenpaneel en klinkt er een de waarschuwing "Rijd voorzichtig"...
  • Pagina 364 Functie voor direct Noodremmen tegemoetkomend verkeer Functie voor direct tegemoetkomend verkeer waarschuwt en bestuurt het voertuig afhankelijk van het risiconiveau van een aanrijding: Botsingswaarschuwing, Noodremmen en De auto tot stilstand brengen en het aansturen van de remmen beëindigen. Botsingswaarschuwing 2C_FCABasicEmergencyBrakingInfo •...
  • Pagina 365 Bestuurdershulpsysteem Kruispuntoversteekfunctie De auto tot stilstand brengen en het aansturen van de remmen beëindigen indien van toepassing De functie Kruisppuntoversteek waarschuwt en bestuurt het voertuig afhankelijk van het risiconiveau van een aanrijding: Botsingswaarschuwing, Noodremmen en De auto tot stilstand brengen en het aansturen van de remmen beëindigen.
  • Pagina 366 Noodremmen De auto tot stilstand brengen en het aansturen van de remmen beëindigen 2C_FCAJunctionCrossingEmergencyBrakingInfo • Om de bestuurder te waarschuwen dat 2C_DriveCarefullyInfo noodremmen wordt geactiveerd, • Wanneer de auto tot stilstand is knippert het Forward gebracht door de noodrem, verschijnt Safety-waarschuwingslampje (O), de waarschuwing "Rijd voorzichtig"...
  • Pagina 367 Bestuurdershulpsysteem Functie Naderende Noodstuurinrichting rijstrookwisseling indien van toepassing De functie Naderende rijstrookwisseling waarschuwt en bestuurt het voertuig afhankelijk van het risiconiveau van een aanrijding: Botsingswaarschuwing en noodstuurinrichting. Botsingswaarschuwing 2C_FCAJunctionCrossingEmergencyBrakingInfo • Om de bestuurder te waarschuwen dat de noodstuurinrichting wordt geactiveerd, knippert het noodstuurinrichtingswaarschuwingsla mpje (O), verschijnt de waarschuwingsmelding...
  • Pagina 368 Rijstrookwisselfunctie Noodstuurinrichting indien van toepassing De Lane-Change Side-functie geeft een waarschuwing en bedient het voertuig op grond van het aanrijdingsrisico: ‘Collision Warning’ (botsingswaarschuwing) en ‘Emergency Steering’ (noodstuurhulp) Botsingswaarschuwing 2C_FCALaneChangeOncomingEmergencySteeringInfo 2C_FCABasicCollisionWarningInfo 2C_FCALaneChangeOncomingEmergencySteeringInfo_2 • Om de bestuurder te waarschuwen dat de noodstuurinrichting wordt geactiveerd, knippert het noodstuurinrichtingswaarschuwingsla mpje (P) knipperen, verschijnt de...
  • Pagina 369 Bestuurdershulpsysteem OPGELET • De Rijstrookwisselfunctie werkt niet als • Wanneer een bijkomend ongeval wordt de snelheid van het tegemoetkomende verwacht, helpt de voertuig aan de voorzijde 0 km/h is. Rijstrookwisselfunctie niet bij het sturen en waarschuwt de bestuurder • Het detectiebereik van de hoekradar alleen voor een aanrijding.
  • Pagina 370 • AIs er een aanrijdingsrisico bestaat met OPGELET een voertuig, gemotoriseerde tweewieler, voetganger of fietser vóór • Het stuurwiel kan automatisch gaan u, wordt het sturen ondersteund om draaien wanneer de noodrem actief is. een aanrijding te helpen voorkomen. • Zodra de risicofactoren zijn verdwenen, •...
  • Pagina 371 Bestuurdershulpsysteem • Mogelijk verschijnt of klinkt de WAARSCHUWING waarschuwing of het waarschuwingssignaal van de Tref de volgende voorzorgsmaatregelen Ondersteuning botsing vermijden wanneer u gebruikmaakt van het Forward voorzijde niet als een Collision-Avoidance Assist-systeem waarschuwingsmelding of (ondersteuning botsingsvermijding waarschuwingssignaal van een ander voorzijde): systeem wordt weergegeven of klinkt.
  • Pagina 372 We raden aan om uw voertuig te laten • Wanneer er een aanrijding met een inspecteren door een erkende ander voertuig dreigt, zullen de functies Naderende rijstrookwissel, HYUNDAI-dealer. Rijstrookwissel en Uitwijkhulp (indien van toepassing) de bestuurder niet helpen bij het sturende, maar hem/haar alleen waarschuwen.
  • Pagina 373 (sticker, insect, we uw auto te laten nakijken door een enz.) op het glas officiële HYUNDAI-dealer. • Er is vocht op de voorruit dat niet verwijderd is of dat eraan vastgevroren 7-24...
  • Pagina 374 • De voorruit wordt constant met • De achterzijde van de voorligger is klein ruitensproeiervloeistof besproeid of de of het voertuig ziet er niet normaal uit, ruitenwisser is geactiveerd zoals wanneer het gekanteld is, op zijn kop ligt of overdwars staat, enz. •...
  • Pagina 375 Bestuurdershulpsysteem • De voorligger en gemotoriseerde • De voetganger of fietser vóór de auto tweewieler stuurt in tegengestelde heeft een mobiliteitsbeperking richting van uw voertuig om een • De voetganger of fietser vóór de auto botsing te voorkomen beweegt zich kruiselings op de •...
  • Pagina 376 • Het voertuig en gemotoriseerde De functies Junction Crossing, tweewieler op de rijstrook naast u Lane-Change Oncoming, Lane-Change schuift nog een rijstrook verder op, of Side, Evasive Steering Assist (indien van een voertuig en gemotoriseerde toepassing) tweewieler twee rijstroken verderop •...
  • Pagina 377 Bestuurdershulpsysteem • De rijstrook plotseling verdwijnt, bv. bij Rijdt u in een bocht, dan moet u een een kruising veilige remafstand houden en indien nodig het rempedaal intrappen om • De rijstrook is erg breed of erg smal snelheid te minderen en zo een veilige •...
  • Pagina 378 • Rijden op een helling Mogelijk detecteert Forward Collision-Avoidance Assist geen andere voertuigen, gemotoriseerde tweewielers, voetgangers of fietsers vóór u op hellende wegen die de prestaties van de sensoren verminderen. Hierdoor kan het systeem mogelijk waarschuwen, remmen of bijsturen wanneer dat niet nodig is of niet waarschuwen, remmen of bijsturen (indien van toepassing) wanneer dat 2C_FCADrivingOnIncline...
  • Pagina 379 Bestuurdershulpsysteem • Van rijbaan wisselen 2C_FCAChangingLane_2 [A] Uw auto 2C_FCAChangingLane [B] Een auto die van rijstrook verandert [A] Uw auto [C] Voertuig op dezelfde rijstrook [B] Een auto die van rijstrook verandert Wanneer een voertuig vóór u uw Wanneer een voertuig en rijstrook verlaat, detecteert Forward gemotoriseerde tweewieler vanuit een Collision-Avoidance Assist uw nieuwe...
  • Pagina 380 • Als een voorligger een lading heeft die WAARSCHUWING achter het voertuig uitsteekt of wanneer een voorligger een grotere • Wanneer u een aanhanger of een ander bodemvrijheid heeft, is speciale voertuig sleept, moet u om aandacht vereist. Mogelijk detecteert veiligheidsredenen de Forward Forward Collision-Avoidance Assist de Collision-Avoidance Assist...
  • Pagina 381 Bestuurdershulpsysteem Lane Keeping Assist (LKA, Instellingen Lane Keeping Assist (rijvakassistentie) rijvakassistentie) indien van toepassing Lane Safety (rijstrookveiligheid) Wanneer u een bepaalde snelheid overschrijdt, detecteert de Rijvakassistentie wegmarkeringen (of wegranden) en kan u waarschuwen als uw voertuig de rijstrook verlaat zonder de richtingaanwijzer te gebruiken en kan helpen bij het sturen om te voorkomen dat uw voertuig van zijn rijstrook afwijkt.
  • Pagina 382 Waarschuwingsmethodes • Als u de waarschuwingsmethodes wijzigt, kan dat ook de waarschuwingsmethode voor andere bestuurdershulpsystemen wijzigen. • Ook wanneer de auto opnieuw wordt gestart, blijft de laatste instelling voor de waarschuwingsmethode behouden. • Het instellingenmenu is mogelijk niet beschikbaar voor uw voertuig, afhankelijk van de kenmerken en 2C_WarningTypeSetInfo specificaties van het voertuig.
  • Pagina 383 Bestuurdershulpsysteem Werking van Lane Keeping Waarschuwing en regeling Assist (rijvakassistentie) Het Lane Keeping Assist-systeem waarschuwt en stuurt de auto aan met Lane Departure Warning (waarschuwing Lane Keeping Assist bij rijbaanwissel) en Lane Keeping Assist (rijvakassistentie) in-/uitschakelen (hulp bij rijbaan aanhouden). Links 2C_LaneSafetyButton •...
  • Pagina 384 Hulp bij rijbaan aanhouden WAARSCHUWING • Om de bestuurder te waarschuwen dat • Mogelijk wordt er niet bijgestuurd als het voertuig van de geprojecteerde het stuurwiel zeer stevig wordt rijstrook voor hem vertrekt, wordt de vastgehouden of als het voorbij een groene S indicatielampje knippert op bepaalde hoek gedraaid is.
  • Pagina 385 "Controleer Bestuurdershulpsysteem" en gaat op het instrumentenpaneel het gele (S) waarschuwingslampje branden. Laat uw auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. 2C_LaneDetectionInfo_2 • De afbeeldingen en kleuren op het instrumentenpaneel kunnen afwijken per type instrumentenpaneel of het gekozen thema in het infotainmentsysteem.
  • Pagina 386 (of wegranden) werkt nadat het verwijderd is, adviseren we om uw auto te laten nakijken door een • De rijstrookmarkeringen (of officiële HYUNDAI-dealer. wegranden) zijn ingewikkeld of een constructie doet dienst als WAARSCHUWING rijstrookmarkering, bv. in het geval van wegwerkzaamheden •...
  • Pagina 387 Bestuurdershulpsysteem • De afstand tot uw voorligger zeer klein • Mogelijk hoort u het is of uw voorligger op de wegmarkering waarschuwingssignaal van Lane (of de rand van de weg) staat Keeping Assist niet als er veel lawaai in de omgeving is. •...
  • Pagina 388 Blind-spot Blind-spot Collision-avoidance Assist (botsingsvermijding blinde hoek) Collision-avoidance detecteert en informeert de bestuurder dat een voertuig met hoge snelheid Assist (BCA, nadert uit de dodehoekzone. botsingsvermijding blinde hoek) indien van toepassing Botsingsvermijding blinde hoek detecteert voertuigen die naderen en zich in de blinde hoek van de bestuurder bevinden en waarschuwt de bestuurder met een waarschuwingslicht en -geluid...
  • Pagina 389 We raden aan om uw voertuig te laten inspecteren door een erkende HYUNDAI-dealer. • Als de hoekradar achter is vervangen of gerepareerd, raden we aan uw auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer.
  • Pagina 390 Instellingen Blind-Spot Collision-Avoidance Assist (botsing vermijden dode hoek) Dodehoekbeveiliging 2C_BlindspotSafetyOffMessage Wanneer de motor opnieuw wordt gestart terwijl de Botsingsvermijding blinde hoek is uitgeschakeld, verschijnt de melding “Veiligheidssysteem blinde hoek is uitgeschakeld” op het instrumentenpaneel. Wanneer u “Veiligheid blinde hoek” 2C_BlindspotSafetySettings selecteert, knippert het Wanneer het voertuig aanstaat, drukt u waarschuwingslampje op de...
  • Pagina 391 Bestuurdershulpsysteem Blind-Spot Waarschuwingsmethodes Collision-Avoidance Assist (BCA - botsing vermijden dode hoek) Waarschuwing tijdens het rijden 2C_WarningTypeSetInfo Terwijl het voertuig is ingeschakeld, drukt u op de knop Ų en selecteert u vervolgens Voertuig > Bestuurdershulp > Waarschuwingsmethoden uit het infotainmentsysteem om het volgende te selecteren: 2C_SideMirrorWaringLamp •...
  • Pagina 392 Botsingsvermijding (bij wegrijden Botsingswaarschuwing werkt onder de volgende omstandigheden. na fileparkeren) • Uw rijsnelheid ligt hoger dan 40 km/h (25 mph) • Voertuig in de dode hoek: meer dan 10 km/h (7 mph) WAARSCHUWING • Het detectiebereik van de hoekradar achter wordt bepaald door de standaard wegbreedte.
  • Pagina 393 Bestuurdershulpsysteem • Wanneer de auto tot stilstand is • Mogelijk hoort u het gebracht door de noodrem, verschijnt waarschuwingssignaal van het de waarschuwing "Rijd voorzichtig" op Blind-spot Collision-avoidance Assist het instrumentenpaneel. (botsing vermijden dode hoek) niet als er veel lawaai in de omgeving is. •...
  • Pagina 394 (elektronische stabiliteitsregeling) waarschuwingsmelding "Controleer brandt bestuurdershulpsysteem." op het • ESC (elektronische stabiliteitsregeling) instrumentenpaneel en gaat het voert een andere functie uit hoofd-(X) waarschuwingslampje op het instrumentenpaneel branden. Laat uw auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. 7-45...
  • Pagina 395 Laat uw kan dit de detectieprestaties verminderen auto in dit geval inspecteren door een en Blind-Spot Collision-Avoidance Assist officiële HYUNDAI-dealer. (botsing vermijden dode hoek) tijdelijk beperken of uitschakelen. Als dit gebeurt, verschijnt de waarschuwingsmelding "Bestuurdershulpsysteem beperkt -...
  • Pagina 396 Beperkingen van de Blind-Spot WAARSCHUWING Collision-Avoidance Assist (botsing vermijden dode hoek) • Mogelijk werkt de Botsingsvermijding blinde hoek niet naar behoren, zonder Mogelijk werkt de Blind-Spot dat daarover een Collision-Avoidance Assist niet naar waarschuwingsmelding verschijnt op behoren of treedt de functie onverwacht het instrumentenpaneel.
  • Pagina 397 Bestuurdershulpsysteem • Het voertuig op de rijstrook naast u • De bandendruk is laag of er is een band schuift nog een rijstrook verder op, of beschadigd een voertuig twee rijstroken verderop • Het remsysteem is gewijzigd schuift over naar de rijstrook naast u •...
  • Pagina 398 • Rijden op een helling • Rijden waar de rijstroken op verschillende hoogten lopen 2C_BCAInclinedRoad Mogelijk werkt de Blind-Spot 2C_BCAHeightDifference Collision-Avoidance Assist Mogelijk werkt de Blind-Spot (botsingsvermijding blinde hoek) niet Collision-Avoidance Assist (botsing goed op hellingen. Mogelijk detecteert vermijden dode hoek) niet goed op de functie het voertuig op de rijstrook plaatsen waar de rijstroken op naast u niet of detecteert het...
  • Pagina 399 Bestuurdershulpsysteem Safe Exit Warning (SEW) Detectiesensor indien van toepassing 2C_RearRadar [A] Hoekradar achteraan Raadpleeg de bovenstaande afbeelding 2C_SEWOperation voor de precieze locatie van de Als de Waarschuwing bij veilig uitstappen detectiesensoren. tijdens stilstand een voertuig detecteert dat de achterhoek van uw voertuig nadert OPGELET en een passagier een portier opent, kan deze functie u waarschuwen met een...
  • Pagina 400 Instellingen Safe Exit Warning Waarschuwingsmethodes (waarschuwing bij veilig uitstappen) Safe Exit Warning (waarschuwing bij veilig uitstappen) 2C_WarningTypeSetInfo Wanneer het voertuig aanstaat, drukt u op de Ų en selecteert u vervolgens Voertuig > Bestuurdershulp > Waarschuwingsmethoden uit het infotainmentsysteem om het volgende te selecteren: 2C_ExitSafetySettings Met het voertuig ingeschakeld, drukt u op...
  • Pagina 401 Bestuurdershulpsysteem • Het waarschuwingsvolume en de • Het Safe Exit Warning-systeem voelbare waarschuwing kunnen niet waarschuwt de bestuurder wanneer de tegelijkertijd worden uitgeschakeld. rijsnelheid lager is dan 3 km/h (2 mph) Wanneer een van de waarschuwingen en de snelheid van het voertuig dat van wordt uitgeschakeld, wordt de andere achteren nadert hoger is dan 6 km/h (4 geactiveerd.
  • Pagina 402 (X) branden uitstappen) op het instrumentenpaneel. Laat uw auto in dit geval inspecteren door een officiële Storing Safe Exit Warning HYUNDAI-dealer. (waarschuwing bij veilig uitstappen) Safe Exit Warning (waarschuwing bij veilig uitstappen) uitgeschakeld 2C_DriverAssistanceMalfunction Als de Waarschuwing bij veilig uitstappen...
  • Pagina 403 • Uit de auto stappen op een plaats met HYUNDAI-dealer. veel bomen of hoog gras • Uit de auto stappen op een plaats waar WAARSCHUWING het wegdek nat is •...
  • Pagina 404 Handmatige Werking van Handmatige snelheidslimietregeling snelheidslimietregeling (MSLA) De snelheidslimiet instellen 1. Houd de Rijhulp ingedrukt (ĩ) knop op de gewenste snelheid. De snelheidslimiet (Ý) controlelampje verschijnt op het instrumentenpaneel. 2C_MSLAOverviewInfo (1) Controlelampje snelheidslimiet (2) Ingestelde snelheid U kunt de snelheidslimiet instellen 2C_DrivingAssistButton wanneer u niet harder dan een bepaalde 2.
  • Pagina 405 Bestuurdershulpsysteem Manual Speed Limit Assist 3. De ingestelde snelheid wordt op het instrumentenpaneel weergegeven. (Handmatige snelheidslimietregeling) tijdelijk Als u de vooraf ingestelde pauzeren snelheidslimiet wilt overschrijden, trapt u het gaspedaal voorbij het drukpunt in om de terugschakelfunctie (kickdown) te activeren. De ingestelde snelheidslimiet knippert en er klinkt een waarschuwingssignaal totdat de rijsnelheid weer onder de...
  • Pagina 406 Intelligent Speed Limit Handmatige snelheidslimietregeling Assist (ISLA) uitschakelen indien van toepassing Intelligent Speed Limit Assist gebruikt informatie van de gedetecteerde verkeersborden en gebruikt de gegevens van het navigatiesysteem om u te informeren over de maximumsnelheid en om u op de weg te helpen binnen de maximumsnelheid te blijven.
  • Pagina 407 Bestuurdershulpsysteem Instellingen Intelligent Speed Detectiesensor Limit Assist Snelheidslimiet 2C_FrontViewCamera [A] Frontzichtcamera Zie bovenstaande afbeelding voor de precieze locatie van de detectiesensor. 2C_SpeedLimitSetInfo OPGELET Wanneer het voertuig aanstaat, drukt u op de Ų Met de auto ingeschakeld, Raadpleeg het gedeelte “Ondersteuning selecteert of deselecteert u Voertuig >...
  • Pagina 408 Waarschuwingsmethodes • Snelheidslimietinformatie: Intelligent Speed Limit Assist informeert de bestuurder over de snelheidslimiet en andere verkeersborden. • OFF (uit): Intelligent Speed Limit Assist wordt uitgeschakeld. Het z waarschuwingslampje wordt weergegeven. WAARSCHUWING • Wanneer de auto opnieuw wordt gestart, wordt het Intelligent Speed 2C_WarningTypeSetInfo_3 Limit Assist-systeem altijd Wanneer het voertuig aanstaat, drukt u...
  • Pagina 409 Bestuurdershulpsysteem Werking van Intelligent Speed Limit Assist • Als de snelheidslimiet van de weg niet kan worden herkend, wordt '---' Waarschuwing en regeling weergegeven. Raadpleeg het gedeelte Beperkingen van de Intelligent Speed De Intelligent Speed Limit Assist Limit Assist als de verkeersborden waarschuwt en bedient het voertuig door moeilijk te herkennen zijn.
  • Pagina 410 Change Set Speed (wijzig ingestelde Ingestelde snelheid automatisch wijzigen snelheid) (uitgerust met navigatie) 2C_ISLAChangeSetSpeed 2C_ISLASetSpeedAutoChangeInfo Handmatige snelheidslimietregeling of Smart Cruisecontrol helpt het voertuig zijn snelheid aan te passen aan de snelheidslimiet. Wanneer de cruisesnelheid gelijk is aan de snelheidslimiet, past het voertuig automatisch zijn snelheid aan als de snelheidslimiet verandert.
  • Pagina 411 "Controleer nakijken door een officiële bestuurdershulpsysteem" op het HYUNDAI-dealer. instrumentenpaneel en gaat het hoofdwaarschuwingslampje (X) branden op het instrumentenpaneel. waarschuwingslampje en snelheidslimiet (z) waarschuwingslampje op het instrumentenpaneel branden. Laat uw auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. 7-62...
  • Pagina 412 • De afstand tussen het voertuig en het WAARSCHUWING verkeersborden staan te ver weg • Hoewel er geen waarschuwing of • Het voertuig komt verlichte waarschuwingslampje verschijnt op verkeersborden tegen het instrumentenpaneel, werkt • De Intelligent Speed Limit Assist Intelligent Speed Limit Assist misschien herkent cijfers of afbeeldingen op niet goed.
  • Pagina 413 Bestuurdershulpsysteem Waarschuwingssysteem • U rijdt over verkeersdrempels of bergop- of afwaarts of van links naar voor de aandacht van de rechts op steile hellingen • Het voertuig schudt hevig bestuurder (DAW) • Rijden op een pas geopende weg indien van toepassing •...
  • Pagina 414 Werking van Driver Attention OPGELET Warning • Houd de frontzichtcamera altijd in (Waarschuwingssysteem voor goede staat om de optimale prestaties de aandacht van de van Driver Attention Warning te bestuurder) waarborgen. • Raadpleeg het gedeelte “Ondersteuning botsing vermijden Waarschuwing oplettendheid voorzijde (FCA)”...
  • Pagina 415 Bestuurdershulpsysteem OPGELET WAARSCHUWING • Driver Attention Warning kan mogelijk • Mogelijk verschijnt of klinkt de ook een pauze aanbevelen op basis van waarschuwingsmelding of het het rijpatroon of de gewoonten van de waarschuwingssignaal van bestuurder, als de bestuurder zich niet Waarschuwing vertrek voorliggend vermoeid voelt.
  • Pagina 416 Laat uw laten nakijken door een officiële auto in dit geval inspecteren door een HYUNDAI-dealer. officiële HYUNDAI-dealer. WAARSCHUWING • Het is mogelijk dat Waarschuwing oplettendheid bestuurder niet goed werkt in een gebied (bv. open terrein),...
  • Pagina 417 Bestuurdershulpsysteem Beperkingen van Driver Attention • Wanneer de bestuurder van de Warning (Waarschuwingssysteem voorligger het stuur omgooit voor de aandacht van de bestuurder) Mogelijk werkt Driver Attention Warning niet goed in de volgende situaties: • Er wordt ruw met de auto gereden •...
  • Pagina 418 • Wanneer er een voetganger tussen u • Bij het rijden door een tolpoort of op en uw voorligger staat een kruispunt, enz. 2C_DAWBetweenVehicles 2C_DAWInTollbooth Als er zich een of meer voetgangers of Als u voorbij een tolpoort of kruising fietsen tussen u en uw voorligger met veel voertuigen rijdt of als u ergens bevinden, is het mogelijk dat Leading...
  • Pagina 419 Bestuurdershulpsysteem Waarschuwing aandacht Instellingen Waarschuwing aandacht vooruit vooruit (FAW) indien van toepassing Waarschuwing aandacht vooruit Waarschuwing aandacht vooruit maakt Wanneer het voertuig aanstaat, drukt u gebruik van de binnencamera, om te op de Ų en selecteert u vervolgens voorkomen dat de bestuurder wordt Voertuig >...
  • Pagina 420 Werking Waarschuwing Waarschuwing vermoeidheid bestuurder aandacht vooruit Waarschuwing aandacht vooruit De Waarschuwing aandacht vooruit bepaalt of de bestuurder op de weg let, op basis van de gegevens, zoals hoelang de bestuurder naar andere zaken kijkt, hoelang zijn/haar ogen gesloten zijn enz. Als Forward Attention Warning oordeelt dat de bestuurder niet gefocust is, klinkt er een hoorbare waarschuwing...
  • Pagina 421 Laat uw auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. • De waarschuwingsmethode voor de Waarschuwing aandacht vooruit kan niet worden gewijzigd. 7-72...
  • Pagina 422 - De auto rijdt in een gebouw, bijv. een verwijderd, adviseren we om uw auto te parkeergarage, garage of tunnel laten nakijken door een officiële HYUNDAI-dealer. - De camerahoes is gedeeltelijk gebroken 7-73...
  • Pagina 423 Bestuurdershulpsysteem Beperkingen van • De bestuurder draait of buigt het hoofd Waarschuwingssysteem aandacht zodat zijn/haar gezicht of een oog vooruit wordt verborgen voor de camera Mogelijk werkt de Waarschuwing • De bestuurder knikt met het hoofd op aandacht vooruit niet naar behoren of en neer of de slechte staat van de weg treedt de functie onverwacht in werking zorgt voor overmatige trillingen van het...
  • Pagina 424 Blind-Spot View Monitor Detectiesensor (BVM, monitor dodehoekweergave) indien van toepassing Links 2C_SideviewCamera [A] Breedbeeld-zijcamera (camera onderaan de spiegel) [B] Breedbeeld-zijcamera (camera onderaan de spiegel) Zie bovenstaande afbeelding voor de precieze locatie van de detectiesensoren. 2C_BVMLeftSideInfo Rechts Instellingen Monitor dodehoekweergave Functies instellen Wanneer het voertuig aanstaat, drukt u op de Ų...
  • Pagina 425 HYUNDAI-dealer. WAARSCHUWING • Het beeld op het paneel kan verschillen van de feitelijke afstand van het voorwerp.
  • Pagina 426 Cruise control (CC) indien van toepassing • De auto kan bergaf licht versnellen of bergop licht vertragen. • Het symbool van de Driving Assist knop kan naargelang de optie van uw voertuig verschillen. Snelheid verhogen ONE1071247 (1) Controlelampje cruise (2) Ingestelde snelheid Het Cruise Control-systeem stelt u in staat om meer dan 30 km/h (20 mph) te rijden zonder het gaspedaal in te drukken.
  • Pagina 427 HYUNDAI-dealer. Als u bij verhoogde snelheid de + schakelaar omhoog, of de - schakelaar omlaag drukt, wordt de ingestelde snelheid op de huidige verhoogde snelheid ingesteld.
  • Pagina 428 Cruise Control hernemen Cruise Control uitschakelen 2C_SpeedControlResuming 2C_DrivingAssistButton Bedien de +, - of ç schakelaar. Druk op de rijhulp (ĩ) knop om de cruise control uit te schakelen. De cruise Als u de + schakelaar omhoog of de - (Ü) indicator gaat uit. schakelaar omlaag drukt, wordt de snelheid van de auto op de huidige Druk altijd op de rijhulp (ĩ) knop om de...
  • Pagina 429 Bestuurdershulpsysteem Smart Cruise Control WAARSCHUWING (SCC) Neem de volgende voorzorgsmaatregelen bij gebruik van de Smart Cruiseonctrol detecteert een cruisecontrol: voorligger en helpt de afstand tot de • Stel de rijsnelheid altijd lager op de voorligger en de ingestelde snelheid te snelheidslimiet in uw land.
  • Pagina 430 Gebaseerd op de rijstijl OPGELET indien van toepassing Houd de frontzichtcamera altijd en de radar vóór in goede staat om de optimale prestaties van het Smart Cruise Control-systeem te waarborgen. Raadpleeg het gedeelte “Ondersteuning botsing vermijden voorzijde (FCA)” in dit hoofdstuk voor meer informatie over de voorzorgsmaatregelen van de frontzichtcamera en voorradar.
  • Pagina 431 Bestuurdershulpsysteem Waarschuwingsmethodes • Het waarschuwingsvolume en de voelbare waarschuwing kunnen niet tegelijkertijd worden uitgeschakeld. Wanneer een van de waarschuwingen wordt uitgeschakeld, wordt de andere geactiveerd. Werking van Smart Cruise Control Voorwaarden voor gebruik 2C_WarningTypeSetInfo Wanneer het voertuig aanstaat, drukt u op de Ų...
  • Pagina 432 Smart Cruise Control inschakelen Wanneer de bestuurder achter een ander voertuig stilstaat, kan hij Smart Cruise Control inschakelen terwijl het rempedaal wordt ingetrapt. Voorwaarden voor gebruik voor de Versnellingshulp Versnellingshulp bij inhalen werkt wanneer de richtingaanwijzer naar links 2C_DrivingAssistButton (linkse besturing) of rechts (rechts •...
  • Pagina 433 Bestuurdershulpsysteem Tussenafstand instellen Ingestelde snelheid verhogen 2C_SCCDistanceButton 2C_SCCSpeedUp Druk herhaaldelijk op de toets om de • Druk de schakelaar + omhoog en laat afstandsinstellingen te doorlopen van hem onmiddellijk los. Telkens als u de Afstand 4 → Afstand 3 → Afstand 2 → schakelaar op deze manier bedient, Afstand 1 →...
  • Pagina 434 Ingestelde snelheid verlagen Smart Cruise Control hernemen 2C_SCCSpeedDown 2C_SpeedControlResuming • Druk de schakelaar - omlaag en laat Om Smart Cruise Control opnieuw te hem onmiddellijk los. Telkens als u de activeren nadat de functie is geannuleerd, bedient u de +, - of ç schakelaar op deze manier bedient, wordt de ingestelde snelheid met 1 schakelaar.
  • Pagina 435 Bestuurdershulpsysteem Smart Cruise Control uitschakelen Weergave en bediening U ziet de bedrijfsstatus van het Smart Cruise Control-systeem in de weergave Bestuurdershulp op het instrumentenpaneel. Raadpleeg het gedeelte "Instrumentendisplay" in hoofdstuk 4. Smart Cruise Control wordt weergegeven zoals hieronder, afhankelijk van de status van de werking.
  • Pagina 436 WAARSCHUWING • De afstand tot de voorligger op het Wees voorzichtig wanneer u tijdelijk instrumentenpaneel wordt accelereert, want de snelheid en afstand weergegeven in overeenstemming met worden niet automatisch gecontroleerd, de feitelijke afstand tussen uw auto en zelfs als er een voorligger is. het voertuig voor u.
  • Pagina 437 Bestuurdershulpsysteem Smart Cruise Control tijdelijk annuleren Als de Smart Cruise Control tijdelijk geannuleerd wordt terwijl de auto stilstaat en de functie actief is, kan de EPB (elektronische parkeerrem) worden geactiveerd. WAARSCHUWING Wanneer de Smart Cruise Control tijdelijk geannuleerd is, wordt de afstand tot de 2C_SCCAutoTemporaryCancel voorligger niet aangehouden.
  • Pagina 438 Filerijden Waarschuwing voor rijomstandigheden 2C_SCCReStart In het verkeer stopt uw auto als de auto 2C_SCCRoadConditionWarningInfo vóór u stopt. En als uw voorligger weer In de volgende situatie verschijnt de gaat rijden, gaat uw auto eveneens rijden. waarschuwingsmelding "Let op voor Nadat de auto is gestopt en gedurende voertuigen in de buurt"...
  • Pagina 439 Bestuurdershulpsysteem Botsingswaarschuwing WAARSCHUWING Neem de volgende voorzorgsmaatregelen bij gebruik van het Smart Cruise Control-systeem: • De Smart Cruise Control is geen vervanging voor correct en veilig rijgedrag. Het valt onder de verantwoordelijkheid van de bestuurder om altijd de snelheid en afstand tot de voorligger te controleren.
  • Pagina 440 • Wanneer u een aanhanger of een ander • Stel de rijsnelheid altijd lager in dan de voertuig sleept, moet u om geldende maximumsnelheid. veiligheidsredenen de Smart • De afstand tussen voertuigen, Cruisecontrol uitschakelen. acceleratie en reactiesnelheid kunnen • Schakel Smart Cruise Control uit wiselen als de rijstijl van de bestuurder wanneer uw auto wordt gesleept.
  • Pagina 441 We raden werken wanneer deze sneeuw, regen of aan om uw voertuig te laten inspecteren ander vreemd materiaal is verwijderd. door een erkende HYUNDAI-dealer. WAARSCHUWING Het kan zijn dat Smart Cruise Control niet goed werkt, zonder dat er een waarschuwingsmelding op het instrumentenpaneel verschijnt.
  • Pagina 442 Beperkingen van het Smart Cruise • Er is niet veel licht buiten en de Control-systeem achterlichten zijn niet aan of geven weinig licht Mogelijk werkt de Smart Cruise Control niet naar behoren of grijpt hij onverwacht • De achterkant van de voorligger is klein in onder de volgende omstandigheden: of ziet er ongewoon uit (bijvoorbeeld wanneer de auto is gekanteld,...
  • Pagina 443 Bestuurdershulpsysteem • De voorligger rijdt met een lage of hoge • U rijdt op een bochtige weg snelheid • Uw auto verandert langzaam van rijstrook terwijl vóór u een voorligger rijdt • De voorligger is bedekt met sneeuw • Onstabiel rijden •...
  • Pagina 444 • Rijden op een helling • Van rijbaan wisselen 2C_FCADrivingOnIncline Het Smart cruisecontrol detecteert bij bergop- of bergafwaarts rijden mogelijk geen rijdende auto in uw rijstrook, waardoor de auto tot de ingestelde snelheid kan accelereren. De rijsnelheid kan ook snel dalen wanneer plotseling een voertuig vóór de auto wordt gedetecteerd.
  • Pagina 445 Bestuurdershulpsysteem • Situaties waarin detecteren beperkt is - Voertuigen met een grotere bodemvrijheid of met een lading die uit de achterkant van het voertuig steekt - Voertuigen waarvan de voorkant hoger is door een zware lading - Voertuigen binnen ongeveer 2 m van uw voertuig - Tegenliggers - Stilstaande voertuigen...
  • Pagina 446 • Wanneer een voorligger verdwijnt bij • Kijk altijd uit voor voetgangers als uw een kruispunt, is het mogelijk dat uw auto een vaste afstand tot uw auto accelereert. voorligger aanhoudt. Let tijdens het rijden altijd op de weg en de rijomstandigheden.
  • Pagina 447 Bestuurdershulpsysteem Navigation-Based Smart Instellingen Slimme cruisecontrol op basis van Cruisecontrol (NSCC) navigatie indien van toepassing Navigation-based Smart Cruise Control kan helpen een bepaalde rijsnelheid aan te houden op basis van de omstandigheden wanneer u op een snelweg (of hoofdweg) rijdt. Dit gebeurt doordat Smart Cruise Control informatie over de weg van het navigatiesysteem gebruikt terwijl het geactiveerd is.
  • Pagina 448 Werking van Navigation-based Smart Cruise Control Navigation-Based Smart actief Cruise Control Terwijl de snelheid wordt geregeld, knippert het groene Û controlelampje. Voorwaarden voor gebruik Tijdelijk geannuleerd of onderbroken door De Slimme cruisecontrol op basis van de bestuurder navigatie is klaar voor werking als aan alle Als Smart Cruisecontrol op basis van volgende voorwaarden wordt voldaan: navigatie de auto niet kan besturen,...
  • Pagina 449 Bestuurdershulpsysteem • GPS-signalen worden geblokkeerd op Highway Curve Zone Auto Slowdown bepaalde plaatsen, zoals in een tunnel (auto vertragen in de bocht van de snelweg) • Afhankelijk van het bocht die eraan • Een weg die zich splitst in twee of meer komt op de snelweg (of hoofdweg), wegen, die nadien weer samenkomen vertraagt de auto en accelereert hij na...
  • Pagina 450 • U rijdt op een weg met scherpe • Zodra de route die de auto volgt, wordt bochten herkend als de hoofdrijbaan doordat de auto in plaats van de ingestelde route in het navigatiesysteem de hoofdrijbaan blijft volgen, werkt de functie Highway Curve Zone Auto Slowdown (automatisch vertragen in snelwegbochten) wel.
  • Pagina 451 Bestuurdershulpsysteem • Zodra het systeem oordeelt dat u van WAARSCHUWING de route afwijkt door het verkeersknooppunt of kruispunt op te • Navigation-based Smart Cruise Control rijden, stopt de functie Highway Curve is geen vervanging voor een veilig Zone Auto Slowdown met werken. rijgedrag, maar een comfortfunctie.
  • Pagina 452 Lane following assist (LFA • Als de bestuurder het gaspedaal indrukt terwijl Navigation-based Smart Cruise - houdt het voertuig in het Control actief is, accelereert de wagen en vertraagt het de auto niet. Als u het midden van de rijstrook) gaspedaal echter onvoldoende intrapt, kan het voertuig vaart minderen.
  • Pagina 453 Bestuurdershulpsysteem Instellingen Lane Following Werking van de Lane Assist (hulp bij rijbaan volgen) Following Assist Waarschuwingsmethodes Lane Following Assist (hulp bij rijbaan volgen) in-/uitschakelen 2C_WarningTypeSetInfo_2 Wanneer het voertuig aanstaat, drukt u 2C_LaneSafetyButton op de Ų knop en selecteer vervolgens Met de auto ingeschakeld, drukt u kort op Voertuig >...
  • Pagina 454 OPGELET Wanneer het stuurwiel niet wordt bijgestaan, wordt het witte (º) indicatielampje knippert en verandert in grijs. Waarschuwing hands-off (handen van het stuur) 2C_DisableLFAWarning Indien de handen van de bestuurder nog steeds niet op het stuur zijn na de waarschuwing, verschijnt de waarschuwingsmelding "LFA geannuleerd (hulp bij rijbaan geannuleerd)"...
  • Pagina 455 (X) op het instrumentenpaneel gaat branden. Laat uw auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. 2C_LFALaneDetectInfo_2 Beperkingen van de Lane Following • De afbeeldingen en kleuren op het Assist instrumentenpaneel kunnen afwijken Raadpleeg het gedeelte “Lane Keeping...
  • Pagina 456 Highway Driving Assist (HDA, rijhulp op de • Snelwegassistent is alleen beschikbaar op bepaalde snelwegen. snelweg) • Rijhulp op de snelweg werkt op hoofdwegen of snelwegen, maar niet indien van toepassing op verkeersknooppunten of kruispunten. Rijhulp op de snelweg • Er kunnen meer snelwegen Rijhulp op de snelweg detecteert beschikbaar komen in de toekomst rijstroken en voertuigen vóór uw auto,...
  • Pagina 457 Bestuurdershulpsysteem Instellingen Rijhulp op de snelweg 2C_RearRadar_2 [A] Frontzichtcamera [B] Voorradar [C] Hoekradar vóór (indien van toepassing) 2C_HDASettings [D] Hoekradar achter (indien van toepassing) Wanneer het voertuig aanstaat, drukt u Zie bovenstaande afbeelding voor de op de Ų knop en selecteer of precieze locatie van de detectiesensoren.
  • Pagina 458 We raden aan om uw selecteren: voertuig te laten inspecteren door een • Waarschuwingsvolume: Het erkende HYUNDAI-dealer. waarschuwingsvolume kan worden • Wanneer de auto opnieuw wordt aangepast. gestart, behouden de functies de Als u het waarschuwingsvolume laatste instelling.
  • Pagina 459 Bestuurdershulpsysteem Werking van Highway Driving Standby Assist (rijhulp op de snelweg) Basisfunctie Weergave bedrijfsstatus U ziet het bedrijfsaanzicht van het Smart Cruisecontrolsysteem in de Rijhulpprogramma op het instrumentenpaneel. Zie het gedeelte “Weergavemodi” in hoofdstuk 4. 2C_HDAReadyIndicatorInfo 1. Controlelampje Highway Driving Assist, Highway Driving Assist (hulp voor rijden geeft weer of er een voorligger is en op de snelweg) wordt weergegeven zoals...
  • Pagina 460 Werking van Highway Driving Assist Waarschuwing hands-off (handen van het (rijhulp op de snelweg) stuur) Highway Driving Assist (rijhulp op de snelweg) werkt wanneer: • Bij het rijden op de hoofdrijbaan van een snelweg en het inschakelen van Rijhulp op de snelweg door op de toets Rijhulp te drukken •...
  • Pagina 461 Bestuurdershulpsysteem Driving speed limit (Snelheidsbeperking) Highway Driving Assist (rijhulp op de snelweg) op stand-by Als het Smart Cruisecontrolsysteem tijdelijk geannuleerd wordt terwijl Rijhulp op de snelweg actief is, gaat deze functie in stand-by. Het Lane Following Assist-systeem treedt dan naar behoren in werking.
  • Pagina 462 Rijhulp voor rijstrook wisselen op de 2. Groene rijstrookmarkering snelweg • De rijstrookmarkering wordt op dezelfde wijze als het controlelampje indien van toepassing Rijhulp voor rijstrook wisselen op de snelweg (1) weergegeven. Als de Weergave bedrijfsstatus functie echter in stand-by staat, U ziet de werkingsstatus van de functie wordt weergegeven of de Rijhulp voor rijstrook wisselen op de...
  • Pagina 463 Bestuurdershulpsysteem Highway Driving Assist (rijhulp voor rijstrook wisselen op de snelweg) klaar • Zolang de functie Lane Change Assist voor gebruik (rijhulp voor rijstrook wisselen) aanstaat (controlelampje aan), wordt de Lane Following Assist (hulp bij rijbaan volgen) niet geannuleerd, zelfs niet als de richtingaanwijzer of de alarmknipperlichten aanstaan.
  • Pagina 464 Highway Lane Change Assist (rijhulp voor rijstrook wisselen op de snelweg) is actief • Wanneer de richtingaanwijzer in de stand [A] wordt gezet. Als de richtingaanwijzer naar het midden (1) wordt losgelaten voordat u de rijstrook betreedt, wordt de Rijhulp voor rijstrook wisselen op de snelweg geannuleerd.
  • Pagina 465 Bestuurdershulpsysteem - De alarmknipperlichten zijn Highway Lane Change Assist (rijhulp voor ingeschakeld rijstrook wisselen op de snelweg) is stand-by - De waarschuwingsmelding De functie Highway Lane Change Assist Ondersteuning botsing vermijden (rijhulp voor rijstrook wisselen op de voorzijde of Botsing vermijden blinde snelweg) staat in stand-by wanneer niet hoek wordt weergegeven aan alle voorwaarden voor de...
  • Pagina 466 Laat wordt automatisch uitgeschakeld in de uw auto in dit geval inspecteren door een volgende situaties: officiële HYUNDAI-dealer. - Rijden op wegen waar de Highway Driving Assist (rijhulp op de snelweg) niet werkt, zoals rustplaatsen, kruisingen, kruispunten enz.
  • Pagina 467 Bestuurdershulpsysteem • Afhankelijk van de wegomstandig- • De kaartgegevens en de werkelijke weg heden (navigatie-informatie) of de verschillen als gevolg van een fout in de omgeving is het mogelijk dat Highway realtime GPS- of kaartgegevens Driving Assist onbedoeld wordt in- of •...
  • Pagina 468 Achteruitrijmonitor • Veiligheidsprioriteit parkeren: Uw voertuig verlaagt alle andere (RVM) audiovolumes wanneer de waarschuwing van het indien van toepassing bestuurdershulpsysteem klinkt. Het Rear View Monitor-systeem toont u de zone achter de auto om u te helpen bij het parkeren of achteruitrijden. •...
  • Pagina 469 Bestuurdershulpsysteem Achteraanzicht Gebruik achteruitrijcamera uitbreiden Wanneer 'Gebruik achteruitrijcamera uitbreiden' is geselecteerd, worden Richtlijnen voor het parkeren weergegeven in het achteraanzicht. Referentielijnen achteraanzicht Als Referentielijnen achteraanzicht geselecteerd is, worden de parkeerrichtlijnen bij het achteruitrijden en de richtlijnen van het achterbovenaanzicht weergegeven aan 2C_RearViewInfo de linkerkant op het scherm van het infotainmentsysteem.
  • Pagina 470 Vergrote achteruitrijmonitor In werking Het achteraanzicht blijft zichtbaar op het Als de versnelling in R (achteruit) wordt scherm om u te helpen bij het parkeren. gezet terwijl het achteruitrijbeeld op het scherm verschijnt, schakelt het scherm over naar de achteraanzicht. Voorwaarden voor gebruik De versnelling wordt geschakeld van R (achteruit) naar N (neutraal) of D (rijden)
  • Pagina 471 HYUNDAI-dealer. Detectiesensor Beperkingen van de Achteruitrijmonitor WAARSCHUWING • De camera bestrijkt niet het gehele gebied achter het voertuig.
  • Pagina 472 Instellingen Surround View Camera-instellingen Monitor Waarschuwingsmethodes 2C_SVMCameraSettings • U kunt Surround View Monitor "Inhoud weergeven" wijzigen door het installatiepictogram ( ) op het scherm 2C_WarningTypeSetInfo_4 aan te raken terwijl Surround View Wanneer het voertuig aanstaat, drukt u Monitor in werking is, of door te op de Ų...
  • Pagina 473 Bestuurdershulpsysteem Werking van de Surround Referentielijnen bovenaanzicht View Monitor Als de functie "Referentielijnen bovenaanzicht" is geselecteerd, wordt de paarkeerafstandswaarschuwing Toets Parking/View rechts van het bovenaanzicht (Parkeren/Weergave) weergegeven op het scherm van de Omgevingsmonitor. • Het beeld wordt alleen weergegeven als de parkeerafstandwaarschuwing de bestuurder waarschuwt.
  • Pagina 474 Achteraanzicht Voorwaarden voor gebruik • De versnelling wordt van R (achteruit) Het achteraanzicht verschijnt op het naar N (neutraal) of D (rijden) scherm om te helpen bij het parkeren. geschakeld en de rijsnelheid is 10 km/h U kunt bovenaanzicht, achteraanzicht, of minder.
  • Pagina 475 Bestuurdershulpsysteem Vooraanzicht tijdens het rijden Zicht achteruit tijdens het rijden De bestuurder kan het vooraanzicht op De bestuurder kan tijdens het rijden het het scherm bekijken om veilig te rijden. zicht achteruit op het scherm controleren om te helpen bij het achteruitrijden. U kunt tijdens het rijden het achteraanzicht selecteren met de toets Voorwaarden voor gebruik...
  • Pagina 476 Voorwaarden voor gebruik voertuig te laten controleren door een Wanneer de 3D-weergave is geselecteerd officiële HYUNDAI-dealer. door op de toets Weergave wijzigen (2) te drukken: Beperkingen van de Surround View • De versnelling staat in P (Parkeren), N...
  • Pagina 477 Bestuurdershulpsysteem Botsingsvermijding WAARSCHUWING kruisend verkeer • Om een botsing te voorkomen, moet u ALTIJD rond uw auto kijken om er zeker achteraan (RCCA) van te zijn dat zich hier geen voorwerpen of obstakels bevinden indien van toepassing voordat u de auto verplaatst. Wat u op Botsingsvermijding kruisend verkeer het scherm ziet, kan verschillen van de achteraan detecteert voertuigen die links...
  • Pagina 478 Instellingen Rear Detectiesensor Cross-Traffic Collision-Avoidance Assist (ondersteuning botsing vermijden kruisend verkeer achteraan) Rear Cross-Traffic Safety (veiligheid kruisend verkeer achter) 2C_RearRadar [A] Hoekradar achteraan Zie bovenstaande afbeelding voor de precieze locatie van de detectiesensoren. Raadpleeg het gedeelte “Blind-spot Collision-avoidance Assist (BCA, botsingsvermijding blinde hoek)”...
  • Pagina 479 Bestuurdershulpsysteem Werking Rear Cross-Traffic Waarschuwingsmethodes Collision-Avoidance Assist (ondersteuning botsing vermijden kruisend verkeer achteraan) Botsingsvermijding kruisend verkeer achteraan waarschuwt en helpt het voertuig te besturen, afhankelijk van het risico op een aanrijding: Botsingswaarschuwing, Noodremmen en De auto tot stilstand brengen en het aansturen van de remmen beëindigen.
  • Pagina 480 Noodremmen • De Rear Cross-Traffic Collision-Avoidance Assist (ondersteuning botsingsvermijding achterzijde) werkt wanneer aan al de volgende voorwaarden is voldaan: - Er wordt naar stand R (Achteruit) geschakeld - De rijsnelheid is lager dan 8 km/h (5 mph) - Het naderende voertuig bevindt zich op ca.
  • Pagina 481 Bestuurdershulpsysteem De auto tot stilstand brengen en het • De Botsingsvermijding kruisend verkeer achteraan werkt wanneer aan aansturen van de remmen al de volgende voorwaarden is voldaan: beëindigen - Er wordt naar stand R (Achteruit) geschakeld - De rijsnelheid is lager dan 8 km/h (5 mph) - Het naderende voertuig bevindt zich op ca.
  • Pagina 482 • Wanneer Rear Cross-Traffic WAARSCHUWING Collision-Avoidance Assist (ondersteuning botsing vermijden Tref de volgende voorzorgsmaatregelen kruisend verkeer achteraan) werkt, wanneer u gebruikmaakt van de Rear wordt het aansturen van de remmen Cross-Traffic Collision-Avoidance Assist door de functie automatisch (ondersteuning botsing vermijden geannuleerd wanneer de bestuurder kruisend verkeer achteraan): het gaspedaal hard intrapt of abrupt het...
  • Pagina 483 (X) voor voertuigen die van links en rechts waarschuwingslampje op het naderen. instrumentenpaneel branden. Laat uw auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. 7-134...
  • Pagina 484 • Het is mogelijk dat de Rear instrumentenpaneel branden. Laat uw Cross-Traffic Avoidance Assist niet auto in dit geval inspecteren door een goed werkt, zonder dat daardoor het officiële HYUNDAI-dealer. waarschuwingsmelding verschijnt op het instrumentenpaneel. Rear Cross-Traffic • Mogelijk werkt de Botsingsvermijding...
  • Pagina 485 Bestuurdershulpsysteem Beperkingen van de Rear WAARSCHUWING Cross-Traffic Collision-Avoidance Assist (ondersteuning botsing • Nabij een voertuig of constructie vermijden kruisend verkeer rijden achteraan) Mogelijk werkt de Rear Cross-Traffic Collision-Avoidance Assist (ondersteuning botsingsvermijding achterzijde) niet normaal of treedt de functie onverwacht in werking onder de volgende omstandigheden: •...
  • Pagina 486 • Wanneer het voertuig zich ergens • Wanneer het voertuig schuin is bevindt waar het moeilijk parkeren is geparkeerd 2C_RCCAVehicleInParkingLot 2C_RCCAParkDiagonally De Rear Cross-Traffic Het kan zijn dat de werking van Rear Collision-Avoidance Assist Cross-Traffic Collision-Avoidance (ondersteuning botsingsvermijding Assist (ondersteuning achterzijde) detecteert mogelijk botsingsvermijding achterzijde) voertuigen die een parkeerplaats nabij...
  • Pagina 487 Bestuurdershulpsysteem • Wanneer uw auto op of nabij een • Een parkeerplek inrijden waarbij zich helling staat een constructie bevindt 2C_RCCANearSlope 2C_RCCAThereIsStructure [A] Constructie Het kan zijn dat de werking van Rear [B] Muur Cross-Traffic Collision-Avoidance De Rear Cross-Traffic Assist (ondersteuning Collision-Avoidance Assist botsingsvermijding achterzijde) (ondersteuning botsingsvermijding...
  • Pagina 488 Forward/reverse parking • Wanneer het voertuig achteruit wordt geparkeerd distance warning (afstandswaarschuwing vooruit/achteruit, PDW) De Parkeerafstandswaarschuwing vooruit/achteruit gebruikt de ultrasononsensoren aan de voor- en achterkant om een persoon, dier of object te detecteren dat zich binnen een bepaalde afstand bevindt van uw 2C_RCCAParkRearward stilstaand of traag rijdend voertuig en u De Rear Cross-Traffic...
  • Pagina 489 Bestuurdershulpsysteem Instellingen Automatische PDW (parkeerafstandwaarschuwing) Afstandswaarschuwing vooruit/achteruit Om de functie Auto PDW (Parking Distance Warning) te gebruiken, drukt u op de knop Ų en selecteert u Waarschuwingsmethodes vervolgens Voertuig > Bestuurdershulp > Veilig parkeren > Auto PDW (Afstandswaarschuwing parkeren) vanuit het infotainmentsysteem. Als Auto PDW (Parking Distance Warning, parkeerafstandswaar- schuwing) is ingeschakeld, blijft het...
  • Pagina 490 Afstandswaarschuwing vooruit Waarschuwings- Parkeerafstandswaarschuwing vooruit lampje voor voor- werkt als aan één van de voorwaarden Afstand Waarschu- uit rijden wordt voldaan. wingsge- voor- • De versnelling wordt geschakeld van R Instru- luid Infotain- werp (achteruit) naar D (rijden) met de menten- ment Afstandswaarschuwing parkeren...
  • Pagina 491 Als het daarna nog steeds niet goed werkt, raden wij aan uw auto te laten 60-120 Zoemer nakijken door een erkende klinkt met HYUNDAI-dealer. (24-48 tussenpo- • Het waarschuwingssignaal klinkt niet. in.) • De zoemer klinkt met tussenpozen. 30-60 Zoemer •...
  • Pagina 492 - Bij zware regenval of opspattend officiële HYUNDAI-dealer. water - Als er water over het oppervlak van de sensor loopt - Als de sensor wordt beïnvloed door...
  • Pagina 493 Het verschilt afhankelijk van de rijsnelheid of de vorm van een persoon, dier of object. • Als de Afstandswaarschuwing parkeren niet naar behoren werkt, adviseren we om uw auto te laten nakijken door een officiële HYUNDAI-dealer. 7-144...
  • Pagina 494 Afstandswaarschuwing Instellingen van de Afstandswaarschuwing parkeren vooruit/zij- parkeren waarts/achteruit (PDW) vooruit/zijwaarts/achteruit Afstandswaarschuwing parkeren Waarschuwingsmethodes vooruit/zijwaarts/achteruit gebruikt de ultrasone sensoren aan de voor-, zij- en achterkant om te detecteren en u te waarschuwen als een persoon, dier of object zich binnen een bepaalde afstand bevindt wanneer uw voertuig stilstaat of met lage snelheid rijdt.
  • Pagina 495 Bestuurdershulpsysteem Parking Distance Warning Auto ON • Wanneer de versnelling naar R (afstandswaarschuwing (Achteruit) wordt geschakeld, wordt de automatisch aan) Parkeerafstandswaarschuwing automatisch ook ingeschakeld Om de functie Auto PDW (Parking (controlelampje toets Veilig parkeren Distance Warning) te gebruiken, drukt u brandt).
  • Pagina 496 Parkeerafstandswaarschuwing Waarschuwings- zijwaarts lampje voor voor- Afstandswaarschuwing parkeren Afstand Waarschu- uit rijden zijwaarts werkt onder de volgende wingsge- voorwaarden. voor- Instru- luid Infotain- werp • Er wordt naar stand R (achteruit) menten- ment geschakeld. paneel • De versnelling wordt geschakeld van Zoemer stand R (achteruit) naar D (rijden).
  • Pagina 497 Bestuurdershulpsysteem Afstandswaarschuwing parkeren achteruit/zijwaarts • Afstandswaarschuwing parkeren Afstandswaarschuwing parkeren zijwaarts werkt als de snelheid van het achteruit/zijwaarts werkt onder de voertuig lager is dan 10 km/h. volgende voorwaarden. • Afstandswaarschuwing parkeren • Er wordt naar stand R (achteruit) zijwaarts werkt alleen als de geschakeld.
  • Pagina 498 Als de functie nog steeds niet goed werkt, raden we u aan de auto door behoren werken wanneer sneeuw, regen of ander vreemd materiaal is verwijderd. een officiële HYUNDAI-dealer te laten Als de Afstandswaarschuwing parkeren controleren. niet naar behoren werkt nadat de •...
  • Pagina 499 Bestuurdershulpsysteem - Richt de straal van de hogedrukreiniger niet rechtstreeks op de sensoren of omliggende delen • De parkeerafstandswaarschuwing werkt mogelijk niet goed als: - Bij zware regenval of opspattend water - Als er water over het oppervlak van de sensor loopt - Als de sensor wordt beïnvloed door de sensoren van een andere auto's - De sensor is bedekt met sneeuw...
  • Pagina 500 • Als de Afstandswaarschuwing parkeren niet naar behoren werkt, adviseren we om uw auto te laten nakijken door een officiële HYUNDAI-dealer. 2C_RearUltrasonicSensor [A] Breedbeeld-achteruitrijcamera [B] Ultrasoonsensoren achter Zie bovenstaande afbeelding voor de precieze locatie van de detectiesensoren.
  • Pagina 501 Bestuurdershulpsysteem Instellingen Reverse Parking • Het waarschuwingsvolume en de voelbare waarschuwing kunnen niet Collision-Avoidance Assist tegelijkertijd worden uitgeschakeld. (ondersteuning Wanneer een van de waarschuwingen botsingsvermijding achteruit wordt uitgeschakeld, wordt de andere parkeren) geactiveerd. Waarschuwingsmethodes Parkeerveiligheid Wanneer het voertuig aanstaat, drukt u op de Ų...
  • Pagina 502 Voorwaarden voor gebruik Als de functie het risico op een botsing met een voetganger of voorwerp achter het voertuig detecteert, waarschuwt de functie de bestuurder met een waarschuwingssignaal, en een waarschuwingsmelding op het instrumentenpaneel. Als de Omgevingsmonitor actief is, verschijnt er een waarschuwing op het scherm van het infotainmentsysteem.
  • Pagina 503 We raden verschijnt op het paneel als de volgende aan om uw voertuig te laten inspecteren situaties zich voordoen: door een erkende HYUNDAI-dealer. • Er zit vuil, zoals sneeuw of water, of een andere substantie op de achteruitrijcamera of ultrasoonsensor(en).
  • Pagina 504 Beperkingen van Parking - Het beeld van de voetganger in de Collision-Avoidance Assist frontzichtcamera is niet te (ondersteuning botsing vermijden onderscheiden van de achtergrond achteruit parkeren) • Problemen met voetganger of object Onder de volgende omstandigheden - De voetgangers zijn moeilijk op te biedt Reverse Parking sporen Collision-Avoidance Assist mogelijk geen...
  • Pagina 505 Bestuurdershulpsysteem • Problemen met rijomstandigheden • Sommige voorwerpen worden mogelijk niet geregistreerd door de - De bestuurder rijdt direct na het ultrasoonsensoren achter als gevolg schakelen naar R (achteruit) of D van de afstand tot, het formaat van of (achteruit) het materiaal van het voorwerp.
  • Pagina 506 We raden aan om uw voertuig te laten inspecteren door een erkende HYUNDAI-dealer. OPGELET Neem de volgende voorzorgsmaatregelen om de optimale prestaties van de detectiesensor te Reverse Parking Collision-Avoidance...
  • Pagina 507 Bestuurdershulpsysteem Slimme parkeerhulp op Detectiesensoren afstand (RSPA) indien van toepassing De Slimme parkeerhulp op afstand maakt gebruik van ultrasoonsensoren aan de voor-, zij- en achterkant om parkeerplekken te detecteren, het sturen, de snelheid en het schakelen van het voertuig te regelen en om te helpen bij het in- en uitrijden van parkeerplekken op afstand, bediend van buiten uw auto.
  • Pagina 508 • Als de detectiesensors gerepareerd moeten worden, adviseren wij u uw auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer • Er kan een storing optreden in de afstandswaarschuwing parkeerhulp als de bumperhoogte van de auto of de installatie van de ultrasoonsensor gewijzigd of beschadigd is.
  • Pagina 509 Bestuurdershulpsysteem Bedieningssysteem Remote Smart Parking Assist Remote Smart Parking Assist (RSPA - slimme parkeerhulp op afstand) knop Toets Parking/View Toets parkeerveiligheid Smart Key (Parkeren/Weergave) Locatie Naam Symbool Omschrijving Houd de knop Parking/View (parkeren/weergave) Toets ingedrukt om de Remote Smart Parking Assist Parking/View (slimme parkeerhulp op afstand) te activeren De ā...
  • Pagina 510 Remote Operation (op afstand Methode (2): De functie gebruiken bedienen) wanneer het voertuig is ingeschakeld. • Parkeer het voertuig voor de ruimte Operationele volgorde waar u de functie Remote Operation Op afstand bedienen werkt in de (op afstand bedienen) en schakel naar P volgende volgorde: (parkeren).
  • Pagina 511 Bestuurdershulpsysteem 6. Bediening op afstand kan het voertuig 2. Op afstand vooruit/achteruit bewegen op afstand besturen met de Smart Key buiten het voertuig. • Ga na of alle smart keys buiten het voertuig zijn als u de functie Remote Operation (op afstand bedienen) gebruikt.
  • Pagina 512 Bedrijfsstatus van bedienen op afstand WAARSCHUWING Bedrijfs- Alarmknip- • Als u de functie Remote Operation (op LED smart key status perlichten afstand bedienen) wil gebruiken moet u nagaan of alle passagiers het voertuig Groene led verlaten hebben. Onder knippert controle •...
  • Pagina 513 Bestuurdershulpsysteem • Het voertuig beweegt 7 m (22 ft.) terwijl De functie op afstand bedienen de smart key is ingedrukt met de uitschakelen functie Remote Operation (op afstand • Druk op de toets parkeren/weergave bedienen) (max. reisafstand per knop (ā) terwijl het infotainmentsysteem drukken) de bestuurder met methode 2 begeleidt.
  • Pagina 514 Remote Smart Parking 2C_CheckRSPAStandbyInfo Assist dan niet langer. We adviseren u uw Remote Smart Parking Assist standby auto te laten nakijken door een officiële HYUNDAI-dealer. Wanneer het bericht "Parkeerhulpvoorwaarden niet voldaan" verschijnt wanneer Parking/View (ā) knop is ingedrukt en ingedrukt gehouden terwijl Remote Smart Parking Assist in stand-by staat.
  • Pagina 515 Bestuurdershulpsysteem Beperkingen van de Remote Smart • Er staat een ronde of smalle paal of een Parking Assist paal waar objecten zoals een brandblusser, enz. omheen staan naast In de volgende omstandigheden zijn de de parkeerplaats. prestaties van de Remote Smart Parking Assist (slimme parkeerhulp op afstand) •...
  • Pagina 516 - Een smal voorwerp zoals de hoek van • Parkeren achter een vrachtwagen een vierkante pilaar - Een persoon, dier of voorwerp vlakbij de ultrasoonsensor Denk eraan dat Remote Smart Parking Assist (slimme parkeerhulp op afstand) mogelijk niet normaal functioneert in de volgende situaties: •...
  • Pagina 517 Bestuurdershulpsysteem • Parkeren in een parkeerruimte met • Parkeren in de sneeuw alleen een voertuig aan één kant 2C_RSPAParkingInSnowInfo Sneeuw kan de werking van de sensor 2C_RSPAParkingWithSideVehicleInfo Als Remote Smart Parking Assist belemmeren of het systeem wordt (slimme parkeerhulp op afstand) wordt mogelijk geannuleerd als de weg gebruikt, als u parkeert in een tijdens het parkeren glad is.
  • Pagina 518 We raden aan om uw voertuig te • De functie Slimme parkeerhulp op laten inspecteren door een erkende afstand kan trager of helemaal niet HYUNDAI-dealer. meer werken, naargelang de staat van • U hoort mogelijk een geluid als de de auto, als het op afstand gestarte...
  • Pagina 519 Bestuurdershulpsysteem Conformiteitsverklaring Hoekradar achteraan De met radiofrequenties werkende indien van toepassing componenten voldoen aan: • Voor Europa en landen met een Voorradar EG-certificering De met radiofrequenties werkende componenten voldoen aan: • Voor Europa en Europese gebieden 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_EEE • Voor Japan 2C_DeclarationOfConformityFrontRadar_EU •...
  • Pagina 520 • Voor Ghana • Voor Paraguay 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_GHA • Voor Singapore 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_PRY • Voor Oman 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_SGP • Voor de Verenigde Arabische Emiraten 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_ARE • Voor Marokko 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_OMN • Voor Zuid-Afrika 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_MAR • Voor Zambia 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_ZAF 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_ZMB 7-171...
  • Pagina 521 Bestuurdershulpsysteem • Voor Senegal • Voor Servië 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_SEN • Voor Jordanië 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_JOR • Voor Australië 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_SRB • Voor Nigeria 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_AUS • Voor Verenigd Koninkrijk 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_NGA • Voor Maleisië 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_GBR 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_MYS 7-172...
  • Pagina 522 • Voor Pakistan • Voor Indonesië 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_PAK • Voor Israël 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_IDN 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_ISR • Voor Mexico 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_MEX 7-173...
  • Pagina 523 Bestuurdershulpsysteem • Voor Taiwan • Voor Brazilië 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_BRA • Voor de Filipijnen 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_PHL 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_TWN 7-174...
  • Pagina 524 • Voor Thailand • Voor Oekraïne 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_THA 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_UKR • Voor China 2C_DeclarationOfConformityRearRadar_CHN 7-175...
  • Pagina 526 8. Noodsituaties Alarmknipperlichten ......................8-2 Wat te doen bij een noodgeval tijdens het rijden ............8-2 Als de auto afslaat tijdens het rijden ................8-2 Als de auto afslaat op een kruising of splitsing............8-2 Als u tijdens het rijden een lekke band krijgt .............8-3 Als de auto niet wil starten....................8-3 Controleer op de laadmeter dat de EV-batterij niet bijna leeg is......8-3 Starten met een hulpaccu (12V-accu)................8-4...
  • Pagina 527 Als de auto niet start, adviseren wij u bij het naderen, inhalen of passeren van contact op te nemen met een officiële uw auto. HYUNDAI-dealer of gekwalificeerde Ze moeten worden gebruikt in hulp zoekt.. noodsituaties of als de auto aan de kant van de weg tot stilstand is gekomen.
  • Pagina 528 Als de auto niet wil Als u tijdens het rijden een lekke band krijgt starten Als tijdens het rijden een band leegloopt: • Haal uw voet van het gaspedaal en laat Controleer op de laadmeter de auto vertragen terwijl u rechtdoor rijdt.
  • Pagina 529 Noodsituaties Starten met een hulpaccu Waterstofgas is altijd aanwezig in batterijcellen. Het is zeer brandbaar en (12V-accu) kan ontploffen als het wordt ontstoken. Ĝ Starten met een hulpaccu kan gevaarlijk zijn als dit niet op de juiste manier gebeurt. Volg de procedure voor het starten met een hulpaccu in dit hoofdstuk om ernstig letsel of schade aan uw auto te voorkomen.
  • Pagina 530 Startprocedure met behulp van een • Laad een accu nooit op als de accukabels van het voertuig nog hulpaccu aangesloten zijn op de accu. • Het ontstekingssysteem werkt met hoogspanning. Gebruik voor het starten met een hulpaccu de hulpstartaansluiting in de Raak deze onderdelen nooit aan als de motorruimte.
  • Pagina 531 We raden aan om andere auto (3). uw voertuig te laten inspecteren door een erkende HYUNDAI-dealer. Maak de startkabels los in exact de omgekeerde volgorde van aansluiten: 1. Neem de startkabel van de accu/massa van uw auto (4) los.
  • Pagina 532 Bandenspanningscontro- 3. Maak de tweede startkabel los van de rode, positieve (+) pool van de lesysteem (TPMS) accu/hulpstartaansluiting van de andere auto (2). 4. Neem het andere uiteinde van de startkabel los van de rode, positieve (+) hulpstartaansluiting van uw auto (1). Ġ...
  • Pagina 533 Noodsituaties TPMS resetten Het bandenspanningscontrolesysteem (TPMS) bepaalt met sensoren in het wiel Om de TPMS te resetten: of de bandenspanning laag is, ze 1. Breng alle banden op de aanbevolen detecteren veranderingen in de radius spanning. van de band en trillingen tijdens het rijden.
  • Pagina 534 5. Controleer of de melding "Standaard OPGELET bandenspanning opgeslagen" verschijnt op het instrumentenpaneel • Voer een reset uit nadat de en het L waarschuwingslampje bandenspanning van alle vier de ongeveer 4 seconden knippert. banden op de aanbevolen spanning is ingesteld. Als u een reset uitvoert zonder eerst de bandenspanning aan te passen, wordt het •...
  • Pagina 535 Als er geen erkende HYUNDAI-dealer in de buurt is, stop dan op een veilige plaats • Het waarschuwingslampje voor lage en controleer de conditie en de...
  • Pagina 536 We raden 2C_TPMSWaringLampOverView_2 aan uw auto door een erkende Storingsindicator TPMS (L) gaat na HYUNDAI-dealer te laten nakijken die ongeveer 70 seconden knipperen zorgt voor de aanbevolen wanneer er een probleem is met het bandenspanning.
  • Pagina 537 (maximaal 200 km of 120 We raden aan de band zo spoedig mijl) naar een garagebedrijf of mogelijk door een officiële bandenspecialist om de band te laten HYUNDAI-dealer of een gelijkwaardig vervangen. goedgekeurd bedrijf te laten nakijken. In sommige gevallen, bij grotere OPGELET...
  • Pagina 538 Tire Mobility Kit betrouwbaar tijdelijk kunt afdichten. adviseren we u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. Lees het gedeelte Aanwijzingen voor het veilig gebruik van de bandenreparatieset. • Gebruik de Tire Mobility Kit niet...
  • Pagina 539 Noodsituaties Onderdelen van de bandenreparatieset 1C_TMKPartsOverview (1) Snelheidsbeperkingslabel (2) Fles met dichtmiddel en snelheidsbeperkingslabel (3) Vulslang (4) Voedingskabel voor directe aansluiting op de accu (5) Houder voor de fles dichtmiddel (6) Compressor (7) AAN/UIT-schakelaar (8) Drukmeter voor de bandenspanning (9) Deflatie-ventiel om de bandenspanning te verlagen De stekkers, voedingskabel en aansluitslang kunnen worden opgeborgen in de compressorbehuizing.
  • Pagina 540 WAARSCHUWING OPGELET Dichtmiddel waarvan de uiterste Raadpleeg het gedeelte "De gebruiksdatum is verlopen bandenspanning aanpassen" in dit hoofdstuk als alleen de bandenspanning Gebruik geen dichtmiddel waarvan de moet worden aangepast. houdbaarheidsdatum is verstreken (deze datum staat vermeld op de verpakking). Voordat u de bandenreparatieset (Tire Dit kan het risico op een lekke band Mobility Kit) gebruikt, moet u volledig op...
  • Pagina 541 Noodsituaties 4. Draai het ventieldopje los en schroef de Let er bij het vullen van de band op dat vulslang (3) op het ventiel van de band. de maximumspanning niet wordt overschreden en bewaar tijdens het vullen afstand tot de band. OPGELET Bandenspanning Ga niet met de auto rijden als de...
  • Pagina 542 De bandenreparatieset is mogelijk weinig effectief bij bandbeschadigingen groter dan ongeveer 4 mm (0,16 in). We adviseren u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer als de band niet gerepareerd kan worden met de Tire Mobility Kit. 2C_TMKprocedure_6 WAARSCHUWING 12.Steek de aansluiting van de...
  • Pagina 543 Noodsituaties De bandenspanning aanpassen • De drukmeter kan een hogere dan de werkelijke waarde aangeven wanneer de compressor draait. Voor een nauwkeurige aflezing van de bandenspanning moet de compressor worden uitgeschakeld. • Bij het terugplaatsen van de gerepareerde of vervangen band en wiel op de auto, moet u de wielmoer aandraaien tot 11-13 kgf·m (79-94 lbf·ft).
  • Pagina 544 2C_TowingGood_2 [A] Dollies Laat de auto bij voorkeur wegslepen door een officiële door HYUNDAI Erkende Reparateur of een erkend bergingsbedrijf. 2C_TowingBad • Sleep geen voertuigen met hijsbanden. Correcte hef- en sleepprocedures zijn...
  • Pagina 545 Noodsituaties Afneembaar sleepoog Voorzorgsmaatregelen bij het overbruggen van een korte afstand Voor voor het slepen van een voertuig Korte afstanden binnen 10 m met een snelheid van 5 km/h (3 mph) of minder alleen bij het laden op een sleepwagen of als het voertuig moet worden verplaatst.
  • Pagina 546 Als er een kleine brand is en u weet hoe u AANWIJZING de brandblusser moet gebruiken, volg dan deze stappen zorgvuldig. Als u de trekhaak verkeerd aandraait, kan er schade en vervorming ontstaan aan de 1. Trek de veiligheidspen, die voorkomt betreffende onderdelen.
  • Pagina 547 UIT en ga op een veilige afstand van de auto staan. Voor uw veiligheid raden we aan ook de brandweer en een officiële HYUNDAI-dealer te bellen. • Als het vuur zich verspreidt naar de hoogspanningsbatterij, kan er een nieuwe brand ontstaan. Laat in dat geval een brandweer meerijden als uw auto wordt gesleept.
  • Pagina 548 Pan-Europees eCall-systeem (voor Europa) indien van toepassing De auto is uitgerust met een apparaat dat verbonden is met het pan-Europese eCall-systeem voor noodoproepen naar hulpdiensten. Het pan-Europese eCall-systeem doet automatisch een noodoproep bij een verkeersongeval of andere calamiteiten op de Europese wegen (alleen in landen met wetgeving voor dit systeem) Het systeem maakt het mogelijk om verbinding te maken met een hulpverlener van de noodhulpdienst in geval van ongevallen in het verkeer van Europa (alleen in landen met...
  • Pagina 549 Noodsituaties Het pan-Europese eCall-apparaat in de gebruikershandleiding verwijst naar apparatuur die in de auto geïnstalleerd is en die verbinding kan maken met het pan-Europese eCall-systeem. "Andere calamiteiten" betekent elk ongeval op de Europese wegen (alleen in landen met wetgeving voor dit systeem) dat tot letsel bij mensen leidt/hulp noodzakelijk maakt. Bij waarneming van een ongeval moet u het voertuig tot stilstand brengen, de SOS-toets indrukken (de locatie van de toets staat op de afbeelding in het hoofdstuk "Pan-Europees eCall-systeem (indien van toepassing)") van de Gebruikershandleiding.
  • Pagina 550 Beschrijving van het eCall-boordsysteem (voor Europa) 1C_eCall_2 (1) SOS-toets (2) Aanrijdingswaarschuwing (3) Noodoproepsysteem (4) Antenne (5) Microfoon (6) Luidspreker (7) LED-lampjes Overzicht van het eCall-systeem voor noodnummer 112 in het voertuig, de werking en de functies ervan: raadpleeg dit gedeelte. De eCall-service voor noodnummer 112 is een publieke dienst van algemeen belang en gratis te gebruiken.
  • Pagina 551 Noodsituaties Informatie over Ontvangers van de gegevens die het eCall-systeem voor noodnummer 112 in gegevensverwerking het voertuig heeft verwerkt zijn de (Europa) betreffende publieke Elke verwerking van persoonsgegevens noodoproepcentrales die door de door het op de 112-dienst gebaseerde betreffende nationale overheid zijn eCall-boordsysteem is in aangewezen voor het gebied waar ze overeenstemming met de regels inzake...
  • Pagina 552 Regelingen voor Modaliteiten voor uitoefening van gegevensverwerking de rechten van het gegevenssubject Het 112-gebaseerde eCall-systeem in Het gegevenssubject (de voertuigen is zo ontworpen dat de voertuigeigenaar) heeft recht op toegang gegevens in het systeemgeheugen niet tot de gegevens en waar nodig op beschikbaar zijn buiten het systeem rectificatie, verwijdering en blokkering voordat een eCall wordt geactiveerd.
  • Pagina 553 Noodsituaties Pan-Europees eCall-systeem (voor Europa) 2C_eCallSOSButton Elementen van het pan-Europese eCall-systeem, geïnstalleerd in het passagierscompartiment: (1) SOS-toets (2) LED SOS-toets: Door het indrukken van de toets doet de bestuurder/passagier een noodoproep naar de hulpcentrale. LED: Het LED-lampje gaat 3 seconden branden wanneer de toets Start/Stop in stand ON staat.
  • Pagina 554 Automatische melding van ongevallen (voor Europa) 1C_eCall_3 Het Pan-Europese eCall-apparaat doet automatisch een noodoproep naar de publieke noodoproepcentrale (PSAP, Public Safety Answering Point) om bij een verkeersongeval de juiste reddingsdiensten in te zetten. Voor de juiste noodhulpdiensten en ondersteuning stuurt het pan-Europese eCall-systeem bij het waarnemen van een verkeersongeval automatisch de gegevens naar de publieke noodoproepcentrale (PSAP).
  • Pagina 555 Noodsituaties Handmatige melding van ongevallen (voor Europa) 1C_eCall_4 De bestuurder of passagier kan handmatig een noodoproep doen naar de publieke noodoproepcentrale (PSAP, Public Safety Answering Point) door op de SOS-toets te drukken om de noodhulpdiensten te waarschuwen. Een oproep naar de noodhulpdiensten via het pan-Europese eCall-systeem kan worden geannuleerd door nogmaals op de SOS-toets te drukken voordat de verbinding tot stand is gebracht.
  • Pagina 556 Als de rode led brandt bij normale rijomstandigheden, kan dit duiden op een storing in het pan-Europese eCall-systeem. We adviseren u het systeem te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. Anders hebt u niet de garantie dat het apparaat met het pan-Europese eCall-systeem in uw auto goed functioneert.
  • Pagina 558 9. Onderhoud Motorruimte........................9-3 Onderhoudswerkzaamheden ..................9-4 Verantwoordelijkheid van de eigenaar...............9-4 Voorzorgsmaatregelen voor onderhoud uitgevoerd door eigenaar ......9-4 Door de eigenaar uit te voeren onderhoudswerkzaamheden ........9-5 Schema voor door de eigenaar uit te voeren onderhoudswerkzaamheden ...9-6 Uitleg bij onderhoudsschema..................9-8 Koelsysteem .........................9-8 Koelvloeistof.........................9-8 Reductieoverbrengingsvloeistof ................9-8 Remleidingen en -slangen ..................9-8 Remvloeistof ........................9-8...
  • Pagina 559 Accu (12 V) ........................9-17 Voor een optimale werking van de accu ..............9-18 Accucapaciteitsticker....................9-18 Accu laden ........................9-18 Te resetten onderdelen....................9-19 Banden en wielen......................9-20 Bandenonderhoud ....................9-20 Aanbevolen bandenspanning koud ................. 9-20 Bandenspanning controleren..................9-21 Wielen verwisselen.....................9-22 Uitlijnen en balanceren van de wielen..............9-22 Banden vervangen ....................
  • Pagina 560 Motorruimte 1C_MotorRoomOverview De motorruimte in de auto kan in werkelijkheid afwijken van de afbeelding. (1) Expansievat koelvloeistof (2) Ruitenwisservloeistofreservoir (3) Remvloeistofreservoir (4) Zekeringkast (5) Accu (12 V) (6) Bagageruimte voorzijde (7) Noodkabel...
  • Pagina 561 HYUNDAI-dealer. Een officiële HYUNDAI-dealer voldoet aan de hoge Uw auto mag op geen enkele wijze kwaliteitseisen van HYUNDAI en krijgt worden aangepast. Door aanpassingen technische ondersteuning van HYUNDAI...
  • Pagina 562 Door de eigenaar uit te De eigenaar of officiële HYUNDAI-dealer moet onderstaande controles volgens het voeren onderhoudswerk- aangegeven interval uitvoeren om een veilige en betrouwbare werking van de zaamheden auto te garanderen. Neem bij bijzonderheden zo spoedig WAARSCHUWING mogelijk contact op met uw dealer.
  • Pagina 563 Onderhoud Schema voor door de Tijdens het rijden: eigenaar uit te voeren • Controleer op trillingen in het stuurwiel. onderhoudswerkzaamheden Controleer of het sturen niet zwaarder gaat, of het stuurwiel geen speling vertoont en of de rechtuitstand niet is Als u stopt om op te laden: gewijzigd.
  • Pagina 564 Tenminste twee keer per jaar: Ten minste eenmaal per jaar: • Controleer de radiateurslangen en de • Reinig de afvoeropeningen aan de slangen van de verwarming en de onderzijde van de portieren en de airconditioning op lekkage en dorpels. beschadigingen. •...
  • Pagina 565 Controleer de remklauwen op eventuele Koelsysteem vloeistoflekkage Controleer de onderdelen van het Ga naar koelsysteem, zoals radiateur, http://service.hyundai-motor.com voor koelvloeistofreservoir, slangen en meer informatie over het controleren van aansluitingen op lekkage en de slijtagelimiet van de remblokken of beschadiging. Vervang beschadigde voeringen onderdelen.
  • Pagina 566 Dit is een normaal verschijnsel. veelvuldig bijvullen noodzakelijk is, adviseren we u uw auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. Gebruik alleen speciaal koelwater voor elektrische voertuigen, want ander soort water of antivries kan ernstige schade aan het voertuig veroorzaken.
  • Pagina 567 Onderhoud 1. Controleer of het label op de WAARSCHUWING koelvloeistofdop recht naar voren zit. WL_RadiatorHotWarning • Controleer het koelvloeistofpeil wanneer het motorcompartiment wordt gekoeld. Het koelvloeistofpeil 2C_CheckCoolantCapLocked wordt beïnvloed door de temperatuur; 2. Controleer of de kleine uitsteeksels aan als de dop van het de binnenzijde van de koelvloeistofdop koelvloeistofreservoir wordt verwijderd goed in elkaar grijpen.
  • Pagina 568 Koelvloeistof verversen Zie de volgende tabel voor het mengpercentage: We adviseren u de koelvloeistof te laten verversen door een officiële Mengpercentage HYUNDAI-dealer overeenkomstig het Omgevings- (volume) onderhoudsschema. temperatuur Antivries Water WAARSCHUWING -15 °C (5 °F) Gebruik geen motorkoelvloeistof of antivries in het sproeierreservoir.
  • Pagina 569 Als het vloeistofpeil extreem laag is of regelmatig toevoegingen vereist zijn, adviseren we u het remsysteem te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. WAARSCHUWING Als remvloeistof in contact komt met uw ogen, spoel uw ogen dan gedurende ten minste 15 minuten met schoon water en raadpleeg onmiddellijk een arts.
  • Pagina 570 60.000 km. Als u met de auto rijdt onder zware omstandigheden, raden we u aan bij onderhoud bij gebruik onder zware omstandigheden een officiële HYUNDAI-dealer te raadplegen. 2C_WasherFluid Controleer het vloeistofpeil in het sproeierreservoir en vul indien nodig vloeistof bij. Als u geen...
  • Pagina 571 Onderhoud Interieurluchtfilter 3. Houd de vergrendeling aan de rechterkant van het deksel ingedrukt. Filter controleren Het interieurluchtfilter moet worden vervangen volgens het onderhoudsschema. Als de auto gedurende lange tijd in steden met ernstige luchtvervuiling of op ruige, stoffige wegen wordt gebruikt, moet het filter vaker worden gecontroleerd en eerder worden vervangen.
  • Pagina 572 Ruitenwisserbladen Voorruitwisserblad vervangen Dit voertuig heeft een "verborgen" ruitenwisser die niet kan worden opgetild Wisserbladen controleren wanneer deze in de onderste ruststand staat. Verontreiniging van de voorruit of 1. Houd binnen 20 seconden na het ruitenwisserbladen met vreemde stoffen uitschakelen van het voertuig de kan de effectiviteit van de ruitenwissers ruitenwisserhendel ongeveer 2 verminderen.
  • Pagina 573 Onderhoud Achterruitwisserblad vervangen 4. Plaats het nieuwe ruitenwisserblad in de omgekeerde volgorde van het 1. Houd binnen 20 seconden na het verwijderen. uitschakelen van het voertuig de ruitenwisserhendel ongeveer 2 seconden ingedrukt in de 1x-stand totdat de ruitenwissers naar de bovenste wisstand gaan.
  • Pagina 574 Accu (12 V) Batterijen buiten bereik van kinderen houden. ĝ WAARSCHUWING Om ernstig of dodelijk letsel van uzelf of omstanders te voorkomen, volgt u altijd deze voorzorgsmaatregelen als u in de buurt van de accu werkt of ze hanteert: Accu‘s bevatten zwavelzuur dat zeer Lees en volg de aanwijzingen voor het corrosief is.
  • Pagina 575 De werkelijke sticker op de accu kan • Sluit nooit onbevoegde apparaten aan afwijken van de afbeelding. op de batterij. 1. CMF60L-DIN: De HYUNDAI- Voor een optimale werking modelnaam van de accu van de accu 2. 12V: De nominale spanning 3.
  • Pagina 576 • Elektrisch bedienbare ruit (zie • We raden aan om accu‘s voor hoofdstuk 5) vervanging van een officiële • Schuifdak (zie hoofdstuk 5) HYUNDAI-dealer te gebruiken. • Klimaatregeling (zie hoofdstuk 5) • Elektrisch bedienbare achterklep (zie hoofdstuk 5) • Klok (zie handleiding van het infotainmentsysteem) •...
  • Pagina 577 Onderhoud Banden en wielen Bandenonderhoud Voor uw veiligheid, een maximale WAARSCHUWING levensduur van de banden en een zo laag mogelijk verbruik van elektrische energie, Door slijtage van banden kunt u de moet u de banden steeds op de controle over de auto verliezen en een aanbevolen spanning houden en mag u botsing veroorzaken.
  • Pagina 578 HYUNDAI-dealer. duwen. Controleer de bandenspanning • Een te hoge bandenspanning heeft een opnieuw met de bandenspanningsmeter.
  • Pagina 579 Wielen verwisselen WAARSCHUWING Om de slijtage van het loopvlak te • Gebruik het reservewiel niet voor het egaliseren, raadt HYUNDAI aan om de roteren van de wielen. banden om de 12.000 km (7.500 mi.) te • Zorg ervoor dat diagonaal- en...
  • Pagina 580 Banden vervangen • Banden verouderen na verloop van tijd, zelfs wanneer ze niet worden gebruikt. Ongeacht het resterende profiel raadt HYUNDAI aan om de banden na 6 jaar te vervangen. • Rijden in warme klimaten of overmatige belasting kan het verouderingsproces van de band versnellen.
  • Pagina 581 Onderhoud Velgen vervangen Label op de wang van de band Als u om de een of andere reden de Deze informatie bestaat uit de velgen wilt vervangen, dient u erop te basiseigenschappen van de band en het letten dat de nieuwe velgen gelijkwaardig identificatienummer voor zijn aan de originele velgen voor wat veiligheidscertificatie.
  • Pagina 582 235/45 R19 99V Snelheidsclassificatie banden 235: Breedte band in millimeter. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de meest gebruikelijke 45: Hoogte-/breedte-verhouding. De snelheidsclassificaties voor banden voor hoogte van de wang van de band als personenwagens. De percentage van de breedte. snelheidsclassificatie is onderdeel van de R: Type band (radiaalband).
  • Pagina 583 Onderhoud Bijvoorbeeld: Slijtage van het profiel DOT XXXX XXXX 5023 geeft aan dat de De slijtage-index classificatie is een band is geproduceerd in week 50 van vergelijkbare kwalificatie gebaseerd op 2023. de slijtagegraad van de band tijdens het testen onder gecontroleerde omstandigheden op een officieel erkende 4.
  • Pagina 584 3.000 km (1.800 mijl). • Het is moeilijk om met uw ogen visueel te inspecteren op bandenschade. Als er schade wordt gevonden, raden we u aan contact op te nemen met uw erkende HYUNDAI-dealer om de band te vervangen 9-27...
  • Pagina 585 Vermijd het gebruik van het betrokken systeem en we raden u aan contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. WAARSCHUWING Vervang een zekering alleen door een zekering met dezelfde stroomsterkte. • Een zekering met een hogere waarde...
  • Pagina 586 1. Zet de auto uit. adviseren u contact op te nemen met 2. Zet alle andere schakelaars uit. een officiële HYUNDAI-dealer. 3. Open de klep van de zekeringkast. Als u in een noodgeval geen reservezekering hebt, gebruik dan een...
  • Pagina 587 7. Plaats een nieuwe zekering met dezelfde stroomsterkte en controleer of de zekering goed vastzit. Als het niet strak zit, raden we aan om uw voertuig te laten inspecteren door een erkende HYUNDAI-dealer. 2C_EngineRoomFuseReplacement_2 AANWIJZING Cartridge-type Het deksel van de zekeringkast stevig vast.
  • Pagina 588 Beschrijving zekering-/relaiskast Zekeringkast in het dashboard 2C_InstrumentPanelFuseLabel Aan de binnenzijde van het deksel van de zekering-/relaiskast vindt u een label met daarop de naam en de waarden van de zekeringen en relais. Mogelijk zijn niet alle beschrijvingen van de zekeringkast van toepassing op uw auto. Raadpleeg het label van de zekeringkast wanneer u de zekeringkast van uw auto controleert.
  • Pagina 589 Onderhoud Zekeringkast in het dashboard Stroom- Naam zeke- Symbool sterkte Beschermd circuit ring zekering BATTERY MANAGE- 15 A BMS-module MENT Regensensor, datalinkconnector, gevarenschakelaar, MODULE 9 10 A MODULE 10 10 A In Cabin Camera (ICC)-eenheid Buitenspiegels bestuurderszijde/passagierszijde, 15 A module bestuurdersportier Schakelaar elektrisch verstelbare bijrijdersstoel, P/SEAT PASS 30 A...
  • Pagina 590 Stroom- Naam zeke- Symbool sterkte Beschermd circuit ring zekering WASHER 15 A Multifunctionele schakelaar MODULE 6 7,5 A BRAKE 7,5 A BDC, stoplichtschakelaar SWITCH 10 A CCU (Central Communication Unit) TAILGATE 10 A Relais achterklep OPEN AIR BAG 2 10 A Airbagmodule Relais centrale portiervergrendeling/-ontgrendeling, DOOR LOCK...
  • Pagina 591 Onderhoud Stroom- Naam zeke- Symbool sterkte Beschermd circuit ring zekering WIPER FRT 2 7,5 A BDC, Ruitenwisser LAAG Relais START 7,5 A BDC, VCU BDC 2 7,5 A MODULE 5 10 A Schakelaar crashpad, koplamp (rechts, links) Chauffeur Deur Module, Smartphone Draadloze MODULE 3 10 A Oplaadeenheid, Passagier Airbag Indicator/...
  • Pagina 592 Zekeringenpaneel motorcompartiment (aansluitblok motorcompartiment) 2C_EngineFuseLabel Aan de binnenzijde van het deksel van de zekering-/relaiskast vindt u een label met daarop de naam en de waarden van de zekeringen en relais. Mogelijk zijn niet alle beschrijvingen van de zekeringkast van toepassing op uw auto. Raadpleeg het label van de zekeringkast wanneer u de zekeringkast van uw auto controleert.
  • Pagina 593 Onderhoud Zekeringenpaneel motorcompartiment (aansluitblok motorcompartiment) Stroom- Naam zeke- Type Symbool sterkte Beschermd circuit ring zekering MDPS 1 80 A MDPS-unit MULTI- ZEKE- Verdeelblok motorruimte (FUSE-MODULE 3, RING-1 180 A SLUITRING, AIRBAG 2, BDC 1) COOLING 80 A Regeling koelventilator FAN 1 50 A RR MIRR 50 A...
  • Pagina 594 Stroom- Naam zeke- Type Symbool sterkte Beschermd circuit ring zekering 60 A PCB-blok (IG3 hoofdrelais, ruitenwisser 60 A voorrelais, VERWARMDE SPIEGEL) PDC (ZEKERING-ACCUBEHEER, P/VENSTER DRV, MODULE 9, E-SHIFTER 3, MODULE 10, 60 A DDM, ADM, P/STOEL PASS, S/VERWARMING FRT, P/VENSTER RH, P/STOEL DRV, P/VENSTER RH) IEB 1 60 A...
  • Pagina 595 Onderhoud Stroom- Naam zeke- Type Symbool sterkte Beschermd circuit ring zekering PDC (zekering-REM SCHAKELAAR, CCU, 60 A ACHTERKLEP OPEN, BDC 1, DEURSLOT, S/VERWARMING RR) A/C 1 15 A Module klimaatregeling CHARGER 10 A Verdeelblok motorruimte CHARGER 1 15 A Oplaaddeurmodule Elektronische waterpomp #1 EWP 1 20 A...
  • Pagina 596 Zekeringenpaneel motorruimte (PCB-blok) Stroom- Naam zeke- Symbool sterkte Beschermd circuit ring zekering POWER 20 A 12V-aansluiting OUTLET WIPER FRT PCB-blok (relais ruitenwisser voor laag), 30 A ruitenwissermotor voor IG3 3 15 A Omvormer, VCU IG3 4 15 A EWP 2 20 A Elektronische waterpomp #1 (hoogspanningsbatterij) IG3 8...
  • Pagina 597 Onderhoud Lampen We bevelen aan dat u een officiële Dit voertuig is mogelijk uitgerust met een HYUNDAI-dealer raadpleegt voor het droogelement dat voorkomt dat de vervangen van de meeste lampen van de koplamp aan de binnenkant beslaat door auto. Het is moeilijk om lampen van de vocht.
  • Pagina 598 Als het lampje uitgaat of Type A blijft knipperen, raden we u aan het systeem te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. • Het parkeerlicht gaat mogelijk niet aan wanneer de parkeerlichtschakelaar wordt ingeschakeld, maar het parkeerlicht en de koplampschakelaar...
  • Pagina 599 Als de richtingaanwijzer niet werkt, raden we u aan het systeem te laten inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. U kunt ook het onderstaande proces volgen (indien van toepassing). 1. Trek de parkeerrem aan en sluit de auto 2.
  • Pagina 600 HYUNDAI-dealer. reserveband en gereedschap. De LED-lamp kan niet als één geheel 2. Zet de auto op een vlakke vloer.
  • Pagina 601 Onderhoud Afstelpunt 1C_AimingPoint (1) H1: Hoogte tussen het midden van de koplamp en de grond (dimlicht) (2) H2: Hoogte tussen het midden van de koplamp en de grond (grootlicht) (3) W1: Afstand tussen de twee koplampcentra (dimlicht) (4) W2: Afstand tussen de twee koplampcentra (grootlicht) Staat van de auto Type lamp Type A...
  • Pagina 602 Koplamp dimlicht Type A 1C_HeadLampLowBeamLHD 9-45...
  • Pagina 603 Onderhoud Type B 1C_HeadLampLowBeamRHD (1) Verticale lijn van het midden van de linker koplamp (2) Auto-as (3) Verticale lijn door middelpunt van rechter koplamp (4) Scheidingslijn van de linker koplamp (5) Afgesneden bocht van linker koplamp (6) Scheidingslijn van de rechter koplamp (7) Afgesneden bocht van rechter koplamp (8) W1 (dimlicht) (9) H1 (grootlicht)
  • Pagina 604 Vervangen derde remlicht 2C_SideRepeaterLamp Als het zijknipperlicht (1) niet werkt, raden we aan het systeem te laten inspecteren door een erkende HYUNDAI-dealer. De LED-lamp kan niet als één geheel worden vervangen. Een ervaren technicus moet de LED-lamp controleren of repareren, omdat deze verwante onderdelen van de auto kan beschadigen.
  • Pagina 605 Onderhoud Lamp interieurverlichting Lampje make-upspiegel vervangen Kaartlamp, kamerlamp, make-up spiegellamp, dashboardkastjelamp, sfeerlamp en bagageruimtelamp (LED-type) Leeslampje 2C_SunvisorLampLED Lampje dashboardkastje 2C_MapLampLED Interieurverlichting 2C_GloveBoxLampLED Sfeerlamp (open lade (1), Voorzeteldeur (2)) 2C_RoomLampLED 2C_MoodLampLED 9-48...
  • Pagina 606 2C_MapLampBulb Interieurverlichting 2C_LuggageRoomLampLED Als de LED-lamp niet werkt, raden we aan om uw auto te laten nakijken door een erkende HYUNDAI-dealer.viseren we u het systeem te laten nakijken door een officiële HYUNDAI-dealer. 2C_RoomLampBulb De LED-lamp kan niet als één geheel Lampje make-upspiegel worden vervangen.
  • Pagina 607 Onderhoud Onderhoud exterieur Lamp bagageruimte Onderhoud exterieur AANWIJZING Als u uw auto parkeert in de buurt van een roestvrijstalen bord of glazen gevel, kunnen de kunststof onderdelen aan de buitenkant van de auto, zoals een bumper, spoiler, sierlijst, lamp of 2C_LuggageRoomLampBulb buitenspiegel, beschadigd raken door Lampje dashboardkastje...
  • Pagina 608 Lakonderhoud AANWIJZING • Gebruik geen agressieve Wassen reinigingsmiddelen, oplosmiddelen of Was uw auto minimaal eenmaal per te heet water en was de auto niet in de maand grondig met lauw of koud water volle zon of wanneer de carrosserie om de lak tegen roest en veroudering te warm is.
  • Pagina 609 Onderhoud AANWIJZING AANWIJZING Voertuig met matte lakafwerking (indien • Als u stof of vuil met een droge doek van toepassing) wegveegt, komen er krassen op de lak. Om schade aan de matte afwerking te • Gebruik geen staalwol, schurende voorkomen: schoonmaakmiddelen of krachtige reinigingsmiddelen met sterk •...
  • Pagina 610 Als het voertuig beschadigd is en gebieden kan roest veroorzaken. opnieuw geschilderd moet worden, raden wij u aan contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. Onderhoud van lichtmetalen velgen De lichtmetalen velgen zijn voorzien van een transparante beschermende laklaag.
  • Pagina 611 HYUNDAI temperatuur net boven het vriespunt ligt. auto's van de hoogste kwaliteit. Dat is Onder zulke omstandigheden blijven echter niet genoeg. Om ervoor te zorgen...
  • Pagina 612 Voorkomen van roest Houd lak en lijsten in goede staat Houd uw auto schoon Krasjes en kleine beschadigingen moeten zo snel mogelijk worden bijgewerkt met De beste manier om roest tegen te gaan is een lakstift om de kans op roestvorming uw voertuig schoon te houden en vrij van te verkleinen.
  • Pagina 613 Onderhoud Interieurbekleding reinigen Lederen bekleding (indien van toepassing) • Kenmerken van stoelleder Interieuroppervlakken (indien van - Leder is gemaakt van de huid van een toepassing) dier, die via een speciaal proces Verwijder stof en los vuil van gereed wordt gemaakt voor gebruik. interieuroppervlakken met een plumeau Aangezien het een natuurlijk product of een stofzuiger.
  • Pagina 614 • Leren stoelen verzorgen - Voor olie - Stofzuig de stoel regelmatig om stof Verwijder olie direct met een en zand van de stoel te verwijderen. absorberende doek en veeg de Hierdoor wordt slijtage en vervuilde plek af met beschadiging van het leer vlekkenverwijderaar die speciaal is voorkomen en blijft de kwaliteit ervan bestemd voor natuurlijk leer.
  • Pagina 616 Index...
  • Pagina 617 Index Aanbevolen smeermiddelen en hoeveelheden ..............2-14 Accu (12 V) ........................... 9-17 Accu laden ..........................9-18 Accucapaciteitsticker ........................9-18 Te resetten onderdelen ......................9-19 Voor een optimale werking van de accu .................9-18 Achterklep ........................... 5-51 Achterklep openen ........................5-51 Achterklep sluiten ........................5-52 Noodontgrendeling achterklep ....................5-52 Achteruitrijmonitor (RVM) .......................7-119 Instellingen Achteruitrijmonitor ....................7-119 Storingen en beperkingen Achteruitrijmonitor ..............
  • Pagina 618 Bagageruimte voorzijde ......................5-50 Banden en wielen ......................2-11, 9-20 Aanbevolen bandenspanning koud ..................9-20 Banden met een kleine hoogte-/breedteverhouding ............9-27 Banden vervangen ........................9-23 Bandenonderhoud ........................9-20 Bandenspanning controleren ....................9-21 Grip ............................9-24 Label op de wang van de band ....................9-24 Onderhoud van banden ......................
  • Pagina 619 Index Breed schuifdak ......................... 5-45 Elektrisch zonnescherm ......................5-46 Klembeveiliging .........................5-47 Omhoog/omlaag kantelen ....................... 5-46 Open-/dichtschuiven ........................5-47 Schuif-/kanteldak resetten ...................... 5-48 Waarschuwing geopend schuif-/kanteldak ................5-49 Conformiteitsverklaring ....................2-16, 7-170 Hoekradar achteraan ......................7-170 Voorradar ..........................7-170 Cruise control (CC) ........................7-77 Werking cruise control ......................
  • Pagina 620 Storingen en beperkingen van de Highway Driving Assist (rijhulp op de snelweg) .... 7-117 Werking van Highway Driving Assist (rijhulp op de snelweg) ..........7-110 Hulpaccu laadfunctie + ......................1-52 Hyundai Digital Key ........................5-12 Beperkingen van het systeem ....................5-23 Digitale sleutel (sleutelkaart) ....................5-18 Digitale sleutel (smartphone) ....................
  • Pagina 621 Index Infotainmentsysteem ....................... 5-111 Antenne .............................5-113 Bluetooth® draadloze technologie ..................5-114 Infotainmentsysteem .......................5-114 Spraakherkenning ........................5-114 Stuurwielbediening op afstand ....................5-113 USB-aansluiting ........................5-112 Instrumentendisplay ........................ 4-23 Bediening instrumentendisplay ....................4-23 Weergavemodi ......................... 4-23 Instrumentenpaneel ........................4-2 Berichten op het instrumentenpaneel ..................4-19 Meters en tellers ......................... 4-3 Schakelstandindicator .......................
  • Pagina 622 Kennisgeving openbronsoftware .....................2-16 Kinderveiligheidssystemen (CRS) ................... 3-32 Een kinderzitje plaatsen ......................3-35 Kiezen van een kinderzitje (CRS) ..................... 3-33 Ons advies: kinderen altijd in het midden ................3-32 Koelvloeistof ..........................9-9 Koelvloeistof verversen ......................9-11 Label aircocompressor ......................2-16 Laden van uw elektrische auto ....................1-10 Een AC-lader gebruiken ......................
  • Pagina 623 Index Maatregelen bij ongevallen of brand ..................1-65 Als de elektrische auto met water in aanraking komt ............1-65 Als de elektrische auto vlam vat ....................1-65 Als het elektrische voertuig moet worden gesleept ...............1-66 Overige voorzorgsmaatregelen bij ongevallen met de elektrische auto ......1-67 Maximaal gewicht en maximale kogeldruk bij het rijden met een aanhanger ....
  • Pagina 624 Ontwasemen en ontdooien voorruit ..................5-93 Achterruitverwarming ......................5-94 Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem ..............5-93 Ontwasemfunctie ........................5-94 Ontwasemen voorruit (verwarming) ..................5-94 Opbergvak ..........................5-99 Dashboardkastje ........................5-100 Opbergvak middenconsole ......................5-99 Open lade passagiersstoel ..................... 5-100 Uitneembaar tussenschot....................... 5-100 OTA-update voertuigsysteem ....................5-64 Software downloaden ......................
  • Pagina 625 Index Remsysteem ..........................6-25 Antiblokkeersysteem (ABS) ..................... 6-33 Auto hold ............................ 6-31 Bergoprijassistent (HAC) ......................6-38 Elektronische parkeerrem (EPB) ....................6-27 Elektronische stabiliteitsregeling (ESC) .................. 6-35 Emergency Stop Signal (ESS) (noodstopsignaal) ..............6-39 Goede remgewoonten ......................6-41 Multi-Collision Brake (MCB) ....................6-39 Power-assist brakes (rembekrachtiging) ................
  • Pagina 626 Safe Exit Warning (SEW) ......................7-50 Instellingen Safe Exit Warning (waarschuwing bij veilig uitstappen) ........7-51 Storingen en beperkingen Safe Exit Warning (waarschuwing bij veilig uitstappen) ... 7-53 Werking van Safe Exit Warning (waarschuwing bij veilig uitstappen) ........7-52 Slepen ............................8-19 Afneembaar sleepoog ......................8-20 Sleepbedrijf ..........................8-19 Slim regeneratiesysteem ......................6-19...
  • Pagina 627 Index Toegang tot uw auto ........................5-6 Smart Key ............................ 5-6 Startblokkeersysteem ....................... 5-12 Toets start/stop ........................... 6-4 De auto uitzetten .........................6-7 Stand van de toets Start/Stop ....................6-5 Starten op afstand ........................6-8 Starten van de auto ........................6-6 Uitleg bij onderhoudsschema ....................
  • Pagina 628 Verlichting buitenzijde ......................5-67 Bediening verlichting ....................... 5-67 Dagrijverlichting (DRL) ......................5-71 Energiebesparingsfunctie ......................5-69 Follow me home-functie ......................5-70 Grootlicht ..........................5-68 Koplampverstelling ........................5-69 Mistlamp achter ........................5-69 Richtingaanwijzers ........................5-68 Verlichting interieurknoppen ....................5-70 Welkomstsysteem ........................5-71 Verzameling van voertuiggegevens en event data recorders ..........1-68 Voertuigcertificatielabel ......................