Download Print deze pagina

Hyundai KONA Electric 2023 Gebruikshandleiding pagina 312

Advertenties

• Trap het rempedaal in om af te remmen
in de volgende omstandigheden:
- Wanneer het voorste deel van het
voertuig wordt opgetild vanwege de
lading die op het achterste deel van
het voertuig is geladen.
- U bedient het stuur.
- Wanneer het voertuig zich niet in het
midden van de rijstrook bevindt.
- Wanneer het voertuigop een te
smalle of bochtige weg rijdt.
• Het slimme terugwinningssysteem kan
tijdelijk worden uitgeschakeld bij
blootstelling aan sterke
elektromagnetische golven.
Voorzorgsmaatregelen voorste
sensor
• Zorg ervoor dat er geen fysieke impact
wordt uitgeoefend op de sensor of zijn
omgeving. Als de sensor door de schok
loskomt, werkt het systeem mogelijk
niet goed en geeft het
instrumentenpaneel mogelijk geen
waarschuwingen weer. Als de sensor
fysieke schokken heeft ondergaan,
raden we u aan een officiële
HYUNDAI-dealer te bezoeken voor
inspectie.
• De sensoren en hun omgeving, de
sensorkappen en de grille van het
voertuig moeten altijd schoon worden
gehouden.
• Bevestig geen accessoires zoals
sierlijsten of stickers op de sensor en
zijn detectiebereik en vervang de grille
van het voertuig niet. Het kan de
prestaties van de sensor beïnvloeden.
• Gebruik altijd originele onderdelen voor
de sensorkap en verf deze niet.
• Gebruik een zachte doek om schade
aan de sensorkap te voorkomen bij het
wassen van de auto.
• Spuit niet met een hogedrukspuit direct
op de sensor of de omgeving.
Voorzorgsmaatregelen voor
voertuigherkenning
• De frontsensoren kunnen het
voorgaande voertuig plotseling
herkennen wanneer het slimme
terugwinningssysteem langzaam
reageert, of het voertuig het einde van
een helling of bocht doorrijdt. In dit
geval wordt de regeneratieve
remintensiteit verhoogd en kan het
voertuig langzamer gaan rijden.
2C_SmartRegenerationSystemDetectingVehicle
• In de volgende situaties kunnen de
frontsensoren de voorligger mogelijk
niet herkennen, zelfs als deze zich op
dezelfde rijstrook bevindt.
- Smalle voertuigen zoals motorfietsen
of fietsen
- Voertuigen die aan één kant rijden
- Langzaam rijdende of plotseling
vertragende voertuigen
- Voertuigen met een smalle
achterzijde, zoals aanhangwagens
zonder belading
• Wanneer het voertuig vóór de
voorligger tot stilstand is gekomen en
de voorligger van rijstrook verandert,
kunnen de frontsensoren het
stilstaande voertuig mogelijk niet
herkennen.
6
6-23

Advertenties

loading