Handige functies
Werking van de Instapfunctie
indien van toepassing
De Instapfunctie verplaatst de
bestuurdersstoel automatisch als volgt:
• Het voertuig uitstappen
(bestuurdersstoel):
De bestuurdersstoel beweegt naar
achteren wanneer de toets Start/Stop
in de stand UIT staat met de transmissie
in P (parkeren) en het
bestuurdersportier open.
De werking van de Instapfunctie kan
beperkt zijn wanneer de instelling van
de bestuurdersstoel al dicht bij de
maximale achterwaartse rijpositie
staat.
• Het voertuig instappen
(bestuurdersstoel):
De bestuurdersstoel beweegt naar
voren wanneer het bestuurdersportier
gesloten is met de slimme sleutel in de
hand.
• U kunt de instapfunctie instellen in het
infotainmentsysteem. Druk op de Ų
knop en selecteer vervolgens:
- Voertuig > Stoelen > Instappen >
Instappen bestuurdersstoel >
Uitgeschoven/Normaal/Uit
5-32
Het infotainmentsysteem kan wijzigen na
software-updates. Kijk voor meer
informatie in de apart geleverde
handleiding van het
infotaintmentsysteem en de korte
handleiding.
WAARSCHUWING
Om persoonlijk letsel of schade aan
eigendommen te voorkomen, moet u
opletten of er zich voorwerpen of
passagiers op de achterbank aan de
bestuurderszijde of op de vloer bevinden.
Om de beweging van de voorstoel te
stoppen, drukt u op één van de
bedieningsschakelaars van de
bestuurdersstoel.