Pagina 1
Onderhoud Technische gegevens De specificaties en de beschrijvingen in dit instructieboekje waren correct bij het ter perse gaan. HYUNDAI streeft echter naar een voortdurende verbetering van zijn producten en behoudt zich het recht voor op elk moment wijzigingen in de specificaties en uitrusting aan te brengen.
Pagina 2
OPMERKING: AANPASSINGEN AAN UW HYUNDAI Uw HYUNDAI mag op geen enkele wijze worden aangepast. Door aanpassingen kunnen de prestaties en de veiligheid van uw HYUNDAI verslechteren en kan de levensduur worden verkort. Daarnaast kan dit gevolgen hebben voor de garantie van de auto. Sommige aanpassingen kunnen ook in strijd zijn met de regelgeving van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat en/of andere overheidsorganen in uw land.
Pagina 3
WAARSCHUWING M.B.T. VEILIGHEID EN SCHADE AAN DE AUTO In dit instructieboekje vindt u informatie onder de koppen GEVAAR, WAARSCHUWING, OPMERKING en AANWIJZING. Hiermee wordt het volgende bedoeld: GEVAAR GEVAAR geeft een gevaarlijke situatie aan die, indien niet vermeden, de dood of ernstig letsel tot gevolg zal hebben.
Pagina 5
Inhoudsopgave Voorwoord/overzicht van het hybridesysteem Voertuiginformatie Veiligheidssysteem Instrumentenpaneel Handige functies Rijden met uw auto Bestuurdershulp Noodsituaties Onderhoud Index...
Pagina 6
1. Voorwoord/overzicht van het hybridesysteem Een woord vooraf ....................1-2 Hyundai motor company .................. 1-2 Gebruik van dit instructieboekje ............... 1-3 Veiligheidsmeldingen ..................1-3 Eisen aan de brandstof ..................1-4 Aanpassingen aan de auto ................1-7 Inrijprocedure ..................... 1-7 Retourneren van gebruikte auto’s ..............1-7 HEV (Hybride elektrisch voertuig) systeem .............1-8...
Pagina 7
LET OP Het gebruik van brandstoffen en smeermiddelen van lage kwaliteit die niet voldoen aan de specificaties van HYUNDAI, kan leiden tot ernstige schade aan de motor en overbrenging. Gebruik altijd brandstoffen en smeermiddelen van hoge kwaliteit, die voldoen aan de specificaties op pagina 2-13 in het gedeelte ‘Voertuigspecificaties’...
Pagina 8
GEBRUIK VAN DIT INSTRUCTIEBOEKJE Wij willen u helpen om zoveel mogelijk rijplezier te hebben van uw auto. Dit instructieboekje biedt veel informatie. Wij raden aan het hele instructieboekje te lezen. Om risico’s op overlijden of lichamelijk letsel te minimaliseren, is het verplicht om de WAARSCHUWINGEN en OPMERKINGEN in het instructieboekje te lezen.
Pagina 9
Gelode benzine (indien van toepassing) Bepaalde landenversies van het model van uw auto zijn ontworpen om op gelode benzine te rijden. Overleg eerst met een officiële HYUNDAI-dealer voordat u gelode benzine in uw auto gebruikt. Het octaangetal van gelode benzine is hetzelfde als dat van ongelode benzine.
Pagina 10
Benzine die alcohol en methanol bevat In sommige landen is naast benzine ook ethanolbrandstof verkrijgbaar. Dit is een mengsel van benzine en ethanol of methanol. Gebruik geen ethanolbrandstof met meer dan 10 % ethanol en gebruik geen benzine of ethanolbrandstof die methanol bevat. Door het gebruik van deze brandstoffen kunnen rijproblemen en schade aan het brandstofsysteem, de motorregeling en het emissieregelsysteem ontstaan.
Pagina 11
Voorwoord/overzicht van het hybridesysteem Gebruik van MTBE HYUNDAI raadt u aan het gebruik van brandstoffen met een MTBE-gehalte (methyl- tert-butylether) van hoger dan 15,0 volumeprocent (zuurstofgehalte 2,7 massaprocent) in uw auto te vermijden. Brandstoffen met een MTBE-gehalte van hoger dan 15,0 volumeprocent (zuurstofgehalte 2,7 massaprocent) kunnen de prestaties van de auto nadelig beïnvloeden en dampvorming of moeilijk starten tot gevolg hebben.
Pagina 12
Vermijd plotseling afremmen, behalve in noodgevallen, om de onderdelen van het remsysteem de gelegenheid te geven op elkaar in te lopen. HYUNDAI stimuleert een milieuvriendelijke afvoer van auto’s aan het einde van hun levensduur en biedt aan uw auto in te nemen in overeenstemming met de richtlijnen van de Europese Unie (EU) voor voertuigen aan het einde van hun levensduur.
Pagina 13
Voorwoord/overzicht van het hybridesysteem Hybride elektrische voertuigen (HEV) van HYUNDAI gebruiken zowel de benzinemotor als de elektrische motor als krachtbron. De elektrische motor wordt gevoed door een HEV-hoogspanningsaccu. Afhankelijk van de rijomstandigheden laat de HEV-computer hetzij de motor of de elektrische motor, dan wel beide tegelijk werken.
Pagina 14
RIJDEN MET DE HYBRIDEAUTO De auto starten ZUINIG EN VEILIG BEDRIJF VAN HET HYBRIDESYSTEEM Auto's met sleutel op afstand Rijd soepel. Trek geleidelijk op en 1. Controleer of de parkeerrem is houd zo mogelijk een constante geactiveerd. rijsnelheid aan. Maak geen vliegende 2.
Pagina 15
Geen van deze geluiden duidt op een probleem. Het zijn HYUNDAI-dealer. normale, karakteristieke geluiden van hybrideauto's. WAARSCHUWING Als u het hybridesysteem start met...
Pagina 16
Hoe werkt regeneratief remmen? Hybride-systeemmeter Vermogensmeter Bij regeneratief remmen zet een dynamo tijdens het remmen kinetische energie om in elektrische energie, waarmee de hoogspanningsaccu weer kan worden opgeladen. Accu De auto is uitgerust met een hoogspanningsaccu die de motor en de airconditioning voedt (HEV-accu) en met een geïntegreerde lithiumion- polymeeraccu van 12 volt voor de...
Pagina 17
Als het systeem. Laat in dit geval uw auto de SOC zich in de buurt van de 0 bevindt, inspecteren door een officiële HYUNDAI- wordt de motor van de auto automatisch dealer. gestart om de accu op te laden.
Pagina 18
Laat uw auto inspecteren door een Controleer regeneratieve remmen officiële HYUNDAI-dealer als het waarschuwingslampje gaat branden tijdens het rijden of als het niet uitgaat nadat u de auto hebt gestart.
Pagina 19
' ' knippert en er klinkt Wij adviseren u de auto naar de een waarschuwingsgong totdat het dichtstbijzijnde officiële HYUNDAI-dealer probleem is opgelost. Rijd niet verder te laten slepen voor inspectie. wanneer de waarschuwingsmelding wordt weergegeven.
Pagina 20
(SOC) laag is. Er klinkt een Sound System (VESS). waarschuwingsgong totdat het probleem Laat de auto in dit geval inspecteren door is opgelost. Rijd niet verder wanneer een officiële HYUNDAI-dealer. de waarschuwingsmelding wordt weergegeven. Laat de auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer.
Pagina 21
Voorwoord/overzicht van het hybridesysteem Vul koelvloeistofspanningsregelaar Start motor om ontladen van accu te voorkomen OOSHQ019012L Deze melding wordt weergegeven als de OOSHQ019027L omvormer bijna geen koelvloeistof meer Deze melding wordt weergegeven om heeft. de bestuurder te informeren dat de 12 V-accu kan worden ontladen als het U moet omvormerkoelvloeistof bijvullen.
Pagina 22
Energiestroom Power assist Het hybridesysteem informeert de bestuurder over de energiestromen in de verschillende bedrijfsmodi. Wanneer er met de auto wordt gereden, kan er sprake zijn van een van de volgende elf modi. Auto gestopt OOSHQ019016L De auto wordt aangedreven door zowel de elektrische als de benzinemotor.
Pagina 23
Voorwoord/overzicht van het hybridesysteem Stroomopwekking door Remmen op de motor benzinemotor OOSHQ019019L De auto remt af doordat het gaspedaal OOSHQ019018L wordt losgelaten. De hoogspanningsaccu wordt opgeladen door de motor wanneer de auto stilstaat. Vermogensreserve Regeneration (regeneratie) OOSHQ019021L OOSHQ019020L De benzinemotor werkt tegelijk om de auto aan te drijven en om de De hoogspanningsaccu wordt opgeladen hoogspanningsaccu op te laden.
Pagina 24
B-motor wekt stroom op, e-motor Remmen op de motor/regeneratie drijft aan OOSHQ019024L De motor wordt tegelijk gebruikt OOSHQ019022L om de auto af te remmen en om de De hoogspanningsaccu wordt opgeladen hoogspanningsaccu op te laden. door de benzinemotor. De auto wordt aangedreven door de elektrische motor.
Pagina 25
Voorwoord/overzicht van het hybridesysteem VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HYBRIDESYSTEEM Onderdelen van de hybrideauto WAARSCHUWING Hoogspanningsaccusysteem Raak nooit oranjegekleurde componenten of onderdelen met HPCU (Hybrid Power Control Unit, hoogspanningssymbolen aan, ook vermogensregeleenheid hybridesysteem) geen draden, kabels en aansluitingen. In geval van schade aan of ontbreken van isolatiemateriaal of afdekkingen kan ernstig lichamelijk letsel of de dood door elektrocutie het gevolg zijn.
Pagina 26
HYUNDAI-dealer. Wees voorzichtig als u ontvlambare vloeistoffen in de bagageruimte WAARSCHUWING vervoert. In geval van lekkage...
Pagina 27
Als u het hoogspanningsaccusysteem wilt controleren, raden we aan dit WAARSCHUWING te laten doen door een officiële HYUNDAI-dealer. De omvormers van het Raak de hoogspanningsaccu en hybrideaccusysteem genereren de hoogspanningskabel die is hoogspanning. De hoogspanning in het...
Pagina 28
Hierdoor kan de koeling van de hybrideaccu worden belemmerd. Neem onmiddellijk contact op met uw HYUNDAI-dealer als het koelkanaal wordt versperd door voorwerpen. Zet nooit bakken of houders met vloeistoffen op of in de buurt van het koelkanaal.
Pagina 29
Vermijd elk contact met uw auto als deze te water is geraakt. Neem onmiddellijk contact op met een officiële HYUNDAI-dealer en geef daarbij aan dat het om een hybrideauto gaat. 1-24...
Pagina 30
Als de hybrideauto stopt met werken Als de hoogspanningsaccu, de 12 V-accu of de brandstoftank leeg raken terwijl u rijdt, stopt het hybridesysteem mogelijk met werken. Handel als volgt als het hybridesysteem uitvalt: 1. Rem de auto gecontroleerd af. Zoek een veilige plek om de auto te parkeren.
Pagina 31
2. Voertuiginformatie Overzicht exterieur (I) ..................2-2 Overzicht exterieur (II) ..................2-3 Overzicht interieur (I) ..................2-4 Overzicht interieur (II) ..................2-5 Overzicht dashboard (I) ..................2-6 Overzicht dashboard (II) ..................2-7 Motorruimte ...................... 2-8 Afmetingen ......................2-9 Motor ......................... 2-9 Wattage gloeilampen ..................2-10 Banden en wielen .....................2-11 Belastingsindex en snelheidsindex banden ...........
Pagina 32
Voertuiginformatie Vooraanzicht De werkelijke vorm kan verschillen van de afbeelding. OOSH010001 1. Motorkap ..........5-36 6. Buitenspiegel .........5-25 2. Koplamp ..........9-43 7. Schuifdak ..........5-31 3. Dagrijverlichting ........9-43 8. Voorruitenwisserbladen ......9-17 4. Richtingaanwijzer ......... 9-43 9. Ruiten .............5-27 5.
Pagina 33
Achteraanzicht De werkelijke vorm kan verschillen van de afbeelding. OOSH010005L 1. Deur ............5-13 5. Achterklep ..........5-37 2. Tankdopklep.......... 5-39 6. Derde remlicht ........9-54 3. Achterlichtunit ........9-52 7. Ruitenwisserblad achter .......9-19 4. Richtingaanwijzer, mistachterlicht, 8. Achteruitrijcamera (indien van achteruitrijlicht ........
Pagina 34
Voertuiginformatie Linkse besturing De werkelijke vorm kan verschillen van de afbeelding. OOSH010003 1. Portiergreep binnen ......5-14 10. Toets head-updisplay ......5-42 2. Inklapbare buitenspiegels.....5-25 11. Resetschakelaar 12 V-accu..... 8-5 3. Spiegelbediening ........5-25 12. Toets ESC OFF........6-35 4. Schakelaar centrale vergrendeling..5-15 13.
Pagina 35
Rechtse besturing De werkelijke vorm kan verschillen van de afbeelding. OOSH010028R 1. Portiergreep binnen ......5-14 10. Toets head-updisplay ......5-42 2. Inklapbare buitenspiegels.....5-25 11. Resetschakelaar 12 V-accu..... 8-5 3. Spiegelbediening ........5-25 12. Toets ESC OFF........6-35 4. Schakelaar centrale vergrendeling..5-15 13.
Pagina 36
Voertuiginformatie Linkse besturing De werkelijke vorm kan verschillen van de afbeelding. OOSH010004 1. Instrumentenpaneel ....... 4-4 12. USB-oplader .........5-80 2. Claxon ............5-22 13. 12V-aansluiting........5-79 3. Airbag bestuurder......... 3-42 14. Hendel Double clutch-transmissie ..6-12 4. Contactslot/ ..........6-5 15. Stoelverwarming/ stoelventilatiesysteem ......3-16 Toets Engine Start/Stop ......
Pagina 37
Rechtse besturing De werkelijke vorm kan verschillen van de afbeelding. OOSH010029R 1. Instrumentenpaneel ....... 4-4 12. USB-oplader .........5-80 2. Claxon ............5-22 13. 12V-aansluiting........5-79 3. Airbag bestuurder......... 3-42 14. Hendel Double clutch-transmissie ..6-12 4. Contactslot/ ..........6-5 15. Stoelverwarming/ stoelventilatiesysteem ......3-16 Toets Engine Start/Stop ......
Pagina 38
Voertuiginformatie MOTORRUIMTE 1.6 GDI De werkelijke motorruimte kan afwijken van de afbeelding. OOSH089001L 1. Vuldop motorolie ........9-9 6. Remvloeistofreservoir ......9-13 2. Peilstok motorolie ........9-9 7. Luchtfilter ..........9-15 3. Dop motorkoelvloeistof ......9-10 8. Ruitensproeiervloeistofreservoir ..9-14 4. Motorkoelvloeistofreservoir....9-10 9. Zekeringkast .......... 9-29 5.
Pagina 39
AFMETINGEN Onderwerpen mm (in) Totale lengte 4205 (165,55) Totale breedte 1800 (70,86) Totale hoogte 1550 (61,02) / 1565 (61,61) 205/60 R16 1575 (62,0) Spoorbreedte vóór 225/45 R18 1565 (61,61) 225/45 ZR18 1565 (61,61) 205/60 R16 1589 (62,55) Spoorbreedte achter 225/45 R18 1577 (62,08) 225/45 ZR18 1577 (62,08)
Pagina 40
Voertuiginformatie WATTAGE GLOEILAMPEN Gloeilamp Gloeilamp Wattage Dimlicht/ Type A Koplamp grootlicht Dimlicht/ Type B Koplamp grootlicht Voor Type A Richtingaanwijzer PY21W Type B Richtingaanwijzer Dagrijverlichting (DRL)/standverlichting Richtingaanwijzers opzij Achter: 5 / Rem: Achterlicht/remlicht P21W/5W Type A Achterlicht Type B Achterlicht/remlicht Richtingaanwijzer P21W Achter...
Pagina 41
BANDEN EN WIELEN Bandenspanning bar (kPa, psi) Aanhaalmoment Onderwerp Bandenmaat Velgmaat Normale wielmoeren Maximumbelasting belasting Kgf·m (lbf·ft, N·m) Voor Achter Voor Achter 205/60 R16 6.5J x 16 Standaardband 225/45 R18 7.5J x 18 2,5 (250, 36) 2,5 (250, 36) 11~13 (79~94, 225/45 ZR18 7.5J x 18 107~127)
Pagina 42
Gewicht van volume Classificatie 500±25 g R-1234yf Koelmiddel 475±25 g R-134a Compressorolie 120±10 g Voor meer informatie adviseren we u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI- dealer. VOERTUIGGEWICHT EN INHOUD BAGAGERUIMTE Inhoud bagageruimte Maximaal toelaatbaar totaalgewicht Min. Max. 1880 kg 1143 Min: achter de rugleuning van de achterbank tot aan de bovenzijde van de rugleuning.
Pagina 43
We raden u aan om alleen originele Hyundai-remvloeistof te gebruiken, of het voor uw *3 : voertuig gespecifieerde equivalent (van het originele onderdeel).
Pagina 44
Voertuiginformatie Aanbevolen motorolie (Europa) Leverancier Product Helix Ultra AH 5W30 Shell Helix Ultra A5/B5 0W30 Aanbevolen SAE-viscositeitsindex LET OP Reinig altijd het gebied rond een vulplug, aftapplug of peilstaaf alvorens een smeermiddel te controleren of af te tappen. Dit is in het bijzonder van belang in stoffige of zanderige omgevingen en wanneer het voertuig op onverharde wegen wordt gebruikt.
Pagina 45
VOERTUIGCERTIFICATIELABEL Chassisnummer OOSH019022L OOSH019020L Op het voertuigcertificatielabel op Het voertuigidentificatienummer (VIN) de middenstijl aan bestuurderszijde is het nummer dat gebruikt wordt bij de (of voorpassagierszijde) staat het registratie van uw auto en bij alle zaken voertuigidentificatienummer (VIN). die te maken hebben met eigendom, enz.
Pagina 46
Voertuiginformatie BANDENSPANNINGSLABEL LABEL AIRCOCOMPRESSOR OOSH019023L OOSH019027L De banden waarmee uw nieuwe auto is Een label voor de aircocompressor geeft uitgerust, zijn zorgvuldig geselecteerd u informatie over het type compressor voor de beste prestaties onder normale waarmee uw auto is uitgerust, zoals rijomstandigheden.
Pagina 47
Meer informatie, waaronder de A. Octaangetal van loodvrije benzine conformiteitsverklaring van de fabrikant, 1. RON/ROZ: research octaan kunt u vinden op deze website van nummer HYUNDAI; 2. (R+M)/2, AKI: antiklopindex http://service.hyundai-motor.com B. Identificatiecodes voor benzinesoorten Dit symbool betekent te gebruiken brandstof.
Pagina 48
3. Veiligheidssysteem Belangrijke veiligheidsvoorzorgsmaatregelen ..........3-2 Doe uw veiligheidsgordel altijd om ................3-2 Gebruik voor alle kinderen de juiste veiligheidssystemen ........3-2 Gevaren airbag ......................3-2 Afleiding van de bestuurder ..................3-2 Pas uw snelheid aan ..................... 3-2 Houd uw auto in een veilige conditie ................. 3-2 Stoelen .......................
Pagina 49
Veiligheidssysteem BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORZORGSMAATREGELEN In dit hoofdstuk en deze handleiding Bestuurders kunnen afgeleid raken vindt u veel veiligheidsmaatregelen en wanneer ze hun ogen en aandacht van adviezen. De veiligheidsmaatregelen in de weg nemen of hun handen van het dit hoofdstuk zijn de belangrijkste. stuurwiel halen om zich te concentreren op andere activiteiten dan autorijden.
Pagina 52
Veiligheidsvoorzorgsmaatregelen Plaats NIETS OF NIEMAND tussen u en de airbag. Het afstellen van de stoelen zodat u in Laat, om de kans op beenletsel een veilige, comfortabele positie zit, tot een minimum te beperken, de speelt een belangrijke rol bij de veiligheid voorpassagier zijn voeten of benen van bestuurder en passagiers, samen nooit op het dashboard zetten.
Pagina 53
Veiligheidssysteem Voorstoelen Zorg ervoor dat de stoel na de aanpassing op zijn plaats is De voorstoel kan worden versteld met vergrendeld. Zo niet, kan de stoel behulp van de bedieningshendel (of onverwachts bewegen met als -knop) of schakelaars aan de buitenzijde gevolg een ongeluk.
Pagina 54
De veiligheidsgordel moet strak over uw heupen en borst lopen voor een maximale effectiviteit. Als de rugleuning achterover gekanteld is, kan de schoudergordel zijn beschermende functie niet correct uitvoeren omdat deze niet strak over uw borst loopt. In plaats daarvan hangt deze voor u.
Pagina 55
Veiligheidssysteem Elektrische verstelling (indien van toepassing) WAARSCHUWING Laat kinderen NOOIT zonder toezicht in de auto achter. De elektrisch verstelbare stoelen kunnen worden gebruikt als de auto is uitgeschakeld. AANWIJZING OOSH039006L Om beschadiging van de stoelen te Rugleuning voorkomen: Rugleuning achterover kantelen: Laat de schakelaar los zodra de stoel 1.
Pagina 56
De veiligheidsgordel moet strak over uw heupen en borst lopen voor een maximale effectiviteit. Als de rugleuning achterover gekanteld is, kan de schoudergordel zijn beschermende functie niet correct uitvoeren omdat deze niet strak over uw borst loopt. In plaats daarvan hangt deze voor u.
Pagina 57
Veiligheidssysteem Achterstoelen Opklappen van de achterbank De rugleuning achter kan worden opgeklapt om het vervoer van langere voorwerpen mogelijk te maken of de bagageruimte te vergroten. WAARSCHUWING Laat passagiers nooit op de neergeklapte rugleuning zitten OOSH039011L terwijl de auto rijdt. Dit is geen 3.
Pagina 58
WAARSCHUWING Zorg ervoor dat de motor uitstaat, de keuzehendel in P (parkeren) staat en dat de parkeerrem goed is vastgezet bij het in- of uitladen van bagage. Als u deze stappen niet uitvoert, kan het voertuig mogelijk bewegen als de versnellingshendel per ongeluk naar een andere positie wordt verplaatst.
Pagina 59
Veiligheidssysteem AANWIJZING Hoofdsteun Sla, om beschadiging te voorkomen, De voorstoelen en de achterbank van de NOOIT tegen de hoofdsteun en trek er auto hebben verstelbare hoofdsteunen. De hoofdsteunen bieden comfort voor niet aan. passagiers, maar wat nog belangrijker is, ze zijn ontworpen om passagiers te LET OP beschermen tegen whiplash en ander nek- en rugletsel tijdens een ongeval,...
Pagina 60
AANWIJZING OOSH039017L Afstellen van de hoogte OHI038136 Hoofdsteun omhoogbrengen: Wanneer u de rugleuning naar voren klapt terwijl de hoofdsteun en zitting 1. Trek hem omhoog om hem in de niet zijn ingeklapt, raakt de hoofdsteun gewenste positie (1) te zetten. mogelijk de zonneklep of andere onderdelen van de auto.
Pagina 61
Veiligheidssysteem Type A Type A OOSH039019L OOSH039021L Type B Type B OOSH039020L OOSH039022L Plaatsen van de hoofdsteun: Verwijderen/plaatsen Hoofdsteun verwijderen: 1. Zet de rugleuning rechtop. 1. Verstel de rugleuning (2) naar 2. Stop de pennen van de hoofdsteun achteren met de hendel of schakelaar (2) in de gaten terwijl u de voor de rugleuningverstelling (1).
Pagina 62
Hoofdsteunen achterstoelen Afstellen van de hoogte Hoofdsteun omhoogbrengen: 1. Trek hem omhoog om hem in de gewenste positie (1) te zetten. De hoofdsteun lager afstellen: 1. Houd de ontgrendelknop (2) op de hoofdsteun ingedrukt. 2. Laat de hoofdsteun in de gewenste positie (3) zakken.
Pagina 63
Veiligheidssysteem Stoelverwarming en WAARSCHUWING stoelventilatiesysteem Plaats NIETS op de stoel dat warmte Stoelverwarming voor (indien van isoleert als de stoelverwarming toepassing) wordt gebruikt, zoals een deken of een stoelkussen. Hierdoor kan de Met de stoelverwarming kunnen de stoelverwarming oververhit raken, stoelen bij lage buitentemperaturen waardoor (brand)schade aan de stoel worden verwarmd.
Pagina 64
Stoelverwarming achter (indien van Laat de toetsen in stand UIT staan als de stoelverwarming niet gebruikt hoeft te toepassing) worden. Iedere keer als u op de toets drukt, verandert de temperatuurinstelling voor de stoel als volgt: Door bij ingeschakelde stoelverwarming langer dan 1,5 seconden op de toets te drukken, wordt de stoelverwarming OOSH039027L...
Pagina 65
1,5 seconden op de toets te drukken, laten controleren door een officiële wordt het stoelventilatiesysteem HYUNDAI-dealer. uitgeschakeld. De standaardinstelling voor het stoelventilatiesysteem is UIT als het contact in stand ON wordt gezet.
Pagina 66
VEILIGHEIDSGORDELS Dit hoofdstuk beschrijft het juiste gebruik Draag nooit breekbare voorwerpen van de veiligheidsgordels. Het beschrijft in uw kleding onder de ook enkele dingen die u niet moet doen veiligheidsgordel. Bij een noodstop terwijl u de veiligheidsgordel draagt. of botsing kan de veiligheidsgordel deze voorwerpen beschadigen.
Pagina 67
Veiligheidssysteem Waarschuwingslampje veiligheidsgordel Waarschuwingslampje veiligheidsgordels Instrumentenpaneel OOSH030030L Waarschuwingslampje voorpassagiersgordel Als herinnering voor de voorpassagier, knippert het waarschuwingslampje OOSH039029L veiligheidsgordel voorpassagier Waarschuwingslampje bestuurdersgordel ongeveer 6 seconden, elke keer dat het contact wordt ingeschakeld, Als herinnering voor de bestuurder, knippert het waarschuwingslampje ongeacht of men de veiligheidsgordel veiligheidsgordel ongeveer 6 seconden, heeft vastgemaakt.
Pagina 68
WAARSCHUWING Het meerijden in een onjuiste zithouding beïnvloedt het gordelwaarschuwingssysteem voorpassagier negatief. De bestuurder moet de passagier instrueren om correct te gaan zitten zoals dit is omschreven in deze handleiding. Informatie OOSH039031L Het waarschuwingslampje voor de Waarschuwingslampje veiligheidsgordel gordel voor de voorpassagier bevindt achterpassagiers zich in de middenconsole.
Pagina 69
Veiligheidssysteem AANWIJZING Veiligheidsgordels Driepuntsgordel Als de veiligheidsgordel niet soepel uit de oprolautomaat kan worden getrokken, trek dan krachtig aan de veiligheidsgordel en laat hem dan los. Nadat u hem hebt losgelaten, kunt u de gordel weer soepel uit de oprolautomaat trekken. WAARSCHUWING OHI038140 Vastmaken van de gordel:...
Pagina 70
Hoogteverstelling U kunt de hoogte van het gordelomkeerpunt in één van de vier verschillende posities zetten voor maximaal comfort en maximale veiligheid. Het schoudergedeelte moet zo worden ingesteld dat het over uw borst loopt en midden over uw schouder bij het portier ligt, niet over uw nek.
Pagina 71
Veiligheidssysteem Middelste veiligheidsgordel achter Gordelspanner veiligheidsgordel (driepuntsgordel middelste zitplaats achter) OHI038143L Uw auto is uitgerust met gordelspanners aan de veiligheidsgordels van de OOSH039033L bestuurdersstoel, voorpassagiersstoel Gebruik voor het bevestigen van de en achterbank (type: gordelspanner middelste veiligheidsgordel achter het in oprolautomaat). Het doel van gordelslot met de aanduiding CENTER.
Pagina 72
(4) Gordelspanner bij gordelautomaat achter LET OP Het gordelspannersysteem kan beschadigd raken door carrosseriereparaties aan de voorzijde van de auto. Daarom raden we u aan om deze reparaties door een officiële HYUNDAI-dealer te laten uitvoeren. 3-25...
Pagina 73
NAUW over uw heupen en om de gordelspanners en/of de SRS- bekken sluit, onder het ronde gedeelte regelmodule zo snel mogelijk door van de buik. een officiële HYUNDAI-dealer te laten controleren. WAARSCHUWING Informatie Om de kans op ernstig letsel voor het...
Pagina 74
Grotere kinderen WAARSCHUWING Kinderen jonger dan 13 jaar die te groot Zet een baby of kind ALTIJD op de zijn voor een stoelverhoger moeten altijd juiste wijze vast in een kinderzitje plaatsnemen op de achterbank en de dat geschikt is voor de lengte en het aanwezige driepuntsgordel gebruiken.
Pagina 75
We adviseren u contact op aanzienlijk toe. te nemen met een officiële HYUNDAI- Bestuurder en passagiers moeten dealer. ALTIJD goed in hun stoel zitten, de gordel op de juiste manier dragen en de rugleuning zo ver mogelijk rechtop zetten.
Pagina 76
Laat de Hyundai-dealer na een ongeval het kinderzitje, de Regels met betrekking tot de limieten veiligheidsgordels, de ISOFIX- voor leeftijd en lengte/gewicht...
Pagina 77
Veiligheidssysteem Kiezen van een kinderzitje Doe bij het kiezen van een kinderzitje altijd het volgende: Controleer of het kinderzitje is voorzien van een label waarop staat dat het desbetreffende zitje wettelijk goedgekeurd is. Een kinderzitje mag alleen worden gebruikt als het is goedgekeurd conform de norm ECE-R44 of ECE-R129.
Pagina 78
Zittingverhogingen Een stoelverhoger is een kinderzitje dat de loop van de veiligheidsgordel van de auto verbetert. Een stoelverhoger plaatst het kind zo dat de veiligheidsgordel correct over de sterkere delen van het lichaam van het kind loopt. Houd uw kinderen in stoelverhogers tot ze groot genoeg zijn om goed in de veiligheidsgordel te passen.
Pagina 79
Veiligheidssysteem Plaatsen van een kinderzitje Zorg dat het kinderzitje stevig bevestigd is. Beweeg het kinderzitje naar voren en naar achteren en van WAARSCHUWING links naar rechts om te controleren of het stevig is bevestigd. Een kinderzitje Doe altijd het volgende voordat u een dat met een veiligheidsgordel wordt kinderzitje plaatst: bevestigd, moet zo stevig mogelijk...
Pagina 80
Geschiktheid van elke zitplaats voor gordel- en ISOFIX-kinderzitjes volgens de regelgeving voor Europa (informatie voor gebruikers van het voertuig en fabrikanten van het kinderzitje) Ja: geschikt voor de bevestiging van de aangewezen categorie kinderzitjes Nee: niet geschikt voor de bevestiging van de aangewezen categorie kinderzitjes ''-'': niet van toepassing De tabel is gebaseerd op auto's met het stuur aan de linkerkant.
Pagina 81
Veiligheidssysteem Opmerking : U moet de rugleuning en stoelhoogte (indien van toepassing) correct instellen. Opmerking : De zitplaats nummer 5 is niet geschikt voor bevestiging van een kinderzitje met steunvoet. Opmerking : Voor bevestiging van achterstevoren gericht ISOFIX-kinderzitje voor grote peuters - Bestuurdersstoel: de zittinghoogte moet op de juiste hoogte worden ingesteld.
Pagina 82
ISOFIX-bevestigingspunten en WAARSCHUWING Top Tether-bevestigingspunt Probeer niet om een kinderzitje op de (ISOFIX-bevestigingssysteem) voor middelste zitplaats te bevestigen aan kinderzitjes ISOFIX-bevestigingspunten. Er zijn geen Het ISOFIX-systeem houdt een ISOFIX-bevestigingspunten voor deze kinderzitje vast tijdens het rijden en bij zitplaats. Als de bevestigingspunten een ongeval.
Pagina 83
Tether-riem. We raden u aan om het ISOFIX- systeem na een ongeval te laten 2. Bevestig de Top Tether-riem aan het nakijken door uw Hyundai-dealer. top-tether-bevestigingspunt en span Een ongeval kan het ISOFIX- de Top Tether-riem dan aan volgens systeem beschadigen waardoor het...
Pagina 84
Vastzetten van een kinderzitje met WAARSCHUWING een driepuntsgordel Neem bij het aanbrengen van de Als het ISOFIX-bevestigingssysteem niet Top Tether-riem altijd de volgende wordt gebruikt, moet een kinderzitje voorzorgsmaatregelen in acht: altijd met het heupgedeelte van een Lees alle aanwijzingen van de driepuntsgordel worden vastgezet op fabrikant van het kinderzitje met een achterstoel.
Pagina 85
Veiligheidssysteem OHI038183L OOSH039041L 4. Beperk zo veel mogelijk de speling van 2. Plaats de veiligheidsgordel in de de gordel door tegen het kinderzitje te geleider (1) en controleer of de drukken terwijl u de schoudergordel veiligheidsgordel niet gedraaid is. door de blokkeerautomaat laat oprollen.
Pagina 86
AANVULLEND VEILIGHEIDSSYSTEEM Linkse besturing Het aantal daadwerkelijke airbags kan afwijken van de afbeelding. OOS037034/OOS037070L 1. Airbag bestuurder 4. Curtain airbag* 2. Voorpassagiersairbag 5. ON/OFF-schakelaar voorpassagiersairbag* 3. Zijairbag* *: indien van toepassing 3-39...
Pagina 87
Veiligheidssysteem Rechtse besturing Het aantal daadwerkelijke airbags kan afwijken van de afbeelding. OOS037034R/OOS037070E 1. Airbag bestuurder 4. Curtain airbag 2. Voorpassagiersairbag 5. ON/OFF-schakelaar voorpassagiersairbag 3. Zijairbag 3-40...
Pagina 88
Auto's zijn voorzien van een airbagsysteem voor de bestuurdersstoel en de voorpassagiersstoel. De frontairbags zijn ontworpen om de driepuntsveiligheidsgordels aan te vullen. De veiligheidsgordels moeten tijdens het rijden altijd worden gedragen, willen deze airbags bescherming bieden. U kunt ernstig letsel oplopen of overlijden bij een ongeval als u de veiligheidsgordel niet draagt.
Pagina 89
Veiligheidssysteem Waar zitten de airbags? Het doel van het aanvullende veiligheidssysteem is om de bestuurder Frontairbags bestuurder en en voorpassagier van de auto meer voorpassagier bescherming te bieden dan die de veiligheidsgordels alleen kunnen bieden Airbag bestuurder in het geval van een frontale aanrijding van afdoende kracht.
Pagina 90
OOSH039044L OOS030053L Weer inschakelen van de ON/OFF-schakelaar voorpassagiersairbag voorpassagiersairbag: (indien van toepassing) Het doel van de schakelaar is om de Steek de sleutel of een vergelijkbaar frontairbag van de voorpassagier uit stevig voorwerp in de ON/OFF- te schakelen als passagiers worden schakelaar voorpassagiersairbag en vervoerd die een verhoogd risico lopen draai deze naar de ON-stand.
Pagina 91
De zijairbags aan beide zijden van de HYUNDAI-dealer. auto zijn ontworpen om op te blazen als de roll-over-sensor detecteert dat de auto over de kop slaat. De zijairbags zijn niet ontworpen om bij...
Pagina 92
HYUNDAI-dealer. beperkt wordt. Gebruik geen accessoire- stoelhoezen. Deze kunnen de werking van het systeem beperken.
Pagina 93
Veiligheidssysteem Curtain airbags De curtain airbags aan beide zijden van de auto zijn ontworpen om op te blazen als de roll-over-sensor detecteert dat de auto over de kop slaat. De curtain airbags zijn niet ontworpen om bij alle aanrijdingen van opzij of situaties waarbij de auto over de kop kan slaan opgeblazen te worden.
Pagina 94
) modus staat. voorpassagiersairbag We adviseren u het aanvullende veiligheidssysteem zo snel mogelijk De regeleenheid aanvullend door een officiële HYUNDAI-dealer veiligheidssysteem (SRSCM, te laten controleren als een van deze Supplemental Restraint System Control omstandigheden zich voordoet. Module) controleert continu alle SRS-...
Pagina 95
Veiligheidssysteem Tijdens een gematigde tot ernstige Naast het opblazen tijdens een frontale botsing detecteren sensoren ernstige aanrijding van opzij worden de snelle vertraging van de auto. Als de bij auto's met een roll-over-sensor vertraging hoog genoeg is, activeert de zijairbags en/of de curtain airbags de regeleenheid de frontairbags op het opgeblazen als deze sensor het over juiste moment en met de benodigde...
Pagina 96
Airbag bestuurder (1) Airbag bestuurder (3) ODN8039077L ODN8039079L Als de SRSCM oordeelt dat de kracht Voorpassagiersairbag waaraan de voorzijde van de auto wordt blootgesteld een bepaalde drempelwaarde overschrijdt, activeert hij automatisch de airbags vóór. Airbag bestuurder (2) ODN8039080L Nadat de airbag geheel gevuld is, begint hij direct weer leeg te lopen, waardoor de bestuurder weer zicht naar voren krijgt en hij de auto weer kan besturen of...
Pagina 97
Was de huid die hiermee in aanraking is gekomen altijd af met koud water en een milde zeepoplossing. Wij adviseren om geactiveerde airbags beslist te laten vervangen bij een officiële HYUNDAI-dealer. Airbags zijn ontworpen voor eenmalig gebruik. OHI038169L Plaats nooit een kinderzitje op de voorpassagiersstoel, tenzij de airbag is uitgeschakeld.
Pagina 98
Zet, als de auto moet worden gesleept, het contact in stand LOCK/ OFF of ACC om te voorkomen dat de airbag onnodig wordt geactiveerd. Laat alle reparaties aan airbags door een officiële HYUNDAI-dealer uitvoeren. 3-51...
Pagina 99
Veiligheidssysteem OOSH030076/OOS037045/OOS030046K/OOS037047/OOS037077 1. Regelmodule aanvullend veiligheidssysteem 2. Airbagsensor voor (Voorportier) 3. Druksensor opzij (Voor)* 4. Zijairbagsensor (Achter)* *: indien van toepassing 3-52...
Pagina 100
Voorwaarden voor activeren airbags OOS030050K OOSH039054L Airbags vóór De frontairbags zijn ontworpen om bij frontale aanrijdingen te worden opgeblazen, afhankelijk van de ernst, de snelheid of de hoek waaronder de aanrijding plaatsvindt. OOSH039056L Zijairbags en gordijnairbags De airbags opzij (zijairbags en gordijnairbags) worden geactiveerd bij een aanrijding van opzij, waarbij rekening wordt gehouden met de kracht van de...
Pagina 101
Veiligheidssysteem De zijairbags en de curtain airbags zijn ook ontworpen om te worden opgeblazen als de roll-over sensor detecteert dat de auto over de kop slaat. Als de bodem van de auto wordt geraakt door hobbels of voorwerpen op onverharde wegen, kunnen de airbags worden geactiveerd.
Pagina 102
OOSH039060L OOSH039062L Bij een aanrijding onder een hoek kan de Als de auto over de kop slaat, bieden de kracht van de aanrijding de inzittenden airbags voor geen extra bescherming aan in een richting verplaatsen, waarin de de inzittenden. Ze worden dan ook niet airbags geen extra bescherming zouden geactiveerd.
Pagina 103
HYUNDAI-dealer te laten enzovoort op afdekkappen van het controleren. systeem aan en wijzig niets aan de We adviseren alle werkzaamheden aan carrosseriestructuur.
Pagina 104
Aanvullende Waarschuwingslabel airbag voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de veiligheid Passagiers mogen tijdens het rijden niet uit de stoel stappen of van stoel wisselen. Een passagier die tijdens een botsing of noodstop geen veiligheidsgordel draagt, kan tegen de binnenkant van het voertuig of tegen andere inzittenden worden gegooid, of uit het voertuig worden geslingerd.
Pagina 106
Controlelampje ESC OFF (elektronische stabiliteitsregeling uit) ......4-20 Controlelampje startblokkering (zonder Smart Key) ..........4-20 Controlelampje startblokkering (met Smart Key) ..........4-20 Controlelampje richtingaanwijzers ................4-21 Controlelampje grootlicht ..................4-21 Controlelampje dimlicht...................4-21 Controlelampje verlichting AAN ................4-21 Controlelampje mistlampen voor ................4-21 Controlelampje mistachterlicht ................4-21 Controlelampje HBA (High Beam Assist) ..............4-21 Controlelampje AUTO HOLD ...................4-22 Waarschuwingslampje led-koplamp ..............4-22 Lcd-displayberichten ....................4-23...
Pagina 107
4. Instrumentenpaneel Controleer bochtverlichting ..................4-27 Controleer led-koplamp ..................4-27 Controleer Active Air Flap-systeem ................ 4-27 Klaar om te gaan rijden ................... 4-27 Controleer regeneratieve remmen ................. 4-27 Stop auto en controleer remmen ................4-27 Controleer hybridesysteem ..................4-27 Stop veilig en controleer hybridesysteem..............4-28 Controleer hybridesysteem.
Pagina 108
Instrumentenpaneel INSTRUMENTENPANEEL Conventioneel instrumentenpaneel (type A) Volledig lcd-instrumentenpaneel (type B) Het werkelijke instrumentenpaneel kan afwijken van de afbeelding. Zie “Meters en tellers” in dit hoofdstuk voor meer informatie. OOSH040002/ONX4H040002 1. Vermogensmeter 4. Brandstofmeter 2. Snelheidsmeter 5. Waarschuwings- en controlelampjes 3. SOC-meter (laadniveau) accu 6.
Pagina 109
Verlichting instrumentenpaneel Meters en tellers Dashboardverlichting Snelheidsmeter (indien van toepassing) Type A MPH, km/h OOS040001K OOS47103N OOSH040003 Type B Met behulp van de bedieningstoets kan MPH, km/h de sterkte van de dashboardverlichting geregeld worden wanneer de parkeerlichten of de dim-/grootlichten branden.
Pagina 110
Instrumentenpaneel Vermogensmeter Informatie Type A Afhankelijk van het vermogensmetergebied brandt het controlelampje 'EV' wel of niet. - “EV” controlelampje AAN: de auto rijdt op de elektrische motor of de benzinemotor is gestopt. - “EV” controlelampje UIT: de auto rijdt op de benzinemotor. Brandstofmeter OOSH049007L Type A...
Pagina 111
) en het controlelampje raakt. motormanagement (MIL) ( ) echter gaan branden wanneer de SOC-meter zich in de buurt van de 0 bevindt, adviseren wij u de auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI- dealer.
Pagina 112
Instrumentenpaneel AANWIJZING Kilometerteller Probeer de auto nooit te starten als de Type A Type B brandstoftank leeg is. In deze toestand kan de motor de hoogspanningsbatterij van het hybride systeem niet opladen. Als u de auto probeert te starten zonder brandstof, wordt de hoogspanningsbatterij ontladen en raakt deze beschadigd.
Pagina 113
Schakelindicator Double Clutch- Informatie transmissie Als de auto niet op een horizontaal vlak Type A staat of nadat de accupolen losgenomen zijn, kan het gebeuren dat de functie actieradius niet goed werkt. De weergegeven actieradius is een schatting van de afstand die met de auto gereden kan worden en kan dus afwijken van de werkelijke actieradius.
Pagina 114
- Terugschakelen: werking van het airbagsysteem (SRS). Laat de auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. Bijvoorbeeld : Geeft aan dat u beter naar de 3e versnelling kunt opschakelen (de selectiehendel staat in de 2e of 1e versnelling).
Pagina 115
Laat de auto in dit geval inspecteren nodig is (Zie voor meer informatie door een officiële HYUNDAI-dealer. 'Remvloeistof' in hoofdstuk 8). Controleer na het toevoegen van remvloeistof alle remonderdelen op vloeistoflekkage. Als een...
Pagina 116
Als dat gebeurt, rijd dan voorzichtig. Wij adviseren u de auto te laten controleren Laat de auto in dit geval inspecteren door door een officiële HYUNDAI-dealer. een officiële HYUNDAI-dealer. De bediening van het rempedaal is mogelijk moeilijker dan gewoonlijk en de WAARSCHUWING remafstand kan toenemen.
Pagina 117
START/STOP in de stand ON wordt gezet. - Het waarschuwingslampje elektrische stuurbekrachtiging brandt gedurende ongeveer 3 seconden en dooft vervolgens. Wanneer er een storing is in de EPS. Laat de auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. 4-13...
Pagina 118
Wanneer er een storing is in de EPB. Wanneer er een storing is met het Laat de auto in dit geval inspecteren emissieregelsysteem of met de motor door een officiële HYUNDAI-dealer. of de aandrijflijn van de auto. Laat de auto in dit geval inspecteren Informatie door een officiële HYUNDAI-dealer.
Pagina 119
50~100 km hebt gereden bij een warme gestart, zet dan onmiddellijk de motor, raden we u aan om de auto motor uit. Laat de auto in dit geval door een officiële HYUNDAI-dealer inspecteren door een officiële te laten nakijken. Zelfs als dit lampje HYUNDAI-dealer.
Pagina 120
Laat uw auto inspecteren door een GPF-systeem te laten controleren officiële HYUNDAI-dealer als het door een officiële HYUNDAI-dealer. waarschuwingslampje gaat branden tijdens het rijden of als het niet uitgaat AANWIJZING nadat u de auto hebt gestart.
Pagina 121
Als dat gebeurt, adviseren wij u de auto - Storing TPMS zo snel mogelijk te laten controleren door (bandenspanningscontrolesysteem) een officiële HYUNDAI-dealer. Kijk op het lcd-display voor meer Zie 'Bandenspanningscontrolesysteem informatie over de waarschuwing. (TPMS)' in hoofdstuk 7 voor meer informatie.
Pagina 122
- Het waarschuwingslampje led- koplampen brandt gedurende Laat de auto in dit geval inspecteren door ongeveer 3 seconden en dooft een officiële HYUNDAI-dealer. vervolgens. Zie 'Forward Collision-Avoidance Assist- Wanneer er een storing is in de led- systeem (FCA)' in hoofdstuk 6 voor koplampen.
Pagina 123
Wanneer het controlelampje stand-by invloed hebben op de levensduur van dooft of knippert, is er een probleem met de led-koplampen. het systeem. Laat de auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI- dealer. Waarschuwingslampje gladheid (indien van toepassing) Lampje EV-modus...
Pagina 124
Smart Key niet kan detecteren. Wanneer de auto het Laat de auto in dit geval inspecteren door startblokkeersysteem in de sleutel een officiële HYUNDAI-dealer. detecteert met het contact in de stand Dit controlelampje knippert: - Op dat moment kunt u de motor Als er een storing is in het starten.
Pagina 125
- Het controlelampje richtingaanwijzers Controlelampje brandt helemaal niet mistachterlicht Als een van deze situaties zich voordoet, adviseren wij u de auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI- Dit controlelampje gaat branden: dealer. Als het mistachterlicht is ingeschakeld. Controlelampje grootlicht Controlelampje HBA (High...
Pagina 126
HYUNDAI-dealer. AUTO HOLD-systeem. Laat de auto in dit geval inspecteren Dit waarschuwingslampje gaat knipperen: door een officiële HYUNDAI-dealer. Wanneer er sprake is van een defect in een onderdeel dat bij de LED-koplamp Zie 'Auto Hold' in hoofdstuk 6 voor meer informatie.
Pagina 127
Als de waarschuwingsmelding elke keer verschijnt wanneer u de startknop Deze melding wordt weergegeven als het indrukt, adviseren wij u de auto te laten stuurwiel niet normaal wordt vergrendeld controleren door een officiële HYUNDAI- bij het uitschakelen van het contact. dealer. 4-23...
Pagina 128
(zoals een dashboardcamera). Zorg het instrumentenpaneel. ervoor dat de accu niet leeg raakt. Als de melding verschijnt na het verwijderen van de niet-fabrieksmatige elektrische accessoires, adviseren wij u de auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. 4-24...
Pagina 129
Controlelampje zonnedak open Verlichtingsmodus (indien van toepassing) Type A Type B OOSH049021L OOSH049022L Deze indicator geeft aan welke OOSH049019L buitenverlichting is geselecteerd met Deze waarschuwing wordt weergegeven behulp van de verlichtingsregeling. als u de motor uitschakelt terwijl het schuifdak is geopend. De functie ruitenwisser-/ verlichtingsweergave kan worden Sluit het schuifdak goed voordat u de...
Pagina 130
Deze melding wordt weergegeven als er een probleem is met het GPF-systeem. Op dit moment gaat ook het GPF- waarschuwingslampje knipperen. Als dat gebeurt, raden we u aan het GPF- systeem te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. GPF: benzinedeeltjesfilter 4-26...
Pagina 131
Wij worden. adviseren u de auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. Stop auto en controleer remmen Controleer Active Air Flap-systeem Deze melding wordt weergegeven als er een storing optreedt in het remsysteem.
Pagina 132
Als dit gebeurt, raden we aan de auto op een veilige plek te parkeren en contact op te nemen met een officiële HYUNDAI- dealer. Controleer virtueel systeem motorgeluid Deze melding wordt weergegeven als er een probleem is met het Virtual Engine Sound System (VESS).
Pagina 133
Bediening lcd-display OOSH049025L [A]: type A, [B]: type B De instellingen van het lcd-display kunnen worden gewijzigd met de bedieningstoetsen. : toets MODE voor het wijzigen van de instellingen : schakelaar MOVE voor het wijzigen van de functies 3. OK: toets SELECT/RESET voor het instellen of resetten van de geselecteerde functie 4-29...
Pagina 135
Modus van de boordcomputer Rijassistentie OTM040039L OOSH049028L De modus van de boordcomputer geeft SCC/LKA/DAW/ISLW informatie weer met betrekking tot de Deze modus geeft de status weer van de rijparameters van de auto, waaronder Smart cruisecontrol (SCC), Lane Keeping het brandstofverbruik, informatie van de Assist (LKA), de Driver Attention Warning dagteller en de rijsnelheid.
Pagina 136
Instrumentenpaneel Modus hoofdwaarschuwing Het hoofdwaarschuwingslampje gaat branden als een of meer van de bovenstaande waarschuwingssituaties zich voordoen. Op dat moment verandert het pictogram van de lcd-modi van ( in ( Als de waarschuwingssituatie is verholpen, dooft het hoofdwaarschuwingslampje en keert het pictogram van de lcd-modi terug naar het vorige pictogram ( OOSH049030L...
Pagina 137
Modus Gebruikersinstellingen OOSH049032L Schakel P in om instellingen te bewerken OOSH049031L Deze waarschuwingsmelding verschijnt Via deze modus kunt u instellingen met als u tijdens het rijden probeert om de betrekking tot het instrumentenpaneel, gebruikersinstellingen aan te passen. de portieren, de verlichting enz. wijzigen. Wijzig om veiligheidsredenen de 1.
Pagina 138
Instrumentenpaneel 1. Bestuurdershulp Toelichting Onderwerpen Gevoeligheid Smart Cruise Control instellen. Snel / Normaal / Langzaam SCC-reactie Zie „Smart Cruise Control (SCC)“ in hoofdstuk 7 voor meer details. Highway Driving Assist (rijhulp op de snelweg) Activeren en deactiveren van de functie Highway Driving Assist. Zie 'Highway Driving Assist (HDA - rijhulp op de snelweg)' in hoofdstuk 7 voor meer details.
Pagina 139
Toelichting Onderwerpen De Forward Collision-Avoidance Assist (FCA, ondersteuning botsingsvermijding voorzijde) aanpassen Active Assist (actieve ondersteuning) Warning Only (alleen waarschuwing) Veiligheid vooruit Off (uit) Zie „Forward Collision-Avoidance Assist-systeem“ (FCA; ondersteuning botsingsvermijding voorzijde) voor meer informatie. De Lane Keeping Assist (LKA - op de rijstrook blijven) functie aanpassen.
Pagina 140
Instrumentenpaneel 2. Head-up display (indien van toepassing) Toelichting Onderwerpen Enable Head-up display Als deze optie wordt aangevinkt, wordt het head-up display (head-up display ingeschakeld. inschakelen) Display Height (hoogte Aanpassen van de hoogte van het weergegeven beeld. display) Rotatie Aanpassen van de hoek van het weergegeven beeld. Helderheid Aanpassen van de helderheid van het weergegeven beeld.
Pagina 141
4. Verlichting Toelichting Onderwerpen Het verlichtingsniveau aanpassen Illumination (verlichting) Niveau 1~20 Uit: De functie one-touch passeerknipperlicht wordt uitgeschakeld. One Touch Turn 3, 5, 7 flitsen: De richtingaanwijzer knippert 3, 5 of 7 keer Signal (one-touch wanneer de richtingaanwijzerhendel iets wordt bewogen. passeerknipperlicht) Zie “Verlichting”...
Pagina 142
Instrumentenpaneel 5. Portier Toelichting Onderwerpen Mogelijk maken via schakelen: Alle portieren worden automatisch vergrendeld als de schakelknop vanuit stand P (Parkeren) in stand R (Achteruit), N (Neutraal) of D (Rijden) Automatisch wordt gezet.(alleen als de motor draait). vergrendelen Inschakelen tijdens rijden: alle portieren worden automatisch vergrendeld als het voertuig sneller rijdt dan 15 km/h.
Pagina 143
6. Comfort Toelichting Onderwerpen Activeren en deactiveren van de functie Rear Occupant Alert Rear Occupant Alert (waarschuwing passagier op achterbank). (Achterbank-passagier- Zie voor meer details het ''Rear Occupant Alert (ROA - alarm) passagieralarm achterbank) systeem'' in hoofdstuk 5. Bij portierontgrendeling: Bij het ontgrendelen van de portieren: de buitenspiegels worden uitgeklapt en het welkomstlicht gaat automatisch aan.
Pagina 144
Instrumentenpaneel 7. Eenheden Toelichting Onderwerpen De snelheidseenheid selecteren (km/u, MPH) Snelheidseenheid Temperature Unit Voor het selecteren van de temperatuureenheid (°C, °F) (temperatuureenheid) Fuel Economy De eenheid van het brandstofbesparing selecteren (km/l, l/100 Unit (eenheid km, MPG) brandstofverbruik) Tire Pressure Unit De bandenspanningseenheid selecteren (psi, kPa, bar) (bandenspanningseenheid) 4-40...
Pagina 145
BOORDCOMPUTER De tripcomputer voorziet de bestuurder via een display van informatie over de rit. Informatie Bepaalde rijinformatie die door de tripcomputer is opgeslagen (bijvoorbeeld de gemiddelde rijsnelheid), wordt gereset als de accu wordt losgekoppeld. Er moet minimaal 300 meter met de OOSH049025L auto zijn gereden sinds de laatste uit- en [A]: type A, [B]: type B...
Pagina 146
Instrumentenpaneel Weergave geaccumuleerde Handmatig resetten informatie Om het gemiddelde brandstofverbruik handmatig te wissen, drukt u de toets OK Type A Type B in het stuurwiel langer dan 1 seconde in terwijl het gemiddelde brandstofverbruik wordt weergegeven. Automatisch resetten Om het gemiddelde brandstofverbruik automatisch te resetten, selecteert u 'Na contact aan' of 'Na tanken' in de modus Gebruikersinstellingen op het lcd-display...
Pagina 147
Weergave rij-informatie Digitale snelheidsmeter Type A Type B OTM040063L OTM040064L OOSH049038L Deze weergave toont de rijafstand (1), het De digitale snelheidsmeter toont de gemiddelde brandstofverbruik (2) en de snelheid van de auto. totale rijtijd (3). Energiestroom De informatie wordt gecombineerd voor elke contactcyclus.
Pagina 148
5. Handige functies Toegang tot uw auto ..................5-5 Afstandsbediening .......................5-5 Smart Key ........................5-8 Startblokkeersysteem ....................5-12 Sloten ........................ 5-13 Portiersloten van buitenaf vergrendelen/ontgrendelen ...........5-13 Portiersloten van binnenuit vergrendelen/ontgrendelen ........5-14 Functies van de automatische portiervergrendeling/-ontgrendeling.....5-17 Supervergrendeling ....................5-17 Kindersloten achterportieren ..................5-18 Rear Occupant Alert (Achterbank-passagier-alarm - ROA) ........
Pagina 149
Head-updisplay (HUD) ................... 5-42 Verlichting ....................... 5-45 Verlichting buitenzijde ....................5-45 Interieurverlichting....................5-50 High Beam Assist .................... 5-53 Functie-instelling .......................5-53 Voorwaarden voor gebruik ..................5-53 Storingen en beperkingen van het systeem .............5-54 Ruitenwissers en ruitensproeiers ..............5-56 Ruitenwissers voor .....................5-56 Ruitensproeier voorruit ....................5-57 Achterruitenwisser en -sproeier ................5-58 Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem ........
Pagina 151
Mediaspeler ....................5-103 De mediaspeler gebruiken ..................5-103 De USB-modus gebruiken ..................5-103 De iPod-modus gebruiken ..................5-106 Bluetooth ......................5-109 Verbinden met Bluetooth-apparaten ..............5-109 Een Bluetooth-audioapparaat gebruiken ..............5-112 Een Bluetooth-telefoon gebruiken................5-113 Instellingen ......................5-119 Weergave ........................5-119 Geluidssignalen ......................5-119 Date/Time (datum/tijd) ....................
Pagina 152
Uw auto ontgrendelen Om uw auto te ontgrendelen: OPDE046001 1. Druk op de ontgrendeltoets voor de Uw HYUNDAI heeft een portieren (2) op de afstandsbediening. afstandsbediening, die u kunt gebruiken 2. Alle portieren worden ontgrendeld. om de portieren of de achterklep te De alarmknipperlichten knipperen vergrendelen of ontgrendelen.
Pagina 153
Handige functies Mechanische sleutel Informatie Als de afstandsbediening niet normaal Op de schakelaar staat 'HOLD' (ingedrukt werkt, kunt u de portieren met de houden) om aan te geven dat u de mechanische sleutel vergrendelen of schakelaar moet indrukken en langer dan ontgrendelen.
Pagina 154
Controleer of de met de mechanische sleutel. Neem batterij correct werd geplaatst. contact op met een officiële HYUNDAI- dealer als u een probleem ervaart met 4. Plaats het batterijdeksel en uw afstandsbediening.
Pagina 155
Smart Key. De alarmknipperlichten knipperen. OOS050026L 4. Controleer of de portieren Uw HYUNDAI heeft een Smart Key, vergrendeld zijn door de stand van de die u kunt gebruiken om de portieren vergrendelknoppen voor de portieren of de achterklep te vergrendelen of in de auto te controleren.
Pagina 156
WAARSCHUWING Informatie Laat kinderen niet zonder toezicht De toetsen op de portiergrepen werken achter met de Smart Key in de alleen als de Smart Key zich binnen auto. Kinderen die zonder toezicht een afstand van 0,7 - 1 m van de achterblijven, kunnen op de start-/ buitenportiergreep bevindt stopknop drukken en de elektrisch...
Pagina 157
Smart Key verliest, adviseren seconden op de Remote Start-toets. we u de auto en de resterende sleutel 3. De waarschuwingslichtjes zullen onmiddellijk naar een officiële HYUNDAI- knipperen en de motor slaat aan. dealer te brengen of, indien nodig, de auto te laten wegslepen.
Pagina 158
Vervangen van de batterij: mechanische sleutel. We adviseren u een officiële HYUNDAI-dealer te raadplegen 1. Verwijder de mechanische sleutel. als de Smart Key niet goed werkt. 2. Wrik het deksel aan de achterzijde van...
Pagina 159
Het startblokkeersysteem beveiligt Hyundai-dealer. uw auto tegen diefstal. Als een Probeer geen wijzigingen aan te brengen onjuist gecodeerde sleutel (of ander aan het systeem of het uit te breiden met apparaat) wordt gebruikt, wordt andere apparaten.
Pagina 160
SLOTEN Portiersloten van buitenaf Afstandsbediening vergrendelen/ontgrendelen Mechanische sleutel Afstandsbediening Smart Key OOSH059009L [A]: ontgrendelen, [B]: vergrendelen Druk, om de portieren te vergrendelen, OOSH059008L op de vergrendeltoets voor de portieren [A]: vergrendelen, [B]: ontgrendelen (1) op de afstandsbediening. Als u het bestuurdersportier vergrendelt Druk, om de portieren te ontgrendelen, met een sleutel, worden alle portieren op de ontgrendeltoets voor de portieren...
Pagina 161
Handige functies Smart Key Informatie In een koud en nat klimaat werken de portiervergrendeling en portiermechanismen mogelijk niet door bevriezingsverschijnselen. Als het portier een aantal keren snel na elkaar wordt vergrendeld en weer ontgrendeld, ofwel met de sleutel ofwel met de schakelaar portiervergrendeling, zal de werking van het systeem tijdelijk worden onderbroken om beschadiging van de...
Pagina 162
Met schakelaar portiervergrendeling Voor auto's met Key Start (met afstandsbediening) De voorportieren kunnen niet worden vergrendeld als de sleutel in het contact zit en een van de voorportieren geopend is. Voor auto's met Start-/stopknop (met Smart Key) Als de Smart Key zich in de auto bevindt en een portier is geopend, kunnen de portieren niet vergrendeld worden.
Pagina 163
Handige functies WAARSCHUWING OPGELET De portieren moeten altijd volledig Het openen van een portier als iemand gesloten en vergrendeld zijn als of iets de auto nadert, kan schade of de auto rijdt. Als de portieren letsel veroorzaken. Let bij het openen ontgrendeld zijn, is het risico om uit van portieren goed op of er geen ander de auto geslingerd te worden bij een...
Pagina 164
Functies van de automatische Automatisch Ontgrendelen - Voertuig Uit (met Smart Key) portiervergrendeling/- ontgrendeling Als deze functie is ingesteld in het lcd- display van het instrumentenpaneel, Uw auto is uitgerust met functies die worden alle portieren automatisch uw auto automatisch vergrendelen of ontgrendeld zodra de auto wordt ontgrendelen, gebaseerd op instellingen uitgeschakeld.
Pagina 165
Handige functies Kindersloten achterportieren WAARSCHUWING Vergrendel de portieren niet met de afstandsbediening of de Smart Key als zich nog iemand in de auto bevindt. Degene die in de auto zit, kan de portieren niet ontgrendelen met de vergrendelknop in het portier. Als het portier bijvoorbeeld met de afstandsbediening is vergrendeld, kan degene die in de auto zit het...
Pagina 166
Rear Occupant Alert WAARSCHUWING (Achterbank-passagier-alarm - Het alarmsysteem voor passagiers op ROA) de achterbank geeft informatie aan Deze functie voorkomt dat de bestuurder de bestuurder om de achterbank te een passagier op de achterbank controleren, maar detecteert niet of achterlaat. zich een voorwerp of passagier op de achterbank bevindt.
Pagina 167
Handige functies ANTIDIEFSTALSYSTEEM Dit systeem helpt uw auto en Informatie waardevolle spullen te beschermen. De claxon klinkt en de alarmknipperlichten Vergrendel de portieren niet voordat knipperen continu in een van de alle passagiers de auto verlaten hebben. volgende situaties: Als de achtergebleven passagiers de auto verlaten terwijl het systeem - Een portier wordt geopend zonder dat is ingeschakeld, wordt het alarm...
Pagina 168
Als deze symptomen zich voordoen, rijd de auto dan zo snel als mogelijk naar een veilige plaats. Wij adviseren u het systeem zo snel mogelijk te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. 5-21...
Pagina 169
Handige functies Verstelbare stuurkolom Informatie Wanneer u het stuurwiel in een Soms grijpt de ontgrendelingshendel niet comfortabele stand zet, stel het dan compleet aan. Dit kan gebeuren als de zo in dat het naar uw borst wijst, niet tanden van het vergrendelingsmechanisme naar uw gezicht.
Pagina 170
SPIEGELS Stuurwielverwarming Binnenspiegel (indien van toepassing) Controleer, voordat u gaat rijden, of de binnenspiegel correct is ingesteld. Stel de binnenspiegel zo af dat het zicht door de achterruit goed gecentreerd is. WAARSCHUWING Zorg ervoor dat uw zicht niet wordt gehinderd. Plaats geen voorwerpen op de achterstoelen, in de bagageruimte of achter de hoofdsteunen van de achterstoelen die het zicht door de...
Pagina 171
Handige functies Binnenspiegel met dag-/nachtstand Zelfdimmende binnenspiegel (ECM) (indien van toepassing) (indien van toepassing) OOSH059017L OOSH059018L [A]: dag, [B]: nacht [A]: controlelampje Stel de spiegel af voordat u wegrijdt en Sommige auto's zijn uitgerust met een als deze in de dagstand staat. zelfdimmende spiegel die verblinding 's nachts en bij weinig licht tegengaat.
Pagina 172
OPMERKING Buitenspiegels Gebruik geen krabber om de spiegel ijsvrij te maken; hierdoor kan het spiegelglas beschadigd raken. Forceer de buitenspiegel niet als deze vastgevroren is. Gebruik een goedgekeurde ruitontdooier (geen koelvloeistof) of een spons of zachte doek met zeer warm water, of zet de auto op een warme plaats om het ijs te laten smelten.
Pagina 173
Handige functies OPMERKING Midden (AUTO): de spiegels klappen als volgt automatisch in of uit: De spiegels stoppen hun beweging Met afstandsbediening als de maximale stelhoek bereikt is, maar de stelmotor blijft draaien - De spiegels worden in- of uitgeklapt zolang de schakelaar ingedrukt wanneer de portieren worden wordt.
Pagina 175
(5). Laat de schakelaar los u aan het systeem te laten controleren wanneer u wilt dat de ruit stopt. door een officiële HYUNDAI-dealer. Sluiten: Trek de ruitschakelaar tot het eerste drukpunt omhoog (5). Laat de ruitschakelaar los wanneer u wilt dat de ruit stopt.
Pagina 176
Automatische omkeerfunctie (indien Informatie van toepassing) De klembeveiliging voor de portierruit werkt alleen als de automatische sluitfunctie wordt gebruikt door de schakelaar omhoog te trekken tot de tweede stand. WAARSCHUWING Zorg ervoor dat lichaamsdelen en voorwerpen zich op een veilige afstand bevinden alvorens de ruiten te sluiten, om letsel en schade aan de auto te OOSH059024L...
Pagina 177
Handige functies Blokkeerschakelaar ruitbediening WAARSCHUWING Laat kinderen niet met de elektrische ruiten spelen. Houd de blokkeerschakelaar voor de ruitbediening in het bestuurdersportier in de blokkeerstand. Ernstig tot dodelijk letsel kan het gevolg zijn van onbedoelde bediening van de ruiten door een kind. OPMERKING Open of sluit telkens maar één OOSH059025L...
Pagina 178
Indien uw auto is uitgerust met een WAARSCHUWING schuif-/kanteldak, kunt u dit met behulp Verstel het schuif-/kanteldak nooit van de schakelaar in de dakconsole tijdens het rijden. Hierdoor kunt u openschuiven of kantelen. de controle over de auto verliezen, waardoor u een ongeluk met ernstig tot dodelijk letsel of materiële schade kunt veroorzaken.
Pagina 179
Handige functies Schuif-/kanteldak openen en Automatische omkeerfunctie (indien van toepassing) sluiten OOSH049042L OOSH059027L Als het schuifdak een hindernis Schuif-/kanteldak openen: tegenkomt tijdens het automatische Druk de schuif-/kanteldakschakelaar sluitingsproces, schuift het terug in de naar achteren tot het eerste drukpunt. andere richting en stopt het zodat u het Laat de schakelaar los wanneer u wilt dat voorwerp kunt wegnemen.
Pagina 180
Kantelen van het schuifdak WAARSCHUWING Als een klein voorwerp tussen het schuifdak en de voorste sponning van het glas terechtkomt, wordt de extra weerstand mogelijk niet opgemerkt door de automatische omkeerfunctie. In dat geval detecteert het schuifdak het voorwerp niet en schuift het niet terug in de andere richting.
Pagina 181
Handige functies OPMERKING Resetten van het schuif- / kanteldak Verwijder van tijd tot tijd het vuil dat zich heeft verzameld op de In sommige omstandigheden is het geleiderail van het schuif-/kanteldak nodig om het schuif-/kanteldak te of tussen het schuif-/kanteldak en resetten.
Pagina 182
Voor meer informatie adviseren we u Sluit het schuif-/kanteldak goed wanneer contact op te nemen met een officiële u de auto verlaat. HYUNDAI-dealer. 5-35...
Pagina 183
Handige functies EXTERIEUR Motorkap Openen van de motorkap OOSH059033L 4. Trek de motorkapsteun uit zijn houder en houd de motorkap open met de OOSH059031L motorkapsteun (1). 1. Parkeer de auto en activeer de parkeerrem. WAARSCHUWING 2. Trek aan de ontgrendelingshendel om de motorkap te ontgrendelen.
Pagina 184
Sluiten van de motorkap Achterklep Achterklep openen 1. Controleer het volgende in en rond de motorruimte voordat u de motorkap sluit: - Zorg ervoor dat gereedschap en losse voorwerpen uit de motorruimte en de ruimte rond de motorkapopening verwijderd zijn; - Zorg ervoor dat alle handschoenen, doeken en andere brandbare materialen verwijderd zijn uit de...
Pagina 185
Handige functies Achterklep sluiten WAARSCHUWING OOSH050228 OOS047085 Breng en druk de achterklep omlaag Raak de achterklepveer niet aan en trek totdat deze vergrendelt. Controleer altijd niet aan de achterklepveer. Vervorming of de achterklep correct is gesloten door van de achterklepveer kan schade en deze weer open te trekken zonder de kans op letsel veroorzaken.
Pagina 186
Tankdopklep Om de achterklep handmatig van binnenuit de bagageruimte te Openen van de tankdopklep ontgrendelen en openen, voert u de volgende stappen uit: 1. Steek de mechanische sleutel uit de afstandsbediening of een schroevendraaier in de sleuf onderaan de achterklep in de bagageruimte. 2.
Pagina 187
Handige functies Maak tijdens het tanken geen Informatie gebruik van een mobiele telefoon. Elektrische stroom en/of Als de tankdopklep niet opent omdat zich elektronische storing van mobiele ijs heeft gevormd om de tankdopklep telefoons kan brandstofdampen heen, klopt of duwt u voorzichtig op doen ontbranden.
Pagina 188
Als de brandstoftankdop moet tankstation bent, vooral niet tijdens worden vervangen, gebruik dan het tanken. alleen een originele HYUNDAI Vul niet te veel brandstof bij in de dop of vergelijkbare dop die is tank, anders kan er benzine morsen. voorgeschreven voor uw auto. Een...
Pagina 189
Handige functies Stel de hoogte of de helderheid van het head-updisplay bij vanuit het instellingenmenu in het lcd-display als het head-updisplay moeilijk te lezen is. Zie 'Instellingen lcd-display' in hoofdstuk 4 voor meer informatie. WAARSCHUWING Bevestig geen stickers of accessoires op het head-updisplay of het OOS050018K stootkussen.
Pagina 190
Head-updisplay AAN/UIT Voorkom langdurige blootstelling van het displayscherm aan direct zonlicht. Plaats geen voorwerpen op, in of bij het displayscherm als het head-updisplay wordt geopend of gesloten. Wees voorzichtig en voorkom dat voorwerpen door het mechanische klepje naar binnen vallen. Gebruik alleen een zachte doek om het displayscherm te reinigen.
Pagina 191
Handige functies Informatie head-updisplay Instelling head-updisplay OOS050019K OOSH059042L 1. Turn-by-turn (TBT) navigatie- Op het lcd-display kunt u de head- informatie (indien van toepassing) updisplay-instellingen als volgt wijzigen. 2. Verkeersborden (indien van Weergave hoogte toepassing) Rotatie 3. Snelheidsmeter Helderheid 4. SCC-informatie ingestelde snelheid Inhoud selectie (indien van toepassing) Snelheidsmetergrootte...
Pagina 192
Verlichting buitenzijde Bediening verlichting Draai, om de verlichting te bedienen, de knop op het uiteinde van de combischakelaar naar een van de volgende standen: OOSH059044L Stand automatische dimlichten (indien van toepassing) De stadslichten en dimlichten worden in- en uitgeschakeld aan de hand van de hoeveelheid daglicht, gemeten door de omgevingslichtsensor midden op het OOSH059043L...
Pagina 193
Handige functies Werking grootlicht OOSH059045L Stand stadslicht ( OOSH059047L Het stadslicht, de Om het grootlicht in te schakelen duwt u kentekenplaatverlichting en de de hendel van u af. De hendel keert terug instrumentenverlichting zijn naar zijn uitgangspositie. ingeschakeld. Het controlelampje voor het grootlicht gaat branden wanneer het grootlicht wordt ingeschakeld.
Pagina 194
Richtingaanwijzers Mistlampen voor (indien van toepassing) OOSH059051L Duw de hendel naar omlaag om richting OOSH059052L naar links, en omhoog om richting naar De mistlampen dienen voor een beter rechts aan te geven in positie (A). zicht onder omstandigheden waarbij het zicht sterk verminderd is, zoals bij Wanneer een controlelampje blijft mist, regen, sneeuwval enz.
Pagina 195
Handige functies Mistachterlicht OOSH059054L Auto zonder mistlampen voor OOSH059053L Inschakelen van het mistachterlicht: Auto met mistlampen voor Zet de lichtschakelaar (1) in de stand Inschakelen van het mistachterlicht: dimlicht en draai hem vervolgens in de Zet de verlichtingsschakelaar stand mistachterlicht. in de stand stadslicht, draai de verlichtingsschakelaar (1) naar de Voer een van de onderstaande...
Pagina 196
Follow me home-functie Dagrijverlichting (DRL) (indien van toepassing) Als de sleutel wordt verwijderd uit het contactslot of het contactslot in de stand De dagrijverlichting (DRL) zorgt ervoor ACC of LOCK/OFF wordt gedraaid met dat medeweggebruikers uw auto het dimlicht aan, blijft het dimlicht (en/of overdag beter zien, met name na stadslicht) ongeveer 5 minuten branden.
Pagina 197
Smart Key en het alarmsysteem wordt WAARSCHUWING ingeschakeld, gaat de verlichting vijf Als de functie niet correct werkt, raden seconden later uit. we u aan het systeem door een officiële HYUNDAI-dealer te laten controleren. Probeer de bedrading niet zelf te controleren of vervangen. 5-50...
Pagina 198
Interieurverlichting voor Verlichting voorportier (2) ( De interieurverlichtingen voor of Type A achter gaan branden als de voor- of achterportieren worden geopend. Als de portieren worden ontgrendeld met de afstandsbediening of de smart key, gaan de interieurverlichtingen voor en achter ongeveer 30 seconden branden, zolang een portier is geopend.
Pagina 199
Handige functies Interieurverlichting achter Bagageruimteverlichting Type A OOSH059058L OOS050009K Type B De bagageruimteverlichting gaat branden zodra de achterklep wordt geopend. Lampje make-upspiegel (indien van toepassing) OOSH059059L Interieurverlichting achter ( Druk op deze schakelaar om de interieurverlichting achter in en uit te schakelen.
Pagina 200
Functie-instelling De bestuurder kan de HBA inschakelen door het contact in stand ON te zetten en door het selecteren van: 'User Als u deze instelling uitschakelt, zal de HBA niet werken. De HBA-instelling blijft hetzelfde als u de motor opnieuw start. OPDE046057 Voorwaarden voor gebruik De High Beam Assist is een functie die...
Pagina 201
( ) km/h (19 mph). branden. Wij adviseren u het systeem zo snel mogelijk te laten controleren bij een officiële HYUNDAI-dealer. OPGELET De functie werkt onder de volgende omstandigheden mogelijk niet goed. Wanneer het licht van het tegemoetkomende voertuig of de voorligger zwak is.
Pagina 202
HYUNDAI-dealer te brengen - Wanneer de koplampen niet correct zijn afgesteld. om de functie te laten nakijken en zo nodig te laten kalibreren.
Pagina 203
Handige functies RUITENWISSERS EN RUITENSPROEIERS Ruitenwissers voor Ruitenwissers/-sproeiers voor De werking is als volgt als het contact in stand ON staat. V (MIST): Duw de hendel omlaag en laat hem los voor een enkele wiscyclus. De ruitenwissers zullen blijven werken zolang de schakelaar in deze stand wordt gehouden.
Pagina 204
OPMERKING AUTO (Automatische) regeling (indien van toepassing) Zet de wisserschakelaar in de stand O (OFF) om de automatische wisserfunctie te stoppen als de auto wordt gewassen. De wisser kan in werking treden en beschadigd raken als de schakelaar in de stand AUTO staat terwijl de auto wordt gewassen.
Pagina 205
Handige functies Achterruitenwisser en -sproeier WAARSCHUWING Wanneer de buitentemperatuur beneden het vriespunt is, verwarm de voorruit dan ALTIJD door deze te ontwasemen om te voorkomen dat de ruitensproeiervloeistof op de ruit bevriest en uw zicht belemmert, waardoor een ongeval met ernstig letsel tot gevolg kan ontstaan.
Pagina 207
Handige functies Automatische modus Selecteer een van de volgende functies om de automatische werking uit te temperatuurregelsysteem schakelen: Het Automatisch verwarmings- en - Luchtcirculatietoets ventilatiesysteem wordt bediend door de - Toets voorruitontwaseming gewenste temperatuur in te stellen. (druk de toets nogmaals in om de voorruitontwasemingsfunctie weer uit te schakelen.
Pagina 208
Handmatige modus Informatie temperatuurregelsysteem Het verwarmings- en airconditioningsysteem kan handmatig worden bediend door andere toetsen dan de AUTO-toets te bedienen. In dit geval werkt het systeem afhankelijk van de geselecteerde toetsen. Als een toets anders dan de AUTO-toets wordt bediend tijdens de automatische regeling, worden de niet gewijzigde functies automatisch geregeld.
Pagina 209
Handige functies Luchtcirculatie OOSH059114L/OOSH059102L De luchtcirculatietoets regelt de circulatie van de lucht door het ventilatiesysteem. 5-62...
Pagina 210
De luchtuitstroomrichting circuleert als Bodem & ontwasemen (A, C, volgt: D, E) Voor Europa De meeste lucht stroomt naar de bodem en de voorruit en een klein gedeelte stroomt door de zijruitontwaseming. Stand ontwasemen (A) Gezichtshoogte (B, D) De meeste lucht stroomt naar de voorruit De lucht stroomt naar het bovenlichaam en een klein gedeelte stroomt door de en het hoofd.
Pagina 211
Handige functies Uitstroomopeningen dashboard Temperatuurregelknop OOS050120L OOS050105K De luchtstroom vanuit de luchtroosters in Draai de knop rechtsom om de juiste het instrumentenpaneel kunnen omhoog/ temperatuursverhoging te verkrijgen. omlaag of naar links/rechts worden Draai de knop linksom om de versteld met behulp van de instelhendel. temperatuur te verlagen.
Pagina 212
Recirculatiemodus WAARSCHUWING Als de recirculatiemodus is Langdurig gebruik van het geselecteerd, wordt de lucht temperatuurregelsysteem in de uit het interieur door het recirculatiemodus kan slaperigheid systeem gerecirculeerd en, bij de inzittenden veroorzaken. Dit afhankelijk van de gekozen kan leiden tot verlies van de controle functie, gekoeld of verwarmd.
Pagina 213
Handige functies Aanjagerknop Alleen bestuurder OOS050107K OOSH050239L De aanjagersnelheid kan worden Als u de toets 'ALLEEN BESTUURDER' ingesteld op de gewenste snelheid door indrukt, gaat het controlelampje op de aanjagerknop te draaien. branden. In deze modus blaast het temperatuurregelsysteem Bij hogere aanjagertoerentallen wordt hoofdzakelijk lucht door de twee meer lucht geleverd.
Pagina 214
Airconditioning Werking systeem Koeling / ventilatie 1. Selecteer de modus gezichtshoogte 2. Stel de luchttoevoertoets in op de modus verse lucht. 3. Stel de temperatuur in op de gewenste waarde. 4. Zet de aanjager op de gewenste snelheid. Verwarmen OOSH050241L Druk op de toets A/C om het systeem 1.
Pagina 215
Aanwijzingen voor gebruik van de airconditioning Het airconditioningsysteem van uw Open de ruiten een tijdje wanneer de HYUNDAI is afgevuld met R-134a of auto tijdens warm weer in de volle R-1234yf koudemiddel. zon geparkeerd is geweest, zodat de 1. Start de auto.
Pagina 216
Ook een teveel aan koudemiddel reduceert de prestaties van de airconditioning. Daarom adviseren we u het systeem te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer als het systeem niet normaal werkt. OPMERKING OHI048581L Het is belangrijk dat het juiste type...
Pagina 217
Handige functies Voorbeeld WAARSCHUWING Type A Auto's met R-1234yf Omdat het koudemiddel in lichte mate ontvlambaar is en onder hoge druk wordt gebruikt, mag onderhoud aan het airconditioningsysteem alleen worden uitgevoerd door geschoolde en gecertificeerde technici. Het OHYK059003 is belangrijk dat het juiste Type B type en de juiste hoeveelheid olie en koudemiddel worden...
Pagina 218
OPMERKING WAARSCHUWING Als de motor nog koud is na het starten Voorruitverwarming kan een korte warmdraaifase nodig zijn Gebruik niet de stand voordat de ventilatielucht warm of heet tijdens het koelen in extreem vochtige wordt. weersomstandigheden. Het verschil tussen de temperatuur van de Binnenzijde voorruit buitenlucht en die van de voorruit kan ontwasemen...
Pagina 219
Handige functies Binnenzijde voorruit Automatisch ontwasemingssysteem ontwasemen OOSH059078L Het automatische ontwasemingssysteem OOSH050233L verkleint de kans op het beslaan van 1. Stel de temperatuur in op maximaal de binnenzijde van de voorruit doordat (HI). de aanwezigheid van vocht aan de binnenzijde van de voorruit automatisch 2.
Pagina 220
Als de airconditioning is uitgeschakeld Informatie of als handmatig de recirculatiestand is geselecteerd terwijl het automatische Als de airconditioning is ontwasemingssysteem in werking is, ingeschakeld door het automatische knippert het controlelampje van het ontwasemingssysteem en u de automatische ontwasemingssysteem 3 airconditioning probeert uit te keer om aan te geven dat de handmatige schakelen, knippert het controlelampje...
Pagina 221
Handige functies Achterruitverwarming Informatie Verwijder eerst eventueel aanwezige OPMERKING sneeuw van de achterruit voordat Om beschadiging van de de achterruitverwarming wordt verwarmingsdraden van de achterruit ingeschakeld. te voorkomen, nooit scherpe De achterruitverwarming wordt na voorwerpen of reinigingsmiddelen met ongeveer 20 minuten of wanneer schurende bestanddelen gebruiken om het contact wordt uitgeschakeld, de achterruit te reinigen.
Pagina 222
Automatische ventilatie Infotainmentsysteem (indien van toepassing) Activeer na gebruik van de sproeivloeistof kan worden in- of Om de luchtkwaliteit in het interieur uitgeschakeld door het volgende te te verbeteren en om het beslaan van de voorruit tegen te gaan, wordt de recirculatiemodus automatisch uitgeschakeld na circa 5 tot 30 minuten, afhankelijk van de buitentemperatuur...
Pagina 223
Handige functies Opbergvak middenconsole WAARSCHUWING Bewaar nooit sigarettenaanstekers, gasflessen of andere ontvlambare/ explosieve materialen in de auto. Deze voorwerpen kunnen ontbranden en/of exploderen als de auto langere tijd aan hoge temperaturen wordt blootgesteld. WAARSCHUWING Houd opbergvakken ALTIJD gesloten tijdens het rijden. Voorwerpen in uw auto bewegen net zo snel als uw OOSH059079L auto.
Pagina 224
Opbergvak voor zonnebril Universeel opbergvak (indien van toepassing) OOSH059082L Kleine voorwerpen kunnen in het OOSH059081L universele opbergvak worden geplaatst. Openen: Druk op het deksel en laat het los. De houder gaat langzaam open. Plaats uw WAARSCHUWING zonnebril in de houder met de glazen Bewaar geen voorwerpen in de naar buiten.
Pagina 225
Handige functies Bekerhouder WAARSCHUWING Voor Vermijd abrupt wegrijden en remmen wanneer de bekerhouder in gebruik is om morsen van uw drankje te voorkomen. Als hete dranken worden gemorst, kunt u brandwonden oplopen. Zo'n brandwond voor de bestuurder kan leiden tot verlies van controle over het voertuig met een ongeval als gevolg.
Pagina 226
Zonneklep 12V-aansluiting OOSH059085L OOSH050086 Trek de zonneklep omlaag om deze te De 12V-aansluiting is ontworpen om kunnen gebruiken. mobiele telefoons en andere apparaten die in de auto gebruikt kunnen worden, Om de zonneklep te gebruiken om de op te laden. De apparaten mogen niet zon vanaf het zijraam te blokkeren, trekt meer dan 180 W verbruiken terwijl de u hem naar beneden, maakt u hem los...
Pagina 227
Handige functies OPMERKING USB-lader (indien van toepassing) Om beschadiging van de 12V-aansluitingen te voorkomen: Gebruik de 12V-aansluiting alleen als de auto in de stand-by ( ) modus staat en verwijder de stekker van het accessoire na gebruik. Als u de 12V-aansluiting gedurende langere tijd gebruikt terwijl de motor is uitgeschakeld, kan de accu ontladen...
Pagina 228
Draadloze telefoonoplader Een mobiele telefoon opladen (indien van toepassing) Met de draadloze telefoonoplader kunnen alleen Qi-compatibele mobiele telefoons ( ) worden opgeladen. Lees het label op de afdekking van uw mobiele telefoon of bezoek de website van de fabrikant van uw mobiele telefoon om te kijken of uw mobiele telefoon de Qi-technologie ondersteunt.
Pagina 229
Handige functies OPMERKING Het controlelampje knippert 10 seconden oranje als er een storing in het systeem De draadloze telefoonoplader voor draadloos opladen is. ondersteunt sommige mobiele Stop in dit geval het oplaadproces telefoons zonder Qi-specificatie ( ) tijdelijk en probeer uw mobiele telefoon niet.
Pagina 230
Klok Bij het opladen van sommige mobiele telefoons met een beveiligingsfunctie kan het WAARSCHUWING draadloos opladen minder goed werken of zelfs stoppen. Probeer niet de klok in te stellen Als de mobiele telefoon een dikke terwijl u rijdt. Hierdoor kunt u van hoes heeft, kan het draadloos de verkeerssituatie worden afgeleid, opladen mogelijk niet werken.
Pagina 231
Handige functies Jassenhaak Bevestigingspunt(en) automatten OOSH059089L Deze haken zijn niet ontworpen om er OOSH059091L grote of zware voorwerpen aan op te Gebruik ALTIJD de bevestigingspunten hangen. voor de automatten om de automatten aan de auto te bevestigen. De bevestigingspunten in de vloerbedekking WAARSCHUWING voorin houden de automatten op hun plaats.
Pagina 232
HYUNDAI dat u elastische bagagenet, voor het geval de originele HYUNDAI automat voor in het losschiet. Gebruik het bagagenet uw auto gebruikt. NIET als het zichtbare tekenen van slijtage of beschadiging vertoont.
Pagina 233
Handige functies Hoedenplank Opbergvak bagageruimte (indien van toepassing) OOS050006K Gebruik de plank om te voorkomen OOSH059094L dat de bagage in de bagageruimte van In het vak kunt u o.a. een buitenaf zichtbaar is. verbandtrommel, een gevarendriehoek (in het voorste vak) gereedschap enz. De hoedenplank kantelt omhoog als de opbergen, zodat u hier in geval van nood achterklep wordt geopend.
Pagina 234
De dwarsdragers voor op de dakrails zijn de dakrails geladen zijn. Vermijd accessoires en zijn verkrijgbaar bij uw plotseling accelereren, remmen, HYUNDAI-dealer. scherp sturen, abrupte manoeuvres of hoge snelheden die verlies van de controle over de auto of het over...
Pagina 235
Handige functies INFOTAINMENTSYSTEEM OPMERKING Antenne Dakantenne Als u achteraf HID-koplampen van externe leveranciers monteert, treden er mogelijk storingen op in het audiosysteem en de elektronische onderdelen van uw auto. Voorkom dat chemicaliën als parfum, cosmetische oliën, zonnebrandcrème, handenreiniger en luchtverfrisser in aanraking komen met onderdelen van het interieur, omdat ze beschadiging of verkleuring kunnen veroorzaken.
Pagina 236
Audiobediening op het stuurwiel SEEK/PRESET ( ) (2) (indien van toepassing) Als de SEEK/PRESET-tuimelschakelaar gedurende 0,8 seconden of langer naar Type A boven of beneden wordt gedrukt, werkt hij in de volgende modi. RADIO-modus Werkt als de AUTO SEEK- keuzeschakelaar. Er wordt gezocht totdat u de schakelaar loslaat.
Pagina 237
Handige functies Bluetooth® draadloze Spraakherkenning technologie handsfree OOS050025K U kunt de spraakherkenningsfunctie OOS050024K bedienen door middel van spraakcommando's. Kijk voor meer informatie in de apart geleverde handleiding van het infotaintmentsysteem. Audio/Video/Navigatiesysteem (AVN) (indien van toepassing) Gedetailleerde informatie over het AVN-systeem vindt u in een afzonderlijk OOS047076 geleverd instructieboekje.
Pagina 238
Hoe de autoradio werkt AM (MW, LW)-ontvangst FM-ontvangst OJF045309L AM-uitzendingen kunnen op grotere OJF045308L afstand worden ontvangen dan FM- AM- en FM-radiosignalen worden uitzendingen. Dit komt doordat AM- uitgezonden vanaf zendmasten die radiogolven op lage frequenties worden zich in het land bevinden. Ze worden uitgezonden.
Pagina 239
Handige functies De volgende verschijnselen zijn normaal en duiden niet op een probleem met de radio: OJF045311L Zenderverdringing - Als een FM- signaal zwakker wordt, kan de zender waarnaar u luistert worden JBM004 verdrongen door een andere zender Fading - Naarmate uw auto zich met een krachtiger signaal die van de zender verwijdert, wordt het uitzendt op min of meer dezelfde...
Pagina 240
Bluetooth SIG, Inc. verwijderd van de audioapparatuur. en elk gebruik van deze merken door HYUNDAI gebeurt onder licentie. OPMERKING Andere handelsmerken en Bij gebruik van een handelsnamen zijn eigendom van hun communicatiesysteem zoals een respectieve eigenaars.
Pagina 241
Handige functies Systeemindeling – Bedieningspaneel Type A Type B (Met Bluetooth® draadloze technologie) J9G4LK0000EE/J9G4LK0001EE (1) Toets SEEK/TRACK (zoeken/muziekstuk) (4) Toets PHONE (telefoon) Zender/muziekstuk/bestand wijzigen. Druk op deze toets om verbinding te maken met een mobiele telefoon Houd de toets terwijl u naar de via Bluetooth.
Pagina 242
Type A Type B (Met Bluetooth® draadloze technologie) J9G4LK0002EE/J9G4LK0003EE (7) Voorkeuzetoets Draai tijdens het afspelen van media aan de knop om een ander Druk tijdens het luisteren naar nummer/bestand te zoeken (werkt de radio op de toets om naar de niet in de bluetooth-audiomodus).
Pagina 243
Handige functies Systeemindeling– (4) Omhoog/Omlaag-hendel Bedieningstoetsen stuurwiel Zender/muziekstuk/bestand wijzigen. Tijdens het luisteren naar de radio drukt u op deze hendel om naar de vorige/volgende opgeslagen radiozender te luisteren. Tijdens het luisteren naar de radio houdt u deze hendel ingedrukt om een zender te zoeken.
Pagina 244
Kijk tijdens het rijden niet naar Informatie - Bedienen van het het scherm. Rijden terwijl u systeem wordt afgeleid, kan leiden tot een verkeersongeval. Stop op een veilige Gebruik het systeem terwijl de motor plaats voordat u functies gebruikt die draait.
Pagina 245
Stop met het gebruik van het systeem als het niet goed OPMERKING functioneert en bijvoorbeeld de geluidsweergave of het display Fabrikant: HYUNDAI MOBIS Co., Ltd. uitvalt. Als u het systeem blijft 203, Teheran-ro, Gangnam-gu, Seoul, gebruiken terwijl het niet goed 06141, Korea Tel.: +82-31-260-2707...
Pagina 246
De basisbediening leren kennen De instellingen aanpassen Draai de knop [TUNE] (afstemmen) U kunt een onderdeel selecteren of de om de waarde aan te passen en druk instellingen aanpassen door gebruik vervolgens op de knop om de wijzigingen te maken van de nummertoetsen en op te slaan.
Pagina 247
Handige functies RADIO De radio aanzetten FM/AM-modus (met RDS) Druk op het bedieningspaneel op de toets [RADIO]. FM/AM-modus J9G4LK008EE (1) Huidige radiomodus (2) Informatie over de radiozender (3) Lijst met voorkeuzezenders J9G4LK007EE (1) Huidige radiomodus Druk op de toets [MENU] op het bedieningspaneel om de onderstaande (2) Informatie over de radiozender menu-opties te openen:...
Pagina 248
De radiomodus wijzigen DAB/FM-modus (met DAB) U kunt ook op de toets [RADIO] op het bedieningspaneel of de toets [MODE] (modus) op het stuurwiel drukken. Elke keer dat u op de knop drukt, verandert de radiomodus. Beschikbare radiozenders scannen U kunt enkele seconden naar elke radiozender luisteren om de ontvangst J9G4LK009EE te controleren en de zender te kiezen...
Pagina 249
Handige functies Radiozenders zoeken Naar opgeslagen radiozenders luisteren Om naar de vorige of volgende beschikbare radiozender te zoeken, drukt 1. Bevestig het voorkeuzenummer u op de toets [ SEEK/TRACK ] (zoeken/ van de radiozender waarnaar u wilt muziekstuk) op het bedieningspaneel. luisteren.
Pagina 250
MEDIASPELER De mediaspeler gebruiken Als de equalizerfunctie van het aangesloten apparaat en de U kunt muziek afspelen die is opgeslagen instellingen voor de Equaliser van in diverse media-opslagapparaten, zoals het systeem beide zijn geactiveerd, USB-opslagapparaten, smartphones en kunnen de effecten elkaar iPods.
Pagina 251
Handige functies Het vorige of volgende nummer afspelen Druk om het vorige muziekstuk af te spelen op het bedieningspaneel binnen 2 seconden na de start van het huidige muziekstuk op de toets [ SEEK/TRACK] (zoeken/muziekstuk). Druk op het bedieningspaneel op de toets [SEEK/ TRACK ] (zoeken/muziekstuk) om het volgende nummer af te spelen.
Pagina 252
OPMERKING Naar muziekbestanden zoeken in een bestandslijst Gebruik geen verlengkabel voor 1. Druk op het bedieningspaneel op de het aansluiten van een USB- toets [3] om List (lijst) te selecteren. opslagapparaat. Sluit apparaten alleen rechtstreeks op de USB-poort 2. Draai aan de knop [TUNE] om een aan.
Pagina 253
Handige functies De iPod-modus gebruiken Terugspoelen/vooruitspoelen Houd op het bedieningspaneel de toets Via het systeem kunt u muziek die is [ SEEK/TRACK ] (zoeken/muziekstuk) opgeslagen op een Apple-apparaat, zoals ingedrukt. een iPod of iPhone, afspelen. U kunt ook de Omhoog/Omlaag- 1.
Pagina 254
Herhaald afspelen Opmerkingen over het aansluiten van Apple-apparaten Druk op het bedieningspaneel op de Zorg ervoor dat het iOS en de toets [1]. De modus voor herhaald firmware van het apparaat up-to-date afspelen wordt telkens in- uitgeschakeld zijn voordat u een Apple-apparaat wanneer u op de toets drukt.
Pagina 255
Handige functies Als u kort voordat een nummer eindigt Opmerkingen over het afspelen van Apple- een afspeelfunctie als stoppen of apparaten herhalen uitvoert, komt de informatie Afhankelijk van het model wordt over het nummer die op het scherm uw apparaat mogelijk niet herkend wordt weergegeven mogelijk niet vanwege niet-ondersteunde meer overeen met het nummer dat op...
Pagina 256
BLUETOOTH Verbinden met Bluetooth- Als de bluetooth-verbinding niet stabiel is, probeer dan als volgt apparaten opnieuw te verbinden. Bluetooth is een draadloze 1. Schakel bluetooth op het apparaat netwerktechnologie voor uit en schakel het weer in. Verbind signaaloverdracht over een zeer korte het apparaat opnieuw.
Pagina 257
Handige functies OPMERKING De schermafbeelding in deze handleiding is een voorbeeld. Controleer uw systeemscherm voor de exacte voertuignaam en naam van het Bluetooth-apparaat. De standaard toegangscode is '0000'. Het kan enige tijd duren voordat J9G4LK012EE het systeem verbinding maakt met 3.
Pagina 258
Verbinden met een gekoppeld De verbinding met een apparaat apparaat verbreken Om een bluetooth-apparaat op uw Als u een bluetooth-apparaat niet langer systeem te gebruiken, moet u het wilt gebruiken of een ander apparaat gekoppelde apparaat met het systeem wilt verbinden, moet u het huidige verbinden.
Pagina 259
Handige functies Een Bluetooth-audioapparaat Herhaald afspelen gebruiken Druk op het bedieningspaneel op de toets [1]. De modus voor herhaald U kunt via de luidsprekers van uw afspelen wordt telkens in- uitgeschakeld voertuig naar muziek luisteren die is wanneer u op de toets drukt. Het opgeslagen op het verbonden Bluetooth- overeenkomstige moduspictogram audioapparaat.
Pagina 260
Een Bluetooth-telefoon Bellen of een inkomende oproep beantwoorden tijdens het afspelen gebruiken van bluetooth-audio kan leiden tot U kunt bluetooth gebruiken om audio-interferentie. handsfree te telefoneren. De Als u de bluetooth-telefoonmodus oproepinformatie wordt weergegeven gebruikt tijdens het gebruik van op het systeemscherm en het voeren bluetooth-audio, wordt het afspelen van het gesprek vindt plaats met behulp mogelijk niet automatisch hervat...
Pagina 261
Handige functies OPMERKING Bellen Als uw mobiele telefoon met het systeem Als er geen mobiele telefoon is verbonden, kunt u iemand bellen door verbonden is, hebt u geen toegang een naam uit uw oproepgeschiedenis of tot het telefoonscherm. Om de lijst met contacten te selecteren.
Pagina 262
De lijst met favorieten gebruiken Uw oproepgeschiedenis gebruiken 1. Druk op het telefoonscherm op de 1. Druk op het telefoonscherm toets [1] om Favourites (favorieten) te op de toets [2] om Call history selecteren. (oproepgeschiedenis) te selecteren. 2. Draai de knop [TUNE] (afstemmen) om 2.
Pagina 263
Handige functies OPMERKING De lijst met contacten gebruiken 1. Druk op het telefoonscherm op de Sommige mobiele telefoons toets [3] om Contacts (contacten) te ondersteunen de downloadfunctie selecteren. mogelijk niet. 2. Draai de knop [TUNE] (afstemmen) De belgeschiedenis is alleen om de gewenste combinatie van toegankelijk als de mobiele telefoon letters en cijfers te selecteren en druk...
Pagina 264
Oproepen beantwoorden Sommige mobiele telefoons ondersteunen de downloadfunctie Wanneer een oproep binnenkomt, wordt mogelijk niet. een pop-upvenster met een melding Afhankelijk van de van de binnenkomende oproep op het systeemspecificaties kunnen systeemscherm weergegeven. sommige gedownloade contacten verloren gaan. Contacten die zowel in het telefoongeheugen als op de SIM- kaart zijn opgeslagen, worden gedownload.
Pagina 265
Handige functies OPMERKING Opties gebruiken tijdens een telefoongesprek Als de bellerinformatie in uw lijst met Tijdens een gesprek ziet u het hieronder contacten is opgeslagen, worden afgebeelde oproepscherm. Druk op een de naam en het telefoonnummer toets om de door u gewenste handeling van de beller weergegeven.
Pagina 266
INSTELLINGEN Weergave Geluidssignalen Voor het wijzigen van de instellingen Voor het wijzigen van de voor het systeemdisplay zijn de volgende geluidsinstellingen, zoals de opties beschikbaar. volumeverdeling en de hoge en lage tonen, zijn de volgende opties Druk op het bedieningspaneel op de beschikbaar.
Pagina 267
Handige functies OPMERKING Date/Time (datum/tijd) Als er geen Bluetooth-apparaat Voor het instellen van de datum en verbonden is, kunt u het menu tijd die op het display van het systeem worden weergegeven, zijn de volgende Update contacts (contacten bijwerken) niet gebruiken. opties beschikbaar.
Pagina 268
Het pan-Europese eCall-systeem doet automatisch een noodoproep bij een verkeersongeval of andere calamiteiten op de wegen. Een bestuurder of passagier kan handmatig een noodoproep doen naar de hulpcentrale door op de SOS-toets te drukken om de noodhulpdiensten te waarschuwen. Het geluid wordt uitgeschakeld en SOS wordt weergegeven op het scherm.
Pagina 269
Handige functies SYSTEEMSTATUSPICTOGRAMMEN Boven in het scherm worden Pictogram Beschrijving statuspictogrammen weergegeven die Bezig met het downloaden de huidige systeemstatus aanduiden. van de belgeschiedenis vanaf Zorg dat u bekend met de een mobiele telefoon die via statuspictogrammen die worden bluetooth met het systeem is weergegeven wanneer u bepaalde verbonden handelingen of functies uitvoert, en dat u...
Pagina 270
SPECIFICATIES INFOTAINMENTSYSTEEM Ondersteunde tekens voor map- /bestandsnamen (Unicode- Ondersteunde audioformaten ondersteuning): 2.604 Koreaanse Audiobestandsspecificatie karakters, 94 alfanumerieke tekens, 4.888 gebruikelijke Chinese karakters, - WAVeform audiobestandsindeling 986 speciale karakters - MPEG1/2/2.5 Audio Layer3 Maximaal aantal mappen: 2.000 - Windows Media Audio Ver 7.X/8.X Maximaal aantal bestanden: 6000 Bit-rates - MPEG1 (Layer3):...
Pagina 271
Bluetooth SIG, Inc. OPMERKING en elk gebruik van De werking is alleen gegarandeerd deze merken door voor USB-opslagapparaten HYUNDAI gebeurt met metalen afdekking en onder licentie. stekkeraansluiting. Apple®, iPad®, iPad mini™, iPhone®, - USB-opslagapparaten met een iPod®, iPod classic®, iPod nano®, iPod plastic plug worden mogelijk niet touch®, en iTunes®...
Pagina 273
Handige functies Conform NCC-bepalingen voor apparaten met low-power radiofrequenties: Artikel 12 Het is bedrijven, firma's of gebruikers alleen na toestemming toegestaan een wijziging van de frequentie, vergroting van het vermogen of wijziging van de eigenschappen en functies van het originele ontwerp van de gecertificeerde elektrische machines met lagere frequentie uit te voeren.
Pagina 276
6. Rijden met uw auto Vóór het rijden ....................6-4 Voor het instappen ...................... 6-4 Vóór het starten ......................6-4 Contactslot ......................6-5 Contactslot ........................6-5 Toets Engine Start/Stop ....................6-8 Double clutch-transmissie ................6-12 Werking Double clutch-transmissie................6-12 Schakelpaddels ......................6-19 Paddle shifter - Regen B-modus ................
Pagina 277
Rijden met een aanhanger ................6-48 Als u gaat rijden met een aanhanger? ..............6-48 Uitrusting voor het rijden met een aanhanger ............6-51 Rijden met een aanhanger ..................6-52 Onderhoud bij het rijden met een aanhanger ............6-55 Voertuiggewicht ....................6-56 Overbeladen ......................6-56...
Pagina 278
Laat uw auto zo snel mogelijk controleren door een officiële HYUNDAI-dealer als u merkt dat het geluid van de uitlaat verandert of als u over iets heen gereden bent dat de onderzijde van de auto heeft geraakt.
Pagina 279
Rijden met uw auto VÓÓR HET RIJDEN Voor het instappen WAARSCHUWING Zorg ervoor dat alle ruiten, Om de kans op ERNSTIG LETSEL buitenspiegel(s) en lampen schoon en te beperken, moeten de volgende onbedekt zijn. voorzorgsmaatregelen getroffen worden: Verwijder rijp, sneeuw of ijs. Doe uw veiligheidsgordel ALTIJD om.
Pagina 280
CONTACTSLOT WAARSCHUWING Om de kans op ERNSTIG LETSEL te beperken, moeten de volgende voorzorgsmaatregelen getroffen worden: Laat kinderen en mensen die niet bekend zijn met de auto het contactslot en aanverwante onderdelen NOOIT aanraken. De auto kan onverwacht en plotseling in beweging komen.
Pagina 281
Rijden met uw auto Standen contact Stand Actie Opmerkingen contact Om het contact in stand LOCK te zetten, moet de sleutel in stand ACC iets worden ingedrukt en vervolgens naar stand LOCK worden gedraaid. LOCK Als het contact in stand LOCK staat, kan de contactsleutel worden verwijderd.
Pagina 282
De auto starten Informatie Breng de motor niet op WAARSCHUWING bedrijfstemperatuur door hem stationair te laten draaien. Rijd weg Draag tijdens het rijden altijd met een gematigd motortoerental. geschikt schoeisel. Ongeschikte (Krachtig accelereren en decelereren schoenen, zoals hoge hakken, moet worden voorkomen.) skischoenen, sandalen, teenslippers, enz.
Pagina 283
Rijden met uw auto Toets Engine Start/Stop WAARSCHUWING (indien van toepassing) Druk de startknop NOOIT in als de auto in beweging is, behalve in een noodsituatie. Hierdoor wordt de auto uitgeschakeld en valt de stuur- en rembekrachtiging uit. Hierdoor is voor het sturen en remmen aanzienlijk meer kracht nodig en kunt u een ongeval veroorzaken.
Pagina 284
Standen startknop Stand startknop Actie Opmerkingen Schakel de auto uit door op de Als het stuurwiel niet correct startknop te drukken terwijl vergrendeld is wanneer u het de selectiehendel in stand P bestuurdersportier opent, zal er (parkeren) staat. een waarschuwingssignaal klinken. Wanneer u op de startknop drukt terwijl de selectiehendel niet in stand P (parkeren) staat, gaat de...
Pagina 285
Rijden met uw auto De auto starten 1. Zorg ervoor dat u de Smart Key altijd bij u hebt. 2. Controleer of de parkeerrem is WAARSCHUWING geactiveerd. Draag tijdens het rijden altijd 3. Zorg ervoor dat de selectiehendel in geschikt schoeisel. Ongeschikte stand P (parkeren) staat.
Pagina 286
AANWIJZING Om schade aan de auto te voorkomen: Probeer de selectiehendel niet in stand P (parkeren) te zetten wanneer de indicator ' ' tijdens het rijden verdwijnt. Probeer de motor niet te starten door de auto aan te duwen of aan te slepen.
Pagina 287
Rijden met uw auto OOSH069005L [A]: selectiehendel, [B]: handmatige schakelmodus Trap het rempedaal in en druk de schakelknop in bij het verplaatsen van de selectiehendel. Druk de schakelknop in bij het verplaatsen van de selectiehendel. De selectiehendel kan ongehinderd bewegen. Trap het rempedaal in en wacht totdat de auto tot stilstand is gekomen, voordat u de selectiehendel in stand P (parkeren) zet of deze vanuit stand R (achteruit) in stand D (rijden) zet.
Pagina 288
De Double clutch-transmissie Druk het gaspedaal bij het wegrijden bestaat uit een mechanisme met op een helling vanuit stilstand rustig in een dubbele drogeplaatkoppeling en om schokken of rukken te voorkomen. zorgt voor een betere acceleratie en Wanneer u het gaspedaal bij het rijden een lager brandstofverbruik.
Pagina 289
Op dat moment het instrumentenpaneel knipperen. verschijnt een waarschuwingsmelding We adviseren u het systeem te op het LCD-display. laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. Als in het LCD-display een waarschuwing wordt weergegeven, moet het rempedaal worden ingetrapt. Het negeren van de waarschuwingen kan leiden tot beschadiging van de transmissie.
Pagina 290
OOSH069012L OOSH069007L OOSH069013L Hoge temperatuur transmissie Onder bepaalde omstandigheden, zoals bij herhaaldelijk optrekken bij stop-and-go verkeer op een steile helling, plotseling optrekken of accelereren of andere ruwe rijomstandigheden, zal de koppelingstemperatuur van de transmissie tot hoge waarden stijgen. Als de koppeling oververhit raakt, treedt de failsafe-functie in werking OOSH069014L en gaat de schakelstandindicator in...
Pagina 291
Rijd indien mogelijk schokvrij weg. (parkeren) en trek de handrem aan, Neem voor uw veiligheid contact op om te voorkomen dat het voertuig met een officiële HYUNDAI-dealer als omlaagrolt. een waarschuwingsmelding op het Schakel in verband met de veiligheid LCD-display blijft knipperen en laat het altijd de handrem in en plaats de systeem controleren.
Pagina 292
N (neutraal) De wielen en de transmissie zijn niet geblokkeerd. Trap altijd het rempedaal in als u vanuit stand N (neutraal) een versnelling inschakelt. WAARSCHUWING Schakel alleen een versnelling in als u het rempedaal krachtig hebt OOSH060134L ingetrapt. Indien een versnelling SPORT-modus wordt ingeschakeld als de motor met De SPORT-modus kan worden...
Pagina 293
Rijden met uw auto Informatie In de handmatige schakelmodus kunnen alleen de zes vooruitversnellingen worden geselecteerd. Beweeg de selectiehendel indien nodig in stand R (achteruit) of P (parkeren) om achteruit te rijden of de auto te parkeren. Het terugschakelen verloopt automatisch wanneer de auto vertraagt.
Pagina 294
(rijden) naar stand S (sport) of de We adviseren u het systeem direct handmatige schakelmodus (+, -) te laten controleren door een beweegt en vervolgens weer terug officiële HYUNDAI-dealer als u de naar D (rijden). schakelblokkering ongedaan heeft moeten maken. Informatie...
Pagina 295
Rijden met uw auto Paddle shifter - Regen B-modus Informatie (indien van toepassing) De Regen B-functie (regeneratieve remfunctie) begint op niveau 0 wanneer u uw auto start en het systeem werkt alleen in stand D (Rijden). De Regen B-functie wordt uitgeschakeld wanneer de auto naar stand P (Parkeren), R (Achteruit), N (Neutraal) en de Sport-stand wordt...
Pagina 296
De begininstelling van het regeneratieve WAARSCHUWING remniveau en het instelbereik variëren De Regen B-functie werkt mogelijk afhankelijk van de geselecteerde niet, afhankelijk van de laadstatus rijmodus. van de motor (overladen, hoge Rijmodus Instelbereik Functie temperatuur of lage temperatuur). Rij steeds met aandacht voor de weg en de rijomstandigheden.
Pagina 297
Rijden met uw auto Parkeren Breng de auto altijd helemaal tot stilstand alvorens het rempedaal in te trappen. Zet de selectiehendel in stand P (parkeren), activeer de parkeerrem en zet het contact in stand LOCK/OFF. Neem de sleutel mee als u de auto verlaat. WAARSCHUWING Wanneer u in de auto blijft terwijl de OAEPH059644L...
Pagina 298
Vertrouw er niet daarvan af en stuur de auto rustig op dat de auto niet zal bewegen als de terug de rijbaan op. transmissie in stand P (parkeren) staat. Hyundai adviseert u om u altijd aan de aangegeven snelheidslimieten te houden. 6-23...
Pagina 299
Rijden met uw auto Rembekrachtiging Natte remmen kunnen ervoor zorgen dat de auto niet meer veilig kan Uw auto is voorzien van bekrachtigde afremmen; ook is het mogelijk dat remmen die bij normaal gebruik de auto naar één kant trekt als de automatisch afgesteld worden.
Pagina 300
Remblokslijtage-indicatoren Elektronische parkeerrem (EPB) Activeren van de parkeerrem Wanneer uw remblokken versleten zijn en moeten worden vervangen, hoort u een hoog waarschuwingssignaal van uw voor- of achterremmen. Dit geluid kan komen of gaan of kan optreden wanneer u het rempedaal intrapt. Neem in acht dat bij sommige rijomstandigheden of klimaten een piepend geluid hoorbaar kan zijn...
Pagina 301
We adviseren u het systeem Trap, met de auto in de stand-by te laten controleren door een ) modus, het rempedaal in en officiële HYUNDAI-dealer als het schakel vanuit stand N (neutraal) naar waarschuwingslampje voor het R (achteruit) of D (rijden).
Pagina 302
Waarschuwingsmeldingen Laat mensen die niet bekend zijn met de auto NOOIT de EPB-schakelaar aanraken. Wanneer de EPB abusievelijk wordt gedeactiveerd, kan dit ernstig letsel veroorzaken. Deactiveer de EPB alleen als u in de auto zit en met uw voet het rempedaal stevig ingetrapt houdt.
Pagina 303
EPB. Als dit gebeurt, adviseren wij u het systeem te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. Het controlelampje storing EPB kan gaan branden als het controlelampje voor het ESC gaat branden, om aan te geven dat het ESC niet goed werkt, maar dat duidt niet op een probleem met de EPB.
Pagina 304
HYUNDAI-dealer te laten brengen met terwijl de auto zich in de stand-by modus een autoambulance en het systeem na te ) bevindt, is er mogelijk een storing laten kijken.
Pagina 305
Rijden met uw auto Auto Hold-functie De Auto Hold-functie houdt de auto op zijn plek, zelfs als het rempedaal niet wordt ingetrapt, nadat de bestuurder de auto tot stilstand heeft afgeremd met het rempedaal. Activeren: OOSH069030L 2. Indien u de auto volledig tot stilstand brengt door het intrappen van het rempedaal, zorgt het Auto Hold- systeem ervoor dat de remdruk...
Pagina 306
- In stand R (achteruit-) rijdt. geluiden horen. Dit zijn echter normale werkingsgeluiden. - De auto parkeert. AANWIJZING Wanneer het controlelampje AUTO HOLD geel gaat branden, werkt het Auto Hold-systeem niet correct. We adviseren u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. 6-31...
Pagina 307
Holdsysteem wellicht niet goed. niet op de juiste wijze verloopt, klinkt er We adviseren u contact op te nemen een waarschuwingssignaal en wordt er met een officiële HYUNDAI-dealer. een melding weergegeven. Wanneer deze melding wordt Waarschuwingsmeldingen weergegeven, werken het Auto Hold-...
Pagina 308
Antiblokkeersysteem (ABS) WAARSCHUWING Een antiblokkeersysteem (ABS) of een elektronische stabiliteitsregeling (ESC) kan geen ongevallen als gevolg van gevaarlijke rijmanoeuvres voorkomen. Neem altijd een veilige afstand tussen u en voorwerpen vóór u in acht, ondanks dat deze systemen ervoor zorgen dat u de auto beter OOSH069033L onder controle kunt houden tijdens AUTO HOLD uit.
Pagina 309
Adviseren we u neem zo snel Het ABS beperkt niet de tijd of de afstand mogelijk contact op met uw HYUNDAI- die nodig is om de auto tot stilstand te dealer om het risico van ernstig of brengen.
Pagina 310
WAARSCHUWING Informatie Rijd nooit te snel door een bocht als Als u probeert de auto met een hulpaccu de wegtoestand dit niet toelaat. Het te starten omdat de accu leeg is, kan het ESC-systeem kan geen ongevallen waarschuwingslampje ABS ( ) gaan voorkomen.
Pagina 311
Toestand 2 te laten controleren door een officiële Houd de ESC OFF toets meer dan 3 HYUNDAI-dealer. seconden ingedrukt. Het controlelampje Het controlelampje ESC OFF gaat ESC OFF gaat branden en/of de branden als de ESC wordt uitgeschakeld.
Pagina 312
AANWIJZING Vehicle Stability Management (VSM) Als met wielen en banden met verschillende afmetingen wordt Het Vehicle Stability Management (VSM) gereden, kan het ESC-systeem een is een functie van de elektronische storing vertonen. Controleer voordat stabiliteitsregeling (ESC). Het helpt de u de banden vervangt of alle vier de auto stabiel te houden bij het plotseling wielen en banden dezelfde afmetingen accelereren of remmen op een nat,...
Pagina 313
Dit is normaal adviseren wij u de auto zo snel mogelijk en betekent dat de VSM in werking is te laten controleren door een officiële getreden. HYUNDAI-dealer. Informatie AANWIJZING Het VSM werkt niet wanneer: Als met wielen en banden met...
Pagina 314
Hill-Start Assist Control (HAC) Emergency Stop Signal (ESS) (indien van toepassing) De Hill-Start Assist Control (HAC) voorkomt dat de auto kan achteruitrollen Het Emergency Stop Signal-systeem bij het wegrijden of stoppen op een waarschuwt achteropkomende helling. Het systeem bedient de remmen bestuurders door de remlichten te laten gedurende 5 seconden automatisch en knipperen wanneer de auto plotseling...
Pagina 315
HYUNDAI-dealer voor hulp. in beweging komen waardoor u of Laat tijdens het rijden uw voet NIET op anderen letsel kunnen oplopen.
Pagina 316
Rijden onder moeilijke Wacht, om beschadiging van de transmissie te voorkomen, totdat de omstandigheden wielen stoppen met doordraaien en Neem onderstaande schakel dan pas een versnelling in. voorzorgsmaatregelen als er sprake is Laat het gaspedaal los tijdens het van gevaarlijke omstandigheden, zoals schakelen en trap dit weer lichtjes in als water, sneeuw, ijs, modder of zand op de versnelling is ingeschakeld.
Pagina 317
Rijden met uw auto Vloeiend nemen van bochten Rijden in de regen Voorkom remmen of schakelen in Regen en natte wegen kunnen het rijden bochten, met name op een nat wegdek. gevaarlijk maken. Hier volgt een aantal Bochten moeten bij voorkeur altijd met aandachtspunten voor het rijden in de weinig gas worden genomen.
Pagina 318
Aquaplaning Rijden op de snelweg Banden Als er voldoende water op het wegdek ligt en u hard genoeg rijdt, kan het Stel de bandenspanning op de contact tussen uw auto en het wegdek voorgeschreven waarde in. Door een te grotendeels of geheel verloren gaan, lage bandenspanning kunnen de banden waardoor op het water rijdt.
Pagina 319
Rijden met uw auto RIJDEN IN DE WINTER Winterbanden Door de ongunstige weersomstandigheden tijdens de winter kunnen de banden sneller slijten WAARSCHUWING en bovendien nog andere problemen optreden. Hierna volgen een aantal Winterbanden moeten dezelfde maat suggesties om het risico op problemen hebben als de standaardbanden van tijdens het rijden in de winter te de auto.
Pagina 320
Als desondanks sneeuwkettingen Monteer sneeuwkettingen altijd op moeten worden gebruikt, gebruik beide wielen van dezelfde as en alleen dan originele HYUNDAI-onderdelen op de vooras. Tijdens het rijden of een gelijkwaardig onderdeel dat met sneeuwkettingen is meer kracht gespecificeerd is voor uw voertuig...
Pagina 321
8. We raden u aan het systeem door een officiële HYUNDAI- Gebruik SAE 'S'-klasse kettingen of dealer of een garagebedrijf te laten ladderkettingen.
Pagina 322
Ruitensproeierantivries Afhankelijk van de is verkrijgbaar bij een officiële weersomstandigheden moet u een HYUNDAI-dealer en bij de meeste betreffende nooduitrusting voor automaterialenzaken. Gebruik geen onderweg meenemen. Waaronder koelvloeistof voor de motor of een ander...
Pagina 323
10 % of 100 kg worden overschreden officiële HYUNDAI-dealer voordat u met (afhankelijk van welke waarde het uw auto een aanhanger gaat trekken. eerst bereikt is). Rijd in dat geval niet...
Pagina 324
Aanhangergewicht Weeg na het beladen de aanhanger en vervolgens de kogeldruk afhankelijk van elkaar, om te controleren of de waarden correct zijn. Als dit niet het geval kunt u dit eenvoudig corrigeren door een aantal voorwerpen in de aanhanger te verplaatsen.
Pagina 325
Rijden met uw auto Maximaal gewicht en maximale kogeldruk bij het rijden met een aanhanger (Europa) Zonder Onderwerp aanhangerpakket aanhangerpakket Geremd 1300 (2866) Maximaal aanhangergewicht Ongeremd 600 (1323) Maximale kogeldruk 80 (176) Aanbevolen afstand hart achterwiel - kogel 820 (32.3) mm (inch) 6-50...
Pagina 326
Een Hyundai-trekhaak is verkrijgbaar bij de Voor het veilig rijden met een aanhanger officiële HYUNDAI-dealer. is de juiste uitrusting nodig. Zijwind, grote vrachtwagens die passeren en slechte wegen...
Pagina 327
Rijden met uw auto Achteruitrijden WAARSCHUWING Houd de onderzijde van het stuurwiel Gebruik een aanhanger met een eigen met een hand vast. Draai vervolgens het reminrichting alleen als u helemaal stuur naar rechts om de aanhanger naar zeker bent dat dit correct werkt. Dit links te draaien.
Pagina 328
Wij adviseren u contact op te oververhit raakt. Als de naald van de nemen met een officiële HYUNDAI- koelvloeistoftemperatuurmeter in de dealer voor hulp. richting van de 'H' (HOT) gaat, breng...
Pagina 329
Rijden met uw auto Parkeren op een helling Bij het rijden met een aanhanger op steile hellingen, kan bij auto's Als u een aanhanger achter de auto hebt met een Double clutch-transmissie gekoppeld, is het niet verstandig om uw de koppeling in de transmissie auto op een helling te parkeren.
Pagina 330
Onderhoud bij het rijden met WAARSCHUWING een aanhanger Om ernstig letsel te voorkomen: Uw auto heeft meer onderhoud nodig Stap niet uit voordat u de parkeerrem als u regelmatig met een aanhanger stevig hebt aangetrokken. Als u rijdt. Ook moet extra aandacht de motor laat draaien kan de auto worden besteed aan de motorolie, plotseling in beweging komen.
Pagina 331
Rijden met uw auto Twee labels op de dorpel van het GAWR (maximale toelaatbare bestuurdersportier geven aan voor welke asbelasting) belading uw auto ontworpen is: het Dit is het maximaal toelaatbare gewicht informatielabel en het typeplaatje. dat door een enkele as kan worden Zorg ervoor dat u, voordat u uw auto gedragen (voor of achter).
Pagina 332
7. Bestuurdershulp Rijveiligheid Forward Collision-Avoidance Assist (FCA, Ondersteuning botsingsvermijding voorzijde) (Alleen voorruitcamera) ................7-2 Forward Collision-Avoidance Assist (FCA, Ondersteuning botsingsvermijding voorzijde) (Sensor Fusion) ..................7-14 Lane Keeping Assist (LKA, rijvakassistentie) ............7-28 Blind-Spot Collision Warning (BCW; botsingswaarschuwing blinde hoek) ..7-34 Blind-Spot Collision-Avoidance Assist (BCA - hulp bij het vermijden van een blindehoekbotsing) ....................7-43 Safe Exit Warning (SEW) ..................7-56...
Pagina 333
OTM070237 auto te laten controleren door een Het Forward Collision-Avoidance Assist- officiële HYUNDAI-dealer. systeem is ontworpen om voorliggers of Breng NOOIT accessoires of stickers voetgangers op de rijweg te detecteren op de voorruit aan en deze mag ook en te controleren.
Pagina 334
De bestuurder kan de status ON/OFF van het Forward Collision-Avoidance Assist-systeem controleren in het menu Settings (Instellingen). Als het waarschuwingslampje blijft branden als het systeem op ON staat, raden we u aan het systeem te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer.
Pagina 335
Bestuurdershulp OTM070140N OTM070141N Waarschuwingsmoment Waarschuwingsvolume Met de motor aan, selecteert Met de motor aan selecteert waarschuwing' in het menu Waarschuwingsvolume' in het Settings (instellingen) om de initiële menu Settings (instellingen) om het activeringstijd voor de waarschuwing van waarschuwingsvolume voor Forward Forward Collision-Avoidance Assist (hulp Collision-Avoidance Assist te wijzigen bij het vermijden van een voorwaartse...
Pagina 336
Werking systeem Waarschuwing en regeling De basisfunctie van Forward Collision- Avoidance Assist is om te helpen waarschuwen en het voertuig te controleren, naargelang het risico op een botsing: ‘Collision Warning - waarschuwing voor een botsing’, ‘Emergency Braking - noodrem’ en ‘Stopping vehicle and ending brake control - voertuig stoppen en OTM070144N remcontrole beëindigen’.
Pagina 337
Bestuurdershulp Forward Collision-Avoidance Assist werkt niet in alle situaties en kan niet alle aanrijdingen voorkomen. De bestuurder is er verantwoordelijk voor de auto onder controle te houden. Vertrouw niet uitsluitend op het Forward Collision-Avoidance Assist-systeem. Houd een veilige remafstand en trap indien nodig het rempedaal in om snelheid te minderen of het voertuig tot stilstand te brengen.
Pagina 338
('Controleer de veiligheid vooruit') en alleen de bestuurder en treedt het niet waarschuwingslampjes branden op het instrumentenpaneel. We raden u aan het systeem door een officiële HYUNDAI-dealer te laten Informatie controleren. Als een botsing dreigt, kan remhulp worden voorzien door het Forward Collision-Avoidance Assist-systeem als de bestuurder niet hard genoeg remt.
Pagina 339
Uw auto wordt gesleept normaal werkt, adviseren we om het systeem te laten nakijken door een De omgeving is heel helder officiële HYUNDAI-dealer. De omgeving is zeer donker, bv. in een tunnel enz. WAARSCHUWING De helderheid verandert plots, bv.
Pagina 340
Rijden door stoom, rook of schaduw U verlaat of keert terug naar de rijstrook Slechts een deel van een voertuig, voetganger of fietser vóór de auto Onstabiel rijden wordt gedetecteerd U bevindt zich op een rotonde en de De voorligger is een bus, een grote voorligger wordt niet gedetecteerd vrachtwagen, een vrachtwagen U blijft in een cirkel rijden...
Pagina 341
Bestuurdershulp Er bevindt zich een groep voetgangers WAARSCHUWING of een grote menigte voor de auto Rijden in bochten De voetganger draagt kleding die opgaat in de achtergrond en daardoor moeilijk te detecteren is De voetganger is moeilijk te onderscheiden van een structuur met een soortgelijke vorm in de omgeving U rijdt voorbij een voetganger, verkeersborden, constructies enz.
Pagina 342
Op een helling rijden OADAS006 OADAS005 Mogelijk detecteert Forward OADAS009 Collision-Avoidance Assist een voertuig of voetganger in de rijstrook naast u of elders buiten uw rijstrook wanneer u op een bochtige weg rijdt. Als dit gebeurt, kan het systeem mogelijk de bestuurder waarschuwen en de rem aansturen wanneer dat niet nodig is.
Pagina 343
Bestuurdershulp Van rijbaan wisselen OADAS033 [A] : Uw auto, OADAS032 [B] : Een auto die van rijstrook verandert, [A] : Uw auto, [C] : voertuig op dezelfde rijstrook [B] : Een auto die van rijstrook verandert Wanneer een voertuig vóór u uw Wanneer een voertuig vanuit een rijstrook verlaat, detecteert Forward aangrenzende rijstrook uw rijstrook...
Pagina 344
Voertuig detecteren WAARSCHUWING Wanneer u een aanhanger of een ander voertuig sleept, raden we aan dat u om veiligheidsredenen Forward Collision-Avoidance Assist uitschakelt. Mogelijk grijpt het Forward Collision- Avoidance Assist-systeem in als het voorwerpen detecteert die door hun vorm of bepaalde kenmerken lijken op voertuigen en voetgangers.
Pagina 345
Bestuurdershulp Detectiesensor (Voorruitcamera, radar voor) OJX1070255L Het Forward Collision-Avoidance Assist- systeem is ontworpen om fietsers of OOSH070032 voetgangers op de rijweg te detecteren en te controleren. De bestuurder wordt gewaarschuwd met een melding en een signaal dat een botsing dreigt en indien nodig wordt de noodrem geactiveerd.
Pagina 346
We adviseren u Demonteer nooit de detectiesensor de auto te laten controleren door een of sensorunits en oefen er geen officiële HYUNDAI-dealer. kracht van buitenaf op uit. Gebruik uitsluitend originele Na het vervangen of repareren van onderdelen om een beschadigd de detectiesensor adviseren wij u uw afdekkapje van de radar vóór te...
Pagina 347
De bestuurder kan de status ON/OFF van het Forward Collision-Avoidance Assist-systeem controleren in het menu Settings (Instellingen). Als het waarschuwingslampje blijft branden als het systeem op ON staat, raden we u aan het systeem te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. 7-16...
Pagina 348
OTM070140N OTM070141N Waarschuwingsmoment Waarschuwingsvolume Met de motor aan, selecteert Met de motor aan selecteert waarschuwing' in het menu Waarschuwingsvolume' in het Settings (instellingen) om de initiële menu Settings (instellingen) om het activeringstijd voor de waarschuwing van waarschuwingsvolume voor Forward Forward Collision-Avoidance Assist (hulp Collision-Avoidance Assist te wijzigen bij het vermijden van een voorwaartse naar 'Hoog', 'Gemiddeld', 'Laag' of 'Uit'.
Pagina 349
Bestuurdershulp Werking systeem Waarschuwing en regeling De basisfunctie van Forward Collision- Avoidance Assist is om te helpen waarschuwen en het voertuig te controleren, naargelang het risico op een botsing: ‘Botsing waarsch.’, ‘Emergency Braking - noodrem’ en ‘Noodremmen’. OTM070144N Noodremmen Om de bestuurder te waarschuwen voor het noodremmen, verschijnt de waarschuwing 'Noodremmen' op het instrumentenpaneel, klinkt een...
Pagina 350
WAARSCHUWING Tref de volgende voorzorgsmaatregelen wanneer u gebruikmaakt van het Forward Collision-Avoidance Assist-systeem (ondersteuning botsingsvermijding voorzijde): Wijzig voor uw veiligheid de instellingen pas nadat u de auto op een veilige plaats heeft geparkeerd. Als 'Actieve hulp' of 'Alleen OTM070059L waarschuwing' is geselecteerd, De auto tot stilstand brengen en het wordt het Forward Collision- aansturen van de remmen beëindigen...
Pagina 351
Bestuurdershulp Mogelijk waarschuwt Forward OPMERKING Collision-Avoidance Assist de De snelheden waarmee het bestuurder te laat of helemaal Forward Collision-Avoidance Assist niet, afhankelijk van de weg- en werkt, kunnen verminderen door rijomstandigheden. de toestand van het voertuig of Terwijl Forward Collision- de voetganger ervoor of in de Avoidance Assist ingrijpt, kan omgeving.
Pagina 352
Assist-systeem tijdelijk beperken of op het instrumentenpaneel. We raden uitschakelen. u aan het systeem door een officiële Als dit gebeurt, verschijnt de HYUNDAI-dealer te laten controleren. waarschuwingsmelding 'Veiligheidssyst. aan voorkant uitgeschakeld. Camerazicht beperkt' of 'Veiligheidssys- temen aan de voorkant uitge- schakeld. Radar...
Pagina 353
Bestuurdershulp Uw auto wordt gesleept WAARSCHUWING De omgeving is heel helder Mogelijk werkt het Forward De omgeving is zeer donker, bv. in een Collision-Avoidance Assist-systeem tunnel enz. niet goed, zonder dat daardoor het waarschuwingsmelding verschijnt De helderheid verandert plots, bv. of het waarschuwingslampje gaat wanneer u een tunnel inrijdt of verlaat branden op het instrumentenpaneel.
Pagina 354
U rijdt door een tunnel of onder een De voetganger of fietser wordt niet ijzeren brug door volledig gedetecteerd, bijvoorbeeld als hij zich vooroverbuigt of niet U rijdt in een groot gebied waar helemaal rechtop loopt weinig voertuigen of constructies zijn (d.w.z.
Pagina 355
Bestuurdershulp De voetganger of fietser draagt WAARSCHUWING kleding die opgaat in de achtergrond Rijden in bochten en daardoor moeilijk te detecteren is De voetganger of fietser is moeilijk te onderscheiden van een structuur met een soortgelijke vorm in de omgeving U rijdt voorbij een voetganger, fietser, verkeersbord, gebouw enz.
Pagina 356
Op een helling rijden OADAS015 OADAS012 OADAS017 OADAS019 Mogelijk detecteert Forward OADAS010 OADAS011 Collision-Avoidance Assist een Mogelijk detecteert Forward voertuig, voetganger of fietser in de Collision-Avoidance Assist geen rijstrook naast u of elders buiten uw andere voertuigen, voetgangers of rijstrook wanneer u op een bochtige fietsers vóór u op hellende wegen weg rijdt.
Pagina 357
Bestuurdershulp Van rijbaan wisselen OADAS031 [A] : Uw auto [B] : Een auto die van rijstrook verandert, OADAS030 [C] : voertuig op dezelfde rijstrook [A] : Uw auto, Wanneer een voertuig vóór u uw [B] : Een auto die van rijstrook verandert rijstrook verlaat, detecteert Forward Wanneer een voertuig vanuit een Collision-Avoidance Assist uw...
Pagina 358
Voertuig detecteren WAARSCHUWING Wanneer u een aanhanger of een ander voertuig sleept, raden we aan dat u om veiligheidsredenen Forward Collision-Avoidance Assist uitschakelt. Mogelijk grijpt het Forward Collision- Avoidance Assist-systeem in als het voorwerpen detecteert die door hun vorm of bepaalde kenmerken op voertuigen, voetgangers en fietsers lijken.
Pagina 359
Bestuurdershulp Systeemconfiguratie Het Lane Keeping Assist-systeem is ontworpen om tijdens het rijden Instellingsfuncties voor het systeem boven een bepaalde snelheid rijstrookmarkeringen (of randen van de weg) te detecteren. Het systeem waarschuwt de bestuurder als het voertuig de rijstrook verlaat zonder gebruik te maken van de richtingaanwijzers of helpt de bestuurder automatisch te sturen om zo te helpen voorkomen dat de auto de rijstrook...
Pagina 360
Het systeem in- of uitschakelen (toets Lane Driving Assist (hulp met rijden op de rijstrook)) OTM070141N Waarschuwingsvolume Met de motor aan selecteert OOS070014K Waarschuwingsvolume' in het Wanneer de motor wordt gestart, wordt menu Settings (instellingen) om het het Lane Keeping Assist-systeem altijd waarschuwingsvolume voor Lane ingeschakeld.
Pagina 361
Bestuurdershulp Werking systeem Lane Keeping Assist Waarschuwing en regeling Om de bestuurder te waarschuwen dat het voertuig afwijkt van de Het Lane Keeping Assist-systeem geprojecteerde rijstrook vóór de auto waarschuwt en stuurt de auto aan met gaat het groene controlelampje Lane Departure Warning (waarschuwing knipperen op het instrumentenpaneel bij rijbaanwissel) en Lane Keeping Assist...
Pagina 362
WAARSCHUWING Informatie Mogelijk wordt er niet bijgestuurd U kunt de instellingen veranderen als het stuurwiel zeer stevig wordt op het instrumentenpaneel vastgehouden of als het voorbij een (Gebruikersinstellingen) of het bepaalde hoek gedraaid is. infotainmentsysteem (Vehicle Settings - voertuiginstellingen), afhankelijk van Het Lane Keeping Assist-systeem de optie die met uw auto is geleverd.
Pagina 363
Mogelijk werkt Lane Keeping het instrumentenpaneel. Laat de auto in Assist niet gedurende 15 seconden dit geval inspecteren door een officiële na het starten van de auto of het HYUNDAI-dealer. inschakelen van de frontzichtcamera. Lane Keeping Assist werkt niet WAARSCHUWING wanneer:...
Pagina 364
Beperkingen van het systeem Er is een wegrand zonder rijstrook De rijweg wordt begrensd door een Mogelijk werkt het Lane Keeping Assist structuur, zoals een tolpoort, stoep, niet normaal of grijpt het systeem stoeprand enz. onverwacht in onder de volgende omstandigheden: De afstand tot uw voorligger zeer klein is of uw voorligger op de...
Pagina 365
Bestuurdershulp Blind-Spot Collision Warning (botsingswaarschuwing blinde hoek) is ontworpen om naderende voertuigen in de blinde hoek van de bestuurder te detecteren en te controleren en de bestuurder met een melding en een signaal te waarschuwen voor een mogelijke aanrijding. OJX1079026 Blind-Spot Collision Warning detecteert en informeert de bestuurder dat een voertuig met hoge snelheid nadert uit de...
Pagina 366
We raden u aan het systeem door een Er is geen remhulp. officiële HYUNDAI-dealer te laten - Als 'Uit' is geselecteerd, wordt het controleren. systeem uitgeschakeld. Gebruik uitsluitend originele...
Pagina 367
Bestuurdershulp OTM070097N OTM070140N Wanneer de motor opnieuw wordt Waarschuwingsmoment gestart terwijl het systeem uitgeschakeld Met de motor aan, selecteert is, verschijnt de melding 'Veiligheids- systeem van de dode hoek is uit' op het waarschuwing' in het menu instrumentenpaneel. Settings (instellingen) om de initiële Als u de instelling wijzigt van 'Uit' activeringstijd voor de waarschuwing van naar 'Alleen waarschuwing', knippert...
Pagina 368
Werking systeem Waarschuwing Links Rechts OTM070141N Waarschuwingsvolume Met de motor aan, selecteer Waarschuwingsvolume' in het OOS057024 menu Settings (instellingen) om het Voertuigdetectie waarschuwingsvolume van het Blind- Om de bestuurder te waarschuwen Spot Safety (Blindehoekveiligheid) dat een voertuig wordt gedetecteerd, systeem te wijzigen naar 'Hoog', gaat het waarschuwingslampje op de 'Gemiddeld', 'Laag'.
Pagina 369
Bestuurdershulp WAARSCHUWING WAARSCHUWING Het detectiebereik van de hoekradar Neem de volgende achter wordt bepaald door de voorzorgsmaatregelen bij gebruik van standaard wegbreedte. Op een het Blind-Spot Safety-systeem: smalle weg is het dus mogelijk dat Wijzig voor uw veiligheid de het systeem andere voertuigen twee instellingen pas nadat u de auto op rijstroken verderop detecteert en een veilige plaats heeft geparkeerd.
Pagina 370
Safety-systeem tijdelijk beperken of systeem automatisch uitgeschakeld of uitschakelen. beperkt. We raden u aan het systeem Als dit gebeurt, verschijnt de door een officiële HYUNDAI-dealer te waarschuwingsmelding 'Dodehoekveilig- laten controleren. heidssysteem uitgeschakeld. Radar geblokkeerd' op het instrumentenpaneel. Type A...
Pagina 371
Bestuurdershulp Er is een vast voorwerp in de buurt WAARSCHUWING van de auto, zoals een geluidsscherm, Mogelijk werkt het Blind-Spot vangrail, middenberm, slagboom, Safety-systeem niet goed, lamp, bord, tunnel, muur enz. zonder dat daardoor een (inclusief dubbele structuren) waarschuwingsmelding verschijnt U rijdt in een groot gebied waar op het instrumentenpaneel.
Pagina 372
Mogelijk werkt Blind-Spot Safety WAARSCHUWING niet normaal of treedt het systeem Rijden in bochten onverwacht op wanneer de volgende voorwerpen worden gedetecteerd: Een motorfiets of fiets Een platte aanhanger of gelijkaardig voertuig Een groot voertuig zoals een bus of een vrachtwagen Er wordt een bewegend obstakel zoals een voetganger, dier, winkelwagentje of kinderwagen gedetecteerd...
Pagina 373
Bestuurdershulp Rijden waar rijstroken samenvoegen/ Rijden waar de rijstroken op splitsen verschillende hoogten lopen OJX1079059 OOS070017K Mogelijk werkt Blind-Spot Safety niet Mogelijk werkt Blind-Spot Safety niet goed op plaatsen waar de rijstrook goed op plaatsen waar de rijstroken splitst of meerdere rijstroken op verschillende hoogten lopen.
Pagina 374
Blind-Spot Collision-Avoidance Assist (botsingsvermijding blinde hoek) is ontworpen om voertuigen die naderen en zich in de blinde hoek van de bestuurder bevinden te detecteren en te controleren en de bestuurder met een melding en een signaal te waarschuwen als een aanrijding dreigt. Als het risico op een botsing bestaat bij een rijstrookwissel of het voorwaarts verlaten van een parkeerplaats, helpt de...
Pagina 375
Als een kracht van buitenaf is uitgeoefend op of nabij de hoekradar achter, kan het Blind-Spot Safety- systeem mogelijk niet goed functioneren, ook al verschijnt er geen waarschuwingsmelding op het instrumentenpaneel. We raden u aan het systeem door een officiële HYUNDAI-dealer te laten controleren. 7-44...
Pagina 376
Als de hoekradar achter is vervangen of gerepareerd, raden we u aan uw Instellingsfuncties voor het systeem auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. Gebruik uitsluitend originele onderdelen om de achterbumper te repareren op de plaats waar de hoekradar achter zit.
Pagina 377
Bestuurdershulp OTM070097N OTM070140N Wanneer de motor opnieuw wordt Waarschuwingsmoment gestart terwijl het systeem uitgeschakeld Met de motor aan, selecteert is, verschijnt de melding 'Veiligheids- systeem van de dode hoek is uit' op het waarschuwing' in het menu instrumentenpaneel. Settings (instellingen) om de initiële Als u de instelling wijzigt van 'Uit' activeringstijd voor de waarschuwing van naar 'Actieve hulp' of 'Warning Only’...
Pagina 378
Werking systeem Waarschuwing en regeling Links Rechts OTM070141N Waarschuwingsvolume Met de motor aan, selecteer Waarschuwingsvolume' in het OOS057024 menu Settings (instellingen) om het Voertuigdetectie waarschuwingsvolume van het Blind- Om de bestuurder te waarschuwen Spot Safety (Blindehoekveiligheid) dat een voertuig wordt gedetecteerd, systeem te wijzigen naar 'Hoog', gaat het waarschuwingslampje op de 'Gemiddeld', 'Laag'.
Pagina 379
Bestuurdershulp Botsingswaarschuwing WAARSCHUWING De botsingswaarschuwing werkt Het detectiebereik van de hoekradar wanneer de richtingaanwijzer wordt achter wordt bepaald door de ingeschakeld in de richting van de standaard wegbreedte. Op een gedetecteerde auto. smalle weg is het dus mogelijk dat Als 'Alleen waarschuwing' het systeem andere voertuigen op wordt geselecteerd in het menu de volgende rijstrook detecteert...
Pagina 380
WAARSCHUWING Blind Spot Collision-Avoidance Assist wordt geannuleerd onder de volgende omstandigheden: - Uw auto rijdt op een bepaalde afstand de rijstrook naast u op. - Uw auto is niet meer in de buurt van het botsingsrisico - Het stuurwiel wordt omgegooid - Het rempedaal wordt ingetrapt.
Pagina 381
Bestuurdershulp OOS070031L OTM070059L Collision-Avoidance Assist De auto tot stilstand brengen en het (botsingsvermijding) (bij het wegrijden) aansturen van de remmen beëindigen Om de bestuurder te waarschuwen Wanneer de auto tot stilstand voor een aanrijding, knippert is gebracht door de noodrem, het waarschuwingslampje op de verschijnt de waarschuwing 'Drive buitenspiegel;...
Pagina 382
Mogelijk waarschuwt het Blind-Spot WAARSCHUWING Safety-systeem de bestuurder te laat Neem de volgende of helemaal niet, afhankelijk van de voorzorgsmaatregelen bij gebruik van weg- en rijomstandigheden. het Blind-Spot Safety-systeem: De bestuurder moet het voertuig te Wijzig voor uw veiligheid de allen tijde onder controle houden.
Pagina 383
Safety-systeem tijdelijk beperken of systeem automatisch uitgeschakeld of uitschakelen. beperkt. We raden u aan het systeem Als dit gebeurt, verschijnt de door een officiële HYUNDAI-dealer te waarschuwingsmelding 'Dodehoekveilig- laten controleren. heidssysteem uitgeschakeld. Radar geblokkeerd' op het instrumentenpaneel. Type A...
Pagina 384
Een andere auto rijdt u zeer snel OPMERKING voorbij, zodat hij slechts heel kort Schakel het Blind-Spot Safety-systeem naast u rijdt uit om een aanhanger, drager enz. te Uw auto rijdt een andere auto voorbij bevestigen of verwijder de aanhanger, Uw auto verandert van rijstrook drager enz.
Pagina 385
Bestuurdershulp Mogelijk werkt het aansturen van de WAARSCHUWING remmen niet en is de aandacht van Rijden in bochten de bestuurder vereist in de volgende gevallen: De auto trilt ernstig wanneer hij op een wegdek rijdt dat hobbelig, ongelijkmatig of met beton hersteld is U rijdt op een ondergrond die glad is door sneeuw, waterplassen, ijs enz.
Pagina 386
Rijden waar rijstroken samenvoegen/ Rijden waar de rijstroken op splitsen verschillende hoogten lopen OJX1079059 OOS070018K Mogelijk werkt Blind-Spot Safety niet Mogelijk werkt Blind-Spot Safety niet goed op plaatsen waar de rijstrook goed op plaatsen waar de rijstroken splitst of meerdere rijstroken op verschillende hoogten lopen.
Pagina 387
Bestuurdershulp Detectiesensor OOS070026K Wanneer een passagier een portier OOSH070038 opent als de auto tot stilstand is [1] : Hoekradar achteraan gekomen, waarschuwt het Safety Exit De hoekradars achteraan zijn sensoren Assist-Warning de bestuurder met in de achterbumper die zaken naast een waarschuwingsmelding en een en achter de auto moeten detecteren.
Pagina 388
Systeemconfiguratie Instellingsfuncties voor het systeem OTM070140N Waarschuwingsmoment Met de motor aan, selecteert OOS070043L Safe Exit Warning Safe Exit Warning waarschuwing' in het menu Terwijl de toets ENGINE START/STOP Settings (instellingen) om de initiële (Motor starten/stoppen) in stand ON activeringstijd voor de waarschuwing van staat, selecteert u 'Driver Assistance het Blind-Spot Safety systeem (blinde hoek veiligheidssysteem) te wijzigen.
Pagina 389
Bestuurdershulp Werking systeem Waarschuwing OTM070141N Waarschuwingsvolume Met de motor aan, selecteer OTM070101N Botsingswaarschuwing bij het verlaten Waarschuwingsvolume' in het van de auto menu Settings (instellingen) om het Wanneer, op het moment dat een waarschuwingsvolume van het Blind- portier wordt geopend, een voertuig Spot Safety (Blindehoekveiligheid) wordt gedetecteerd dat de auto systeem te wijzigen naar 'Hoog',...
Pagina 390
Blind uitgeschakeld of beperkt. We raden Spot Safety-systeem als: u aan het Warning door een officiële HYUNDAI-dealer te laten controleren. - het waarschuwingslampje van het Blind Spot Safety-systeem verschijnt - De sensor van het Blind-Spot...
Pagina 391
Mogelijk werkt Safe Exit Warning niet officiële HYUNDAI-dealer. gedurende 3 seconden na het starten van de auto of na het inschakelen WAARSCHUWING van de achterste hoekradars.
Pagina 392
OTM070111L OOS070006K (1) Manual Speed Limit Assist (hulp bij 2. Druk de schakelaar + omhoog of de handmatige snelheidsbegrenzing) schakelaar - omlaag en laat hem bij de ingeschakeld controlelampje gewenste snelheid los. (2) Ingestelde snelheid Druk de schakelaar + omhoog of de schakelaar - omlaag en houd hem in U kunt de snelheidslimiet instellen deze positie.
Pagina 393
Bestuurdershulp Het systeem opnieuw activeren Informatie Als het gaspedaal niet voorbij het drukpunt wordt ingetrapt, blijft de rijsnelheid onder de snelheidslimiet. Wanneer het gaspedaal voorbij het drukpunt wordt ingetrapt, kan het terugschakelmechanisme een klikgeluid voortbrengen. Het systeem tijdelijk annuleren ■ Type A OOS070006K Om Manual Speed Limit Assist (hulp bij handmatige snelheidsbegrenzing) ter...
Pagina 394
Het systeem uitschakelen WAARSCHUWING Neem de volgende ■ Type A voorzorgsmaatregelen bij gebruik van de Handmatige snelheidslimietregeling: Stel de rijsnelheid altijd lager op de snelheidslimiet in uw land. Houd Manual Speed Limit Assist ■ Type B uitgeschakeld wanneer u het systeem niet gebruikt.
Pagina 395
Bestuurdershulp Systeemconfiguratie Intelligent Speed Limit Warning (slimme waarschuwing snelheidsbegrenzing) Instelling gebruikt informatie van het gedetecteerde verkeersbord en het navigatiesysteem om de bestuurder in te lichten over de snelheidslimiet en extra informatie over de huidige weg te geven. OPMERKING Intelligent Speed Limit Warning werkt mogelijk niet goed in andere landen.
Pagina 396
Werking systeem Informatie Systeemscherm Intelligent Speed Limit Warning "Driving Assist - rijhulp" (slimme waarschuwing snelheidslimiet) scherm geselecteerd geeft extra informatie van verkeersborden en de snelheidslimiet. De extra verkeersinformatie kan van land tot land verschillen. Extra bord weergegeven onder de snelheidslimiet of een bord ivm inhaalbeperkingen betekent de voorwaarden waaronder de borden gevolgd moeten worden.
Pagina 397
Bestuurdershulp Einde van een Aanvullende verkeersborden snelheidslimiet Geen betrouwbare informatie over snelheidslimieten - - - WUM-207 WUM-208 Nadat de auto een bord WTL-220 'einde van snelheidslimiet ' is Het symbool wordt getoond Intelligent gepasseerd, informeert het ISLW- Speed Limit Warning (slimme systeem de bestuurder over de snelheidslimietwaarschuwing) volgende snelheidslimiet op...
Pagina 398
Als het systeem niet normaal werkt nadat het verwijderd is, adviseren we om het systeem te laten nakijken door een officiële HYUNDAI-dealer. WAARSCHUWING Hoewel er geen waarschuwing of waarschuwingslampje verschijnt op het instrumentenpaneel, werkt Intelligent Speed Limit Warning misschien niet goed.
Pagina 399
Bestuurdershulp Beperkingen van het systeem Het gezichtsveld van de frontzichtcamera wordt belemmerd Het Intelligent Speed Limit Warning door schittering van de zon (ISLW)-systeem werkt in de volgende U rijdt op een weg met scherpe of veel omstandigheden mogelijk niet of geeft bochten niet de juiste informatie: U rijdt over verkeersdrempels of...
Pagina 400
Systeemconfiguratie Basisfunctie Het waarschuwingssysteem voor de aandacht Instellingsfuncties voor het systeem van de bestuurder helpt het aandachtsniveau Type A Type B van de bestuurder te bepalen door het rijpatroon, de rijtijd enz. te analyseren tijdens het rijden. Het systeem beveelt een pauze aan wanneer de aandacht van de bestuurder afneemt tot beneden een bepaald niveau.
Pagina 401
Bestuurdershulp Werking systeem Basisfunctie Weergave en waarschuwing systeem De basisfunctie van het Driver Attention Warning-systeem bestaat erin de bestuurder te informeren over zijn aandachtsniveau en hem te waarschuwen dat het goed zou zijn om een pauze te nemen. Aandachtsniveau OTM070140N Systeem uit Stand-by/ Waarschuwingsmoment...
Pagina 402
Het aandachtsniveau van de OPMERKING bestuurder wordt weergegeven op Driver Attention Warning kan een schaal van 1 tot 5. Hoe lager mogelijk ook een pauze aanbevelen het niveau, hoe onoplettender de op basis van het rijpatroon of de bestuurder. gewoonten van de bestuurder, als de Het niveau daalt wanneer de bestuurder zich niet vermoeid voelt.
Pagina 403
'Voertuig voor u instrumentenpaneel. Laat de auto in rijdt weg' op het instrumentenpaneel en dit geval inspecteren door een officiële klinkt een waarschuwingssignaal. HYUNDAI-dealer. Beperkingen van het systeem WAARSCHUWING Mogelijk werkt Driver Attention Warning Mogelijk verschijnt of klinkt de...
Pagina 404
Wanneer de bestuurder van de Functie Leading Vehicle Departure Alert voorligger het stuur omgooit (Waarschuwing vertrek voorligger) Wanneer een voertuig invoegt OADAS034 [A] : Uw auto, [B] : Voorligger OADAS021 Als de voorligger een scherpe bocht maakt, zoals afslaan naar links of naar rechts, zich omkeren enz., is het mogelijk dat Leading Vehicle Departure Alert niet goed...
Pagina 405
Bestuurdershulp Wanneer er een voetganger tussen u Bij het rijden door een tolpoort of op en uw voorligger staat een kruispunt, enz. OADAS025 OADAS026 Als er zich een of meer voetgangers Als u voorbij een tolpoort of of fietsen tussen u en uw voorligger kruising met veel voertuigen rijdt bevinden, is het mogelijk dat Leading of als u ergens rijdt waar rijstroken...
Pagina 406
Werking systeem Snelheid instellen 1. Accelereer naar de gewenste snelheid, die hoger moet zijn dan 30 km/h. ■ Type A ■ Type B OTM070111 (1) Controlelampje cruise (2) Ingestelde snelheid Het Cruise Control-systeem stelt u in OOS070008E staat om meer dan 30 km/u te rijden 2.
Pagina 407
Bestuurdershulp Snelheid verhogen Snelheid verlagen OOS070009K OOS0700010K Druk de schakelaar + omhoog en laat Druk de schakelaar - omlaag en laat hem onmiddellijk los. Telkens als u de hem onmiddellijk los. Telkens als u de schakelaar op deze manier bedient, schakelaar op deze manier bedient, wordt de kruissnelheid met 1 km/h wordt de kruissnelheid met 1 km/h...
Pagina 408
Het systeem tijdelijk annuleren Het systeem opnieuw activeren OOS070011K OOS070012K De cruisecontrol wordt geannuleerd: Druk op de +, - schakelaar of knop. Het rempedaal wordt ingetrapt. Als u de + schakelaar omhoog of de – schakelaar omlaag drukt, wordt de Druk op de toets.
Pagina 409
Bestuurdershulp Het systeem uitschakelen WAARSCHUWING Neem de volgende ■ Type A voorzorgsmaatregelen bij gebruik van de cruisecontrol: Stel de rijsnelheid altijd lager op de snelheidslimiet in uw land. Laat Cruise Control uitgeschakeld ■ Type B wanneer u het systeem niet gebruikt. Zo voorkomt u dat u onbedoeld een snelheid instelt.
Pagina 410
Het Smart Cruise Control-systeem OPMERKING is ontworpen om de voorligger te Houd de frontzichtcamera altijd en detecteren en de gewenste snelheid en de radar vóór in goede staat om de minimumafstand tot uw voorligger te optimale prestaties van het Smart helpen bewaren.
Pagina 411
Bestuurdershulp Systeemconfiguratie Instellingsfuncties voor het systeem ■ Type A ■ Type B OOS070013K Tussenafstand instellen Elke keer als u op de toets drukt, OOS070008E verandert de tussenafstand als volgt: Het systeem inschakelen Druk op de knop Driving Assist om Afstand 4 Afstand 3 Afstand 2 het systeem in te schakelen.
Pagina 412
OOS070009K OOS070010K Snelheid verhogen Snelheid verlagen Druk de schakelaar + omhoog en laat Druk de schakelaar - omlaag en laat hem onmiddellijk los. Telkens als u de hem onmiddellijk los. Telkens als u de schakelaar op deze manier bedient, schakelaar op deze manier bedient, wordt de kruissnelheid met 1 km/h wordt de kruissnelheid met 1 km/h verhoogd.
Pagina 413
Bestuurdershulp WAARSCHUWING Controleer de rijomstandigheid voordat u de schakelaar gebruikt. Als u de schakelaar indrukt, kan uw auto mogelijk snel accelereren. ■ Type A OOS070011E Het systeem tijdelijk annuleren ■ Type B Druk op de schakelaar of trap het rempedaal in om Smart Cruise Control tijdelijk te annuleren.
Pagina 414
Werking systeem Type A Type B Voorwaarden voor gebruik Smart Cruise Control werkt wanneer aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: Basisfunctie De transmissie staat in stand D (Rijden) Het bestuurdersportier is gesloten. OTM070142N OTM070142L EPB (elektronische parkeerrem) is niet Radar Smart Cruise Control geactiveerd Met de motor aan, selecteert u ‘Driver Uw rijsnelheid valt binnen de...
Pagina 415
Bestuurdershulp Weergave en regeling systeem Overtaking Acceleration Assist (versnellingshulp voor inhalen) Basisfunctie Overtaking Acceleration Assist werkt U ziet de bedrijfsstatus van het Smart wanneer de richtingaanwijzer links Cruise Control-systeem in de Driving (stuur links) of rechts (stuur rechts) Assistmodus (rijhulpprogramma) op het wordt ingeschakeld terwijl Smart Cruise instrumentenpaneel.
Pagina 416
Tijdelijk accelereren OTM070155 Indien tijdelijk geannuleerd OTM070246 wordt de indicatie Trap het gaspedaal in om de rijsnelheid weergegeven. tijdelijk te verhogen als Smart Cruise (2) De vorige ingestelde snelheid wordt Control is ingeschakeld. Terwijl de gearceerd weergegeven. snelheid toeneemt, knipperen de snelheid, het afstandsniveau en de gewenste afstand die zijn ingesteld op Informatie...
Pagina 417
Bestuurdershulp Systeem tijdelijk geannuleerd Systeemvoorwaarden niet vervuld Type A Type B Type A Type B OTM070113N OTM070113L OTM070112N OTM070112L Smart Cruise Control wordt tijdelijk Als de toets Driving Assist (rijhulp), de + geannuleerd wanneer: schakelaar , de - schakelaar - of schakelaar wordt ingedrukt terwijl er niet U sneller rijdt dan 190 km/h is voldaan aan de werkingsvoorwaarden...
Pagina 418
Filerijden Waarschuwing voor rijomstandigheden OTM070114L OTM070055L Als u in een file rijdt, stopt uw auto als In de volgende situatie verschijnt uw voorligger stopt. En als uw voorligger de waarschuwingsmelding 'Let weer gaat rijden, gaat uw auto ook op voor andere voertuigen' op het rijden.
Pagina 419
Bestuurdershulp Botsingswaarschuwing WAARSCHUWING Neem de volgende voorzorgsmaatregelen bij gebruik van het Smart Cruise Control-systeem: Het Smart Cruise Control-systeem is geen vervanging voor correct en veilig rijgedrag. Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder om altijd de rijsnelheid en de afstand tot de voorligger in de gaten te houden.
Pagina 420
SCC Systeem' en gaat het waarschuwingslampje branden op het Als een waarschuwingsmelding instrumentenpaneel. We raden u aan het of waarschuwingssignaal van een systeem door een officiële HYUNDAI- ander systeem wordt weergegeven dealer te laten controleren. of klinkt, verschijnt c.q. klinkt de waarschuwingsmelding/het waarschuwingssignaal van het Smart Cruise Control-systeem niet.
Pagina 421
Bestuurdershulp Systeem uitgeschakeld Beperkingen van het systeem Mogelijk werkt Smart Cruise Control Type A Type B niet normaal of grijpt het onverwacht in onder de volgende omstandigheden: De detectiesensor of het gebied eromheen is vuil of beschadigd De voorruit wordt constant met ruitensproeiervloeistof besproeid of de ruitenwisser is geactiveerd De cameralens heeft last van een...
Pagina 422
Slechts een deel van een voertuig De voorligger wordt te laat wordt gedetecteerd gedetecteerd De voorligger heeft geen De weg van de voorligger wordt achterlichten, zijn achterlichten plotseling versperd door een obstakel bevinden zich op een ongewone De voorligger verandert plotseling van plaats enz.
Pagina 423
Bestuurdershulp Rijden in bochten Op een helling rijden OADAS014 OADAS012 Het is mogelijk dat Smart Cruise Het Smart cruisecontrol detecteert Control in een bocht een voertuig op bij bergop- of bergafwaarts rijden dezelfde rijstrook niet waarneemt en mogelijk geen rijdende auto in uw tot de ingestelde snelheid accelereert.
Pagina 424
Van rijbaan wisselen Voertuig detecteren OJX1079181 In de volgende gevallen kunnen bepaalde voertuigen in uw rijstrook niet worden gedetecteerd door de sensoren: - Voertuigen die aan de zijkant van de rijstrook rijden - Langzame voertuigen of plotseling afremmende voertuigen - Tegenliggers - Stilstaande voertuigen OADAS030 - Voertuigen waarvan de achterkant...
Pagina 425
Bestuurdershulp OOS057022 OTM058119 In de volgende gevallen kan de Wanneer een voertuig vóór u de voorligger niet worden gedetecteerd rijstrook verlaat, kan het zijn dat Smart door de sensoren: Cruise Control de nieuwe voorligger niet onmiddellijk detecteert. - Voertuigen met een grotere bodemvrijheid of met een lading die Let tijdens het rijden altijd op de weg uit de achterkant van het voertuig...
Pagina 426
Systeemconfiguratie Navigation-based Smart Cruise Control helpt de snelheid van de auto Instellingsfuncties voor het systeem automatisch aan te passen wanneer u op een snelweg (of hoofdweg) rijdt. Dit gebeurt doordat Smart Cruise Control informatie over de weg van het navigatiesysteem gebruikt terwijl het geactiveerd is.
Pagina 427
Bestuurdershulp Werking systeem Werking van het systeem Voorwaarden voor gebruik Navigation-based Smart Cruise Control is bedrijfsklaar wanneer aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: Smart Cruise Control is geactiveerd U rijd op een snelweg (of hoofdweg) Informatie Zie de paragraaf 'Smart Cruise Control (SCC)' in hoofdstuk 7 voor meer OTM070161 OTM070209L...
Pagina 428
Als de functie Highway Set Speed Informatie Auto Change in stand-by is gezet doordat de auto op een andere weg De functies Highway Auto Curve dan de hoofdrijbaan van een snelweg Slowdown (automatisch vertragen in (of hoofdweg) rijdt, wordt de functie snelwegbochten) en Set Speed Auto Highway Set Speed Auto Change Change (ingestelde snelheid automatisch...
Pagina 429
Bestuurdershulp Beperkingen van het systeem De auto rijdt een benzinestation of verzorgingsplaats binnen Mogelijk functioneert Navigation-based De snelheidslimiet van sommige delen Smart Cruise Control niet normaal in de verandert in overeenstemming met de volgende situaties: toestand van de weg Het navigatiesysteem werkt niet goed. Android Auto of Car Play is actief De informatie over snelheidslimieten Het navigatiesysteem kan de actuele...
Pagina 430
OJX1070280L OJX1070281L [1] : Route instellen [2] : Vertakking, [3] : Rijweg, [1] : Route instellen [2] : Vertakking, [3] : Rijweg, [4] : Hoofdweg, [5] : Bochtig wegdeel [4] : Hoofdweg, [5] : Bochtig wegdeel Wanneer er een verschil is Wanneer er een verschil is tussen de ingestelde route in het tussen de ingestelde route in het...
Pagina 431
Bestuurdershulp WAARSCHUWING Navigation-based Smart Cruise Control is geen vervanging voor een veilig rijgedrag, maar een comfortfunctie. Blijf altijd op de weg letten; het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder om te vermijden dat hij/zij de verkeersregels overtreedt. De informatie over snelheidslimieten waarover het navigatiesysteem OJX1070282L beschikt, verschilt mogelijk van...
Pagina 432
Nadat u voorbij een tolpoort op een Informatie snelweg bent gereden, werkt het Smart Cruise Control-systeem op Tussen de acties van het navigatiebasis op basis van de eerste navigatiesysteem en het moment rijstrook. Als u op een van de andere waarop het Navigation-based Smart rijstroken rijdt, is het mogelijk dat het Cruise Control-systeem een actie...
Pagina 433
Bestuurdershulp Systeemconfiguratie Lane Following Assist signaleert rijstrookmarkeringen en/of voertuigen op Instellingsfuncties voor het systeem de weg en helpt de bestuurder de auto in het midden van de rijstrook te sturen. Detectiesensor (Voorruitcamera) OOS070014K Systeem aan-/uitschakelen Met de motor aan drukt u eventjes op de toets Lane Driving Assist (hulp op OOSH070032 de rijstrook) op het stuurwiel om Lane...
Pagina 434
Werking systeem Waarschuwing en regeling OTM070141N Waarschuwingsvolume Met de motor aan selecteert OTM070243 Lane Following Assist (hulp bij rijbaan Waarschuwingsvolume' in het volgen) menu Settings (instellingen) om het Als de voorligger en/of beide waarschuwingsvolume voor Hands- rijstrookmarkeringen worden off warning (handen niet op het stuur gedetecteerd en uw rijsnelheid lager waarschuwing) te wijzigen naar 'Hoog', is dan 180 km/h, gaat het groene...
Pagina 435
Bestuurdershulp Type A Type B WAARSCHUWING Lane Keeping Assist werkt niet de hele tijd. Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder om veilig te sturen en de auto in zijn rijstrook te houden. Afhankelijk van de wegomstandigheden kan de waarschuwingsmelding hands-off mogelijk te laat verschijnen.
Pagina 436
Hulp bij rijbaan volgen' op het gesignaleerd gesignaleerd instrumentenpaneel. Laat de auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. WAARSCHUWING Zie de paragraaf 'Lane Keeping Assist (LKA) (hulp bij rijbaan aanhouden)’ in hoofdstuk 7 voor meer informatie over de voorzorgsmaatregelen van het...
Pagina 437
Bestuurdershulp Detectiesensor Het Highway Driving Assist-systeem is ontworpen om voertuigen en rijstroken (Voorruitcamera, radar voor) vóór uw auto te detecteren en te helpen de afstand tot uw voorligger te bewaren, de ingestelde snelheid aan te houden en de auto op de rijstrook te houden als u op de snelweg rijdt.
Pagina 438
Als er een probleem is met de functie(s), kunnen de instellingen niet worden gewijzigd. We raden u aan het systeem door een officiële HYUNDAI-dealer te laten controleren. Wanneer de motor opnieuw wordt gestart, behouden de functies de laatste instelling.
Pagina 439
Bestuurdershulp Werking systeem (2) Ingestelde snelheid wordt weergegeven. Weergave en regeling systeem (3) Controlelampje Lane Following Assist U ziet de bedrijfsstatus van het Smart wordt weergegeven. Cruise Control-systeem in de Driving (4) Eventuele aanwezigheid van een Assistmodus (rijhulpprogramma) op het voorligger en de geselecteerde instrumentenpaneel.
Pagina 440
Opnieuw starten na stoppen Waarschuwing hands-off (handen van het stuur) Type A Type B OTM070114L Wanneer Highway Driving Assist OTM070037N OTM070037L werkt, stopt uw auto als uw voorligger Als de bestuurder het stopt. En als uw voorligger binnen stuurwiel gedurende meerdere 30 seconden na het stoppen weer seconden loslaat, verschijnt de gaat rijden, gaat uw auto ook rijden.
Pagina 441
Wees u altijd We raden u aan het systeem door een bewust van de beperkingen van het officiële HYUNDAI-dealer te laten systeem. Obstakels zoals voertuigen, controleren. motoren, fietsen, voetgangers, onbepaalde voorwerpen, structuren, vangrails en tolstations enz.
Pagina 442
Beperkingen van het systeem Afhankelijk van de wegomstandigheden (navigatie- Mogelijk werkt Highway Driving informatie) of de omgeving is het Assist niet (normaal) in de volgende mogelijk dat Highway Driving omstandigheden: Assist onbedoeld wordt in- of De kaartgegevens en de werkelijke uitgeschakeld.
Pagina 443
Bestuurdershulp Detectiesensor OOS070015K OOS070029K [1] : Achteruitrijcamera Raadpleeg de bovenstaande afbeelding voor de precieze locatie van de detectiesensor. OOSH050068 Rear View Monitor laat de ruimte achter de auto zien om u tijdens het parkeren of achteruitrijden te helpen. 7-112...
Pagina 444
Instellingen functie Voorwaarden voor uitschakelen Camera settings Het achteraanzicht kan niet worden uitgeschakeld terwijl de transmissie in U kunt de instellingen van Rear R (Achteruit) staat. View Monitor wijzigen door op het Druk nogmaals op de Parking/ instellingsicoon ( ) op het scherm te View - weergave toets (1) terwijl de drukken terwijl het systeem in werking versnelling in P (Parkeren) staat met...
Pagina 445
Bestuurdershulp Beeld achteruitrijcamera voor Voorwaarden voor de werking achteruitrijden (indien van Als u op de toets Parking/View drukt toepassing) terwijl de transmissie in stand D (rijden) of stand N (neutraal) staat, wordt het beeld van de achteruitrijcamera voor achteruitrijden op het scherm weergegeven.
Pagina 446
HYUNDAI-dealer. Beperkingen van de functie Wanneer de auto in de winter langdurig heeft stilgestaan of wanneer de auto geparkeerd...
Pagina 447
Bestuurdershulp Rear Cross-Traffic Collision Warning Detectiesensor (Hoekradar achter) Assist detecteert voertuigen die van links en van rechts naderen terwijl uw auto achteruitrijdt, en waarschuwt de bestuurder met een waarschuwingsmelding en een waarschuwingssignaal dat er een aanrijding dreigt. OOSH070038 [1] : Hoekradar achteraan Zie bovenstaande afbeelding voor de precieze locatie van de detectiesensor.
Pagina 448
Systeemconfiguratie Instellingsfuncties voor het systeem OTM070140N Waarschuwingsmoment Met de motor aan, selecteert OTM070194N Rear Cross-Traffic Safety (veiligheid waarschuwing' in het menu kruisend verkeer achteraan) Settings (instellingen) om de initiële Met de motor aan selecteert u activeringstijd voor de waarschuwing van het Rear Cross-Traffic Safety system Veiligheid kruisend verkeer achterkant' (veiligheidssysteem achteraan kruisend in het menu Settings (instellingen) om...
Pagina 449
Bestuurdershulp Werking systeem Waarschuwing Rear Cross-Traffic Safety (veiligheid kruisend verkeer achteraan) waarschuwt de bestuurder wanneer een botsing dreigt. Links OTM070141N Waarschuwingsvolume Rechts Met de motor aan, selecteer Waarschuwingsvolume' in het menu Settings (instellingen) om het waarschuwingsvolume van het Rear Cross-Traffic Safety system OOS057024 (veiligheidssysteem kruisverkeer achteraan) te wijzigen in 'Hoog',...
Pagina 450
Botsingswaarschuwing WAARSCHUWING Om de bestuurder te waarschuwen Neem de volgende voor een voertuig dat van links/ voorzorgsmaatregelen bij gebruik van rechts de auto nadert, knippert het Rear Cross-Traffic Safety-systeem: het waarschuwingslampje op de Wijzig voor uw veiligheid de buitenspiegel en verschijnt een instellingen pas nadat u de auto op waarschuwingsmelding op het een veilige plaats heeft geparkeerd.
Pagina 451
'Veiligheidssysteem voor kruisend wordt het beperkt. We raden u aan het verkeer aan de achterkant uit. Radar systeem door een officiële HYUNDAI- geblokkeerd' op het instrumentenpaneel. dealer te laten controleren. Het systeem zal normaal werken als deze...
Pagina 452
WAARSCHUWING WAARSCHUWING Het is mogelijk dat het Rear Cross- Nabij een voertuig of constructie Traffic Safety-systeem niet goed rijden werkt, zonder dat daardoor het waarschuwingsmelding verschijnt op het instrumentenpaneel. Mogelijk werkt Rear Cross-Traffic Safety niet goed in bepaalde gebieden (bv. open terrein), waar eventuele substanties niet worden gedetecteerd na het starten van de motor.
Pagina 453
Bestuurdershulp Wanneer het voertuig zich ergens Wanneer het voertuig schuin wordt bevindt waar het moeilijk parkeren is geparkeerd OJX1079112 OJX1079113 [A] : voertuig Het Rear Cross-Traffic Safety- systeem detecteert mogelijk Mogelijk is de werking van Rear voertuigen die een parkeerplaats Cross-Traffic Safety beperkt wanneer nabij uw auto in- of uitrijden (bv.
Pagina 454
Een parkeerplek inrijden waarbij zich Wanneer het voertuig achteruit een constructie bevindt wordt geparkeerd OJX1079115 OJX1079116 [A] : Constructie, [B] : Muur Het Rear Cross-Traffic Safety- systeem detecteert mogelijk Het Rear Cross-Traffic Safety- voertuigen die achter u voorbijrijden systeem detecteert mogelijk terwijl u achteruit een parkeerplaats voertuigen die vóór u voorbijrijden inrijdt.
Pagina 455
Bestuurdershulp Detectiesensor (Hoekradar achter) Rear Cross-Traffic Collision Warning Assist detecteert voertuigen die van links en van rechts naderen terwijl uw auto achteruitrijdt, en waarschuwt de bestuurder met een waarschuwingsmelding en een waarschuwingssignaal dat er een aanrijding dreigt. Ook wordt er geremd om een botsing te helpen vermijden.
Pagina 456
Systeemconfiguratie Instellingsfuncties voor het systeem OTM070140N Waarschuwingsmoment Met de motor aan, selecteert OTM070194N Rear Cross-Traffic Safety (veiligheid waarschuwing' in het menu kruisend verkeer achteraan) Settings (instellingen) om de initiële Met de motor aan selecteert u activeringstijd voor de waarschuwing van het Rear Cross-Traffic Safety system Veiligheid kruisend verkeer achterkant' (veiligheidssysteem achteraan kruisend in het menu Settings (instellingen) om...
Pagina 457
Bestuurdershulp Werking systeem Waarschuwing en regeling Het Rear Cross-Traffic Safety systeem waarschuwt en controleert het voertuig naargelang het niveau van het botsingrisico: will warn and control the vehicle depending on collision level: ‘Collision Warning - waarschuwing voor een botsing’, ‘Emergency Braking - noodrem’...
Pagina 458
Botsingswaarschuwing Links Om de bestuurder te waarschuwen voor een voertuig dat van links/ rechts de auto nadert, knippert het waarschuwingslampje op de buitenspiegel en verschijnt een waarschuwingsmelding op het Rechts instrumentenpaneel. Er is ook een waarschuwingssignaal te horen. Als de achteruitrijmonitor geactiveerd is, verschijnt er ook een waarschuwing op het scherm van het infotainmentsysteem.
Pagina 459
Bestuurdershulp Het systeem werkt wanneer aan al de volgende voorwaarden is voldaan: - Er wordt naar stand R (Achteruit) geschakeld - De rijsnelheid is lager dan 8 km/u - Het naderende voertuig bevindt zich op ca. 1.5 m links of rechts van uw auto.
Pagina 460
De bestuurder is er verantwoordelijk WAARSCHUWING voor de auto onder controle te Neem de volgende houden. Vertrouw niet uitsluitend voorzorgsmaatregelen bij gebruik van op het Rear Cross-Traffic Safety- het Rear Cross-Traffic Safety-systeem: systeem. Houd een veilige remafstand en trap indien nodig Wijzig voor uw veiligheid de het rempedaal in om snelheid te instellingen pas nadat u de auto op...
Pagina 461
We raden u aan het systeem door een officiële Het systeem zal normaal werken als deze HYUNDAI-dealer te laten controleren. substantie, de aanhanger of dergelijke wordt verwijderd. Type A Type B...
Pagina 462
WAARSCHUWING OPMERKING Het is mogelijk dat het Rear Cross- Zie de paragraaf 'Blind-Spot Traffic Safety-systeem niet goed Collision-Avoidance Assist (BCA) werkt, zonder dat daardoor het (botsingsvermijding blinde hoek)' in waarschuwingsmelding verschijnt hoofdstuk 7 voor meer informatie over op het instrumentenpaneel. de beperkingen van de hoekradar achteraan.
Pagina 463
Bestuurdershulp Wanneer het voertuig zich ergens Wanneer het voertuig schuin wordt bevindt waar het moeilijk parkeren is geparkeerd OJX1079112 OJX1079113 [A] : voertuig Het Rear Cross-Traffic Safety- systeem detecteert mogelijk Mogelijk is de werking van Rear voertuigen die een parkeerplaats Cross-Traffic Safety beperkt wanneer nabij uw auto in- of uitrijden (bv.
Pagina 464
Een parkeerplek inrijden waarbij zich Wanneer het voertuig achteruit een constructie bevindt wordt geparkeerd OJX1079115 OJX1079116 [A] : Constructie, [B] : Muur Het Rear Cross-Traffic Safety- systeem detecteert mogelijk Het Rear Cross-Traffic Safety- voertuigen die achter u voorbijrijden systeem detecteert mogelijk terwijl u achteruit een parkeerplaats voertuigen die vóór u voorbijrijden inrijdt.
Pagina 465
Bestuurdershulp Werking systeem De afstandswaarschuwing achteruit waarschuwt de bestuurder als er een Bedieningstoets obstakel wordt gedetecteerd terwijl de auto traag achteruitrijdt Detectiesensor (Ultrasoonsensoren achter) OOSH050227 Toets parkeerafstandswaarschuwing uit (indien van toepassing) Druk op de Toets Parking Distance Warning OFF (indien van toepassing) OOSH070039 ) knop om de Reverse Parking [B]: Ultrasoonsensoren achter...
Pagina 466
Waarschuwings- materiaal. Als de functie nog steeds geluid Achteruit wordt niet correct werkt, raden we u aan het voorwerp gereden systeem door een officiële HYUNDAI- dealer te laten controleren. Zoemer 60~120 Het waarschuwingssignaal klinkt niet. klinkt met tussenpozen De zoemer klinkt met tussenpozen.
Pagina 467
Als het waarschuwingslampje bekrast met een scherp voorwerp. parkeerafsand achteruit gerepareerd - Richt de straal van de moet worden, raden we u aan het hogedrukreiniger niet rechtstreeks systeem te laten nakijken door een op de sensoren of omliggende delen. officiële HYUNDAI-dealer. 7-136...
Pagina 468
De afstandswaarschuwing vooruit/ Systeemconfiguratie achteruit waarschuwt de bestuurder Waarschuwingsvolume als er binnen een bepaalde afstand een obstakel wordt gedetecteerd terwijl de Warning volume' ('Bestuurdershulp auto traag voor- of achteruitrijdt menu Settings (instellingen) op het Detectiesensor dashboard of het infotainmentsysteem om het waarschuwingsvolume voor de afstandswaarschuwing achteruit te wijzigen naar 'Hoog', 'Gemiddeld', 'Laag'.
Pagina 469
Bestuurdershulp Werking systeem Afstandswaarschuwing vooruit Bedieningstoets Forward Parking Distance Warning (waarschuwing parkeerafstand vooruit) werkt als een van de voorwaarden is vervuld. - De versnelling wordt geschakeld van R (achteruit) naar D (rijden) met Reverse Parking Distance Warning aan - De versnelling staat in D (rijden) en het controlelampje van de Parking Safety (veilig parkeren) brandt.
Pagina 470
Afstandswaarschuwing achteruit Als ‚automatische waarschuwing parkeerafstand aan‘ wordt De afstandswaarschuwing achteruit uitgeschakeld, en de voorwaartse wordt geactiveerd wanneer de snelheid van het voertuig hoger ligt transmissie in R (Achteruit) staat. dan 30 km/h, zal als het lampje op Reverse Parking Distance de knop van de parkeerveiligheid (afstandswaarschuwing achteruit) branden.
Pagina 471
De garantie van uw nieuwe voertuig niet correct werkt, raden we u aan het dekt geen ongevallen of schade systeem door een officiële HYUNDAI- aan het voertuig die te wijten is dealer te laten controleren. aan het onjuiste functioneren van de parkeerafstandswaarschuwing- Het waarschuwingssignaal klinkt niet.
Pagina 472
- Bij zware regenval of opspattend aan het systeem te laten nakijken door water een officiële HYUNDAI-dealer. - Als er water over het oppervlak van de sensor loopt - Als de sensor wordt beïnvloed door...
Pagina 473
Bestuurdershulp De met radiofrequenties werkende componenten voldoen aan: Voorradar Voor Europa en landen met een EG- certificering OANATEL170 OANATEL169 7-142...
Pagina 474
OANATEL172 OANATEL171 OANATEL173 7-143...
Pagina 475
Bestuurdershulp OANATEL174 OANATEL175 OANATEL176 7-144...
Pagina 476
OANATEL177 OANATEL179 OANATEL178 7-145...
Pagina 477
Bestuurdershulp Voor Taiwan OANATEL191 Voor Maleisië OANATEL180 OANATEL181 OANATEL200 7-146...
Pagina 478
Voor Singapore Voor Mexico OANATEL201 Voor Brazilië OANATEL198 Voor Paraguay OANATEL192 OANATEL207 7-147...
Pagina 479
Bestuurdershulp Voor Oekraïne Voor VAE OANATEL194 OANATEL189 Voor Moldavië Voor Argentinië OANATEL204 OANATEL193 7-148...
Pagina 480
Voor Japan Voor Thailand OANATEL186 Voor Jordanië OANATEL199 Voor Zuid-Afrika OANATEL203 OANATEL190 7-149...
Pagina 481
Bestuurdershulp Voor Rusland Voor Servië OANATEL206 OANATEL195 Voor Marokko Voor China OANATEL205 Voor Hongkong OANATEL196 OANATEL188 7-150...
Pagina 482
Hoekradar achteraan Voor de Filipijnen Voor Europa en landen met een EG- certificering OANATEL197 OOS070034L 7-151...
Pagina 483
Bestuurdershulp Voor Taiwan Voor Maleisië OANATEL007 Voor Singapore OANATEL008 Voor Vietnam OANATEL005 Voor Indonesië OANATEL006 OANATEL010 7-152...
Pagina 484
Voor Brazilië Voor Oekraïne OANATEL011 Voor Mexico OANATEL013 Voor Jordanië OANATEL014 Voor Oman OANATEL012 Voor Japan OANATEL015 OANATEL041 7-153...
Pagina 485
Bestuurdershulp Voor VAE Voor Zambia OANATEL016 OANATEL019 Voor Botswana Voor Jamaica OANATEL020 Voor Paraguay OANATEL017 Voor Ghana OANATEL018 OANATEL021 7-154...
Pagina 486
- Voor Oezbekistan Voor Israël OANATEL022 - Voor Mozambique OANATEL209 Voor Zuid Korea OANATEL023 Voor Thailand OANATEL210 OANATEL208 7-155...
Pagina 487
8. Noodsituaties Schakelaar van de alarmknipperlichten ............8-3 Wat te doen in een noodgeval tijdens het rijden ..........8-3 Als de motor afslaat tijdens het rijden ................8-3 Als de motor afslaat op een kruispunt of splitsing .............8-3 Als u tijdens het rijden een lekke band krijgt............. 8-4 Als de motor niet gestart kan worden .............
Pagina 488
Slepen ......................8-30 Slepen ........................8-30 Afneembare trekhaak....................8-31 Slepen in een noodgeval ...................8-32 Noodvoorzieningen ..................8-34 Brandblusser .......................8-34 EHBO-doos .........................8-34 Gevarendriehoek ......................8-34 Bandenspanningsmeter ....................8-34 Pan-Europees eCall-systeem ................. 8-35 Informatie over gegevensverwerking ...............8-37 Pan-Europees eCall-systeem ................... 8-39...
Pagina 489
Als de auto niet start, adviseren wij u OOSH079001L contact op te nemen met een officiële De alarmknipperlichten dienen ervoor HYUNDAI-dealer. om de overige weggebruikers te waarschuwen om extra voorzichtigheid Als de motor afslaat op een in acht te nemen bij het naderen, inhalen kruispunt of splitsing of passeren van uw auto.
Pagina 490
OPMERKINGen in dit Als de auto nog steeds niet start, neem hoofdstuk. dan telefonisch contact op met een officiële HYUNDAI-dealer. OPMERKING Als de auto aangesleept of aangeduwd wordt, kan de katalysator overbelast worden. Dit kan resulteren in schade...
Pagina 491
Vóór het starten met een Als u de auto niet meteen start na het indrukken van de resetschakelaar van hulpaccu de 12 V-accu, wordt de stroom van de 12 Deze auto heeft geen gewone 12 V-accu na enkele seconden automatisch V-accu die periodiek moet worden uitgeschakeld om te voorkomen dat vervangen.
Pagina 492
Noodsituaties OPMERKING Externe apparaten gevoed door 12 V-accu Het gebruik van niet-fabrieksmatige elektrische accessoires kan de prestaties en de werking van de auto verminderen. Vooral door het gebruik van dashcams kan de voeding van de auto worden uitgeschakeld voordat de automatische uitschakeling van de dashcam in werking treedt.
Pagina 493
HYUNDAI-dealer. OPMERKING Om schade aan uw auto te voorkomen: Maak de startkabels los in exact de omgekeerde volgorde van aansluiten:...
Pagina 494
We adviseren u luid kloppende of pingelende geluiden u contact op te nemen met een hoort, is de motor waarschijnlijk officiële HYUNDAI-dealer. Als het oververhit geraakt. Als dat gebeurt moet waarschuwingslampje motor ( brandt of als er koelvloeistof of hete stoom uit de motorruimte komt, houd 1.
Pagina 495
8. Ga voorzichtig te werk en blijf alert op verdere tekenen van oververhitting. Als opnieuw oververhitting optreedt, neem dan telefonisch contact op met een officiële HYUNDAI-dealer.
Pagina 496
Noodsituaties Bandenspanning controleren (indien van toepassing) OOSH079005L OOSH040050L U kunt de bandenspanning controleren in de hulpmodus in het instrumentenpaneel. Zie 'Instellingen lcd-display' in hoofdstuk 4. De bandenspanning wordt na enkele minuten rijden na het opstarten van de auto weergegeven. OOS047115L Als de bandenspanning bij stilstaande (1) Waarschuwingslampje lage auto niet wordt weergegeven,...
Pagina 497
HYUNDAI-dealer laat nakijken. brengen. Verder rijden met een veel te 1. Het waarschuwingslampje lage zachte band zorgt ervoor dat de band...
Pagina 498
Noodsituaties Waarschuwingslampje Als u niet naar een garagebedrijf kunt rijden of als de band de bijgepompte lage bandenspanning lucht weer verliest, vervang dan de lekke band door het reservewiel. Waarschuwingslampje positie Het waarschuwingslampje lage lage bandenspanning en bandenspanning blijft branden en aanduiding bandenspanning het controlelampje storing TPMS kan gedurende 1 minuut knipperen en daarna...
Pagina 499
Het controlelampje storing TPMS adviseren u de lekke band zo snel mogelijk te gaat branden nadat het ongeveer 1 laten repareren door een officiële HYUNDAI- minuut heeft geknipperd wanneer dealer of de lekke band te vervangen door er een probleem is met het het reservewiel.
Pagina 500
TPMS- bandenspanning meet. Zorg er altijd voor sensoren gebruiken die goedgekeurd dat de band koud is voordat u deze op de zijn door een HYUNDAI-dealer of aanbevolen spanning brengt. een gelijkwaardig onderdeel dat gespecificeerd is voor uw voertuig...
Pagina 501
WAARSCHUWING Het verwisselen van een band kan gevaarlijk zijn. Volg de instructies in dit hoofdstuk bij het verwisselen van een band om de kans op ernstig letsel te beperken. OPGELET Zorg er bij het gebruik van de krikslinger voor dat u uit de buurt van het platte OOSH079009L uiteinde blijft.
Pagina 502
Noodsituaties Wielen verwisselen Volg deze stappen bij het verwisselen van een band van uw auto: 1. Zet de auto op een stevige en vlakke WAARSCHUWING ondergrond. De auto kan van de krik afglijden of 2. Zet de selectiehendel in stand P rollen, waardoor u of omstanders (parkeren), activeer de parkeerrem en ernstig letsel zouden kunnen...
Pagina 503
OOSH079012L OOSH079014L 6. Draai de wielmoeren linksom één slag 8. Steek de krikslinger in de krik en draai los in de volgorde die hierboven is de slinger rechtsom en krik de auto op aangegeven. Verwijder de wielmoeren totdat het wiel van de grond loskomt. niet voordat het wiel los van de grond Controleer of de auto stabiel op de krik staat.
Pagina 504
Wij adviseren u contact op te volgorde vast te draaien. Controleer nemen met een officiële HYUNDAI- elke wielmoer opnieuw totdat deze dealer voor hulp. goed vastzit. Na het verwisselen van...
Pagina 505
WAARSCHUWING Informatie Voorkom het defect raken van het Als de originele band en velg gerepareerd compacte reservewiel en verlies zijn en weer onder de auto gemonteerd van controle over de auto, waardoor zijn, moeten de wielmoeren met het juiste mogelijk een ongeval kan ontstaan: aanhaalmoment worden vastgedraaid.
Pagina 506
Noodsituaties Kriklabel OHYK065011 Het werkelijke label op de krik in de auto kan afwijken van de afbeelding. Meer informatie vindt u op het label op de krik. 1. Modelnaam 2. Maximaal toegestane belasting 3. Activeer de parkeerrem wanneer u de krik gebruikt. 4.
Pagina 507
EG-conformiteitsverklaring voor krik JACKDOC14S 8-21...
Pagina 508
We gebeuren dat het lek niet afdoende raden u aan de band te laten nakijken gedicht kan worden. door een officiële HYUNDAI-dealer. Een te lage bandenspanning heeft een negatieve invloed op de prestaties van de band.
Pagina 509
Onderdelen van de bandenreparatieset ODE067044 1. Snelheidsbeperkingslabel 2. Fles dichtmiddel en label met snelheidsbeperking 3. Vulslang van fles dichtmiddel naar band 4. Voedingskabel voor directe aansluiting op de 12 V-aansluiting van de auto 5. Houder voor de fles dichtmiddel 6. Compressor 7.
Pagina 510
Noodsituaties 1. Schud de fles afdichtingsmiddel (2). WAARSCHUWING Gebruik geen afdichtingsmiddel waarvan de houdbaarheidsdatum is verstreken (deze datum staat vermeld op de verpakking). Dit kan het risico op een defecte band vergroten. WAARSCHUWING Dichtmiddel Buiten bereik van kinderen houden. Contact met de ogen vermijden. OOSH079018L 2.
Pagina 511
OPMERKING OPGELET Ga niet met de auto rijden als de bandenspanning lager is dan 200 kpa (29 psi). Dit kan leiden tot een ongeval als gevolg van een plotseling defecte band. 8. Schakel de compressor uit. 9. Verwijder de vulslang van de fles dichtmiddel en het ventiel van de band.
Pagina 512
Noodsituaties OOSH079022L OOSH079023L 11. Stop, nadat u ongeveer 7 - 10 km (of Het dichtmiddel verdelen ongeveer 10 minuten) hebt gereden, 10. Rijd onmiddellijk ongeveer 7 - 10 km op een veilige plaats. (of ongeveer 10 minuten) met de auto, zodat het afdichtingsmiddel 12.
Pagina 513
1 tot en met 4. Het IMS kan mogelijk niet gebruikt worden bij bandbeschadigingen groter dan ongeveer 4 mm. We adviseren u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer als de band niet gerepareerd kan worden met de Tire Mobility Kit. 8-27...
Pagina 514
Noodsituaties OPMERKING De bandenspanning aanpassen Laat de compressor niet langer dan 10 minuten achter elkaar draaien, omdat deze anders oververhit en zo beschadigd kan raken. Informatie De drukmeter kan een hogere dan de werkelijke waarde aangeven wanneer de compressor draait. Voor een nauwkeurige aflezing van de bandenspanning moet de compressor worden uitgeschakeld.
Pagina 515
Spoel in het geval van oogcontact We raden u aan contact op te nemen met het afdichtingsmiddel uw ogen met de dichtstbijzijnde HYUNDAI- gedurende ten minste 15 minuten. dealer als de band niet kan worden Raadpleeg een arts als de irritatie gerepareerd met de Tire Mobility Kit.
Pagina 516
OOS067007L [A]: dolly's Laat de auto bij voorkeur wegslepen OOS067022 door een officiële door HYUNDAI Erkende Reparateur of een erkend bergingsbedrijf. Correcte hef- en sleepprocedures zijn noodzakelijk om schade aan de auto te voorkomen. Het gebruik van dolly's of een oprijwagen wordt aanbevolen.
Pagina 517
Afneembare trekhaak WAARSCHUWING Zet het contact in de stand LOCK/ OFF of ACC wanneer de auto gesleept wordt als de auto voorzien is van een koprolsensor. De zijairbags en gordijnairbags kunnen worden geactiveerd als de sensor de situatie interpreteert als over de kop slaan.
Pagina 518
We raden u aan contact op te nemen De bestuurders van beide auto's met een officiële HYUNDAI-dealer of een dienen goed met elkaar te deskundig bergingsbedrijf voor hulp. communiceren. Als dit niet mogelijk is, mag de auto...
Pagina 519
OPMERKING Versnel en vertraag langzaam en geleidelijk om de sleepkabel of ketting op spanning te houden en zo de auto te starten of te verplaatsen, anders kunnen de sleepogen en de auto worden beschadigd. OPMERKING Om schade aan uw auto en onderdelen ervan te voorkomen bij het slepen: OOSH079029L Gebruik een sleepkabel of ketting van...
Pagina 520
Noodsituaties Gevarendriehoek Uw auto is uitgerust met noodvoorzieningen om u te helpen in te Plaats de gevarendriehoek op de weg om grijpen bij noodsituaties. naderende voertuigen te waarschuwen in geval van nood, bijvoorbeeld wanneer Brandblusser de auto langs de weg is geparkeerd Als er een kleine brand is en u weet hoe vanwege problemen.
Pagina 521
De auto is uitgerust met een apparaat* dat verbonden is met het pan-Europese eCall- systeem voor noodoproepen naar hulpdiensten. Het pan-Europese eCall-systeem doet automatisch een noodoproep bij een verkeersongeval of andere** calamiteiten op de Europese wegen (alleen in landen met wetgeving voor dit systeem) Het systeem maakt het mogelijk om verbinding te maken met een hulpverlener van de publieke noodoproepcentrale (PSAP, Public Safety Answering Point) in geval van ongevallen in het verkeer in Europa (alleen in landen met wetgeving voor dit systeem).
Pagina 522
Noodsituaties Het pan-Europese eCall-apparaat in de gebruikershandleiding verwijst naar apparatuur die in de auto geïnstalleerd is en die verbinding kan maken met het pan-Europese eCall- systeem. ** "Andere calamiteiten" betekent elk ongeval op de Europese wegen (alleen in landen met wetgeving voor dit systeem) dat tot letsel bij mensen leidt/hulp noodzakelijk maakt.
Pagina 523
Informatie over (1) Richtlijn 95/46/EC van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober gegevensverwerking 1995 betreffende de bescherming van Elke verwerking van persoonsgegevens natuurlijke personen in verband met door het op de 112-dienst de verwerking van persoonsgegevens gebaseerde eCall-boordsysteem is in en betreffende het vrije verkeer van overeenstemming met de regels inzake die gegevens (OJ L 281, 23.11.1995, p.
Pagina 524
Noodsituaties Regelingen voor Modaliteiten voor uitoefening van gegevensverwerking de rechten van het gegevenssubject Het eCall-systeem voor noodnummer Het gegevenssubject (de 112 in het voertuig is zo ontworpen dat voertuigeigenaar) heeft recht op toegang de gegevens uit het geheugen van tot de gegevens en waar nodig op het systeem pas buiten het systeem rectificatie, verwijdering en blokkering beschikbaar zijn zodra er een eCall wordt...
Pagina 525
Pan-Europees eCall-systeem SOS-toets: Door het indrukken van de toets doet de Type A bestuurder/passagier een noodoproep naar de hulpcentrale. Led: Het rode en groene led-lampje branden gedurende 3 seconden wanneer het contact in stand ON wordt gezet. Daarna gaan ze uit wanneer het systeem normaal werkt.
Pagina 526
Noodsituaties Automatische ongevalsmelding Werking van het systeem bij Verbinding met publieke Noodhulpdiensten een verkeersongeval noodoproepcentrale (PSAP, Public Safety Answering Point) OOS080010L Het Pan-Europese eCall-apparaat doet automatisch een noodoproep naar de publieke noodoproepcentrale (PSAP, Public Safety Answering Point) om bij een verkeersongeval de juiste reddingsdiensten in te zetten.
Pagina 527
Handmatige ongevalsmelding OOS080010L De bestuurder of passagier kan handmatig een noodoproep doen naar de publieke noodoproepcentrale (PSAP, Public Safety Answering Point) door op de SOS-toets te drukken om de noodhulpdiensten te waarschuwen. Een oproep naar de noodhulpdiensten via het pan-Europese eCall-systeem kan worden geannuleerd door binnen 3 seconden nogmaals op de SOS-toets te drukken.
Pagina 528
We raden u aan het systeem door een officiële HYUNDAI-dealer te laten nakijken om het probleem te laten vaststellen. Anders hebt u niet de garantie dat het apparaat met het pan-Europese eCall- systeem in uw auto goed functioneert.
Pagina 529
9. Onderhoud Motorruimte ...................... 9-3 Onderhoudswerkzaamheden ................9-4 Verantwoordelijkheid van de eigenaar ..............9-4 Voorzorgsmaatregelen voor onderhoud uitgevoerd door eigenaar ......9-4 Door de eigenaar uit te voeren onderhoudswerkzaamheden ....... 9-5 Schema voor door de eigenaar uit te voeren onderhoudswerkzaamheden ...9-5 Uitleg over periodieke onderhoudspunten ............9-7 Motorolie ......................9-9 Controle van het motoroliepeil ..................
Pagina 530
Banden en wielen ................... 9-20 Onderhoud van de banden ..................9-20 Aanbevolen bandenspanning koud ................. 9-20 Bandenspanning controleren ..................9-21 Wielen verwisselen ....................9-22 Uitlijnen en balanceren van de wielen ..............9-23 Banden vervangen .....................9-23 Velgen vervangen .......................9-24 Grip ..........................9-24 Onderhoud van banden .....................9-24 Label op de wang van de band .................9-25 Banden met een kleine hoogte-/breedteverhouding ..........9-28 Zekeringen .......................
Pagina 531
MOTORRUIMTE De werkelijke motorruimte in de auto kan afwijken van de afbeelding. OOSH089001L 1. Vuldop motorolie 6. Remvloeistofreservoir 2. Peilstok motorolie 7. Luchtfilter 3. Dop motorkoelvloeistof 8. Ruitensproeiervloeistofreservoir 4. Motorkoelvloeistofreservoir 9. Zekeringkast 5. Omvormerkoelvloeistofreservoir...
Pagina 532
Dit officiële HYUNDAI-dealer. Een officiële hoofdstuk bevat alleen instructies voor HYUNDAI-dealer voldoet aan de hoge de onderhoudspunten die eenvoudig kwaliteitseisen van HYUNDAI en krijgt kunnen worden uitgevoerd. technische ondersteuning van HYUNDAI...
Pagina 533
DOOR DE EIGENAAR UIT TE VOEREN ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN We raden aan dat een officiële WAARSCHUWING HYUNDAI-dealer onderstaande controles Het uitvoeren van volgens het aangegeven interval uitvoert onderhoudswerkzaamheden aan om een veilige en betrouwbare werking een auto kan gevaarlijk zijn. Als u van de auto te garanderen.
Pagina 534
Onderhoud Tijdens het rijden: Ten minste maandelijks: Let op veranderingen in het Controleer het koelvloeistofpeil in het uitlaatgeluid en let erop dat u in het koelvloeistofreservoir. interieur geen uitlaatgassen ruikt. Controleer de werking van alle verlichting Controleer op trillingen in het van uw auto, inclusief de remlichten, stuurwiel.
Pagina 535
Als de auto onder zware correct wordt gemonteerd. omstandigheden wordt gebruikt, moet de olie vaker worden ververst en het filter Luchtfilter vaker worden vervangen. Een origineel HYUNDAI-luchtfilter wordt aanbevolen wanneer het filter wordt HSG (Hybrid Starter Generator)- vervangen. riem Bougies...
Pagina 536
Controleer de remklauwen op eventuele overmatige speling in het stuurwiel. Controleer de stuurstangen op vloeistoflekkage knikken of beschadigingen. Controleer Raadpleeg de HYUNDAI-website voor de stofhoezen en fuseekogel meer informatie over het controleren van op veroudering, scheurtjes of de slijtagelimiet van de remblokken of beschadigingen.
Pagina 537
OCN7080082L We adviseren u de motorolie te laten verversen en het filter te laten vervangen door een officiële HYUNDAI-dealer overeenkomstig het onderhoudsschema. OOSH089003L 7. Als het peil zich bij of op de L bevindt, moet u olie bijvullen tot de F.
Pagina 538
Als veelvuldig bijvullen noodzakelijk is, adviseren we u naar een Controleer de vorstbescherming en het officiële HYUNDAI-dealer te gaan om het koelvloeistofpeil ten minste één keer per koelsysteem te laten controleren. jaar, aan het begin van het winterseizoen...
Pagina 539
Schakel de auto uit en wacht tot de WAARSCHUWING motor is afgekoeld. Wees uiterst Zorg ervoor dat de koelvloeistofdop voorzichtig bij het verwijderen van de na het bijvullen van koelvloeistof goed dop van de motorkoelvloeistof en/of wordt vastgedraaid. Anders kan de de dop van de omvormerkoelvloeistof.
Pagina 540
Koelvloeistof verversen De motor van uw auto heeft We adviseren u de koelvloeistof te aluminium onderdelen. Gebruik laten verversen door een officiële daarom een ethyleenglycol HYUNDAI-dealer overeenkomstig het koelvloeistof op basis van fosfaat onderhoudsschema. ter voorkoming van corrosie en bevriezing. WAARSCHUWING Gebruik geen koelvloeistof op ethanol- of methanol-basis;...
Pagina 541
Controle van de riem van de Hybrid Starter & Generator (HSG) We adviseren u de riem van de Hybrid Starter & Generator (HSG) te laten controleren of vervangen door een officiële HYUNDAI-dealer overeenkomstig het onderhoudsschema. LET OP Wanneer de HSG-riem versleten of OOSH089011L beschadigd is, vervang dan de riem.
Pagina 542
Onderhoud RUITENSPROEIERVLOEISTOF Ruitensproeiervloeistofpeil WAARSCHUWING controleren Let op dat er geen remvloeistof in contact komt met uw ogen. Als remvloeistof in contact komt met uw ogen, spoel uw ogen dan gedurende ten minste 15 minuten met schoon water en raadpleeg onmiddellijk een arts.
Pagina 543
Gebruik originele HYUNDAI- onderdelen of een gelijkwaardig onderdeel dat gespecificeerd is voor uw voertuig. Als u onderdelen gebruikt van een andere kwaliteit kan dit de luchtstroomsensor beschadigen.
Pagina 544
Onderhoud INTERIEURLUCHTFILTER Controle filter Het interieurluchtfilter moet worden vervangen volgens het onderhoudsschema. Als de auto gedurende lange tijd in steden met ernstige luchtvervuiling of op ruige, stoffige wegen wordt gebruikt, moet het filter vaker worden gecontroleerd en eerder worden vervangen. Vervang het interieurluchtfilter door de onderstaande procedure te volgen en zorg ervoor dat u OOSH089017L...
Pagina 545
RUITENWISSERBLADEN Controle bladen Informatie Verontreiniging van de voorruit of de Ruitenwisserbladen zijn ruitenwisserbladen door bepaalde verbruiksartikelen. Normale slijtage van substanties kan het effect van de de ruitenwissers valt doorgaans niet onder ruitenwissers verminderen. de garantie van uw auto. Veelvoorkomende bronnen van verontreiniging zijn insecten, boomsap Vervangen van bladen en hot wax-behandelingen bij diverse...
Pagina 546
Onderhoud Voorruitwisserblad vervangen Type A OOSH089021L 3. Til het ruitenwisserblad van de arm. 4. Plaats het ruitenwisserblad in de OOSH089019L omgekeerde volgorde van het 1. Breng de ruitenwisserarm omhoog verwijderen. en draai het ruitenwisserblad 5. Plaats de ruitenwisserarm terug op de een stuk om bij de kunststof voorruit.
Pagina 547
5. Draai het ruitenwisserblad terug zodat het in lijn ligt met de ruitenwisserarm. We adviseren u de ruitenwisserbladen te laten vervangen door een officiële HYUNDAI-dealer om schade aan de ruitenwisserarmen en andere onderdelen te voorkomen. 9-19...
Pagina 548
Onderhoud BANDEN EN WIELEN Onderhoud van de banden WAARSCHUWING Voor uw veiligheid, een maximale Door een defecte band kunt u de levensduur van de banden en een zo controle over de auto verliezen en een laag mogelijk brandstofverbruik, dient ongeval veroorzaken. Om de kans op u de banden steeds op de aanbevolen ERNSTIG LETSEL te beperken, moeten spanning te houden en dient u...
Pagina 549
Schroef de ventieldopjes terug op de HYUNDAI-dealer. bandventielen. Zonder het ventieldopje Een te hoge bandenspanning kan er vuil of vocht in het ventiel komen, heeft een negatieve invloed op wat kan leiden tot luchtlekkage.
Pagina 550
Wielen verwisselen Informatie Om de banden zo gelijkmatig mogelijk De buiten- en binnenkant van een te laten slijten adviseert HYUNDAI de asymmetrische band is duidelijk wielen iedere 12.000 km of eerder, indien waarneembaar. Wanneer u een het slijtagepatroon daartoe aanleiding asymmetrische band installeert, moet u geeft, te verwisselen.
Pagina 551
Slijtage-indicator Banden worden in de loop van de tijd slechter, zelfs als ze niet worden gebruikt. Ongeacht het resterende loopvlak adviseert HYUNDAI de banden te vervangen wanneer ze zes (6) jaar zijn gebruikt. Warmte veroorzaakt door warme klimaten of veelvuldig hoge belastingen kan het verouderingsproces versnellen.
Pagina 552
Onderhoud Band compact reservewiel Velgen vervangen vervangen (indien van toepassing) Als u om de een of andere reden De levensduur van een reserveband is de velgen wilt vervangen, dient u korter dan die van een conventionele erop te letten dat de nieuwe velgen band.
Pagina 553
Label op de wang van de band Voorbeeld aanduiding bandenmaat: (Deze maat dient slechts ter illustratie; de Deze informatie bestaat uit de bandenmaat van uw auto is afhankelijk basiseigenschappen van de van de uitvoering.) band en het identificatienummer voor veiligheidscertificatie. Het 205/60R16 92H identificatienummer kan worden gebruikt om de band te identificeren bij...
Pagina 554
Onderhoud 4. Samenstelling en materiaal Snelheidsclassificatie banden koordlagen Onderstaande tabel geeft een overzicht van de meest gebruikelijke Het aantal lagen van rubber-bekleed snelheidsclassificaties voor weefsel in de band. Bandenfabrikanten banden voor personenwagens. De moeten ook de materialen in de band snelheidsclassificatie is onderdeel van de aangeven, waaronder staal, nylon, bandenmaataanduiding op de wang van...
Pagina 555
Slijtage-index WAARSCHUWING De slijtage-index classificatie is een De kwaliteit van de tractie voor deze vergelijkbare kwalificatie gebaseerd op band is gebaseerd op tractietests de slijtagegraad van de band tijdens waarbij niet onder een hoek wordt het testen onder gecontroleerde geremd. Bij de kwaliteit is geen omstandigheden op een officieel rekening gehouden met de acceleratie, erkende testbaan.
Pagina 556
Of u kunt De hoogte-/breedteverhouding is contact opnemen met een officiële lager dan 50 bij banden met een kleine HYUNDAI-dealer. hoogte-/breedteverhouding. Controleer de staat en de spanning Aangezien banden met een kleine van de banden elke 3.000 km om hoogte-/breedteverhouding zijn schade aan de banden te voorkomen.
Pagina 557
Normaal Doorgebrand Als de vervangende zekering ook doorbrandt, duidt dit op een elektrische storing. Gebruik het betrokken systeem niet. We adviseren u onmiddellijk contact op te nemen met een officiële HYUNDAI- dealer. Normaal Doorgebrand OLF074075 9-29...
Pagina 558
Onderhoud Vervangen zekering dashboard Informatie Er worden drie soorten zekeringen gebruikt: een plat type voor lagere stroomsterktes en een cartridge type en multizekeringen voor hogere stroomsterktes. WAARSCHUWING Vervang een zekering ALLEEN door een zekering met dezelfde stroomsterkte. Een zekering met een hogere waarde OOSH089027L kan schade en mogelijk brand 1.
Pagina 559
7. Plaats een nieuwe zekering met dezelfde stroomsterkte en controleer of de zekering goed vastzit. Bij loszitten adviseren we u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI- dealer. Als u geen reservezekering hebt, kunt u in een noodgeval een zekering van een...
Pagina 560
5. Plaats een nieuwe zekering met dezelfde stroomsterkte en controleer of de zekering goed vastzit. Bij loszitten adviseren we u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI- dealer. 9-32...
Pagina 561
Zekering-/relaiskast Informatie Zekeringkast in het dashboard Niet alle beschrijvingen van de zekeringkasten in deze handleiding zijn mogelijk van toepassing op uw auto; de informatie is correct op het moment van drukken. Raadpleeg het label van de zekeringkast wanneer u de zekeringkast van uw auto controleert.
Pagina 562
Onderhoud Zekeringkast in het dashboard Stroomsterkte Symbool Beschermd circuit Naam zekering zekering Zelfdimmende binnenspiegel, hoofd-unit audio-, video- en navigatiesysteem, audiosysteem, indicator selectiehendel transmissie, aircomodule, 10 A Module 5 MODULE achterstoelverwarmingsmodule, consoleschakelaar links/rechts, motor koplampverstelsysteem links/ rechts, voorstoelventilatiemodule, voorstoelverwarmingsmodule, AMP Lane Departure Warning-eenheid, crashpad-schakelaar, EPB- schakelaar, BMS-module, Active 10 A...
Pagina 563
Zekeringkast in het dashboard Stroomsterkte Symbool Beschermd circuit Naam zekering zekering E/R-verdeelblok, draadloze oplader, BCM, USB-oplaadconnector, Smart Key-module, audiosysteem, 10 A hoofdunit audio-, video- en Module 2 MODULE navigatiesysteem, schakelaar elektrisch verstelbare buitenspiegels, AMP, BMS-module Startblokkeringsmodule, Smart Key- 7,5 A Button Start 3 module, BMS-module Draadloze oplader,...
Pagina 564
Onderhoud Zekeringkast in het dashboard Stroomsterkte Symbool Beschermd circuit Naam zekering zekering Relais ruitbediening (links), hoofdschakelaar ruitbediening, schakelaar ruitbediening passagier (rechtse besturing), schakelaar Power Window 25 A ruitbediening achter (links), Left-hand module veiligheidsruitbediening bestuurder (linkse besturing), schakelaar ruitbediening passagier (rechtse besturing) Startblokkeringsmodule, Smart Key- 7,5 A Button Start 2...
Pagina 565
Zekeringkast in het dashboard Stroomsterkte Symbool Beschermd circuit Naam zekering zekering Ruitenwissermotor, PCB-blok 10 A Wiper Front 2 (relais voorruitwisser (laag)) 7,5 A BCM, Smart Key-module Module 6 MODULE Voorstoelverwarmingsmodule, 25 A Seat Heater Front voorstoelventilatiemodule Elektrisch verstelbare buitenspiegel bestuurderszijde, elektrisch 10 A Heated Mirror verstelbare buitenspiegel...
Pagina 566
Onderhoud Zekeringkast motorruimte Informatie Niet alle beschrijvingen van de zekeringkasten in deze handleiding zijn mogelijk van toepassing op uw auto; de informatie is correct op het moment van drukken. Raadpleeg het label van de zekeringkast wanneer u de zekeringkast van uw auto controleert. OOSH089035L Aan de binnenzijde van het deksel van de zekering-/relaiskast vindt u een label met...
Pagina 567
Zekeringkast motorruimte Stroomsterkte Naam Symbool Beschermd circuit zekering zekering DC-DC-laagspanningsconverter, E/R- 150 A MAIN verdeelblok 60 A PCB-blok 60 A IGPM 60 A IGPM 50 A IGPM 60 A Verdeelblok motorruimte 40 A Verdeelblok motorruimte 40 A Verdeelblok motorruimte Multi Fuse Zonder Smart Key: contactschakelaar met 40 A Smart Key: E/R-verdeelblok...
Pagina 568
Onderhoud Zekeringkast motorruimte Stroomsterkte Naam Symbool Beschermd circuit zekering zekering 15 A 10 A HPCU 10 A Elektrische waterpomp (HEV) 40 A IGPM 40 A 40 A 10 A Verdeelblok motorruimte Fuse POWER 40 A Verdeelblok motorruimte OUTLET Audiosysteem, achterlichtunit (IN) links/rechts, B/UP 10 A LAMP...
Pagina 569
Zekeringkast motorruimte Stroomsterkte Naam Symbool Beschermd circuit zekering zekering 15 A Lambdasensor (voor), lambdasensor (achter) 20 A Bobine #1~#4 COIL 10 A 15 A 15 A HPCU, koppelingsactuator (HEV) DCT-selectiehendel, TCM, 15 A transmissiestandschakelaar Brandstofpomprelais, nokkenaspositiesensor #1 (inlaat), nokkenaspositiesensor #2 (uitlaat), 10 A Fuse olieregelklep #1 (inlaat), olieregelklep #2...
Pagina 570
Onderhoud GLOEILAMPEN We bevelen aan dat u een officiële Informatie HYUNDAI-dealer raadpleegt voor het vervangen van de meeste lampen van Het glas van de koplampen en de auto. Het is moeilijk om lampen van achterlichten kan bevroren lijken als de auto te vervangen, omdat andere...
Pagina 571
Lamp koplamp, parkeerlicht, Informatie richtingaanwijzer en De koplamp moet na een ongeval of na het dagrijverlichting vervangen opnieuw monteren worden afgesteld. Type A Informatie Wisselen tussen links- en rechtsrijdend verkeer (Europa) De lichtverdeling van het dimlicht is asymmetrisch. Als u naar een land gaat waar aan de andere kant van de weg wordt gereden, zal dit asymmetrische deel tegenliggers verblinden.
Pagina 572
Onderhoud WAARSCHUWING OOS090054L Koplamp 1. Open de motorkap. OLMB073042L 2. Neem de minkabel van de accu los. Behandel halogeenlampen 3. Verwijder de afdekkap van de voorzichtig. Halogeenlampen gloeilamp (1) door de kap linksom te bevatten gas onder druk, zodat er draaien.
Pagina 573
7. Sluit de stekker van de gloeilamp aan. (5) Mistlampen voor (indien van toepassing) 8. Plaats de afdekkap door de kap rechtsom te draaien. Dagrijverlichting en parkeerlicht We adviseren u, als de ledverlichting niet werkt, de auto te laten nakijken door een officiële Hyundai-dealer. 9-45...
Pagina 574
Onderhoud Dagrijverlichting, parkeerlicht, WAARSCHUWING richtingaanwijzer en koplamp We adviseren u, als de ledverlichting niet werkt, de auto te laten nakijken door een officiële Hyundai-dealer. Mistlampen voor (indien van toepassing) OLMB073042L Behandel halogeenlampen voorzichtig. Halogeenlampen bevatten gas onder druk, zodat er...
Pagina 575
Afstellen koplampen en 4. Controleer of de accu voldoende geladen is, schakel de koplampen in mistlampen voor (Europa) en stel de koplampen zo af dat het Koplampen afstellen helderste gedeelte van de lichtbundel op de horizontale en verticale lijnen Gloeilamp valt.
Pagina 576
Onderhoud Richtpunt Halogeenlamp Led-lamp OOS070048L/OOS070049L H1: hoogte tussen hart gloeilamp en grond (dimlicht) H2: hoogte tussen hart gloeilamp en grond (grootlicht) H3: hoogte tussen hart gloeilamp en grond W1: afstand tussen het hart van beide gloeilampen (dimlicht) W2: afstand tussen het hart van beide gloeilampen (grootlicht) W3: afstand tussen het hart van beide gloeilampen Conditie auto Type lamp...
Pagina 577
Dimlicht (auto’s met linkse besturing) Gebaseerd op een scherm van 10 meter Auto-as Verticale lijn van het hart van de gloeilamp van de linker koplamp Verticale lijn van het hart van de gloeilamp van de rechter koplamp Horizontale lijn van het hart van de gloeilamp van de koplamp Begrenzingslijn (Dimlicht)
Pagina 578
Onderhoud Dimlicht (auto’s met rechtse besturing) Gebaseerd op een scherm van 10 meter Auto-as Verticale lijn van het hart van de gloeilamp van de linker koplamp Verticale lijn van het hart van de gloeilamp van de rechter koplamp Horizontale lijn van het hart van de gloeilamp van de koplamp Begrenzingslijn (Dimlicht)
Pagina 579
Mistlamp vóór Gebaseerd op een scherm van 10 meter OOS077065L (1) Verticale lijn van het hart van de gloeilamp van de linker mistlamp (2) Horizontale lijn van het hart van de gloeilamp van de mistlamp (3) Begrenzingslijn (4) Auto-as (5) W3 (mistlamp vóór) (6) Verticale lijn van het hart van de gloeilamp van de rechter mistlamp (7) H3 (mistlamp vóór) (8) Massa...
Pagina 580
Lamp richtingaanwijzer opzij Type B (LED) vervangen OOS090018K OOS077039 Als de gloeilamp niet werkt, adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële Hyundai-dealer. Lamp achterlichtunit vervangen Type A (standaard) OOS090057L (1) Remlicht/achterlicht (2) Achterlicht (Type A), Remlicht/achterlicht (Type B)
Pagina 581
OOS077066L OOS077068L 4. Verwijder de achterlichtunit uit de Remlicht/achterlicht carrosserie. 1. Zet de motor uit. 5. Verwijder de fitting uit de lichtunit 2. Open de achterklep. door deze linksom te draaien tot de 3. Draai de bevestigingsschroeven nokjes van de fitting in lijn liggen met van de lichtunit los met een de uitsparingen van de lichtunit.
Pagina 582
Hyundai-dealer. Richtingaanwijzer / achteruitrijlicht / mistachterlicht We adviseren u de auto te laten controleren door een officiële Hyundai- dealer als deze lichten niet werken. OOS077069L Gloeilamp derde remlicht Achterlicht (Type A) vervangen 1.
Pagina 583
Vervangen van de gloeilamp van Gloeilamp interieurverlichting de kentekenplaatverlichting vervangen Leeslampje, interieurverlichting, make-up spiegelverlichting en bagageruimteverlichting Leeslampje Type A OOSH089058L 1. Draai de bevestigingsschroeven van de lens los met een kruiskopschroevendraaier. OOSH089059L 2. Verwijder de lens. Type B 3. Verwijder de fitting door deze linksom te draaien.
Pagina 584
Onderhoud Interieurverlichting Bagageruimteverlichting Type A OOSH089061L OOS077048 Type B 1. Wrik de lens met een platte schroevendraaier voorzichtig los uit het huis van de interieurverlichting. 2. Trek de lamp recht naar buiten. 3. Plaats een nieuwe lamp in de fitting. 4.
Pagina 585
ONDERHOUD EXTERIEUR Exterieur, onderhoud Wassen met een hogedrukreiniger Houd bij het gebruik van een Onderhoud exterieur - Algemeen hogedrukreiniger voldoende afstand tot de auto. Het is zeer belangrijk om de Wanneer u onvoldoende afstand aanwijzingen op het label te houdt of de druk te hoog is, kunnen volgen wanneer u chemische onderdelen beschadigd raken of kan reinigingsmiddelen of poetsmiddelen...
Pagina 586
Onderhoud AANWIJZING In de was zetten Een goede waslaag vormt een barrière tussen uw lakwerk en vuil van buitenaf. Het bijhouden van een goede waslaag helpt uw auto te beschermen. Zet de auto in de was wanneer het water niet langer druppels op de lak vormt. Was en droog de auto altijd voordat u de was gaat aanbrengen.
Pagina 587
HYUNDAI- WAARSCHUWING dealer. Wees erg voorzichtig, het is niet eenvoudig om dezelfde kwaliteit te Test na het wassen de remmen van behalen met een herstel.
Pagina 588
HYUNDAI auto's van de hoogste kwaliteit. Dat Hoge temperaturen versnellen ook is echter niet genoeg. Om ervoor te...
Pagina 589
Houd uw garage vochtvrij Voorkomen van roest Houd uw auto schoon Parkeer uw auto niet in een vochtige, slecht geventileerde garage. Dit is de De beste manier om roest tegen te gaan perfecte omgeving voor roestvorming. is uw auto schoon te houden en vrij van Dit geldt met name als u uw auto in de agressieve stoffen.
Pagina 590
Onderhoud AANWIJZING Lederen bekleding (indien van toepassing) Kenmerken van stoelleder Zorg ervoor dat water en andere vloeistoffen nooit in contact komen - Leer wordt gemaakt van de met elektrische/elektronische buitenhuid van een dier, dat een componenten in de auto omdat ze speciale behandeling ondergaat dan beschadigd kunnen raken.
Pagina 591
Leren stoelen verzorgen - Dranken (koffie, frisdrank enz.) - Stofzuig de stoel regelmatig Breng een kleine hoeveelheid om stof en zand van de stoel te neutraal schoonmaakmiddel aan en verwijderen. Hierdoor wordt slijtage veeg de vervuilde plek af totdat er en beschadiging van het leer geen vlekken meer zichtbaar zijn.
Pagina 592
Om de goede werking van de terechtkomen. emissieregelsystemen te waarborgen, raden we u aan uw auto door een Reservoir officiële HYUNDAI-dealer te laten controleren en onderhouden volgens het De brandstofdampen die vrijkomen in onderhoudsschema. de brandstoftank worden geabsorbeerd en opgeslagen in een reservoir. Als de...
Pagina 593
3. Emissieregelsysteem Voorzorgsmaatregelen katalysator (indien van toepassing) Het emissieregelsysteem is een uiterst effectief systeem dat de uitstoot van schadelijke stoffen tot een minimum WAARSCHUWING beperkt zonder dat dit ten koste gaat van Het uitlaatsysteem en de katalysator de prestaties. zijn zeer heet wanneer de motor draait Als de motor afslaat of niet wil en onmiddellijk daarna.
Pagina 594
HYUNDAI-dealer. wordt voldaan, adviseren we u het GPF- systeem te laten controleren door een Vermijd rijden met een extreem laag officiële HYUNDAI-dealer. brandstofniveau. Als het GPF-controlelampje gedurende Het leegrijden van de tank kan langere tijd knippert, kan het GPF-...
Pagina 595
PROCEDURE VOOR STARTEN VAN DE GEFORCEERDE ACTIVERINGSMODUS VAN DE MOTOR Als de motor moet blijven draaien terwijl 2. Het lampje ' ' in het de auto stilstaat om de emissiewaarden instrumentenpaneel knippert wanneer van de uitlaatgassen te controleren of de geforceerde activeringsmodus om onderhoud aan de auto uit te voeren, van de motor actief is.
Pagina 597
Index Aanvullend veiligheidssysteem ................3-39 Aanvullende voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de veiligheid .... 3-57 Hoe werkt het airbagsysteem? ................ 3-47 Onderhoud aanvullend veiligheidssysteem ............. 3-56 Waarom werd de airbag bij een aanrijding niet geactiveerd? ......3-51 Waarschuwingslabel airbag ................3-57 Waar zitten de airbags? ................... 3-42 Wat gebeurt er als een airbag geactiveerd wordt? ...........
Pagina 598
Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem ..........5-59 Automatische modus temperatuurregelsysteem ..........5-60 Handmatige modus temperatuurregelsysteem ..........5-61 Onderhoud van het systeem ................5-69 Werking systeem ..................... 5-67 Banden en wielen ....................9-20 Aanbevolen bandenspanning koud ..............9-20 Banden met een kleine hoogte-/breedteverhouding ........9-28 Bandenspanning controleren ................
Pagina 599
Index Belastingsindex en snelheidsindex banden ............2-12 Blind-Spot Collision-Avoidance Assist (BCA - hulp bij het vermijden van een blindehoekbotsing) ....................7-43 Storingen en beperkingen van het systeem ............. 7-52 Systeemconfiguratie ..................7-45 Werking systeem ..................... 7-47 Blind-Spot Collision Warning (BCW; botsingswaarschuwing blinde hoek) ..7-34 Storingen en beperkingen van het systeem .............
Pagina 601
Index Gloeilampen ......................9-42 Afstellen koplampen en mistlampen voor............9-47 Gloeilamp derde remlicht vervangen .............. 9-54 Gloeilamp interieurverlichting vervangen ............9-55 Lamp achterlichtunit vervangen ..............9-52 Lamp koplamp, parkeerlicht, richtingaanwijzer en dagrijverlichting vervangen ......................9-43 Lamp richtingaanwijzer opzij vervangen ............9-52 Mistlampen voor .....................
Pagina 602
Label aircocompressor ..................2-16 Lane Keeping Assist (LKA, rijvakassistentie).............7-28 Storingen en beperkingen van het systeem ............. 7-32 Systeemconfiguratie ..................7-28 Werking systeem ..................... 7-30 Lcd-display ......................4-29 Bediening lcd-display..................4-29 Instellingen lcd-display ................... 4-30 Lekke band (met reservewiel) ................8-15 EG-conformiteitsverklaring voor krik............. 8-21 Krik en gereedschap ..................
Pagina 603
Index Draadloze telefoonoplader ................5-81 Hoedenplank ....................5-86 Jassenhaak ....................... 5-84 Klok ......................... 5-83 Opbergvak bagageruimte ................5-86 USB-lader ......................5-80 Zonneklep ......................5-79 Overzicht exterieur (I) ...................2-2 HEV (Hybride elektrisch voertuig) systeem ............1-8 High Beam Assist ....................5-53 Functie-instelling..................... 5-53 Storingen en beperkingen van het systeem .............
Pagina 604
Mediaspeler......................5-103 De iPod-modus gebruiken ................5-106 De mediaspeler gebruiken ................5-103 De USB-modus gebruiken ................5-103 Motorkoelvloeistof/omvormerkoelvloeistof ............9-10 Koelvloeistofpeil controleren ................9-10 Koelvloeistof verversen .................. 9-12 Motorolie .......................9-9 Controle van het motoroliepeil................9-9 Motorolie verversen en filter vervangen ............9-9 Motorruimte ......................9-3 Motorruimte ......................2-8 Navigation-Based Smart Cruise Control (NSCC) ..........7-95...
Pagina 605
Index Pan-Europees eCall ....................5-121 Pan-Europees eCall-systeem ................8-35 Informatie over gegevensverwerking .............. 8-37 Pan-Europees eCall-systeem ................8-39 Procedure voor starten van de geforceerde activeringsmodus van de motor ..9-67 Radio ........................5-100 Beschikbare radiozenders scannen ..............5-101 De radio aanzetten ..................5-100 De radiomodus wijzigen ................5-101 Naar opgeslagen radiozenders luisteren ............
Pagina 606
Remvloeistof ......................9-13 Remvloeistofpeil controleren ................9-13 Riem Hybrid Starter & Generator (HSG) ............9-13 Controle van de riem van de Hybrid Starter & Generator (HSG) ....9-13 Rijden in de winter....................6-44 Sneeuw en ijs....................6-44 Voorzorgsmaatregelen voor rijden in de winter ..........6-46 Rijden met de hybrideauto ..................1-9 De auto starten....................
Pagina 607
Index Safe Exit Warning (SEW) ..................7-56 Storingen en beperkingen van het systeem ............. 7-59 Systeemconfiguratie ..................7-57 Werking systeem ..................... 7-58 Schakelaar van de alarmknipperlichten ..............8-3 SCHUIFDAK ......................5-31 Kantelen van het schuifdak ................5-33 Resetten van het schuif- /kanteldak..............5-34 Schuif-/kanteldak open-/dichtschuiven ............
Pagina 609
Index Voertuigcertificatielabel ..................2-15 Voertuiggewicht ....................6-56 Overbeladen ....................6-56 Voertuiggewicht en inhoud bagageruimte ............2-12 Voertuigidentificatienummer (VIN) ..............2-15 Vóór het rijden .......................6-4 Voor het instappen ..................... 6-4 Vóór het starten ....................6-4 Voorzorgsmaatregelen voor hybridesysteem ............1-20 Als de hybrideauto stopt met werken .............. 1-25 In geval van een ongeval .................