Pagina 2
Onderhoud Technische gegevens De specificaties en de beschrijvingen in dit instructieboekje waren correct bij het ter perse gaan. HYUNDAI streeft echter naar een voortdurende verbetering van zijn producten en behoudt zich het recht voor op elk moment wijzigingen in de specificaties en uitrusting aan te brengen.
Pagina 3
HYUNDAI Uw HYUNDAI mag op geen enkele wijze worden aangepast. Door aanpassingen kunnen de prestaties en de veiligheid van uw HYUNDAI verslechteren en kan de levensduur worden verkort. Daarnaast kan dit gevolgen hebben voor de garantie van de auto. Sommige aanpassingen kunnen ook in strijd zijn met de regelgeving van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat en/of andere overheidsorganen in uw land.
Pagina 4
WAARSCHUWING M.B.T. VEILIGHEID EN SCHADE AAN DE AUTO In dit instructieboekje vindt u informatie onder de koppen GEVAAR, WAARSCHUWING, OPMERKING en OPMERKING. Hiermee wordt het volgende bedoeld: GEVAAR GEVAAR geeft een gevaarlijke situatie aan die, indien niet vermeden, de dood of ernstig letsel tot gevolg zal hebben.
Pagina 6
Inhoudsopgave Voorwoord Voertuiginformatie Veiligheidssysteem Instrumentenpaneel Handige functies Rijden met uw auto Bestuurdershulp Noodsituaties Onderhoud Index...
Pagina 7
OPGELET Het gebruik van brandstoffen en smeermiddelen van lage kwaliteit die niet voldoen aan de specificaties van HYUNDAI, kan leiden tot ernstige schade aan de motor en overbrenging. Gebruik altijd brandstoffen en smeermiddelen van hoge kwaliteit, die voldoen aan de specificaties op pagina 2-20 in het gedeelte 'Voertuigspecificaties' van het instructieboekje.
Pagina 8
GEBRUIK VAN DIT INSTRUCTIEBOEKJE Wij willen u helpen om zoveel mogelijk rijplezier te hebben van uw auto. Dit instructieboekje biedt veel informatie. Wij raden u ten zeerste aan het complete instructieboekje door te lezen. Om risico's op overlijden of lichamelijk letsel te minimaliseren, is het verplicht om de WAARSCHUWING en OPGELET in het instructieboekje te lezen.
Pagina 9
Voeg nooit reinigingsadditieven voor het brandstofsysteem toe aan het brandstofsysteem (Overleg eerst met een officiële HYUNDAI-dealer). WAARSCHUWING Vul de tank niet verder nadat het vulpistool automatisch is afgeslagen bij het tanken.
Pagina 10
Benzine die alcohol en methanol bevat In sommige landen is naast benzine ook ethanolbrandstof verkrijgbaar. Dit is een mengsel van benzine en ethanol of methanol. Gebruik geen ethanolbrandstof met meer dan 10 % ethanol en gebruik geen benzine of ethanolbrandstof die methanol bevat. Door het gebruik van deze brandstoffen kunnen rijproblemen en schade aan het brandstofsysteem, de motorregeling en het emissieregelsysteem ontstaan.
Pagina 11
Voorwoord Gebruik van MTBE HYUNDAI raadt u aan het gebruik van brandstoffen met een MTBE-gehalte (Methyl- tert-butylether) van hoger dan 15,0 volumeprocent (Zuurstofgehalte 2,7 massaprocent) in uw auto te vermijden. Brandstoffen met een MTBE-gehalte van hoger dan 15,0 volumeprocent (Zuurstofgehalte 2,7 massaprocent) kunnen de prestaties van de auto nadelig beïnvloeden en dampvorming of moeilijk starten tot gevolg hebben.
Pagina 12
Dieselmotor Dieselbrandstof Gebruik voor de dieselmotor alleen commercieel verkrijgbare dieselbrandstof die voldoet aan de EN 590-norm of gelijkwaardig. (EN betekent: Europese Norm.) Gebruik geen scheepsdiesel, lichte stookoliën of niet-goedgekeurde brandstofadditieven, aangezien deze kunnen leiden tot overmatige slijtage en schade kunnen veroorzaken aan de motor en het brandstofsysteem.
Pagina 13
Sommige alarmsignalen (inclusief het welkom/dag geluid, een virtueel motorgeluid, Road Active Noise Control enz.) worden door buitenversterkers gegenereerd. Indien nodig raden we u aan om HYUNDAI-onderdelen te kopen om een externe versterker te vervangen. Niet toegelaten producten kunnen een storing veroorzaken in de...
Pagina 14
Trek de eerste 2.000 km geen aanhangwagen met uw auto. HYUNDAI stimuleert een milieuvriendelijke afvoer van auto's aan het einde van hun levensduur en biedt aan uw auto in te nemen in overeenstemming met de richtlijnen van de Europese Unie (EU) voor voertuigen aan het einde van hun levensduur.
Pagina 16
2. Voertuiginformatie Overzicht exterieur (I) ..................2-2 Overzicht exterieur (II) ..................2-4 Overzicht interieur .................... 2-6 Overzicht dashboard (I) ..................2-8 Overzicht dashboard (II) ...................2-11 Motorruimte ..................... 2-12 Afmetingen ....................... 2-14 Motor ........................ 2-14 Wattage lamp ....................2-15 Banden en wielen .................... 2-16 Belastingsindex en snelheidsindex banden (voor Europa) ......
Pagina 17
Voertuiginformatie Vooraanzicht De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. ONX4E011007L 1. Motorkap ..........5-40 5. Panoramadak ........5-35 2. Koplamp ..........9-58 6. Voorruitenwisserbladen ....... 9-25 3. Banden en wielen ......... 9-33 7. Ruiten ............. 5-31 4. Buitenspiegels ........5-28 8.
Pagina 18
Vooraanzicht N Line De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. ONX4EN011003L 1. Motorkap ..........5-40 5. Panoramadak ........5-35 2. Koplamp ..........9-58 6. Voorruitenwisserbladen ....... 9-25 3. Banden en wielen ......... 9-33 7. Ruiten ............. 5-31 4. Buitenspiegels ........5-28 8.
Pagina 19
Voertuiginformatie Achteraanzicht De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. ONX4E010002 1. Deur ............5-15 5. Derde remlicht ........9-67 2. Tankdopklep........... 5-51 6. Achterruitenwisserbladen ....9-25 3. Achterlichtunit ........9-63 7. Antenne ..........5-118 4. Achterklep ..........5-41 8. Achteruitrijcamera ....... 7-124...
Pagina 20
Achteraanzicht N Line De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. ONX4EN011002L 1. Deur ............5-15 5. Derde remlicht ........9-67 2. Tankdopklep........... 5-51 6. Achterruitenwisserbladen ....9-25 3. Achterlichtunit ........9-63 7. Antenne ..........5-118 4. Achterklep ..........5-41 8. Achteruitrijcamera ....... 7-124...
Pagina 21
Voertuiginformatie OVERZICHT INTERIEUR Type A De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. ONX4E010003 1. Portiergreep binnen ......5-17 8. Knop elektronische achterklep .... 5-45 2. Schakelaars ruitbediening ....5-31 9. Toets ESC OFF........6-59 3. Blokkeertoets ruitbediening ....5-33 10.
Pagina 22
Type B De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. ONX4E010023 1. Portiergreep binnen ......5-17 8. Knop elektronische achterklep .... 5-45 2. Schakelaars ruitbediening ....5-31 9. Toets ESC OFF........6-59 3. Blokkeertoets ruitbediening ....5-33 10. Stuurwiel ..........5-24 4.
Pagina 23
Voertuiginformatie Type A De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. ONX4E010004 1. Instrumentenpaneel ....... 4-4 10. DBC toets ..........6-65 2. Bestuurdersairbag ......... 3-51 11. Toets parkeerveiligheid ....... 7-160 3. Toets Engine Start/Stop ......6-10 12. Toets Parking/View (Parkeren/Zicht) ......7-125, 7-130 4.
Pagina 24
De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. ONX4E010004 18. Toets ISG 22. 12 V-aansluiting ........5-109 (Intelligent Stop & Go-systeem) ..6-78 23. USB-lader ..........5-110 19. Voorpassagiersairbag ......3-51 24. Draadloos oplaadsysteem ....5-110 20. Dashboardkastje ........5-105 25. Verwarmings- en 21.
Pagina 25
Voertuiginformatie Type B De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. ONX4E011006L 1. Instrumentenpaneel .........4-4 14. EPB (Electronic Parking Brake - Elektronische parkeerrem) schakelaar .. 6-49 2. Bestuurdersairbag ........3-51 15. Auto Hold-schakelaar ......6-53 3. Toets Engine Start/Stop ......6-10 16.
Pagina 26
De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. ONX4E010005 1. Bediening verlichting ......5-54 6. Bediening LCD-display ......4-33 2. Bedieningshendel ruitenwissers en 7. Toets Lane Driving Assist (Hulp -sproeier ..........5-67 met rijden op de rijstrook) ..7-33, 7-114 3.
Pagina 27
Voertuiginformatie MOTORRUIMTE Smartstream G1.6 T-GDi / Smartstream G1.6 T-GDi (48V) MHEV Smartstream G2.0 De werkelijke motorruimte in de auto kan afwijken van de afbeelding. ONX4090001/ONX4E090003 1. Expansievat motorkoelvloeistof ... 9-17 6. Ruitenwisservloeistofreservoir .... 9-22 2. Remvloeistofreservoir/ 7. Zekeringkast ..........9-50 Koppelingsvloeistofreservoir* ..... 9-20 8.
Pagina 28
Smartstream G2.5 GDi Smartstream D1.6 / Smartstream D1.6 (48V) MHEV De werkelijke motorruimte in de auto kan afwijken van de afbeelding. ONX4E090004/ONX4E091002L 1. Expansievat motorkoelvloeistof ... 9-17 6. Ruitenwisservloeistofreservoir .... 9-22 2. Remvloeistofreservoir/ 7. Zekeringkast ..........9-50 Koppelingsvloeistofreservoir* ..... 9-20 8. Accu ............9-29 3.
Pagina 29
Voertuiginformatie Onderwerpen Totale lengte 4.500 Totale lengte 4.510 (Voor N Line) Totale breedte 1.865 Totale hoogte 1.650 Voor Achter 17’’ : 1.630 17’’ : 1.637 Spoorbreedte 18’’ : 1.615 18’’ : 1.622 19’’ : 1.615 19’’ : 1.622 Voor Achter Spoorbreedte (Voor N Line) 19’’...
Pagina 30
WATTAGE LAMP Gloeilamp Gloeilamp Wattage Hoog Koplamp Laag Type A Lamp dagrijverlichting (DRL) / stadslicht Richtingaanwijzer PY21W Hoog Voor Koplamp Laag SBL* Type B/C Lamp dagrijverlichting (DRL) / stadslicht Richtingaanwijzer Richtingaanwijzer (buitenspiegel) Achterlicht P21/5W 5/21 Type A Achterlicht/remlicht P21/5W 5/21 Achterlicht Type B/C Achterlicht/remlicht...
Pagina 31
Voertuiginformatie BANDEN EN WIELEN Bandenspanning Aanhaal- kPa (psi) Onderwer- Banden- moment Velgmaat Normale Maximumbe- maat wielbout belasting lasting kgf·m (N·m) Voor Achter Voor Achter 215/65 R17 7,0J X 17 Standaard- 235/55 R18 7,5J X 18 band 235/50 R19 7,5J X 19 (35) (35) (40)
Pagina 32
Gewicht van volume Classificatie R-1234yf R1234yf Voor 550 ± 25 (voor Europa) Koudemiddel R-134a (uitgezonderd R134a Voor 600 ± 25 Europa) Compressorolie Voor 100 ± 10 Voor meer informatie adviseren we u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI- dealer. 2-17...
Pagina 34
Voor Europa Maximaal toelaatbaar Onderwerpen voertuiggewicht [kg] 2.105 EURO 6D 2.135 Smartstream D1.6 EURO 5 2.115 EURO 6D 2.195 EURO 5 2.175 2.140 Smartstream D1.6 (48V) MHEV 2.200 2.050 2.130 Smartstream G1.6 T-GDi 2.100 2.170 2.065 Smartstream G1.6 T-GDi 2.100 (48V) MHEV 2.170 2.030...
Pagina 35
Voertuiginformatie AANBEVOLEN SMEERMIDDELEN EN HOEVEELHEDEN Gebruik voor een optimale werking en een lange levensduur van motor en aandrijflijn uitsluitend smeermiddelen van de juiste kwaliteit. Het gebruik van de juiste smeermiddelen helpt ook het motorrendement te verhogen, wat een gunstiger brandstofverbruik oplevert. Deze smeermiddelen en vloeistoffen worden aanbevolen voor gebruik in uw auto.
Pagina 36
MICHANG ATF SP-IV, Smartstream G2.0 Automati- SK ATF SP-IV, sche-trans- Benzinemo- NOCA ATF SP-IV, missievloei- Smartstream G2.5 GDi HYUNDAI echte ATF stof SP-IV Smartstream G2.0 API GL-4, SAE 70W - SK : HK SYN MTF Smartstream Versnellings- D1.6 - H.K.SHELL : SPIRAX...
Pagina 37
Voertuiginformatie Smeermiddel Hoeveelheid Classificatie Smartstream G2.0 Algemeen Smartstream G1.6 T-GDi Voor het Midden- Oosten/Europa Mix van antivries Smartstream G1.6 T-GDi (48V) en water (op MHEV (LOW (Laag)) Koelvloeistof ethyleenglycolbasis Smartstream G1.6 T-GDi (48V) voor een aluminium MHEV (HIGH (Hoog)) radiateur) Smartstream G2.5 GDi Smartstream D1.6 (LOW (Laag)) Smartstream D1.6 (HIGH (Hoog))
Pagina 38
Aanbevolen SAE-viscositeitsindex OPGELET Reinig altijd het gebied rond een vulplug, aftapplug of peilstaaf alvorens een smeermiddel te controleren of af te tappen. Dit is in het bijzonder van belang in stoffige of zanderige omgevingen en wanneer het voertuig op onverharde wegen wordt gebruikt.
Pagina 39
Voertuiginformatie Houd bij de keuze van een olie rekening met de te verwachten buitentemperaturen tot aan de volgende olieverversing. Kies dan aan de hand van de tabel de aanbevolen olieviscositeit. Temperatuurbereik SAE-viscositeitsindex °C Temperatuur (°F) Voor het Midden- 5W-30 5W-30 Oosten Smartstream G2.5 GDi *...
Pagina 40
Chassisnummer ONX4010022 Op het voertuigcertificatielabel op de middenstijl aan bestuurderszijde (of voorpassagierszijde) staat het voertuig- ONX4EH0100290 identificatienummer (VIN). Het voertuigidentificatienummer (VIN) is het nummer dat gebruikt wordt bij de registratie van uw auto en bij alle zaken BANDENSPANNINGSLABEL die te maken hebben met eigendom, enz.
Pagina 41
Voertuiginformatie MOTORNUMMER LABEL AIRCOCOMPRESSOR Smartstream G1.6 T-GDi / Smartstream G1.6 T-GDi (48V) MHEV ONX4EH010021 OHI088008L Smartstream G2.0 Een label voor de aircocompressor geeft u informatie over het type compressor waarmee uw auto is uitgerust, zoals model, onderdeelnummer leverancier, productienummer, koudemiddel (1) en smeermiddel (2).
Pagina 42
1995/5/EG. Meer informatie, waaronder de conformiteitsverklaring van de fabrikant, kunt u vinden op deze website van HYUNDAI; http://service.hyundai-motor.com OTM048456L A. Brandstof : Diesel B. Markeringen voor diesel met FAME (vetzuurmethylester)
Pagina 44
3. Veiligheidssysteem Belangrijke veiligheidsvoorzorgsmaatregelen ..........3-2 Doe uw veiligheidsgordel altijd om ................3-2 Gebruik voor alle kinderen de juiste veiligheidssystemen ........3-2 Gevaren airbag ......................3-2 Afleiding van de bestuurder ..................3-2 Pas uw snelheid aan .....................3-3 Houd uw auto in een veilige conditie .................3-3 Stoelen .......................
Pagina 45
Veiligheidssysteem BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORZORGSMAATREGELEN In dit hoofdstuk en deze handleiding Afleiding van de bestuurder vindt u veel veiligheidsmaatregelen en Afleiding van de bestuurder vormt een adviezen. De veiligheidsmaatregelen in ernstig en potentieel dodelijk gevaar, dit hoofdstuk zijn de belangrijkste. vooral voor onervaren bestuurders. Veiligheid moet de eerste zorg zijn achter Doe uw veiligheidsgordel altijd het stuur.
Pagina 46
Pas uw snelheid aan Te hoge snelheid is een belangrijke factor bij letselongevallen en doden. Over het algemeen geldt dat hoe hoger de snelheid, hoe groter het risico, maar bij lagere snelheden kan ernstig letsel ontstaan. Rijd nooit sneller dan veilig is voor de huidige omstandigheden, ongeacht de toegestane maximumsnelheid.
Pagina 47
Veiligheidssysteem STOELEN Handgeschakelde transmissie Voeding De gegeven informatie kan verschillen afhankelijk van welke functies van toepassing zijn op uw auto. ONX4E030001 Voorstoelen Achterstoelen (1) Voorwaartse/achterwaartse richting (10) Rugleuningverstelling en neerklappen rugleuning (2) Rugleuningverstelling (11) Hoofdsteun (3) Zittinghoek* (12) Armsteun* (4) Stoelhoogte (13) Stoelverwarming* (5) Lendensteun (Bestuurdersstoel)* (6) Stoelverwarming*...
Pagina 48
Veiligheidsvoorzorgsmaatregelen Plaats NIETS OF NIEMAND tussen u en de airbag. Het afstellen van de stoelen zodat u in Laat, om de kans op beenletsel een veilige, comfortabele positie zit, tot een minimum te beperken, de speelt een belangrijke rol bij de veiligheid voorpassagier zijn voeten of benen van bestuurder en passagiers, samen nooit op het dashboard zetten.
Pagina 49
Veiligheidssysteem Voorstoelen Zorg ervoor dat de stoel na de aanpassing op zijn plaats is De voorstoel kan worden afgesteld vergrendeld. Zo niet, kan de stoel met de bedieningsschakelaars aan de onverwachts bewegen met als buitenzijde van de zitting. Stel voordat u gevolg een ongeluk.
Pagina 50
Handmatige aanpassing ONX4E030074 Rugleuningverstelling ONX4E030073 Rugleuning achterover kantelen: Verstellen in voorwaartse en achterwaartse richting 1. Roll the seatback knob rearward. Om de stoel naar voren of naar achteren 2. Leun voorzichtig achterover en zet de te bewegen: rugleuning in de gewenste positie. 1.
Pagina 51
Veiligheidssysteem WAARSCHUWING Rijd NOOIT met een naar achteren geklapte rugleuning. Als de rugleuning te ver achterover staat, neemt de kans op letsel bij een aanrijding of een noodstop aanzienlijk toe. Bestuurder en passagiers moeten ALTIJD goed in hun stoel zitten, de gordel op de juiste manier dragen en de rugleuning zo ver mogelijk rechtop ONX4E030075...
Pagina 52
Elektrische verstelling (indien van toepassing) WAARSCHUWING Laat kinderen NOOIT zonder toezicht in de auto achter. De elektrisch verstelbare stoelen kunnen worden gebruikt als de auto is uitgeschakeld. OPMERKING ONX4030008 Om beschadiging van de stoelen te Zitting kantelen (1, indien van toepassing) voorkomen: Om de hoogte van de voorzijde van de Laat de schakelaar los zodra de stoel...
Pagina 53
Veiligheidssysteem De veiligheidsgordel moet strak over Rugleuninghoogte aanpassen uw heupen en borst lopen voor een maximale effectiviteit. Als de rugleuning achterover gekanteld is, kan de schoudergordel zijn beschermende functie niet correct uitvoeren omdat deze niet strak over uw borst loopt. In plaats daarvan hangt deze voor u.
Pagina 54
Lendensteun (bestuurdersstoel, Walk-in-schakelaar indien van toepassing) (indien van toepassing) ONX4030009 OTM030042 Om de lendensteun te verstellen: De passagier op de achterbank kan de schakelaars gebruiken om de 1. Druk op de voorzijde (1) van de voorpassagiersstoel te regelen. schakelaar voor meer steun en op de achterzijde (2) voor minder steun.
Pagina 55
Veiligheidssysteem Opbergvak in rugleuning Achterstoelen Opklappen van de achterbank De rugleuning achter kan worden opgeklapt om het vervoer van langere voorwerpen mogelijk te maken of de bagageruimte te vergroten. WAARSCHUWING Laat passagiers nooit op de neergeklapte rugleuning zitten terwijl de auto rijdt. Dit is geen goede zitpositie en er zijn geen ONX4030018 veiligheidsgordels beschikbaar.
Pagina 56
ONX4E030084 ONX4E030064 Neerklappen van de rugleuning achter: 1. Zet de rugleuning zoveel mogelijk rechtop en schuif indien nodig de voorste stoel naar voren. 2. Laat de achterste hoofdsteunen zakken naar de laagste stand door de ontgrendelingsknop (1) in te drukken en vast te houden en de hoofdsteun (2) naar beneden te duwen.
Pagina 57
Veiligheidssysteem WAARSCHUWING Wanneer u de rugleuning van de achterbank van de neergeklapte naar de normale positie terugplaatst, houdt u de rugleuning vast en zet u deze langzaam terug. Zorg ervoor dat de rugleuning volledig rechtop zit door op de bovenkant van de rugleuning te drukken.
Pagina 58
WAARSCHUWING WAARSCHUWING Wanneer u de rugleuning van de Zet de motor uit, zet de automatische/ achterbank van de neergeklapte naar Double clutch-transmissie in stand de normale positie terugplaatst, houdt N (Neutraal) of de handgeschakelde u de rugleuning vast en zet u deze transmissie/intelligente langzaam terug.
Pagina 59
Veiligheidssysteem Rugleuning op afstand Armsteun neerklappen/uitklappen (indien van toepassing) ONX4E030081 De armsteun bevindt zich midden op de achterbank. Trek de armsteun omlaag uit ONX4E030094 de rugleuning om te gebruiken. Druk op de neerklapschakelaar van de achterstoelen (1) die zich aan beide ROA-systeem kanten van de bagageruimte bevindt.
Pagina 60
Hoofdsteun WAARSCHUWING De voorstoelen en de achterbank van de auto hebben verstelbare hoofdsteunen. De hoofdsteunen bieden comfort voor passagiers, maar wat nog belangrijker is, ze zijn ontworpen om passagiers te beschermen tegen whiplash en ander nek- en rugletsel tijdens een ongeval, vooral bij een aanrijding van achteren.
Pagina 61
Veiligheidssysteem OPMERKING Hoofdsteunen voorstoelen ONX4E030035 OHI038136 De bestuurdersstoel en de Wanneer u de rugleuning naar voren voorpassagiersstoel zijn voorzien van een klapt terwijl de hoofdsteun en zitting verstelbare hoofdsteun voor de veiligheid niet zijn ingeklapt, raakt de hoofdsteun en het comfort. mogelijk de zonneklep of andere onderdelen van de auto.
Pagina 62
Type A Type A ONX4E030077 ONX4E030078 Type B Type B ONX4030013 ONX4030015 Plaatsen van de hoofdsteun: Verwijderen/plaatsen Hoofdsteun verwijderen: 1. Zet de rugleuning rechtop. 1. Zet de rugleuning (2) rechtop met 2. Stop de pennen van de hoofdsteun de knop of de schakelaar voor de (2) in de gaten terwijl u de rugleuningverstelling (1).
Pagina 63
Veiligheidssysteem Hoofdsteunen achterstoelen ONX4030016 Verwijderen/aanbrengen ONX4E030061 Hoofdsteun verwijderen: Elke achterstoel is voor de veiligheid en het comfort van de passagier voorzien 1. Breng de hoofdsteun zo ver mogelijk van een hoofdsteun. omhoog. 2. Druk de ontgrendelknop voor de hoofdsteun (1) in terwijl u de hoofdsteun naar boven (2) trekt.
Pagina 64
OPMERKING Stoelverwarming (indien van toepassing) Om beschadiging van de stoelverwarming en stoelen te Met de stoelverwarming kunnen de voorkomen: stoelen bij lage buitentemperaturen worden verwarmd. Gebruik voor het reinigen van de stoelen geen oplosmiddel, Laat de stoelverwarming UIT in warm zoals thinner, benzeen, alcohol of weer of onder omstandigheden waar de wasbenzine.
Pagina 65
Veiligheidssysteem - Achterstoelen Achterstoelen UIT HOOG ( ) LAAG ( 30 MIN Als de HOGE temperatuur opnieuw handmatig geselecteerd wordt, wordt de temperatuur automatisch gecontroleerd. Wanneer de schakelaar gedurende ten minste 1,5 seconde wordt ingedrukt terwijl de stoelverwarming in werking ONX4030026 is, wordt de stoelverwarming De stoelverwarming kan worden...
Pagina 66
Als de stoelventilatie niet werkt, start u de auto opnieuw. Als er niets verandert, adviseren wij u de auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. ONX4E030067 Het stoelventilatiesysteem zorgt voor het koelen van de stoelen door lucht te blazen door kleine uitstroomopeningen in het oppervlak van de zittingen en de rugleuningen.
Pagina 67
Veiligheidssysteem Iedere keer als u de toets indrukt, ROA-systeem verandert de luchtstroom als volgt: (Achterbank-passagier-alarm) (indien van toepassing) HOOG ( Het ROA-systeem (achterbank- passagier-alarm) wordt voorzien om te LAAG ( MIDDEN ( helpen voorkomen dat de bestuurder het Door bij ingeschakeld voertuig verlaat en de achterpassagier in stoelventilatiesysteem langer dan het voertuig achterblijft.
Pagina 68
Het 2e alarm wordt alleen geactiveerd Als het voertuig op afstand wordt na een eerdere activering van het 1e gestart (indien voorzien van starten op alarm. afstand) wordt beweging in de auto niet meer gedetecteerd. Voorzorgsmaatregelen voor het systeem WAARSCHUWING Zorg ervoor dat alle ruiten zijn Zelfs als uw voertuig is uitgerust met gesloten.
Pagina 69
Veiligheidssysteem VEILIGHEIDSGORDELS Dit hoofdstuk beschrijft het juiste gebruik Draag nooit breekbare voorwerpen van de veiligheidsgordels. Het beschrijft in uw kleding onder de ook enkele dingen die u niet moet doen veiligheidsgordel. Bij een noodstop terwijl u de veiligheidsgordel draagt. of botsing kan de veiligheidsgordel deze voorwerpen beschadigen.
Pagina 70
Waarschuwingslampje Waarschuwingslampje voorpassagiersgordel veiligheidsgordel Waarschuwingslampje Als herinnering voor de voorpassagier brandt telkens als het contact bestuurdersgordel in stand ON wordt gezet het Instrumentenpaneel waarschuwingslampje van de voorpassagiersgordel gedurende ongeveer 6 seconden, ongeacht of de gordel is vastgemaakt. Als u begint te rijden zonder dat de veiligheidsgordel is vastgemaakt of als u de veiligheidsgordel losmaakt wanneer u minder dan 20 km/h rijdt of stopt, gaat...
Pagina 71
Veiligheidssysteem Waarschuwingslampje Als u blijft rijden zonder dat de veiligheidsgordel is vastgemaakt of veiligheidsgordel achterpassagier als u de veiligheidsgordel losmaakt (indien van toepassing) wanneer u 20 km/h of meer rijdt, zal de waarschuwingszoemer van de veiligheidsgordel ongeveer 35 seconden lang klinken en zal het bijbehorende waarschuwingslampje knipperen.
Pagina 72
Veiligheidsgordels Voor de stoel midden achter Als herinnering voor de achterpassagier Driepuntsgordel brandt telkens als het contact in stand ON wordt gezet het waarschuwingslampje van de veiligheidsgordels gedurende 6 seconden, ongeacht of de gordels zijn vastgemaakt. Als de veiligheidsgordel niet is vastgemaakt terwijl het contact in stand ON wordt gezet, zal het waarschuwingslampje voor de...
Pagina 73
Veiligheidssysteem OPMERKING Hoogteverstelling U kunt de hoogte van het Als de veiligheidsgordel niet soepel gordelomkeerpunt in één van de uit de oprolautomaat kan worden vier verschillende posities zetten getrokken, trek dan krachtig aan de voor maximaal comfort en maximale veiligheidsgordel en laat hem dan veiligheid.
Pagina 74
OHI038142 ONX4E030085 2. Steek de gesp (A) in de opening van Losnemen van de veiligheidsgordel: de gordelsluiting (A') totdat een klik Druk op de ontgrendelknop (1) in het hoorbaar is. De klik geeft aan dat gordelslot. de gordel goed vergrendeld is. Zorg De gordel wordt automatisch in de ervoor dat de gordel niet is verdraaid.
Pagina 75
Veiligheidssysteem OTLE035028 OTL035031 4. Trek aan de gesp (B) en steek hem in De veiligheidsgordel losmaken: van de gordelsluiting (B') totdat een 1. Druk op de ontgrendelknop op de klik hoorbaar is. De klik geeft aan dat gordelsluiting (B') en verwijder de de gordel goed vergrendeld is.
Pagina 76
Gordelspanner veiligheidsgordel OTLE035032 4. Steek, om de middelste gordel achter OJX1039118 te laten oprollen, de gesp in de [1] : Oprolmechanisme voorgespannen gordel opening (A') van de gordelsluiting. Voorstoel en buitenste achterstoel Trek de gordel omhoog en laat deze (indien van toepassing) automatisch oprollen.
Pagina 77
(4) Oprolmechanisme voorgespannen gordel achteraan (indien van toepassing) OPGELET Het gordelspannersysteem kan beschadigd raken door carrosseriereparaties aan de voorzijde van de auto. Daarom raden we u aan om deze reparaties door een officiële HYUNDAI-dealer te laten uitvoeren. 3-34...
Pagina 78
NAUW over uw heupen en om de gordelspanners en/of de SRS- bekken sluit, onder het ronde gedeelte regelmodule zo snel mogelijk door van de buik. een officiële HYUNDAI-dealer te laten controleren. WAARSCHUWING Informatie Om de kans op ernstig letsel voor het...
Pagina 79
Veiligheidssysteem Grotere kinderen WAARSCHUWING Kinderen jonger dan 13 jaar die te groot Zet een baby of kind ALTIJD op de zijn voor een stoelverhoger moeten altijd juiste wijze vast in een kinderzitje plaatsnemen op de achterbank en de dat geschikt is voor de lengte en het aanwezige driepuntsgordel gebruiken.
Pagina 80
We adviseren u contact op aanzienlijk toe. te nemen met een officiële HYUNDAI- Bestuurder en passagiers moeten dealer. ALTIJD goed in hun stoel zitten, de gordel op de juiste manier dragen en de rugleuning zo ver mogelijk rechtop zetten.
Pagina 81
Laat de HYUNDAI-dealer na een ongeval het kinderzitje, de Regels met betrekking tot de limieten veiligheidsgordels, de ISOFIX- voor leeftijd en lengte/gewicht...
Pagina 82
Kiezen van een kinderzitje Doe bij het kiezen van een kinderzitje altijd het volgende: Controleer of het kinderzitje is voorzien van een label waarop staat dat het desbetreffende zitje wettelijk goedgekeurd is. Een kinderzitje mag alleen worden gebruikt als het is goedgekeurd conform de norm ECE-R44 of ECE-R129.
Pagina 83
Veiligheidssysteem Zittingverhogingen Een stoelverhoger is een kinderzitje dat de loop van de veiligheidsgordel van de auto verbetert. Een stoelverhoger plaatst het kind zo dat de veiligheidsgordel correct over de sterkere delen van het lichaam van het kind loopt. Houd uw kinderen in stoelverhogers tot ze groot genoeg zijn om goed in de veiligheidsgordel te passen.
Pagina 84
Plaatsen van een kinderzitje Zorg dat het kinderzitje stevig bevestigd is. Beweeg het kinderzitje naar voren en naar achteren en van WAARSCHUWING links naar rechts om te controleren of het stevig is bevestigd. Een kinderzitje Doe altijd het volgende voordat u een dat met een veiligheidsgordel wordt kinderzitje installeert: bevestigd, moet zo stevig mogelijk...
Pagina 85
Veiligheidssysteem Geschiktheid van elke stoelpositie voor kinderzitjes met gordel & ISOFIX- kinderzitjes (CRS) overeenkomstig de VN-voorschriften. (Informatie voor gebruik door voertuigbezitters en fabrikanten van kinderzitjes) Ja : Geschikt voor plaatsing van de aangeduide categorie kinderzitjes Nee : Niet geschikt voor plaatsing van de aangeduide categorie kinderzitjes “-”...
Pagina 86
Stoelnummer Positie in het voertuig Positie Voor, linker zitplaats Voor, middelste zitplaats Voor, rechter zitplaats 2e zitrij, linker zitplaats 2e zitrij, middelste zitplaats 2e zitrij, rechter zitplaats ONX4E030063 Wanneer de hoofdsteun een juiste plaatsing van het kinderzitje verhindert, verstel of verwijder dan de hoofdsteun van de stoel.
Pagina 87
Veiligheidssysteem ISOFIX-bevestiging en bevestigingsband (ISOFIX-systeem) voor kinderen Het ISOFIX-systeem houdt een kinderzitje vast tijdens het rijden en bij een ongeval. Dit systeem is ontworpen om bevestiging van het kinderzitje gemakkelijker te maken en de kans op het onjuist bevestigen van het kinderzitje te reduceren.
Pagina 88
Vastzetten van een kinderzitje met het ISOFIX-systeem Om een i-Size of ISOFIX-compatibel kinderzitje in een van de buitenste zitposities achteraan en de buitenste zitposities van de passagiersstoel vooraan te installeren (indien van toepassing): 1. Plaats de veiligheidsgordelsluiting uit de buurt van de ISOFIX-bevestigingen. 2.
Pagina 89
Hierdoor kan het bevestigingspunt loskomen of breken. We raden u aan om het ISOFIX- systeem na een ongeval te laten nakijken door uw HYUNDAI-dealer. Een ongeval kan het ISOFIX- systeem beschadigen waardoor het kinderzitje niet meer correct kan worden bevestigd.
Pagina 90
WAARSCHUWING Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het aansluiten van de bevestigingsband: Lees alle aanwijzingen van de fabrikant van het kinderzitje met betrekking tot het plaatsen en volg deze aanwijzingen op. Bevestig NOOIT meer dan een kinderzitje aan een enkel ISOFIX-Top ONX4030034 Tether-bevestigingspunt.
Pagina 91
Veiligheidssysteem Kinderzitje met een driepuntsgordel Informatie bevestigen Plaats de ontgrendelknop zo dat deze in Als het ISOFIX-bevestigingssysteem niet geval van nood gemakkelijk bereikbaar is. wordt gebruikt, moet een kinderzitje altijd met het heupgedeelte van een driepuntsgordel worden vastgezet op een achterstoel. OHI038183L 3.
Pagina 92
AANVULLEND VEILIGHEIDSSYSTEEM Het werkelijk aantal airbags in de auto kan afwijken van de afbeelding. ONX4E030054 1. Bestuurdersairbag 5. Centrale airbag vooraan* 2. Voorpassagiersairbag 6. ON/OFF-schakelaar voorste passagiersairbag* 3. Zijairbag* 4. Curtain airbag* * : Indien van toepassing 3-49...
Pagina 93
Veiligheidssysteem Dit voertuig is voorzien van een airbagsysteem voor de bestuurdersstoel en de voorpassagiersstoel. De frontairbags zijn ontworpen om de driepuntsveiligheidsgordels aan te vullen. De veiligheidsgordels moeten tijdens het rijden altijd worden gedragen, willen deze airbags bescherming bieden. U kunt ernstig letsel oplopen of overlijden bij een ongeval als u de veiligheidsgordel niet draagt.
Pagina 94
Waar zitten de airbags? WAARSCHUWING Frontairbags bestuurder en Om de kans op ernstig letsel door voorpassagier een zich opblazende airbag voor te beperken, moeten de volgende Bestuurdersairbag voorzorgsmaatregelen getroffen worden: Alle inzittenden moeten altijd hun veiligheidsgordel dragen: de gordel houdt de inzittende zo goed mogelijk op zijn plaats.
Pagina 95
Veiligheidssysteem OTM038095L ONX4E030069 Uitschakelen van de ON/OFF-schakelaar airbag voorpassagier (indien van toepassing) voorpassagiersairbag: Het doel van de schakelaar is om de Steek de sleutel of een vergelijkbaar frontairbag van de voorpassagier uit stevig voorwerp in de ON/OFF- te schakelen als passagiers worden schakelaar voorpassagiersairbag en vervoerd die een verhoogd risico lopen draai deze naar de OFF-stand.
Pagina 96
OFF-schakelaar voor de binnenzijde van de rugleuning van voorpassagiersairbag en het de bestuurdersstoel. Het doel van de airbagsysteem zo spoedig mogelijk airbag is om extra bescherming te controleren door een officiële bieden bovenop de bescherming die de HYUNDAI-dealer. veiligheidsgordels bieden. 3-53...
Pagina 97
Stoot niet tegen de portieren als de Engine start/stopknop in de On of START stand staat omdat de zijairbags hierdoor kunnen opblazen. Als de stoel of de stoelbekleding beschadigd zijn, adviseren we u het systeem te laten repareren door een officiële HYUNDAI-dealer. 3-54...
Pagina 98
Gordijnairbag Voor voertuigen die zijn uitgerust met een rollover sensor kan de zijdelingse (indien van toepassing) en/of gordijnairbag en de voorspanners aan beide kanten van de auto beginnen werken als er een (mogelijke) rollover wordt gedetecteerd. De curtain airbags zijn niet ontworpen om bij alle aanrijdingen van opzij of situaties waarbij de auto over de kop kan slaan opgeblazen te worden.
Pagina 99
ON staat, om te bepalen door een officiële HYUNDAI-dealer of een aanrijding zwaar genoeg is om te laten controleren als een van deze de airbags of de gordelspanners te omstandigheden zich voordoet.
Pagina 100
Tijdens een gematigde tot ernstige Naast het opblazen tijdens een frontale botsing detecteren sensoren ernstige aanrijding van opzij worden de snelle vertraging van de auto. Als de bij auto's met een roll-over-sensor vertraging hoog genoeg is, activeert de zijairbags en/of de curtain airbags de regeleenheid de frontairbags op het opgeblazen als deze sensor het over juiste moment en met de benodigde...
Pagina 101
Veiligheidssysteem Airbag bestuurder (1) Airbag bestuurder (3) ODN8039077L ODN8039079L Als de SRSCM oordeelt dat de kracht Voorpassagiersairbag waaraan de voorzijde van de auto wordt blootgesteld een bepaalde drempelwaarde overschrijdt, activeert hij automatisch de airbags vóór. Airbag bestuurder (2) ODN8039080L Nadat de airbag geheel gevuld is, begint hij direct weer leeg te lopen, waardoor de bestuurder weer zicht naar voren krijgt en hij de auto weer kan besturen of...
Pagina 102
Was de huid die hiermee in aanraking is gekomen altijd af met koud water en een milde zeepoplossing. Wij adviseren om geactiveerde airbags beslist te laten vervangen bij een officiële HYUNDAI-dealer. Airbags zijn ontworpen voor eenmalig gebruik. 3-59...
Pagina 103
Duw de Engine Start/Stopknop in de OFF of ACC stand en wacht 3 minuten als de auto wordt weggesleept om onbedoeld opblazen van de airbag te voorkomen. Laat alle reparaties aan airbags door een officiële HYUNDAI-dealer uitvoeren. 3-60...
Pagina 105
Veiligheidssysteem Voorwaarden voor activeren airbags Zijairbags en gordijnairbags De airbags opzij (zijairbags en gordijnairbags) worden geactiveerd bij een aanrijding van opzij, waarbij rekening wordt gehouden met de kracht van de botsing. Hoewel de frontairbags voor bestuurder en voorpassagier zijn ontworpen om te worden opgeblazen bij frontale botsingen, kunnen ze ook worden opgeblazen bij andere soorten botsingen...
Pagina 106
Voorwaarden voor niet-activeren van de airbags ONX4030049 De airbags voor worden bij zijdelingse aanrijdingen soms niet geactiveerd. ONX4E030047 De inzittenden bewegen altijd in de Bij bepaalde aanrijdingen met richting van de aanrijding, waardoor het lage snelheden worden de airbags activeren van de airbags voor geen extra niet geactiveerd.
Pagina 107
Veiligheidssysteem Informatie Auto's met een rollover sensor De zijdelingse airbags en de gordijnairbags kunnen worden geactiveerd als de auto over de kop slaat, wanneer dit door de roll-over- sensor wordt gedetecteerd. Auto's zonder rollover-sensor Als de auto is uitgerust met zij- en gordijnairbags, worden deze mogelijk ONX4E030051 geactiveerd wanneer de auto over de...
Pagina 108
HYUNDAI-dealer te laten controleren. systeem aan en wijzig niets aan de We adviseren alle werkzaamheden aan carrosseriestructuur.
Pagina 109
Veiligheidssysteem Aanvullende Waarschuwingslabel airbag voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de veiligheid Passagiers mogen tijdens het rijden niet uit de stoel stappen of van stoel wisselen. Een passagier die tijdens een botsing of noodstop geen veiligheidsgordel draagt, kan tegen de binnenkant van het voertuig of tegen andere inzittenden worden gegooid, of uit het voertuig worden geslingerd.
Pagina 111
Waarschuwingslampje te hoge snelheid ...............4-20 Waarschuwingslampje vierwielaandrijving (4WD) LOCK ........4-21 Controlelampje LOCK vierwielaandrijving (4WD) ...........4-21 Waarschuwingslampje LED-koplampen ..............4-21 Controlelampje Electronic Stability Control (ESC) ..........4-22 Controlelampje Electronic Stability Control (voertuigstabiliteitsregeling) (ESC) OFF ..............4-22 Controlelampje startblokkeersysteem (zonder Smart Key) ........4-22 Controlelampje startblokkeersysteem (met Smart Key) ........4-22 Controlelampje voorgloeien (dieselmotor) ............4-23 Controlelampje Downhill Brake Control (DBC) .............4-23 Controlelampje AUTO STOP ..................4-24...
Pagina 112
4. Instrumentenpaneel Controlelampje zonnedak open ................4-28 Lage bandenspanning .....................4-28 Lichten ........................4-29 Ruitenwissers ......................4-29 Verwarmd stuur uit ....................4-30 Schakel de FUSE SWITCH in .................. 4-30 Laag sproeivloeistof niveau ................... 4-30 Beperkt brandstofniv....................4-30 De motor is oververhit .................... 4-30 Controleer koplamp ....................
Pagina 113
Instrumentenpaneel INSTRUMENTENPANEEL 4,2-inch 10,25-inch Het werkelijke instrumentenpaneel kan afwijken van de afbeelding. Zie 'Meters en tellers' in dit hoofdstuk voor meer informatie. ONX4040001/ONX4040002 1. Toerenteller 4. Brandstofmeter 2. Snelheidsmeter 5. Waarschuwings- en controlelampjes 3. Koelvloeistoftemperatuurmeter 6. LCD-display...
Pagina 114
Verlichting instrumentenpaneel Meters en tellers Dashboardverlichting Snelheidsmeter 4,2-inch km/h OCN7040019L ONX4040003 U kunt de helderheid van de verlichting van het instrumentenpaneel aanpassen km/h, MPH MPH, km/h in de Gebruikersinstellingenmodus op het LCD-display als de ontstekingsschakelaar op Aan staat (verlichting’)). Als de parkeerlichten of koplampen van de auto branden, worden ook de sterkte van de binnenverlichting en de sfeerlampjes aangepast.
Pagina 115
Instrumentenpaneel Toerenteller Koelvloeistoftemperatuurmeter 4,2-inch 4,2-inch Benzinemotor Dieselmotor Type A Type B ONX4040004 ONX4040005 ONX4040007 ONX4E040007 10,25-inch 10,25-inch Benzinemotor Dieselmotor Type A Type B OCN7040007 ONX4040006 OTM040010 OTM040010L De toerenteller geeft bij benadering het Wanneer het contact in stand aantal omwentelingen per minuut (omw/ ON staat, geeft deze meter de min) weer.
Pagina 116
WAARSCHUWING Informatie Verwijder de dop van het motor- De inhoud van de brandstoftank staat en inverterkoelvloeistofreservoir in hoofdstuk 2. niet wanneer de motor heet is. De De brandstofmeter is motorkoelvloeistof staat onder daarnaast uitgerust met een druk en kan ernstige brandwonden waarschuwingslampje laag veroorzaken.
Pagina 117
Instrumentenpaneel Buitentemperatuurmeter Kilometerteller 4,2-inch 10,25-inch 4,2-inch 10,25-inch OTM040015 OTM040013 OTM040017 OTM040019 Deze meter geeft de huidige De kilometerteller geeft de totale afstand buitentemperatuur weergegeven in aan die met de auto is gereden en dient eenheden van 1°C . ook te worden gebruikt om te bepalen wanneer periodiek onderhoud nodig is.
Pagina 118
Waarschuwingslampje gladheid Informatie (indien van toepassing) Als de auto niet op een horizontaal vlak staat of nadat de accupolen losgenomen zijn, kan het gebeuren dat de functie actieradius niet goed werkt. De weergegeven actieradius is een schatting van de afstand die met de auto gereden kan worden en kan dus afwijken van de werkelijke actieradius.
Pagina 119
Instrumentenpaneel Schakelindicator transmissie Schakelindicator automatische Double clutch-transmissie in modus Schakelindicator automatische Handmatig schakelen (voor Europa, transmissie/Double Clutch- indien van toepassing) transmissie (indien van toepassing) 4,2-inch 4,2-inch 10,25-inch OTM040016L OTM040016 OCN7040013 10,25-inch Dit lampje licht u in over de huidige versnelling. OCN7040014 In de handmatige schakelstand geeft deze indicator aan in welke versnelling...
Pagina 120
Schakelindicator Double Clutch- Schakelindicator handgeschakelde/ transmissie (7 snelhedentransmissie) intelligente handgeschakelde transmissie (indien van toepassing) - Opschakelen: 4,2-inch 10,25-inch - Terugschakelen: Bijvoorbeeld : Geeft aan dat opschakelen naar de 3e versnelling wordt aanbevolen (de auto staat momenteel in de 2e of 1e versnelling).
Pagina 121
In dat geval adviseren we u de auto 2. Zet de motor uit, controleer het te laten controleren door een officiële remvloeistofpeil onmiddellijk HYUNDAI-dealer. en voeg zo veel vloeistof toe als nodig is (Zie voor meer informatie 'Remvloeistof' in hoofdstuk 9).
Pagina 122
ABS. Schakel bij een defect in het remsysteem Laat de auto in dit geval inspecteren terug om sterker op de motor af te door een officiële HYUNDAI-dealer. remmen en breng de auto op een veilige plaats tot stilstand. Waarschuwingslampje...
Pagina 123
Wanneer er een storing is met de en plotseling remmen. elektrische stuurbekrachtiging. Wij adviseren u uw auto zo snel mogelijk te laten controleren door een Laat de auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. officiële HYUNDAI-dealer. Waarschuwingslampje OPMERKING laadsysteem Waarschuwingslampje EBD (Electronic...
Pagina 124
Laat uw auto zo Als de oliedruk daalt omdat er snel mogelijk controleren door een bijvoorbeeld onvoldoende motorolie officiële HYUNDAI-dealer als het is, gaat het oliedruklampje branden. waarschuwingslampje na het bijvullen Daarnaast wordt er een verbeterd...
Pagina 125
Als het waarschuwingslampje van de of de aandrijflijn van de auto. koelvloeistoftemperatuur brandt, is de Laat de auto in dit geval inspecteren motor oververhit, waardoor schade aan door een officiële HYUNDAI-dealer. de motor kan ontstaan. OPMERKING Waarschuwingslampje laag brandstofniveau Wanneer u langere tijd met...
Pagina 126
Laat in dit geval het water uit de brandstoffilter verwijderen door een Laat de auto in dit geval inspecteren officiële HYUNDAI-dealer. door een officiële HYUNDAI-dealer. Zie "Brandstoffilter" in hoofdstuk 9 voor Als de oliedruk daalt omdat meer informatie. er bijvoorbeeld onvoldoende...
Pagina 127
GPF-systeem te laten controleren roetfiltersysteem te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. door een officiële HYUNDAI-dealer. OPMERKING OPMERKING Als u lang blijft doorrijden terwijl het...
Pagina 128
Wanneer er een storing is in de EPB. Als een of meer banden een Laat de auto in dit geval inspecteren aanzienlijke hoeveelheid lucht hebben door een officiële HYUNDAI-dealer. verloren. (De locatie van de banden met een te lage bandenspanning Informatie wordt weergegeven op het LCD- display.)
Pagina 129
[Geel] Bij een storing in de functie Lane Keeping Assist. tot stilstand. Laat de auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. Waarschuwingslampje voorwaartse veiligheid Zie 'Lane Keeping Assist-systeem (LKA) (indien van toepassing) - rijvakassistentie' in hoofdstuk 7 voor meer details.
Pagina 130
Wanneer er een storing is in de LED- koplampen. Controlelampje LOCK Laat de auto in dit geval inspecteren vierwielaandrijving (4WD) door een officiële HYUNDAI-dealer. (indien van toepassing) Dit controlelampje gaat branden: Dit waarschuwingslampje gaat knipperen: Als het contact of de toets ENGINE...
Pagina 131
Wanneer er een storing is in de ESC. - Het controlelampje gaat uit zodra Laat de auto in dit geval inspecteren de motor gestart is. door een officiële HYUNDAI-dealer. Dit controlelampje knippert: Dit controlelampje knippert: Als er een storing is in het Terwijl de ESC in werking is.
Pagina 132
Als er een storing is in het (dieselmotor) controlesysteem van de Downhill Brake. Laat de auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. Dit controlelampje gaat branden: Zie voor meer details de paragraaf Als de motor wordt voorverwarmd en het “Downhill Brake Control (DBC)”...
Pagina 133
Als een van deze situaties zich voordoet, Als de motor automatisch wordt gestart adviseren wij u de auto te laten door het ISG-systeem, gaat een aantal controleren door een officiële HYUNDAI- waarschuwingslampjes (ABS, ESC, ESC dealer. OFF, EPS of parkeerrem) mogelijk een paar seconden branden.
Pagina 134
Controlelampje dimlicht Controlelampje Cruise (indien van toepassing) Dit controlelampje gaat branden: Dit controlelampje gaat branden: Als de koplampen branden. Als het cruisecontrol-systeem wordt ingeschakeld. Controlelampje verlichting Zie voor meer details 'Cruisecontrol (CC)' in hoofdstuk 7. Dit controlelampje gaat branden: Controlelampje Als de positielichten of koplampen SPORT-modus branden.
Pagina 135
Instrumentenpaneel Hoofdwaarschuwingslampje LCD-displayberichten Schakel naar P (auto's met Smart Key-systeem) Dit waarschuwingslampje gaat branden: Deze melding wordt weergegeven als Als er een storing is in de werking van u probeert de auto uit te schakelen zonder dat de selectiehendel in stand P een van de volgende systemen: (Parkeren) staat.
Pagina 136
Als de waarschuwingsmelding elke motor te starten met de selectiehendel in keer verschijnt wanneer u de startknop stand P (Parkeren). indrukt, adviseren wij u de auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI- dealer. 4-27...
Pagina 137
Instrumentenpaneel Controlelampje portier, motorkap, Controlelampje zonnedak open achterklep open (indien van toepassing) ONX4040009 ONX4040010 Deze waarschuwing wordt weergegeven Deze waarschuwingsmelding wordt als een van de portieren, de motorkap weergegeven als u de motor uitschakelt of de achterklep blijft openstaan. De terwijl het schuif-/kanteldak is geopend.
Pagina 138
Lichten Ruitenwissers Type A Type B Type A Type B OJX1049007L OJX1049062L OJX1049008L OJX1049063L Deze indicator geeft weer welke Dit controlelampje geeft weer welke verlichting aan de buitenzijde er is wissersnelheid er is geselecteerd met de geselecteerd met de bediening van de bediening van de ruitenwissers.
Pagina 139
LED- Wanneer deze melding koplamp. Wij adviseren u de auto te laten wordt weergegeven, gaat het controleren door een officiële HYUNDAI- waarschuwingslampje voor dealer. een laag brandstofniveau in het instrumentenpaneel branden.
Pagina 140
Wij Informatie adviseren u de auto te laten controleren Als u na het bijvullen van motorolie door een officiële HYUNDAI-dealer. en het warmdraaien van de motor Zie Waarschuwingssysteem voor de ongeveer 50 - 100 km rijdt, verdwijnt oplettendheid van de bestuurder (DAW) waarschuwingsmelding.
Pagina 141
Deze waarschuwingsmelding wordt Laat in dit geval het ureumsysteem weergegeven als er een probleem is controleren door een officiële HYUNDAI- met het Blind-Spot Collision Warning- dealer. systeem (BCW; botsingswaarschuwing dode hoek). Wij adviseren u de auto Voor meer informatie, zie “Selectieve...
Pagina 142
Bediening LCD-display ONX4E040020/ONX4E040021 De weergavemodus van het LCD-display kan met de bedieningsknoppen worden veranderd. Schakelaar Functie Toets MODE voor het wijzigen van modi Schakelaar MOVE voor het wijzigen van functies SELECT/RESET knop voor het instellen of resetten van de geselecteerde functie 4-33...
Pagina 143
Instrumentenpaneel LCD-displaymodi Standen Symbool Toelichting Deze modus geeft ritinformatie weer, zoals de ritmeter, de brandstofbesparing, enz. Tripcomputer Zie “Boordcomputer” in dit hoofdstuk voor meer informatie. Turn By Turn In deze modus wordt de status van de navigatie (TBT - rijadvies) weergegeven.
Pagina 144
Modus van de boordcomputer Rijassistentie ONX4E040022 ONX4040013 De modus van de boordcomputer geeft LKA/SCC/HDA informatie weer met betrekking tot de In deze modus wordt de status van Lane rijparameters van de auto, waaronder Keeping Assist (LKA, Rijvakassistentie), het brandstofverbruik, informatie van de Smart Cruise Control (SCC, Adaptieve dagteller en de rijsnelheid.
Pagina 145
Instrumentenpaneel Hoofdwaarschuwingslampje ONX4040014 Verdeling aandrijfkracht OIG059097L (Vierwielaandrijving) Dit waarschuwingslampje attendeert de Deze modus geeft informatie weer met bestuurder op de volgende situaties. betrekking tot de vierwielaandrijving. - Storing in Forward Collision- Als de auto in de 4WD Avoidance Assist-systeem (indien van vergrendelingstoestand is, wordt deze toepassing) modus niet weergegeven.
Pagina 146
Energiestroom (voor diesel 48V MHEV (milde hybride), indien van toepassing) Het milde hybridesysteem informeert de bestuurder over de energiestromen in de verschillende bedrijfsmodi. Tijdens het rijden wordt de actuele energiestroom ingedeeld in 3 modi. ONX4E040023 Bandenspanning Deze modus geeft informatie weer met betrekking tot de bandenspanning.
Pagina 147
Instrumentenpaneel Gebruikersinstellingen Instellen aanpassen na schakelen naar P Deze waarschuwingsmelding wordt weergegeven als u tijdens het rijden probeert om een andere gebruikersinstelling te selecteren. Automatische transmissie/Double Clutch-transmissie Wijzig, voor uw veiligheid, de Gebruikersinstellingen na het parkeren van de auto, trek de parkeerrem aan en schakel naar stand P (Parkeren).
Pagina 148
1. Bestuurdershulp Onderwerpen Toelichting HDA (Hulp bij rijden op snelweg) Activeren en deactiveren van de functie Highway Driving Assist. Zie 'Highway Driving Assist (HDA - Rijhulp op de snelweg)' in hoofdstuk 7 voor meer details. Rijcomfort Automatische snelheidscontrole op de snelweg Navigation-based Smart Cruise Control in- of uitschakelen.
Pagina 149
Instrumentenpaneel Onderwerpen Toelichting Dodehoekweergave Monitor Blindehoekweergave in- of uitschakelen. Voor meer details zie de "Blind-Spot View Monitor (BVM - Blindehoekweergave)" in hoofdstuk 7. SEW (Safe Exit Warning) Dodehoekveilig- Activeren en deactiveren van de functie Safe Exit Warning. heid Zie 'Safe Exit Warning (SEW - Waarschuwing bij veilig uitstappen)' in hoofdstuk 7 voor meer details.
Pagina 150
2. Cluster Onderwerpen Toelichting Bij starten van voertuig Na het tanken Ø-verbruik resetten Manueel Om de weergegeven brandstofbesparing te resetten Weergave Activeren en deactiveren van de ruitenwisser-/verlichtingsmodus. ruitenwisser/ Indien geactiveerd, toont het LCD-display de geselecteerde verlichting ruitenwisser-/verlichtingsmodus wanneer u de modus wijzigt. Verkeersborden De weergegeven verkeersborden instellen Waarschuwing...
Pagina 151
Instrumentenpaneel 3. Lichten Onderwerpen Toelichting Het verlichtingsniveau aanpassen Verlichting Positie 1~20 Uit: De functie one-touch passeerknipperlicht wordt uitgeschakeld. Opties autom. 3, 5, 7 keer knipperen: De richtingaanwijzer knippert 3, 5 of 7 keer Knipperen wanneer de richtingaanwijzerhendel iets wordt bewogen. Zie “Verlichting”...
Pagina 152
4. Deur Onderwerpen Toelichting Actief bij schakelen: Alle portieren worden automatisch vergrendeld als de tranmissie vanuit stand P (Parkeren) in stand R (Achteruit), N (Neutraal) of D (Rijden) wordt gezet. (alleen als de motor draait.) Automatisch Vergrendelen Inschakel. op snelh.: Alle portieren worden automatisch vergrendeld als het voertuig sneller rijdt dan 15 km/h.
Pagina 153
Instrumentenpaneel 5. Handig Onderwerpen Toelichting Uit: De instapfunctie is uitgeschakeld. Normaal/verlengd: Wanneer u de motor uitschakelt, gaat de bestuurdersstoel automatisch een stukje (normaal) of stuk (lang) naar Entree achteren om u op een comfortabele manier in en uit de auto te laten instellingen stoel stappen.
Pagina 154
6. Eenheden Onderwerpen Toelichting Km-teller Unit De snelheidseenheid selecteren (km/h, MPH) Temperatuur Voor het selecteren van de temperatuureenheid (°C, °F) eenheid Eenheid brand- De eenheid van het brandstofbesparing selecteren stofverbruik (km/L, L/100 km, MPG) Bandenspanning De bandenspanningseenheid selecteren (psi, kPa, bar) eenheid 7.
Pagina 155
Instrumentenpaneel Boordcomputer (4,2 inch) De tripcomputer voorziet de bestuurder via een display van informatie over de rit. Informatie Bepaalde rijinformatie die door de tripcomputer is opgeslagen (bijvoorbeeld de gemiddelde rijsnelheid), wordt gereset als de accu wordt losgekoppeld. ONX4E040020 Dagtellermodi Ritinfo Afstand reis Gemiddelde brandstofbesparing...
Pagina 156
Handmatig resetten Type A Type B Om de gemiddelde brandstofbesparing handmatig te wissen moet de OK-schakelaar op het stuurwiel langer dan 1 seconde worden ingedrukt terwijl de gemiddelde brandstofbesparing wordt weergegeven. Automatisch resetten Om de gemiddelde brandstofbesparing automatisch OTM040063L OTM040064L te resetten, selecteert u tussen 'Na Ritinfo contact aan' of 'Na tanken' in het...
Pagina 157
Instrumentenpaneel Type A Type B OTM040067L OTM040068L OJX1069044 Totale informatie Automatische stoptijd (indien van toepassing) Totale reisafstand (1), gemiddelde brandstofbesparing (2), en instant Het AUTO STOP scherm toont de brandstofbesparing (3) worden verstreken tijd van de stilgelegde weergegeven. motor door het Idle Stop and Go system (stationair draaien en De informatie is cumulatief vanaf de vertrekkensysteem).
Pagina 158
Boordcomputer (10,25 inch) De tripcomputer voorziet de bestuurder via een display van informatie over de rit. Informatie Bepaalde rijinformatie die door de tripcomputer is opgeslagen (bijvoorbeeld de gemiddelde rijsnelheid), wordt gereset als de accu wordt losgekoppeld. ONX4E040020 Dagtellermodi Ritinfo Afstand reis Gemiddelde brandstofbesparing Tijd...
Pagina 159
Instrumentenpaneel Handmatig resetten Type A Type B Om de gemiddelde brandstofbesparing handmatig te wissen moet de OK-schakelaar op het stuurwiel langer dan 1 seconde worden ingedrukt terwijl de gemiddelde brandstofbesparing wordt weergegeven. Automatisch resetten Om de gemiddelde brandstofbesparing automatisch OJX1049011L OTM040061L te resetten, selecteert u tussen 'Na Ritinfo...
Pagina 160
Type A Type B OJX1049012L OJX1049067L OJX1069044 Totale informatie Automatische stoptijd (indien van toepassing) Opgetelde reisafstand (1), gemiddelde brandstofbesparing (2), en totale rijtijd Het AUTO STOP scherm toont de (3) worden weergegeven. verstreken tijd van de stilgelegde motor door het Idle Stop and De informatie is cumulatief vanaf de Go system (stationair draaien en laatste reset.
Pagina 161
Instrumentenpaneel Instellingen voor uw voertuig ONX4E040028 Voertuiginstellingen in het ONX4050067 infotainmentsysteem bieden de 1. Druk op de knop SETUP gebruikers opties voor verschillende van de hoofdunit van het instellingen, waaronder een waaier infotainmentsysteem van instellingen voor onder meer vergrendel-/ontgrendelfuncties, comfortfuncties, instellingen voor rijhulp, enz.
Pagina 162
5. Handige functies Toegang tot uw auto ..................5-5 Afstandsbediening .......................5-5 Smart Key ........................5-8 Startblokkeersysteem ....................5-13 Sloten ....................... 5-15 Portiersloten van buitenaf vergrendelen ..............5-15 Portiersloten van binnenuit ontgrendelen..............5-17 Supervergrendeling ....................5-19 Kenmerken van de automatische portiervergrendeling/-ontgrendeling ....5-19 Kindersloten achterportieren ..................5-19 Antidiefstalsysteem ..................
Pagina 163
Exterieur ......................5-40 Motorkap ........................5-40 Achterklep ........................5-41 Elektrische achterklep ....................5-43 Smart Tailgate (Intelligente achterklep) ..............5-49 Tankdopklep ....................... 5-51 Verlichting ....................... 5-54 Verlichting buitenzijde ....................5-54 High Beam Assist (HBA) ................5-60 High Beam Assist instellingen .................. 5-60 High Beam Assist bediening ..................5-61 Storingen en beperkingen van de High Beam Assist..........
Pagina 164
5. Handige functies Extra voorzieningen verwarmings- en ventilatiesysteem ......5-101 Automatisch ontwasemingssysteem ..............5-101 Automatische ontvochtiging .................. 5-103 Lucht opnieuw laten circuleren na gebruik van sproeivloeistof ......5-103 Luchtrecirculatie in het zonnedak ................5-104 Automatische bediening die de instellingen van het verwarmings- en ventilatiesysteem gebruikt (voor de bestuurdersstoel) .........
Pagina 165
Audio (zonder touchscreen) ................5-124 Systeemindeling – Bedieningspaneel ..............5-124 Systeemindeling – Bedieningstoetsen stuurwiel ........... 5-126 Het systeem in- of uitschakelen ................5-128 Het scherm in- of uitschakelen ................5-129 De basisbediening leren kennen ................5-129 Radio .......................5-130 De radio aanzetten ....................5-130 De radiomodus wijzigen ..................
Pagina 166
Ontgrendelen Om te ontgrendelen: OPDE046001 1. Druk op de deurontgrendeltoets (2) op Uw HYUNDAI heeft een de afstandsbediening. afstandsbediening, die u kunt gebruiken 2. De portieren zullen worden om de portieren of de achterklep te ontgrendeld.
Pagina 167
Handige functies Mechanische sleutel Informatie Nadat de achterklep ontgrendeld is, wordt hij automatisch vergrendeld. Op de schakelaar staat 'HOLD' (ingedrukt houden) om aan te geven dat u de schakelaar moet indrukken en langer dan 1 seconde ingedrukt moet houden. Starten Zie voor meer informatie “Contactslot”...
Pagina 168
Als de afstandsbediening niet correct werkt, opent en sluit u de portieren met de mechanische sleutel. Neem contact op met een officiële HYUNDAI-dealer als u een probleem ervaart met uw afstandsbediening. Als de afstandsbediening zich dicht OPD046002...
Pagina 169
4. De alarmknipperlichten knipperen. De achterste achteruitkijkspiegel zal inklappen, indien ‘Convenience ONX4E050138 ontgrendelen Aan’ is geselecteerd van De Smart Key van uw HYUNDAI kunt de Gebruikersinstellingenmodus op u gebruiken om de portieren (en het LCD-display. Zie “LCD-display” in de achterklep) te vergrendelen of hoofdstuk 4 voor meer informatie.
Pagina 170
Hoewel u op de toetsen van de Uw auto ontgrendelen portierhandgrepen aan de buitenzijde hebt gedrukt, worden de portieren niet vergrendeld en klinkt de zoemer gedurende 3 seconden als zich een van de volgende situaties voordoet: De Smart Key bevindt zich in de auto. De startknop staat in de stand ACC of Er staat een portier (niet de achterklep) open.
Pagina 171
Handige functies Het voertuig op afstand starten Zo voorkomt u onbedoeld vergrendelen of ontgrendelen van portieren: (indien van toepassing) Druk op de vergrendeltoets van U kunt de auto starten met de Remote uw Smart Key en meteen daarna Start-toets (4) op de Smart Key. langer dan 4 seconden tegelijk op de Doe het volgende om de auto op afstand ontgrendeltoets en de vergrendeltoets.
Pagina 172
Er kunnen per auto maximaal twee Smart Keys worden geregistreerd. Als u uw Smart Key verliest, adviseren we u de auto en de resterende sleutel onmiddellijk naar een officiële HYUNDAI- dealer te brengen of, indien nodig, de auto te laten wegslepen. 5-11...
Pagina 173
Vervangen van de batterij: opent en sluit u de portieren dan met de mechanische sleutel. Neem contact op met een officiële HYUNDAI-dealer als u een probleem ervaart met de Smart Key. Als de Smart Key zich dicht bij uw mobiele telefoon bevindt, kan het signaal worden verstoord door de zendsignalen van uw mobiele telefoon.
Pagina 174
Het startblokkeersysteem beveiligt Key niet goed werkt, adviseren we u uw auto tegen diefstal. Als een contact op te nemen met een officiële onjuist gecodeerde sleutel (of ander HYUNDAI-dealer. apparaat) wordt gebruikt, wordt het brandstofsysteem van de motor uitgeschakeld. WAARSCHUWING...
Pagina 175
Handige functies WAARSCHUWING Bewaar geen reservesleutels in uw auto om diefstal van uw auto te voorkomen. Uw wachtwoord voor het startblokkeersysteem is een uniek wachtwoord en moet worden geheimgehouden. OPMERKING De transponder in uw sleutel is een belangrijk onderdeel van het startblokkeersysteem.
Pagina 176
SLOTEN Portiersloten van buitenaf Informatie vergrendelen Wees voorzichtig met het vergrendelen van het portier met Mechanische sleutel een mechanische sleutel, want alleen het bestuurdersportier kan worden vergrendeld/ontgrendeld. Wanneer alle portieren vergrendeld zijn met een mechnische sleutel, kunt u alle portieren vergrendelen met de schakelaar centrale vergrendeling in de auto.
Pagina 177
Handige functies Afstandsbediening Smart Key OPDE046413 ODN8059001 Druk, om de portieren te vergrendelen, Druk op de toets op de buitenportierkruk op de vergrendeltoets voor de portieren van het bestuurdersportier terwijl u de (1) op de afstandsbediening. Smart Key bij u draagt of druk op de portiervergrendelingstoets op de Smart Druk, om de portieren te ontgrendelen, Key: alle portieren vergrendelen.
Pagina 178
Portiersloten van binnenuit Met de centrale schakelaar voor het ver/ontgrendelen van portieren ontgrendelen Met de portiergreep binnenzijde ONX4050005 Als op het ( ) deel (1) van de ONX4050004 schakelaar wordt gedrukt, worden alle Bestuurdersportier en autoportieren vergrendeld. voorpassagiersportier - Als er een portier wordt geopend, Als er aan de binnenportiergreep zullen de portieren niet worden wordt getrokken terwijl het portier is...
Pagina 179
Handige functies WAARSCHUWING OPGELET De portieren moeten altijd volledig Het openen van een portier als iemand gesloten en vergrendeld zijn als of iets de auto nadert, kan schade of de auto rijdt. Als de portieren letsel veroorzaken. Let bij het openen ontgrendeld zijn, is het risico om uit van portieren goed op of er geen ander de auto geslingerd te worden bij een...
Pagina 180
Supervergrendeling Kindersloten achterportieren (indien van toepassing) Sommige auto's zijn uitgerust met supervergrendeling. Deze voorkomt dat een portier van binnenuit of van buitenaf wordt geopend zodra de supervergrendeling is geactiveerd, waardoor de auto extra is beveiligd. Om de auto te vergrendelen met de supervergrendelingsfunctie, moeten de portieren worden vergrendeld met de afstandsbediening of de Smart Key.
Pagina 181
Handige functies Dit systeem helpt uw auto en Informatie waardevolle spullen te beschermen. De Vergrendel de portieren niet voordat claxon klinkt en de alarmknipperlichten alle passagiers de auto verlaten hebben. knipperen continu in een van de Als de achtergebleven passagiers volgende situaties: de auto verlaten terwijl het systeem - Een portier wordt geopend zonder de...
Pagina 182
Als de accu wordt losgekoppeld, worden de geheugeninstellingen gewist. Als het geïntegreerde geheugen niet normaal werkt, adviseren wij u het systeem te laten nakijken door een officiële HYUNDAI-dealer. Standen in het geheugen opslaan ONX4050007 1. Het systeem werkt wanneer de Het geïntegreerde geheugen voor...
Pagina 183
Handige functies Standen oproepen uit het Het systeem resetten geheugen Volg de volgende procedure om het geïntegreerde geheugen te resetten als 1. Het systeem werkt wanneer de het niet goed werkt. rijsnelheid lager is dan 3 km/h. 2. Druk op de gewenste geheugentoets Integrated memory system (1 of 2).
Pagina 184
OPMERKING OPGELET Herstart de resetprocedure als het De bestuurder moet voorzichtig zijn resetten en het meldingsignaal als hij deze functie gebruikt en ervoor ophouden als ze niet volledig zorgen dat passagiers of kinderen zijn tijdens het resetten van het op de achterste zitbank niet gewond geïntegreerde geheugen.
Pagina 185
Wij adviseren u uw auto of met lage snelheid rijdt. zo snel mogelijk naar een officiële Wanneer u het stuurwiel bedient in lage HYUNDAI-dealer of een servicepunt temperaturen, kan abnormaal geluid te brengen en het systeem te laten worden waargenomen. Deze geluiden controleren.
Pagina 186
Stuurkolomverstelling Informatie Wanneer u het stuurwiel in een Soms grijpt de ontgrendelingshendel niet comfortabele stand zet, stel het dan compleet aan. Dit kan gebeuren als de zo in dat het naar uw borst wijst, niet tanden van het vergrendelingsmechanisme naar uw gezicht. Zorg ervoor dat u niet compleet in elkaar grijpen.
Pagina 187
Voor meer informatie adviseren we u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. Informatie De stuurwielverwarming gaat ongeveer 30 minuten na het inschakelen van de stuurwielverwarming automatisch uit. OPMERKING Monteer geen hoes of accessoires op het stuurwiel.
Pagina 188
SPIEGELS Binnenspiegel Binnenspiegel met dag-/nachtstand (indien van toepassing) Controleer, voordat u gaat rijden, of de binnenspiegel correct is ingesteld. Stel de binnenspiegel zo af dat het zicht door de achterruit goed gecentreerd is. WAARSCHUWING Zorg ervoor dat uw zicht niet wordt gehinderd.
Pagina 189
Handige functies Zelfdimmende binnenspiegel (ECM) Buitenspiegels (indien van toepassing) ONX4050009 ODN8059023L Uw auto is uitgerust met zowel een De elektrochromatische binnenspiegel linker als een rechter buitenspiegel. voorkomt automatisch verblinding door De spiegels kunnen vanop afstand koplampen van achteropkomend verkeer met de schakelaar voor aanpassing bij nacht of weinig licht.
Pagina 190
Afstellen van de buitenspiegels WAARSCHUWING Verstel de buitenspiegels niet of klap ze niet in tijdens het rijden. Hierdoor kunt u de controle over de auto verliezen en een ongeval veroorzaken. OPMERKING Gebruik geen krabber om de spiegel ijsvrij te maken; hierdoor kan het spiegelglas beschadigd raken.
Pagina 191
Handige functies Buitenspiegel inklappen De achteruitkijkspiegel zal automatisch in- of uitklappen Welcome mirror/light - welkom Aan’ is geselecteerd in de Gebruikersinstellingenmodus op het LCD-display. - De spiegel wordt in- of uitgeklapt wanneer de portieren worden vergrendeld of ontgrendeld met de Smart Key.
Pagina 193
Openen: het resetten niet goed werken, raden we u aan het systeem te laten controleren Druk de ruitschakelaar in tot het eerste door een officiële HYUNDAI-dealer. drukpunt (5). Laat de schakelaar los wanneer u wilt dat de ruit stopt. WAARSCHUWING...
Pagina 194
Automatische omkeerfunctie WAARSCHUWING (indien van toepassing) Zorg dat lichaamsdelen of voorwerpen veilig weggestoken zijn voordat een ruit wordt gesloten. Zo voorkomt u letsel of schade aan het voertuig. Als een voorwerp met een diameter van minder dan 4 mm tussen de ruit en de sponning terechtkomt, wordt de extra weerstand mogelijk niet opgemerkt door de klembeveiliging en de ruit zal...
Pagina 195
Handige functies Ruit op afstand openen/sluiten WAARSCHUWING (indien van toepassing) Laat kinderen niet met de ruitbediening spelen. Laat de blokkeerschakelaar voor de ruitbediening van de bestuurder in de stand vergrendeld staan. Ernstig tot dodelijk letsel kan het gevolg zijn van onbedoelde bediening van de ruiten door een kind.
Pagina 196
Indien uw auto is uitgerust met een Elektrisch zonnescherm schuif-/kanteldak, kunt u dit met behulp van de hendel in de dakconsole openschuiven of kantelen. ONX4C051005 Gebruik het elektrische zonnescherm om direct zonlicht via het glas van het ONX4EPH051005E schuif-/kanteldak tegen te houden. Het schuif-/kanteldak kan alleen - Duw de hendel van het elektrische elektrisch bediend worden wanneer de...
Pagina 197
Handige functies Omhoog/omlaag kantelen Open-/dichtschuiven ONX4C051006 ONX4C051007 Duw de hendel van het schuif-/ Duw de schakelaar van het schuif-/ kanteldak omhoog, dan kantelt het kanteldak naar achteren naar de glas open. Maar als het elektrische eerste klikstand, beweegt het glas van zonnescherm dicht is, gaat dat eerst het schuif-/kanteldak.
Pagina 198
OPMERKING Klembeveiliging Duw niet meer tegen de hendel als het schuif-/kanteldak volledig is geopend, gesloten of gekanteld. DIt kan leiden tot schade aan de motor van het schuif-/kanteldak. Doorlopend open-/dichtschuiven, open-/dichtkantelen, kan leiden tot een storing in de motor of het schuif-/kanteldaksysteem.
Pagina 199
Handige functies Schuif-/kanteldak resetten Resetprocedure schuif-/kanteldak: 1. Aanbevolen wordt om de resetprocedure met draaiende motor uit te voeren. Start de motor met de transmissie in P (Parkeren). 2. Zorg ervoor dat het elektrische zonnescherm en het glas van het schuif-/kanteldak volledig gesloten zijn.
Pagina 200
Waarschuwing geopend schuif-/ kanteldak ONX4040010 Als de bestuurder de motor uitschakelt wanneer het schuif-/kanteldak niet volledig is gesloten, klinkt er enkele seconden een waarschuwingszoemer en verschijnt er een waarschuwing geopend schuifdak op het LCD-display. Sluit het schuif-/kanteldak volledig wanneer u de auto verlaat. OPMERKING Zorg er bij het verlaten van uw auto voor dat het schuif-/kanteldak volledig...
Pagina 201
Handige functies EXTERIEUR Motorkap Openen van de motorkap ONX4050022 4. Haal de motorkapsteun los. 5. Ondersteun de motorkap met de ONX4050020 steun (3). 1. Parkeer de auto en activeer de parkeerrem. WAARSCHUWING 2. Trek aan de ontgrendelingshendel om de motorkap te ontgrendelen. De Pak de steun altijd vast bij het motorkap komt iets omhoog.
Pagina 202
2. Zet de steun vast in de clip om te Achterklep voorkomen dat hij gaat rammelen. Achterklep openen 3. Laat de motorkap zakken tot ongeveer 30 cm boven de gesloten-stand en laat hem los. Controleer of de motorkap vergrendeld is. 4.
Pagina 203
Handige functies Achterklep sluiten WAARSCHUWING ONX4E051057 ONX4E051058 Breng en druk de achterklep omlaag Houd het deel (gasveer) dat de totdat deze vergrendelt. Controleer altijd achterklep ondersteunt niet vast. of de achterklep correct is gesloten door Vervorming van de achterklepveer deze weer open te trekken zonder de kan schade aan het voertuig en letsel toets in de achterklephandgreep in te veroorzaken.
Pagina 204
Noodontgrendeling achterklep Elektrische achterklep (indien van toepassing) Gebruiksomstandigheden van de elektrische achterklep De elektrisch achterklep werkt wanneer de versnelling zich in stand P (Parkeren, automatische transmissie) of N (Neu- traal, handgeschakelde transmissie) bevindt terwijl de motor draait. Als de motor is uitgeschakeld, zal de elektrische achterklep ongeacht de stand van de versnelling werken.
Pagina 205
(bijv. reparaties uit. We adviseren u muren, plafonds, voertuigen enz.). contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. OPMERKING Bedien de elektrische achterklep niet onder de volgende omstandigheden. De achterklep mag niet met de De elektrische achterklep zal hand worden gesloten of geopend.
Pagina 206
Elektrische achterklep bedienen Informatie Als de achterklep niet volledig gesloten is en u met een snelheid van 3 km/h of sneller rijdt, klinkt er 10 keer een waarschuwingssignaal. Breng de auto onmiddellijk tot stilstand op een veilige plek, sluit de achterklep en controleer dat het waarschuwingslampje voor een open achterklep op het instrumentenpaneel niet meer brandt.
Pagina 207
Handige functies Klembeveiliging Als de elektrische achterklep tijdens de werking een obstakel detecteert, zal de achterklep stoppen of volledig openen. Mogelijk werkt de automatische klembeveiliging niet naar behoren of treedt deze onverwacht in werking onder de volgende omstandigheden: De automatische klembeveiliging detecteert mogelijk geen weerstand als deze zich onder een bepaald ONX4E050056R...
Pagina 208
De elektrische achterklep instellen Het infotainmentsysteem kan wijzigen na updates. Raadpleeg de online Om deze functie te gebruiken, handleiding van het infotainmentsysteem moet u in het instellingenmenu de voor meer informatie over de openingssnelheid of openingshoogte systeeminstellingen. selecteren. Schakel de instellingen uit als u de functie niet wilt gebruiken.
Pagina 209
Het resetten van de elektrische bovenstaande procedure, adviseren we u achterklep kan onder andere nodig zijn in de auto te laten nakijken door een officiële de volgende gevallen: HYUNDAI-dealer. Wanneer de 12 V-accu opnieuw is geladen Noodontgrendeling achterklep Wanneer de 12 V-accu wordt...
Pagina 210
Smart Tailgate Informatie (Intelligente achterklep) De Smart Tailgate-functie werkt NIET als: (indien van toepassing) Een van de portieren is niet vergrendeld of gesloten. De smart key binnen de 15 seconden na de sluiting en vergrendeling van de portieren wordt opgemerkt. De Smart Key wordt gedetecteerd op minder dan 1,5 m van de voorportierkrukken en binnen 15...
Pagina 211
Handige functies De Smart tailgate (intelligente Als u de Smart Tailgate-functie hebt gedeactiveerd door op de knop van de achterklep) uitschakelen Smart Key te drukken en een portier hebt geopend, kan de Smart Tailgate- functie weer worden geactiveerd door alle portieren te sluiten en vergrendelen.
Pagina 212
Detectiezone Tankdopklep Openen van de tankdopklep ONX4E050032 De detectiezone van de slimme ONX4E050033 achterklep strekt zich ongeveer 50- 1. Zet de motor uit. 100 cm achter het voertuig uit. Als u 2. Zorg ervoor dat alle portieren zich in de detectiezone bevindt terwijl ontgrendeld zijn.
Pagina 213
Handige functies Sluiten van de tankdopklep Informatie 1. Plaats de dop terug en draai hem De tankdopklep wordt ontgrendeld als alle rechtsom totdat hij eenmaal klikt. portieren ontgrendeld zijn. 2. Sluit de tankdopklep totdat deze Tankdopklep ontgrendelen: stevig vergrendelt. Druk op de ontgrendeltoets van de Smart Key.
Pagina 214
(Parkeren) (voor automatische/ Als de brandstoftankdop moet Double clutch-transmissie) of 1e worden vervangen, bevelen we versnelling of R (Achteruit) (voor aan alleen een originele HYUNDAI- handgeschakelde transmissie/ dop of vergelijkbare dop die is intelligente handgeschakelde voorgeschreven voor uw auto transmissie) activeer de parkeerrem te gebruiken.
Pagina 215
Handige functies VERLICHTING Verlichting buitenzijde Dagrijverlichting (DRL) Bediening verlichting De dagrijverlichting (DRL) zorgt ervoor dat medeweggebruikers uw auto Draai, om de verlichting te bedienen, overdag beter zien, met name na de knop op het uiteinde van de zonsopgang en voor zonsondergang. combischakelaar naar een van de volgende standen: Het DRL-systeem zorgt ervoor dat de...
Pagina 216
OPMERKING Bedek de sensor (1) aan de bovenkant van de voorruit niet en mors er niets op. Reinig de sensor niet met een ruitenreiniger. Deze laat een dunne laag achter op de sensor, waardoor deze niet meer goed werkt. Als de voorruit van uw auto extra getint glas heeft of is voorzien van een metaalhoudende coating, ODN8059203...
Pagina 217
Handige functies Grootlicht Richtingaanwijzers ODN8059205 ODN8059207 Om het grootlicht in te schakelen duwt u Duw de hendel naar omlaag om richting de hendel van u af. De hendel keert terug naar links, en omhoog om richting naar zijn uitgangspositie. naar rechts aan te geven in positie (A). Beweeg de combischakelaar gedeeltelijk Het controlelampje voor het grootlicht naar beneden of naar boven en houd...
Pagina 218
Mistachterlicht Koplamp vertragen functie (indien van toepassing) (indien van toepassing) Als u het contactschakelaar in stand ACC of OFF zet terwijl de koplampen zijn ingeschakeld, blijven de koplampen (en/ of parkeerlichten) ongeveer 5 minuten branden. Als het bestuurdersportier echter wordt geopend en gesloten, wordt het dimlicht na 15 seconden uitgeschakeld.
Pagina 219
WAARSCHUWING Als de functie niet correct werkt, raden we u aan het systeem door een officiële HYUNDAI-dealer te laten controleren. Probeer de bedrading niet zelf te controleren of vervangen. 5-58...
Pagina 220
Statische verlichting dimlichtondersteuning (indien van toepassing) Bij het rijden in een bocht wordt ofwel de linker ofwel de rechter vaste lamp Low beam assist automatisch ingeschakeld om het zicht te verbeteren en de veiligheid te verhogen. De statische verlichting dimlichtondersteuning gaat aan onder de volgende omstandigheden.
Pagina 221
Handige functies OPMERKING Houd de frontzichtcamera altijd in goede staat om de optimale prestaties van High Beam Assist te waarborgen. Zie de alinea 'Forward Collision- Avoidance Assist (FCA, Ondersteuning botsingsvermijding voorzijde)' in hoofdstuk 7 voor meer informatie over de voorzorgsmaatregelen voor de ODN8059206 frontzichtcamera.
Pagina 222
We Beam Assist uit. adviseren u de auto te laten controleren - Wanneer de koplampschakelaar van door een officiële HYUNDAI-dealer. AUTO in een andere stand wordt gezet (koplamp/positie/uit), wordt High Beam Assist uitgeschakeld en gaat de bijbehorende verlichting branden.
Pagina 223
Handige functies Beperkingen van de High Beam Informatie Assist Zie de paragraaf ‘Forward Collision- Mogelijk werkt High Beam Assist niet Avoidance Assist (FCA, ondersteuning goed in de volgende situaties: botsingsvermijding voorzijde)’ in Het licht van een tegemoetkomend hoofdstuk 7 voor meer informatie over de voertuig of voorligger een voertuig beperkingen van de frontzichtcamera.
Pagina 224
INTERIEURVERLICHTING Interieurverlichting voor WAARSCHUWING Gebruik de interieurverlichting niet tijdens het rijden in het donker. De interieurverlichting kan uw zicht verstoren waardoor u een ongeval kunt veroorzaken. OPMERKING Laat de interieurverlichting niet te lang branden als de motor niet draait, anders zal de accu ontladen raken.
Pagina 225
Handige functies Achterverlichting Verlichting make-upspiegel (indien van toepassing) (indien van toepassing) Type A ODN8059211 OTM050200 Type B Druk op de schakelaar om de verlichting in of uit te schakelen. : Het lampje begint te branden als u op deze knop drukt. : Het lampje dooft als u op deze knop drukt.
Pagina 226
Bagageruimteverlichting Welkomstsysteem ONX4E051073 ONX4E050038 De bagageruimteverlichting gaat Het verwelkomingssysteem helpt de branden zodra de achterklep wordt bestuurder door de autolichten te laten geopend. branden als de bestuurder nadert. De bagageruimteverlichting gaat uit Portiergreepverlichting zodra de achterklep gesloten is. Wanneer alle portieren (en de achterklep) zijn gesloten en vergrendeld, gaat de portierkrukverlichting ongeveer 15 seconden branden wanneer het...
Pagina 227
Handige functies U kunt het welkomstlicht in- of uitschakelen met de modus Gebruikersinstellingen op het LCD- display. Koplamp en stadslichten Als de koplichten (lichtschakelaar in de koplamp of AUTO stand) branden en alle portieren (en de achterklep) zijn gesloten en vergrendeld, zullen de koplampen en stadslichten 15 seconden branden als de ontgrendelingsknop wordt ingedrukt op de afstandsbediening of smart key.
Pagina 228
RUITENWISSERS EN RUITENSPROEIERS Ruitenwissers/-sproeiers voor Ruitenwisser/-sproeier achter Type A Type A ONX4E050148 ONX4E050149 Type B Type B ONX4050042 ONX4050043 Type C Type C ONX4E050042R ONX4E050043R A. Snelheidsregelknop ruitenwissers D. Bediening achterruitenwisser* (voor) 2 / HI – Hoge wissersnelheid V/MIST – Éénmaal wissen 1 / LO –...
Pagina 229
Handige functies Ruitenwissers voorruit AUTO (Automatische) regeling (indien van toepassing) De werking is als volgt als het contact in stand ON staat. V (MIST) : Druk voor een enkele wisbeweging de schakelaar (V) omlaag of omhoog (MIST) en laat hem weer los. De ruitenwissers zullen blijven werken zolang de schakelaar in deze stand wordt...
Pagina 230
Ruitensproeiers voorruit WAARSCHUWING Als de motor draait en de schakelaar voor de ruitenwissers voor in stand AUTO staat, neem dan onderstaande aanwijzingen in acht om letsel te voorkomen: Raak het bovenste deel van de voorruit, waar de regensensor zich bevindt, niet aan. Veeg het bovenste deel van de voorruit niet schoon met een vochtige doek.
Pagina 231
Handige functies Achterruitenwisser en -sproeier WAARSCHUWING Wanneer de buitentemperatuur beneden het vriespunt is, verwarm de voorruit dan ALTIJD door deze te ontwasemen om te voorkomen dat de ruitensproeiervloeistof op de ruit bevriest en uw zicht belemmert, waardoor een ongeval met ernstig letsel tot gevolg kan ontstaan.
Pagina 232
Automatische achterruitenwisser (indien van toepassing) De achterwisser werkt met de auto in achteruitversnelling terwijl de voorruitenwissers zijn ingeschakeld als de functie wordt geselecteerd vanuit de modus Gebruikersinstellingen op het LCD-display. Selecteer: Automatische ruitenwisser achter' (in R achteruit). 5-71...
Pagina 234
Verwarming en airconditioning 3. Stel de temperatuur in op de gewenste waarde. 1. Start de motor. 4. Stel de luchttoevoertoets in op de 2. Zet de luchtcirculatietoets in de modus verse lucht. gewenste stand. 5. Zet de aanjager op de gewenste Voor een effectieve verwarming en snelheid.
Pagina 235
Handige functies De voorruitontwaseming (A, B) De meeste lucht stroomt naar de voorruit en een klein gedeelte stroomt door de zijruitontwaseming. ONX4E050152 De luchtcirculatietoets regelt de circulatie van de lucht door het ventilatiesysteem. Stand ontwasemen (A, B) ONX4E050153 Stand MAX A/C (B, C, E) Het grootste deel van de luchtstroom (indien van toepassing) wordt naar de voorruit geleid.
Pagina 236
Temperatuurregelknop Voor ONX4050104 Achter ONX4E050106 Door de knop naar rechts te draaien verhoogt de temperatuur. Door de knop naar links te draaien verlaagt de temperatuur. Luchttoevoertoets ONX4050105 Uitstroomopeningen dashboard De luchtstroom vanuit de luchtroosters in het instrumentenpaneel kunnen omhoog/omlaag of naar links/rechts worden versteld met behulp van de instelhendel.
Pagina 237
Handige functies Recirculatiemodus WAARSCHUWING Als de recirculatiemodus is Langdurig gebruik van het geselecteerd, wordt de lucht temperatuurregelsysteem in de uit het interieur door het recirculatiemodus kan slaperigheid systeem gerecirculeerd en, bij de inzittenden veroorzaken. Dit afhankelijk van de gekozen kan leiden tot verlies van de controle functie, gekoeld of verwarmd.
Pagina 238
Aanjagerknop Werking systeem Ventileren 1. Selecteer de modus gezichtshoogte 2. Stel de luchttoevoertoets in op de modus verse lucht. 3. Stel de temperatuur in op de gewenste waarde. 4. Zet de aanjager op de gewenste snelheid. Verwarmen ONX4E050107 Draai de knop rechtsom om de 1.
Pagina 239
Handige functies Airconditioning Tips voor gebruik van de airconditioning Open de ruiten een tijdje wanneer de HYUNDAI-airconditioningssystemen auto tijdens warm weer in de volle zijn gevuld met koudemiddel R-134a of zon geparkeerd is geweest, zodat de R-1234yf. warme lucht naar buiten kan.
Pagina 240
Ook een teveel aan koudemiddel reduceert de prestaties van de airconditioning. Daarom adviseren we u het systeem te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer als het systeem niet normaal werkt. OPMERKING OIK047401L Het is belangrijk dat het juiste type...
Pagina 241
Handige functies Voorbeeld WAARSCHUWING Type A Auto's met R-1234yf Omdat het koudemiddel ontvlambaar is en onder zeer hoge druk staat, mag onderhoud aan het airconditioningssysteem alleen worden uitgevoerd door geschoolde en gecertificeerde monteurs. Het is belangrijk dat het OHYK059004 juiste type en de juiste hoeveelheid olie en Type B koudemiddel worden...
Pagina 242
Stoel op voorste rij - Type A - Type B De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. ONX4E050159/ONX4E050157 1. Toets/knop temperatuurregeling 8. Aanjagertoets bestuurderszijde 9. Luchtcirculatietoets 2. Toets/knop temperatuurregeling 10. Toets meerdere luchtstanden passagierszijde 11. Toets achterruitverwarming 3. Toets AUTO (automatische regeling) 12.
Pagina 243
Handige functies - Type C - Type D De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. ONX4E050158/ONX4E050156 1. Toets/knop temperatuurregeling 8. Aanjagertoets bestuurderszijde 9. Luchtcirculatietoets 2. Toets/knop temperatuurregeling 10. Toets meerdere luchtstanden passagierszijde 11. Toets achterruitverwarming 3. Toets AUTO (automatische regeling) 12.
Pagina 244
- Type E De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. ONX4E050160 1. Toets/knop temperatuurregeling 7. Aircotoets (A/C) bestuurderszijde 8. Aanjagertoets 2. Toets/knop temperatuurregeling 9. Luchtcirculatietoets passagierszijde 10. Toets meerdere luchtstanden 3. Toets AUTO (automatische regeling) 11. Toets achterruitverwarming 4.
Pagina 245
Handige functies - HIGH (Hoog): Snelle airconditioning Stoel op de 2e zitrij (indien van toepassing) en verwarming met een sterke luchtstroom - MEDIUM (Gemiddeld): Airconditioning en verwarming met gematigde luchtstroom - LOW (Laag): Geschikt voor bestuurders die liever een zachte luchtstroom hebben.
Pagina 246
2. Draai de temperatuurregeltoets/- Handmatig bediende knop om de gewenste temperatuur in verwarming en airconditioning te stellen. Als de temperatuur wordt Het verwarmings- en ingesteld op de laagste stand, werkt airconditioningssysteem kan handmatig de airconditioning continu. worden geregeld met andere toetsen Als het interieur voldoende is dan de toets AUTO.
Pagina 247
Handige functies Luchtcirculatie ONX4050118 De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. 5-86...
Pagina 248
Voor Europa Buiten Europa Type A Type A ONX4E050179R ONX4050116 Type B Type B ONX4E050163 ONX4050117 De luchtcirculatietoets regelt de De luchtcirculatietoets regelt de circulatie van de lucht door het circulatie van de lucht door het ventilatiesysteem. ventilatiesysteem. De luchtuitstroomrichting circuleert als volgt: 5-87...
Pagina 249
Handige functies Voor Europa Voor Stand ontwasemen (A, B) Het grootste deel van de luchtstroom wordt naar de voorruit geleid. Face-Level (Gezichtshoogte) (B, C, E) De lucht stroomt naar het bovenlichaam ONX4050104 en het hoofd. Daarnaast kan iedere Achter uitstroomopening versteld worden om de richting van de luchtstroom te wijzigen.
Pagina 250
Buiten Europa Voor Face-Level (Gezichtshoogte) (B, C, E) De lucht stroomt naar het bovenlichaam en het hoofd. Daarnaast kan iedere uitstroomopening versteld worden om de richting van de luchtstroom te wijzigen. ONX4050104 BI-Level (B, C, D, E, F) Achter De lucht stroomt naar het hoofd en naar de voetenruimte.
Pagina 251
Handige functies Temperatuurregelknop Type A Type B Stoel op voorste rij Type A Type B ONX4050121 ONX4050122 De temperatuur gezamenlijk instellen Druk op de toets 'SYNC' (controlelampje ONX4050114 ONX4050115 AAN) om de temperatuur voor de Door de knop omhoog te duwen bestuurder en de passagier en de verhoogt de temperatuur.
Pagina 252
Luchttoevoertoets Informatie De luchttoevoertoets wordt gebruikt om Aanbevolen wordt om zo veel mogelijk te kiezen uit verse lucht (buitenlucht) of de modus verse lucht te gebruiken. recirculatiemodus (interieurlucht). Gebruik de recirculatiemodus indien nodig zo kort mogelijk. Langdurig Recirculatiemodus gebruik van het verwarmingssysteem Als de recirculatiemodus is in de recirculatiemodus zonder de geselecteerd, wordt de lucht...
Pagina 253
Handige functies Aanjagerknop Airconditioning Druk op de toets A/C om de Type A Type B airconditioning in te schakelen (het controlelampje gaat branden). Druk nogmaals op de toets om de airconditioning uit te schakelen. Stand OFF (uit) Druk op de toets OFF om Buiten Europa de airconditioning uit te...
Pagina 254
Modus meerdere luchtstanden (indien van toepassing) De werkelijke vorm wijkt mogelijk af van de afbeelding. ONX4050129 5-93...
Pagina 255
Handige functies Werking systeem Type A Ventileren 1. Selecteer de modus gezichtshoogte 2. Stel de luchttoevoertoets in op de modus verse lucht. 3. Stel de temperatuur in op de gewenste waarde. 4. Zet de aanjager op de gewenste snelheid. ONX4050127 Verwarmen Type B 1.
Pagina 256
Schakel van de recirculatiemodus terug naar de modus verse lucht als Airconditioning het interieur voldoende gekoeld is. HYUNDAI-airconditioningssystemen Om het beslaan van de ruiten zijn gevuld met koudemiddel R-134a of tijdens op regenachtige of vochtige R-1234yf.
Pagina 257
Ook een teveel aan koudemiddel reduceert de prestaties van de airconditioning. Daarom adviseren we u het systeem te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer als het systeem niet normaal werkt. OPMERKING OIK047401L Het is belangrijk dat het juiste type...
Pagina 258
Voorbeeld WAARSCHUWING Type A Auto's met R-1234yf Omdat het koudemiddel ontvlambaar is en onder zeer hoge druk staat, mag onderhoud aan het airconditioningssysteem alleen worden uitgevoerd door geschoolde en gecertificeerde monteurs. Het is belangrijk dat het OHYK059004 juiste type en de juiste hoeveelheid olie en Type B koudemiddel worden...
Pagina 259
Handige functies ONTWASEMEN EN ONTDOOIEN VOORRUIT Handbediend verwarmings- en WAARSCHUWING ventilatiesysteem Voorruitverwarming Binnenzijde voorruit ontwasemen Gebruik de stand niet in combinatie met koelen bij een extreem hoge luchtvochtigheid. Het verschil tussen de temperatuur van de buitenlucht en die van de voorruit kan ertoe leiden dat de buitenzijde van de voorruit beslaat, waardoor het zicht kan worden belemmerd en de kans op een ongeval...
Pagina 260
Buitenzijde voorruit ontdooien Automatisch verwarmings- en ventilatiesysteem Binnenzijde voorruit ontwasemen ONX4050133 1. Zet de aanjager in de hoogste stand (geheel naar rechts). ONX4050134 2. Stel de temperatuur in op maximaal. 3. Druk op de ontwasemingsknop ( 4. Het systeem schakelt de toevoer van verse lucht en de airconditioning (indien van toepassing) automatisch ONX4E051187...
Pagina 261
Handige functies Buitenzijde voorruit ontdooien Achterruitverwarming OPMERKING Om beschadiging van de verwarmingsdraden van de achterruit te voorkomen, nooit scherpe voorwerpen of reinigingsmiddelen met schurende bestanddelen gebruiken om de achterruit te reinigen. De achterruitverwarming verwarmt de ruit om rijp, condens en dun ijs van de ONX4050135 binnen- en buitenkant van de achterruit te verwijderen als...
Pagina 262
VENTILATIESYSTEEM Automatisch Buiten Europa ontwasemingssysteem Als het automatische (indien van toepassing) ontwasemingssysteem actief is, brandt het controlelampje. Als een grote hoeveelheid vocht in de auto wordt gedetecteerd, wordt het automatische ontwasemingssysteem ingeschakeld. De volgende stappen worden automatisch uitgevoerd: Stap 1) De airconditioning gaat ON. Stap 2) De luchttoevoer verandert naar ONX4050046 de verse luchtmodus.
Pagina 263
Handige functies Het automatische Informatie ontwasemingssysteem in- of Wanneer de airconditioning is uitschakelen ingeschakeld door het automatische Verwarmings- en ventilatiesysteem ontwasemingssysteem en u probeert Houd de toets voor voorruitontwaseming de airconditioning uit te schakelen, 3 seconden ingedrukt wanneer dan knippert het controlelampje 3 de Engine Start/Stop-toets in de keer en wordt de airconditioning niet stand ON staat.
Pagina 264
Automatische ontvochtiging Lucht opnieuw laten circuleren (indien van toepassing) na gebruik van sproeivloeistof (indien van toepassing) Om de luchtkwaliteit in het interieur te verbeteren en om het beslaan De recirculatiemodus wordt automatisch van de voorruit tegen te gaan, wordt geactiveerd om te verhinderen de recirculatiemodus automatisch dat de onaangename geur van de uitgeschakeld na circa 5 tot 30 minuten,...
Pagina 265
Handige functies Automatische bediening Infotainmentsysteem die de instellingen van Activeer na gebruik van de sproeivloeistof kan worden in- of het verwarmings- en uitgeschakeld door het volgende te ventilatiesysteem gebruikt (voor de bestuurdersstoel) De temperatuur van de verwarming van de bestuurdersstoel, de stoelventilatie en het verwarmde stuurwiel wordt upon Washer Fluid Use (activeer automatisch gecontroleerd, afhankelijk...
Pagina 266
OPBERGVAK Opbergvak middenconsole WAARSCHUWING Bewaar nooit sigarettenaanstekers, gasflessen of andere ontvlambare/ explosieve materialen in de auto. Deze voorwerpen kunnen ontbranden en/of exploderen als de auto langere tijd aan hoge temperaturen wordt blootgesteld. WAARSCHUWING Houd opbergvakken ALTIJD gesloten tijdens het rijden. Voorwerpen in uw auto bewegen net zo snel als uw ONX4050047 auto.
Pagina 267
Handige functies Opbergvak bagageruimte (indien van toepassing) ONX4E051076 In het vak kunt u o.a. een verbandtrommel, een gevarendriehoek (opbergvak voor) en gereedschap opbergen, zodat u hier in geval van nood gemakkelijk bij kunt. Pak de handgreep aan de bovenzijde van het deksel vast en zet het deksel open.
Pagina 268
OVERIGE VOORZIENINGEN Bekerhouder WAARSCHUWING Voor Vermijd abrupt wegrijden en remmen wanneer de bekerhouder in gebruik is om morsen van uw drankje te voorkomen. Als hete dranken worden gemorst, kunt u brandwonden oplopen. Zo'n brandwond voor de bestuurder kan leiden tot verlies van controle over het voertuig met een ongeval als gevolg.
Pagina 269
Handige functies Asbak (indien van toepassing) Zonneklep OPDE046419 OPD046337 Open het deksel om de asbak te Trek de zonneklep omlaag om deze te gebruiken. kunnen gebruiken. Trek de zonneklep omlaag, neem hem uit De asbak leegmaken: de steun (1) en draai hem naar de zijruit (2) om bescherming te verkrijgen tegen De plastic houder moet worden zon van opzij.
Pagina 270
12 V-aansluiting WAARSCHUWING Voor Voorkom dat u een elektrische schok krijgt. Steek geen vingers of vreemde voorwerpen (pennen e.d.) in een 12 V-aansluiting en raak de aansluiting niet aan met natte handen. OPGELET Om beschadiging van de 12 V-aansluitingen te voorkomen: Gebruik de 12 V-aansluiting alleen als ONX4E050166 de motor draait en verwijder de plug...
Pagina 271
Handige functies USB-lader Draadloos smartphone opladen (indien van toepassing) Voor Type A ONX4E050168 Achter ONX4050055 Type B ONX4050054 De USB-lader is ontworpen voor het ONX4E050169 opladen van accu's van kleine elektrische [A] : Controlelampje, [B] : Oplaadoppervlak apparaten met behulp van een USB-kabel. Sommige uitvoeringen van de auto De elektrische apparaten kunnen worden worden geleverd met een draadloze...
Pagina 272
Een smartphone opladen Het controlelampje knippert 10 seconden oranje als er een storing in het systeem Met de draadloze oplader voor voor draadloos opladen is. smartphones kunnen alleen Qi- Stop in dit geval het oplaadproces compatibele smartphones ( ) worden tijdelijk en probeer uw smartphone opgeladen.
Pagina 273
Handige functies OPMERKING Bij het opladen van sommige smartphones met een Het draadloze oplaadsysteem beveiligingsfunctie kan het voor smartphones is mogelijk draadloos opladen minder snel gaan niet geschikt voor bepaalde of zelfs stoppen. smartphones, die niet zijn Als de smartphone een dikke hoes goedgekeurd voor de Qi-specificatie heeft, kan het draadloos opladen ( ).
Pagina 274
Klok WAARSCHUWING Het klokje kan vanaf het infotainmentsysteem worden ingesteld. Kijk voor meer informatie in de apart geleverde handleiding van het infotaintmentsysteem. WAARSCHUWING Probeer niet de klok in te stellen terwijl u rijdt. Hierdoor kunt u van de verkeerssituatie worden afgeleid, wat kan leiden tot ongevallen met lichamelijk of zelfs dodelijk letsel.
Pagina 275
Om verstoring van te zitten. Het zijgordijn mag niet de pedaalbediening te voorkomen, worden opgetild. adviseert HYUNDAI dat u de originele HYUNDAI automat voor in uw auto gebruikt. 5-114...
Pagina 276
We adviseren u voor het aanschaffen van een bagagenet contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. WAARSCHUWING Voorkom oogletsel. Overstrek het bagagenet NIET. Houd uw gezicht en lichaam altijd uit de weg van het elastische bagagenet, voor het geval het losschiet.
Pagina 277
Handige functies Rolhoes voor de bagageruimte Wanneer de rolhoes niet wordt gebruikt: verwijderen 1. Trek de rolhoes naar achteren en omhoog om ze uit de geleiders te halen. 2. De rolhoes schuift automatisch weer Informatie De rolhoes schuift mogelijk niet automatisch weer in wanneer ze niet volledig is uitgetrokken.
Pagina 278
EXTERIEUR Roof rack WAARSCHUWING (indien van toepassing) Hieronder wordt aangegeven wat het maximale gewicht is dat op het roof rack kan worden geladen. Verdeel de lading zo gelijkmatig mogelijk over het roof rack en zet de lading goed vast. 100 kg BAGAGEREK GELIJKMATIG VERDEELD...
Pagina 279
Handige functies OPMERKING Antenne Staafantenne Als u achteraf HID-koplampen van (indien van toepassing) externe leveranciers monteert, treden er mogelijk storingen op in het audiosysteem en de elektronische onderdelen van uw auto. Voorkom dat chemicaliën als parfum, cosmetische oliën, zonnebrandcrème, handenreiniger en luchtverfrisser in aanraking komen met onderdelen van het interieur, omdat ze beschadiging of...
Pagina 280
Haaienvinantenne VOLUME (VOL+ / VOL- ) (1) (indien van toepassing) Draai de VOLUME-knop naar boven om het volume te verhogen. Draai de VOLUME-knop naar beneden om het volume te verlagen. SEEK/PRESET ( ) (2) Als de SEEK/PRESET tuimelschakelaar gedurende 0,8 seconden of langer naar boven of beneden wordt gedrukt, werkt hij in de volgende modi: RADIO-modus...
Pagina 281
Handige functies Infotainmentsysteem Bluetooth® draadloze (indien van toepassing) technologie Kijk voor meer informatie in de Type A apart geleverde handleiding van het infotaintmentsysteem. Spraakherkenning (indien van toepassing) OCN7050075 Type B OCN7050081 Kijk voor meer informatie in de apart geleverde handleiding van het infotaintmentsysteem.
Pagina 282
AM (MW, LW)-ontvangst OPGELET Voorkom afleiding van de verkeerssituatie en ongevallen en gebruik het apparaat niet overmatig tijdens het rijden. Uitleg werking radiosysteem auto FM-ontvangst OJF045309L AM-uitzendingen kunnen op grotere afstand worden ontvangen dan FM- uitzendingen. Dit komt doordat AM- radiogolven op lage frequenties worden uitgezonden.
Pagina 283
Handige functies FM-zenders Kraken/statische ruis - Zwakke FM- signalen of grote obstakels tussen de zender en uw radio kunnen het signaal verstoren, waardoor krakende geluiden of statische ruis kunnen optreden. Het verlagen van de instelling voor de hoge tonen kan dit effect verminderen totdat de storing verdwijnt.
Pagina 284
Bluetooth SIG, Inc. verwijderd van de audioapparatuur. en elk gebruik van deze merken door HYUNDAI gebeurt onder licentie. OPMERKING Andere handelsmerken en Bij gebruik van een handelsnamen zijn eigendom van de communicatiesysteem zoals een respectievelijke eigenaren.
Pagina 285
Handige functies Systeemindeling – Bedieningspaneel (Met Bluetooth® draadloze technologie) (1) AUDIO-toets (2) Toets PHONE (Telefoon) Druk hierop om het keuzevenster Druk op deze toets om verbinding voor radio-/mediamodus weer te te maken met een mobiele telefoon geven. via Bluetooth. Wanneer het moduskeuzevenster Nadat de Bluetooth- verschijnt, draai aan de [TUNE]- telefoonverbinding tot stand is...
Pagina 286
(Met Bluetooth® draadloze technologie) (5) Toets SEEK/TRACK (Zoeken/ Draai tijdens het afspelen van Muziekstuk) media aan de knop om een ander nummer/bestand te zoeken (werkt Zender/muziekstuk/bestand niet in de bluetooth-audiomodus). wijzigen. Druk tijdens het draaien op de knop Houd de toets terwijl u naar de om het huidige nummer/bestand radio luistert ingedrukt om naar een te selecteren (behalve voor de...
Pagina 287
Handige functies Systeemindeling – (3) Volumehendel Bedieningstoetsen stuurwiel Duw deze hendel omhoog of omlaag om het -volume aan te passen. (4) Omhoog/Omlaag-hendel Zender/muziekstuk/bestand wijzigen. Tijdens het luisteren naar de radio drukt u op deze hendel om naar de vorige/volgende opgeslagen radiozender te luisteren.
Pagina 288
Stop uw voertuig voordat u uw OPMERKING mobiele telefoon gebruikt. Het Fabrikant: HYUNDAI MOBIS Co., Ltd. gebruik van een mobiele telefoon tijdens het rijden kan leiden tot een 203, Teheran-ro, Gangnam-gu, Seoul, verkeersongeval. Gebruik indien 06141 , Korea...
Pagina 289
Handige functies Het systeem in- of uitschakelen Informatie Om het systeem in te schakelen, start u - Omgaan met het systeem de motor. Oefen geen overmatige kracht op het Als u het systeem tijdens het rijden systeem uit. Overmatige druk op het niet wilt gebruiken, kunt u het sys- LCD-scherm of het touchscreen kan teem uitschakelen door op de toets...
Pagina 290
Het scherm in- of uitschakelen Niet-genummerde onderdelen Draai de knop [TUNE] (Afstemmen) naar Om hinderlijke glinsteringen te het gewenste onderdeel en druk dan op voorkomen, kunt u het scherm de knop. uitschakelen. Het scherm kan alleen worden uitgeschakeld terwijl het systeem is ingeschakeld.
Pagina 291
Handige functies RADIO De radio aanzetten - Equaliser (Tone) (Equalizer (Toon)): Pas het uitvoerniveau voor elke 1. Druk op het bedieningspaneel op de geluidstoonmodus aan. [AUDIO]-toets. - Speed dependent vol. 2. Wanneer het moduskeuzevenster (Snelheidsafhankelijk volume): verschijnt, draai aan de [TUNE]- Stel in dat het volume automatisch knop (Afstemmen) om de gewenste wordt aangepast aan uw rijsnelheid.
Pagina 292
- Speed dependent vol. FM/AM-modus (met RDS) (Snelheidsafhankelijk volume): Stel in dat het volume automatisch wordt aangepast aan uw rijsnelheid. OPMERKING Afhankelijk van de voertuigmodellen of -specificaties, kunnen de beschikbare opties verschillen. (1) Huidige radiomodus Afhankelijk van de systeem- of (2) Informatie over de radiozender versterkerspecificaties die op uw (3) Lijst met voorkeuzezenders...
Pagina 293
Handige functies - Speed dependent vol. DAB-modus (Snelheidsafhankelijk volume): Stel in dat het volume automatisch wordt aangepast aan uw rijsnelheid. OPMERKING Afhankelijk van de voertuigmodellen of -specificaties, kunnen de beschikbare opties verschillen. (1) Huidige radiomodus (2) Informatie over de radiozender Afhankelijk van de systeem- of versterkerspecificaties die op uw (3) Lijst met voorkeuzezenders...
Pagina 294
De radiomodus wijzigen Beschikbare radiozenders scannen 1. Druk op het bedieningspaneel op de [AUDIO]-toets. U kunt enkele seconden naar elke radiozender luisteren om de ontvangst 2. Wanneer het moduskeuzevenster te controleren en de zender te kiezen verschijnt, draai aan de [TUNE]- waarnaar u wilt luisteren.
Pagina 295
Handige functies Radiozenders opslaan Naar opgeslagen radiozenders luisteren U kunt uw favoriete radiozenders opslaan en hiernaar luisteren door FM/AM-modus ze te selecteren in de lijst met 1. Bevestig het voorkeuzenummer voorkeuzezenders. van de radiozender waarnaar u wilt luisteren. De huidige radiozender opslaan Druk op de [FAV]-toets om de Houd tijdens het luisteren naar de radio volgende pagina van de lijst met...
Pagina 296
MEDIASPELER De mediaspeler gebruiken Sluit niet tegelijkertijd een smartphone of een MP3- U kunt muziek afspelen die is opgeslagen apparaat op het systeem aan via in diverse media-opslagapparaten, zoals meerdere methoden, zoals USB USB-opslagapparaten of smartphones. en Bluetooth. Als u dit wel doet, 1.
Pagina 297
Handige functies OPMERKING Afhankelijk van de voertuigmodellen of -specificaties, kunnen de beschikbare opties verschillen. Afhankelijk van de systeem- of versterkerspecificaties die op uw voertuig van toepassing zijn, kunnen (1) Huidig bestandsnummer en totaal de beschikbare opties verschillen. aantal bestanden (2) Afspeeltijd Nummerinformatie (Mediadisplay): (3) Informatie over het muziekstuk dat Selecteer informatie zoals Map/...
Pagina 298
Terugspoelen/vooruitspoelen Herhaald afspelen Houd op het bedieningspaneel de [< Druk op het bedieningspaneel op de [1 SEEK]-toets / [TRACK >]-toets ingedrukt. RPT]-toets. De modus voor herhaald afspelen wijzigt elk keer dat u op de U kunt ook de Omhoog/omlaag- toets drukt. Het overeenkomstige hendel op het stuurwiel ingedrukt moduspictogram wordt op het scherm houden.
Pagina 299
Handige functies OPMERKING Informatie Gebruik geen verlengkabel voor Start altijd eerst de motor van de auto het aansluiten van een USB- voordat u een USB-apparaat op het opslagapparaat. Sluit apparaten systeem aansluit. Het starten van de alleen rechtstreeks op de USB-poort motor terwijl een USB-apparaat is aan.
Pagina 300
BLUETOOTH Verbinden met Bluetooth- Als het systeem niet stabiel is vanwege een communicatiefout apparaten tussen voertuig en bluetooth- Bluetooth is een draadloze apparaat, kunt u dit proberen op netwerktechnologie voor te lossen door de gekoppelde signaaloverdracht over een zeer korte apparaten te wissen en de bluetooth- afstand.
Pagina 301
Handige functies Apparaten met uw systeem Als het zescijferige wachtwoord op het scherm van het Bluetooth- koppelen apparaat wordt weergegeven, Voor het tot stand brengen van een controleer dan dat het Bluetooth- bluetooth-verbinding moet u eerst uw wachtwoord dat op het Bluetooth- apparaat aan het systeem koppelen apparaat wordt weergegeven door het toe te voegen aan de lijst met...
Pagina 302
Wanneer een apparaat via Bluetooth De verbinding met een apparaat met het systeem is verbonden, kan verbreken de batterij van het apparaat sneller Als u het gebruik van een Bluetooth- ontladen. apparaat wilt stoppen of verbinding wilt maken met een ander apparaat, Verbinden met een gekoppeld verbreekt u de verbinding met het apparaat...
Pagina 303
Handige functies Een Bluetooth-audioapparaat - Speed dependent vol. (Snelheidsafhankelijk volume): gebruiken Stel in dat het volume automatisch U kunt via de luidsprekers van uw wordt aangepast aan uw voertuig naar muziek luisteren die is rijsnelheid. opgeslagen op het verbonden Bluetooth- audioapparaat.
Pagina 304
OPMERKING Pauzeren/Afspelen hervatten Druk op het bedieningspaneel op Afhankelijk van het verbonden de [TUNE]-knop om het afspelen te bluetooth-apparaat, de mobiele pauzeren. Om het afspelen te hervatten, telefoon of de muziekspeler drukt u nogmaals op de [TUNE]-toets. die u gebruikt, kunnen de bedieningselementen voor afspelen U kunt ook de toets Mute op de verschillen.
Pagina 305
Handige functies Een Bluetooth-telefoon De gesprekskwaliteit kan verslechteren in de volgende gebruiken omstandigheden: U kunt bluetooth gebruiken om - Slechte signaalontvangst van de handsfree te telefoneren. De mobiele telefoon oproepinformatie wordt weergegeven - Er is veel geluid binnenin het op het systeemscherm en het voeren voertuig van het gesprek vindt plaats met behulp van de ingebouwde microfoon en...
Pagina 306
Delete all (Alles verwijderen): Alle De lijst met favorieten registreren items uit de favorieten verwijderen. De Bluetooth-functie wordt eenvoudiger voor handsfree telefoneren als u telefoonnummers als favoriete nummers OPMERKING registreert. U kunt maximaal 20 favorieten 1. Draai vanuit het telefoonscherm de registreren voor elk apparaat.
Pagina 307
Handige functies De gespreksduur en tijdinformatie Uw oproepgeschiedenis gebruiken worden niet op het systeemscherm 1. Draai vanuit het telefoonscherm weergegeven. de [TUNE]-knop op het bedieningspaneel om Call history Voor het downloaden van de (Oproepgeschiedenis) te selecteren belgeschiedenis vanaf de mobiele en druk dan op de knop.
Pagina 308
OPMERKING Wanneer u uw contacten downloadt, worden alle oude gegevens De contacten kunnen alleen worden verwijderd. bekeken als het Bluetooth-apparaat U kunt uw contacten in het systeem verbonden is. niet bewerken of verwijderen. Alleen contacten opgeslagen in de Wanneer u een nieuwe mobiele ondersteunde bestandsindeling telefoon aansluit, worden de kunnen vanaf het bluetooth-...
Pagina 309
Handige functies OPMERKING Druk op de [MENU/CLOCK]-toets op het bedieningspaneel om de onderstaande Afhankelijk van het type mobiele menu-optie te openen: telefoon wordt het weigeren van Microfoonvolume (Afspeelvolume): oproepen mogelijk niet ondersteund. pas het microfoonvolume aan of Als uw mobiele telefoon met het schakel de microfoon uit zodat de systeem is verbonden, kan het persoon met wie u belt, u niet kan...
Pagina 310
DE NOODOPROEP Het pan-Europese eCall-systeem doet U kunt bij een verkeersongeval snel een automatisch een noodoproep bij een noodoproep via het noodoproepsysteem. verkeersongeval of andere calamiteiten Publieke noodoproepcentrale (PSAP, op de wegen. Public Safety Answering Point) Een bestuurder of passagier kan Een bestuurder of passagier kan handmatig een noodoproep doen naar handmatig een noodoproep doen naar...
Pagina 311
Handige functies SYSTEEMSTATUSPICTOGRAMMEN OPMERKING Boven in het scherm worden statuspictogrammen weergegeven die Het batterijniveau op het scherm kan de huidige systeemstatus aanduiden. afwijken van het batterijniveau dat Zorg dat u bekend met de op het aangesloten apparaat wordt statuspictogrammen die worden weergegeven.
Pagina 312
OPMERKING Bestanden die geen ondersteund Ondersteunde audioformaten formaat hebben, worden mogelijk niet herkend of afgespeeld, of Audiobestandsspecificatie informatie daarover, zoals de - WAVeform audiobestandsindeling bestandsnaam, wordt mogelijk niet - MPEG1/2/2,5 Audio Layer3 correct weergegeven. - Windows Media Audio Ver 7.X/8.X Alleen bestanden met de extensies .mp3/.wma/.wav kunnen worden Bitrates...
Pagina 313
- USB-opslagapparaten met een handelsmerken van Bluetooth SIG, plastic plug worden mogelijk niet Inc. en elk gebruik van deze merken herkend. door HYUNDAI gebeurt onder licentie. - USB-opslagapparaten in geheugenkaarten, zoals CF- of SD-kaarten, worden mogelijk niet herkend. USB-type harde schijven worden mogelijk niet herkend.
Pagina 314
FCC-certificatie Deze apparatuur is getest en voldoet aan de limieten voor een digitaal apparaat klasse B, volgens deel 15 van de FCC-voorschriften. Deze limieten zijn tot stand gekomen om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke storing in een woonomgeving. Deze apparatuur genereert en gebruikt radiostraling en kan deze uitzenden en, als de apparatuur niet volgens de instructies wordt gebruikt, kan schadelijke storing veroorzaken voor radiocommunicatie.
Pagina 318
(2) este equipo o dispositivo debe aceptar cualquier interferencia, incluyendo la que pueda causar su operación no deseada.” UkrSEPRO Categorie Onderdeel Specificatie HYUNDAI MOBIS Co., Ltd. Fabrikant 203, Teheran-ro, Gangnam-gu, Seoul, 06141, Zuid-Korea Frequentiebereik 2.400 tot 2.483,5 MHz Ondersteunde...
Pagina 320
6. Rijden met uw auto Vóór het rijden ....................6-4 Voor het instappen ...................... 6-4 Vóór het starten ......................6-4 Contactslot ......................6-6 Contactslot ........................6-6 Toets Engine Start/Stop .................... 6-10 Handgeschakelde transmissie ................6-18 Handgeschakelde transmissie bedienen ..............6-18 Goede rijgewoonten ....................6-20 Intelligente handgeschakelde transmissie (iMT) ..........
Pagina 321
Vierwielaandrijving (4WD) ................6-69 De werking van de vierwielaandrijving (4WD) ............6-71 Maatregelen voor noodgevallen ................6-74 Voorkomen dat de auto over de kop slaat ..............6-75 Elektronische geregeld veersysteem .............6-77 Storing in het systeem ....................6-77 Idle stop and go (ISG)-systeem ..............6-78 Het ISG-systeem inschakelen..................6-78 Het ISG-systeem uitschakelen ..................6-78 Voorwaarden voor de werking van het ISG-systeem ..........
Pagina 322
Laat uw auto zo snel mogelijk controleren door een officiële HYUNDAI-dealer als u merkt dat het geluid van de uitlaat verandert of als u over iets heen gereden bent dat de onderzijde van de auto heeft geraakt.
Pagina 323
Rijden met uw auto VÓÓR HET RIJDEN Voor het instappen WAARSCHUWING Zorg ervoor dat alle ruiten, Om de kans op ERNSTIG LETSEL buitenspiegel(s) en lampen schoon en te beperken, moeten de volgende onbedekt zijn. voorzorgsmaatregelen getroffen Verwijder rijp, sneeuw of ijs. worden: Controleer de banden visueel Doe uw veiligheidsgordel ALTIJD...
Pagina 324
WAARSCHUWING Ga NOOIT rijden als u onder invloed bent van drank of drugs. Rijden onder invloed van drank of drugs is gevaarlijk en kan resulteren in een ongeval met ERNSTIG LETSEL tot gevolg. Rijden onder de invloed van alcohol is de meest voorkomende oorzaak voor ongevallen op de snelweg.
Pagina 325
Rijden met uw auto CONTACTSLOT WAARSCHUWING WAARSCHUWING Om de kans op ERNSTIG LETSEL Draai de contactsleutel NOOIT in de te beperken, moeten de volgende stand LOCK of ACC terwijl de auto voorzorgsmaatregelen getroffen rijdt, behalve in een noodsituatie. worden: Hierdoor slaat de motor af en valt Laat kinderen en mensen die de stuur- en rembekrachtiging niet bekend zijn met de auto...
Pagina 326
Standen contact Stand Actie Opmerkingen contact Om het contact in stand LOCK te zetten, moet de sleutel in stand ACC iets worden ingedrukt en vervolgens naar stand LOCK worden gedraaid. LOCK Als het contact in stand LOCK staat, kan de contactsleutel worden verwijderd.
Pagina 327
Rijden met uw auto Starten van de motor Informatie Breng de motor niet op WAARSCHUWING bedrijfstemperatuur door hem stationair te laten draaien. Draag tijdens het rijden altijd Rijd weg met een gematigd geschikte schoenen. Ongeschikte motortoerental. (Krachtig accelereren schoenen, zoals hoge hakken, en decelereren moet worden skilaarzen, sandalen, teenslippers, voorkomen.)
Pagina 328
OPMERKING Dieselmotor starten Om de dieselmotor te starten bij koude Als de motor niet binnen 10 seconden motor moet deze voorgegloeid worden wordt gestart nadat het voorgloeien voordat de motor wordt gestart, en is voltooid, zet het contact dan 10 vervolgens opgewarmd worden voordat seconden terug in stand LOCK en u gaat rijden.
Pagina 329
Rijden met uw auto Als de verkeers- en WAARSCHUWING wegomstandigheden dit toestaan, Druk de startknop NOOIT in als de kunt u de transmissie in N (Neutraal) auto in beweging is, behalve in een zetten terwijl de auto nog rijdt en noodsituatie.
Pagina 330
Standen toets Engine start/stop (motor starten/stoppen) - Voertuig met handgeschakelde transmissie/intelligente handgeschakelde transmissie: Stand Actie OPMERKING startknop Zet de motor uit door de auto tot Als het stuurwiel niet correct stilstand te brengen en op de toets vergrendeld is wanneer u het Engine start/stop (motor starten/ bestuurdersportier opent, klinkt er een stoppen) te drukken.
Pagina 331
Rijden met uw auto Standen toets Engine Start/Stop (motor starten/stoppen) - Met automatische transmissie/Double Clutch-transmissie: Stand Actie Opmerkingen startknop Zet de motor uit door op de startknop Als het stuurwiel niet correct te drukken terwijl de selectiehendel in vergrendeld is wanneer u het stand P (Parkeren) staat.
Pagina 332
Starten van de motor Benzinemotor starten Met handgeschakelde transmissie: 1. Zorg ervoor dat u de Smart Key altijd WAARSCHUWING bij u hebt. Draag tijdens het rijden altijd 2. Controleer of de parkeerrem is geschikte schoenen. Ongeschikte geactiveerd. schoenen, zoals hoge hakken, 3.
Pagina 333
Rijden met uw auto Dieselmotor starten Om de dieselmotor te starten bij koude motor, moet deze voorgegloeid en vervolgens opgewarmd worden voordat u gaat rijden. Met handgeschakelde transmissie: 1. Zorg ervoor dat u de Smart Key altijd bij u hebt. 2.
Pagina 334
Als u de toets ENGINE START/STOP (motor starten/stoppen) naar de stand START drukt zonder het rempedaal en koppelingspedaal in te trappen, zal de motor niet starten en verschijnt het volgende pop-upscherm op het instrumentenpaneel. OPDE050564L Met automatische transmissie/Double Clutch-transmissie : 1.
Pagina 335
Rijden met uw auto OPMERKING Een motor met turbo/intercooler starten en uitzetten Om schade aan de auto te voorkomen: 1. Voer het toerental van de motor niet Probeer niet de transmissie in stand (zeer) hoog op na het starten. Laat P (Parkeren) te zetten wanneer de een koude motor enkele seconden motor tijdens het rijden afslaat.
Pagina 336
Starten op afstand (indien van toepassing) ONX4060002 Informatie OTM060055L U kunt de auto starten met de Remote Als de batterij van de Smart Key bijna Start-toets van de smart key. leeg is of als deze niet goed werkt, kunt u de auto starten door de startknop direct Doe het volgende om de auto op afstand met de Smart Key in te drukken, zoals...
Pagina 337
Rijden met uw auto HANDGESCHAKELDE TRANSMISSIE Zorg er om naar R (Achteruit) te schakelen voor dat de auto volledig stilstaat en beweeg de selectiehendel dan naar de vrijstand voordat u hem op R (Achteruit) zet. Wanneer de auto volledig stilstaat en schakelen naar de 1e versnelling of R (Achteruit) moeilijk gaat: 1.
Pagina 338
Koppeling bedienen Terugschakelen (indien van toepassing) Schakel terug wanneer u moet afremmen door drukte op de weg of een steile Trap het koppelingspedaal geheel in helling op rijdt, dan ontziet u de motor. voordat u: - Starten van de motor Ook verkleint met terugschakelen de kans op afslaan en kunt u beter De motor start niet zonder dat u het...
Pagina 339
Wees vooral voorzichtig bij het terug de rijbaan op. rijden op een gladde ondergrond. HYUNDAI adviseert u om u altijd aan Let in dat geval vooral op bij het de aangegeven snelheidslimieten te remmen, gas geven en schakelen.
Pagina 340
Het intelligente handgeschakelde Laat de motor nooit met een toerental transmissiesysteem (iMT) maakt gebruik draaien dat in het rode gebied van de van E-Clutch-technologie (Elektronische toerenteller ligt. koppeling) en SSC-technologie (Start Stop Coasting). Wanneer de auto in de OPGELET zeilfunctie rijdt ('coasting'), wordt de motor automatisch uitgeschakeld om het Bij het terugschakelen van de brandstofverbruik te verlagen.
Pagina 341
Rijden met uw auto Om vroegtijdige slijtage en Koppeling bedienen beschadiging van de koppeling Het koppelingspedaal moet geheel te voorkomen, mag u uw voet worden ingetrapt alvorens de tijdens het rijden niet op het versnellingspook te verplaatsen en koppelingspedaal laten rusten. moet daarna weer langzaam worden Gebruik de koppeling ook niet om de losgelaten.
Pagina 342
Goede rijgewoonten WAARSCHUWING Laat de auto nooit in zijn vrij een Draag altijd uw veiligheidsgordel! helling af rijden. Dit is bijzonder Bij een aanrijding lopen inzittenden gevaarlijk. Laat de auto bij het afrijden die hun veiligheidsgordel niet van een helling altijd in een versnelling dragen een veel grotere kans op staan.
Pagina 343
Rijden met uw auto Hefboomtype ONX4E060039 [A] : Schakelhefboom, [B] : Schakelen/loslaten toets, [C] : Handmatige schakelmodus Trap het rempedaal in en druk de schakelen/loslatentoets in terwijl u de schakelhefboom beweegt. Druk op de schakelen/loslatentoets terwijl u de selectiehendel beweegt. De selectiehendel kan ongehinderd bewegen.
Pagina 344
De indicator op het instrumentenpaneel P (Parkeren) geeft, als het contact in stand ON staat, Zorg ervoor dat de auto volledig tot aan in welke stand de schakelhefboom/ stilstand is gekomen voordat stand P knop staat. (Parkeren) wordt ingeschakeld. Om vanuit stand P (Parkeren) te WAARSCHUWING schakelen, moet u het rempedaal stevig intrappen en uw voet van het gaspedaal...
Pagina 345
Rijden met uw auto In stand N (Neutraal) blijven wanneer R (Achteruit) de motor is uitgeschakeld (knoptype) Gebruik deze stand om de auto achteruit te rijden. OPMERKING Laat de auto helemaal tot stilstand komen alvorens de selectiehendel in of uit stand R (Achteruit) te zetten. Anders zou de transmissie beschadigd kunnen raken.
Pagina 346
4. Houd de OK-toets op het stuurwiel D (Rijden) langer dan 1 seconde ingedrukt. Dit is de normale rijstand. De transmissie 5. Bij de melding ‘Voertuig blijft in schakelt automatisch tussen de 6 (of 8) Neutraal. Verander de versnelling versnellingen voor een zo laag mogelijk om te annuleren’...
Pagina 347
Rijden met uw auto Handmatige schakelmodus (hefboomtype) OCN7060007 DS-modus (Drive Sporty) Beweeg om naar de DS-modus te ONX4E060040 schakelen de selectiehendel van [A] : + (Up - Omhoog), [B] : - (Down - Omlaag) D (Rijden) naar het midden van de De handmatige schakelmodus kan zowel handmatige schakelmodus.
Pagina 348
We adviseren u het systeem direct Hierdoor schakelt de transmissie naar te laten controleren door een de 2e versnelling, die beter geschikt is officiële HYUNDAI-dealer als u de voor het soepel wegrijden op een gladde schakelblokkering ongedaan heeft ondergrond. Trek de selectiehendel moeten maken.
Pagina 349
Rijden met uw auto Schakelblokkeersysteem Parkeren De automatische transmissie Breng de auto altijd volledig tot stilstand heeft voor uw veiligheid een en blijf het rempedaal ingedrukt houden. schakelblokkeersysteem dat voorkomt Zet de transmissie in P (Parkeren) stand, dat de selectiehendel uit stand P activeer de parkeerrem en zet het (Parkeren) in stand R (Achteruit) kan contact in LOCK/OFF stand.
Pagina 350
Melding LCD-display Druk op OK op het stuur om in de neutrale stand te blijven (knoptype) De melding verschijnt op het LCD- De daadwerkelijke melding kan display wanneer u de toets N (Neutraal) afwijken van de volgende LCD- indrukt en uw voet van het rempedaal displaymelding.
Pagina 351
Reinig de omgeving van de schakelknop. Als de melding opnieuw verschijnt, raden we aan om de auto te laten nakijken door een officiële HYUNDAI-dealer. Fout in schakelsysteem! Ga direct naar uw service-partner De waarschuwing verschijnt op het...
Pagina 352
De manuele schakelmodus verandert in Bij het op- of afrijden van een helling een van de volgende situaties ook terug moet u altijd naar D (Rijden) schakelen naar automatisch schakelen wanneer u vooruit rijdt of naar R (Achteruit) wanneer u achteruit rijdt, - Als het versnellingspedaal tijdens het en de aangegeven versnellingsstand rijden meer dan 6 seconden zachtjes...
Pagina 353
Gooi het stuur niet om wanneer uw auto van de weg raakt. Rem in plaats daarvan af en stuur de auto rustig terug de rijbaan op. HYUNDAI adviseert u om u altijd aan de aangegeven snelheidslimieten te houden. 6-34...
Pagina 354
ONX4060003 Bediening van de transmissie met dubbele koppeling De transmissie met dubbele koppeling heeft zeven versnellingen vooruit en één versnelling achteruit. De verschillende versnellingen worden automatisch gekozen wanneer de schakelknop in stand D (Rijden) staat. De Double clutch-transmissie is in principe een automatisch schakelende handgeschakelde versnellingsbak.
Pagina 355
Rijden met uw auto De Double clutch-transmissie Bij het in- en uitschakelen van de bestaat uit een mechanisme met motor kunt u klikgeluiden horen een dubbele drogeplaatkoppeling en wanneer het systeem een zelftest zorgt voor een betere acceleratie en uitvoert. Dit is een normaal geluid een lager brandstofverbruik.
Pagina 356
(D, P) op het instrumentenpaneel knipperen. We adviseren u het systeem te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. OBC3070112TU Steile helling Een steile helling op of af rijden: Gebruik het rempedaal of de handrem om de auto stil te houden op een helling.
Pagina 357
Rijden met uw auto Type A Type B OOSH069012L OOSH069007L OOSH069013L Hoge temperatuur transmissie Onder bepaalde omstandigheden, zoals het herhaaldelijk stoppen en weer optrekken op steile hellingen, plotseling wegrijden of accelereren, of andere belastende rijomstandigheden, zal de temperatuur van de koppeling erg sterk stijgen.
Pagina 358
Gebruik deze stand om de auto achteruit Neem voor uw veiligheid contact op te rijden. met een officiële HYUNDAI-dealer als een waarschuwingsmelding op het OPMERKING LCD-display blijft knipperen en laat het Laat de auto helemaal tot stilstand systeem controleren.
Pagina 359
Rijden met uw auto In stand N (Neutraal) blijven wanneer N (Neutraal) de auto is uitgeschakeld (knoptype) De wielen en de transmissie zijn niet geblokkeerd. Schakel stand N (Neutraal) in voor het opnieuw starten van een afgeslagen motor, of als moet worden gestopt terwijl de motor draait.
Pagina 360
4. Houd de OK- toets op het stuurwiel D (Rijden) langer dan 1 seconde ingedrukt. Dit is de normale rijstand. De transmissie 5. Bij de melding ‘Voertuig blijft in schakelt automatisch tussen de zeven Neutraal. Verander de versnelling vooruitversnellingen voor een zo laag om te annuleren’...
Pagina 361
Rijden met uw auto Schakelpaddles Schakelblokkeersysteem (Handmatig schakelen) Voor uw veiligheid heeft de (indien van toepassing) Double clutch-transmissie een schakelblokkeersysteem dat voorkomt dat de selectiehendel uit stand P (Parkeren) in stand R (Achteruit) kan worden gezet zonder dat het rempedaal is ingetrapt.
Pagina 362
Parkeren Melding LCD-display (knoptype) Breng de auto altijd volledig tot stilstand en blijf het rempedaal ingedrukt De daadwerkelijke melding kan houden. Zet de selectiehendel in stand P afwijken van de volgende LCD- (Parkeren), activeer de parkeerrem en zet displaymelding. het contact in stand LOCK/OFF. Neem de De toepassing van de volgende Key mee wanneer u de auto verlaat.
Pagina 363
Als de melding opnieuw verschijnt, raden motor hebt uitgeschakeld, houdt u de we aan om de auto te laten nakijken door “OK”-toets op het stuurwiel langer dan 1 een officiële HYUNDAI-dealer. seconde ingedrukt. Fout in schakelsysteem! Ga direct Versnelling blijft in N als het voertuig...
Pagina 364
HYUNDAI adviseert u om u altijd aan de aangegeven snelheidslimieten te Activeer altijd de parkeerrem voordat houden. u de auto verlaat. Vertrouw er niet op dat de auto niet zal bewegen als de transmissie in stand P (Parkeren) staat.
Pagina 365
Rijden met uw auto REMSYSTEEM Power-assist brakes Als de remmen nat zijn, remt de auto mogelijk minder dan normaal en (Rembekrachtiging) kan de auto naar één kant trekken Uw auto is voorzien van bekrachtigde tijdens het remmen. Door het remmen die bij normaal gebruik rempedaal licht in te trappen, kunt automatisch afgesteld worden.
Pagina 366
Parkeerrem Parkeerrem ontgrendelen (indien van toepassing) Parkeerrem activeren OCN7060010 Deactiveren: Trap het rempedaal stevig in. OCN7080008 Activeer altijd de parkeerrem op de Laat terwijl u de ontgrendelknop (1) volgende wijze alvorens de auto te indrukt de parkeerremhendel langzaam verlaten: opkomen duw hem daarna omlaag (2). Trap het rempedaal stevig in.
Pagina 367
Rijden met uw auto OPMERKING WAARSCHUWING Trap niet op het gaspedaal terwijl Wanneer u de auto verlaat of de parkeerrem is geactiveerd. Als parkeert, moet u altijd volledig u het gaspedaal intrapt terwijl de stilstaan en het rempedaal parkeerrem is ingeschakeld, klinkt ingedrukt houden.
Pagina 368
1. Houd het rempedaal ingetrapt. een noodsituatie, raden wij u aan het 2. Trek de EPB-schakelaar omhoog. systeem te laten controleren door een Controleer of het waarschuwingslampje officiële HYUNDAI-dealer. van het parkeerremsysteem gaat branden. De EPB (Elektronische parkeerrem) kan automatisch geactiveerd worden als:...
Pagina 369
Rijden met uw auto Parkeerrem ontgrendelen Controleer de volgende omstandigheden Type A - Voertuig met intelligente handgeschakelde transmissie/ handgeschakelde transmissie 1. Controleer of alle inzittenden de veiligheidsgordel dragen en of de portieren, motorkap en achterklep gesloten zijn. 2. Trap terwijl de motor draait het koppelingspedaal in en zet de selectiehendel in z'n 1 (eerste ONX4E060025...
Pagina 370
WAARSCHUWING We adviseren u het systeem Wanneer u de auto verlaat of te laten controleren door een parkeert, moet u altijd volledig officiële HYUNDAI-dealer als het stilstaan en het rempedaal ingedrukt waarschuwingslampje voor het houden. parkeerremsysteem blijft branden Verander de versnelling naar P terwijl de EPB gedeactiveerd is.
Pagina 371
EPB nog steeds brandt, raden we u niet op de juiste wijze verloopt, klinkt er aan het systeem te laten controleren een waarschuwingssignaal en wordt er door een officiële HYUNDAI-dealer. een melding weergegeven. Als het waarschuwingslampje voor het parkeerremsysteem niet brandt...
Pagina 372
1. Druk, met gesloten we u aan uw auto naar een officiële bestuurdersportier, motorkap en HYUNDAI-dealer te laten brengen met achterklep (voertuig uitgerust met een autoambulance en het systeem na te schakelknop) het rempedaal in en laten kijken.
Pagina 373
Rijden met uw auto Deactiveren: Wanneer u het gaspedaal intrapt met de versnelling in D (Rijden) of R (Achteruit, voertuig uitgerust met schakelknop) of in handmatige modus, wordt het Auto Hold-systeem automatisch gedeactiveerd en begint de auto te rijden. Het AUTO HOLD-controlelampje verandert van groen in wit.
Pagina 374
Uitschakelen: Informatie Type A De Auto Hold-functie werkt niet als: - Het bestuurdersportier wordt geopend - De motorkap is open. - De achterklep staat open (voertuig met schakelknop) - De transmissie staat in stand P (Parkeren). (Voor schakelknoptype) - De transmissie staat in stand P (Parkeren) of R (Achteruit).
Pagina 375
Auto Hold wellicht systeem en de EPB mogelijk niet. Trap niet goed. voor uw eigen veiligheid het rempedaal We adviseren u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. Waarschuwingsmeldingen Type A Type B OJX1069035L Duw op het rempedaal om de AUTO...
Pagina 376
Antiblokkeersysteem (ABS) WAARSCHUWING Een antiblokkeersysteem (ABS) of een elektronische stabiliteitsregeling (ESC) kan geen ongevallen als gevolg van gevaarlijke rijmanoeuvres voorkomen. Neem altijd een veilige afstand tussen u en voorwerpen vóór u in acht, ondanks dat deze systemen ervoor zorgen dat u de auto beter OTM060049L onder controle kunt houden tijdens Voorwaarden AUTO HOLD niet vervuld.
Pagina 377
Het ABS beperkt niet de tijd of de afstand nemen met de dichtstbijzijnde officiële die nodig is om de auto tot stilstand te HYUNDAI-dealer om ernstig of dodelijk brengen. letsel te voorkomen. Bewaar altijd een veilige afstand tot de auto voor u.
Pagina 378
Elektronische WAARSCHUWING stabiliteitsregeling (Electronic Rijd nooit te snel door een bocht als Stability Control-ESC) de wegtoestand dit niet toelaat. ESC (indien van toepassing) voorkomt geen ongelukken. Te hoge bochtensnelheden, plotselinge Type A manoeuvres en aquaplaning op een nat wegdek kunnen nog steeds leiden tot ernstige ongevallen.
Pagina 379
Toestand 2 te laten controleren door een officiële Houd de ESC OFF toets meer dan 3 HYUNDAI-dealer. seconden ingedrukt. Het controlelampje Het controlelampje ESC OFF gaat ESC OFF gaat branden en/of de branden als de ESC wordt uitgeschakeld.
Pagina 380
OPMERKING Vehicle Stability Management (VSM) (indien van toepassing) Als met wielen en banden met verschillende afmetingen wordt Het Vehicle Stability Management (VSM) gereden, kan het ESC-systeem een is een functie van de elektronische storing vertonen. Controleer voordat stabiliteitsregeling (ESC). Het helpt de u de banden vervangt of alle vier de auto stabiel te houden bij het plotseling wielen en banden dezelfde afmetingen...
Pagina 381
Maar als dit niet genoeg is om de auto HYUNDAI-dealer. met aanhanger te stabiliseren, worden alle remmen bediend en wordt het OPMERKING motorvermogen verminderd.
Pagina 382
Hill-start Assist Control (HAC - Emergency Stop Signal (ESS) Op een helling starten) (Noodstopsignaal) (indien van toepassing) Het Emergency Stop Signal (noodstopsignaal)-systeem waarschuwt De Hill-Start Assist Control (HAC) achteropkomende bestuurders door de voorkomt dat de auto achteruit rolt remlichten te laten knipperen wanneer bij het wegrijden na een halte op een de auto plotseling sterk afremt.
Pagina 383
Rijden met uw auto Brake Assist-system (BAS) Multi-Collision Brake (MCB) (indien van toepassing) (indien van toepassing) Het Brake Assist System is bedoeld Bij een ongeval waarbij de airbag wordt om het risico op ongevallen terug te geactiveerd, regelt Multi-Collision Brake dringen.
Pagina 384
Systeem uit Downhill Brake Control (DBC - Bergafwaartse remcontrole) Multi-Collision Brake wordt (indien van toepassing) uitgeschakeld in de volgende situaties: Type A - Het gaspedaal wordt verder dan een bepaald niveau ingetrapt. - De auto stopt. - Er is sprake van een storing in ESC (Elektronische stabiliteitsregeling) of elektronische apparaten.
Pagina 385
Storing in het tijdens de activering niet goed werkt. Als dat gebeurt systeem wordt Downhill Brake Control uitgeschakeld. Wij adviseren u om het systeem zo snel mogelijk te laten Geel lampje aan controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. 6-66...
Pagina 386
Informatie Op steile hellingen wordt het DBC- systeem mogelijk niet gedeactiveerd, zelfs als het rempedaal of het gaspedaal is ingetrapt. De Downhill Brake Control houdt de rijsnelheid mogelijk niet altijd op een bepaalde snelheid. Downhill Brake Control werkt niet als: - De transmissie staat in stand P OJX1069039L (Parkeren).
Pagina 387
HYUNDAI-dealer voor hulp. in beweging komen waardoor u of Laat tijdens het rijden uw voet NIET op anderen letsel kunnen oplopen.
Pagina 388
Type A WAARSCHUWING Om het risico op ERNSTIG of DODELIJK LETSEL te beperken: Rijd niet met de auto in omstandigheden waarvoor hij niet is ontworpen, zoals zware off-road omstandigheden. Pas uw snelheid aan voordat u een bocht aansnijdt of gaat keren. Maak geen plotselinge ONX4060013 stuurbewegingen bij het wisselen...
Pagina 389
Rijden met uw auto OPMERKING Rijd niet door water dat hoger staat dan de onderkant van het voertuig. Controleer de werking van de remmen nadat u door modder of water bent gereden. Trap het rempedaal enkele malen in terwijl u traag rijdt totdat u voelt dat de remmen weer normaal werken.
Pagina 390
De werking van de vierwielaandrijving (4WD) Vierwielaandrijvingmodus (4WD) selecteren Stand tussenbak Keuzetoets Controlelampje Omschrijving 4WD Auto wordt gebruikt tijdens het rijden op wegen onder normale omstandigheden, wegen in stedelijke gebieden, en op snelwegen. Alle wielen worden bediend wanneer een voertuig met constante snelheid rijdt.
Pagina 391
) gaat branden, adviseren wij u om de auto zo snel mogelijk te Vóór het rijden laten controleren door een officiële Zorg dat alle passagiers HYUNDAI-dealer. veiligheidsgordels dragen. Ga rechtop en dichter tegen het OPMERKING stuurwiel zitten dan gewoonlijk. Zet het stuurwiel in een stand die u Handhaaf de modus 4WD Auto bij toelaat om comfortabel te rijden.
Pagina 392
OPGELET Als het voertuig vastzit in sneeuw, zand of modder, plaatst u niet glijdend materiaal onder de aandrijfwielen voor grip OF laat u de wielen traag voorwaarts en achterwaarts draaien; dat veroorzaakt een wiegende beweging waardoor het voertuig mogelijk los komt. Zorg er echter voor dat de motor niet voortdurend op een hoog toerental draait, dat kan het 4WD- OLMB053018...
Pagina 393
Gebruik ook altijd wielen en banden van hetzelfde merk. Als u de auto voor terreinrijden voorziet van een niet door HYUNDAI aanbevolen banden- en velgencombinatie, mag u deze banden niet gebruiken om op de snelweg te rijden.
Pagina 394
Voorkomen dat de auto over de kop slaat Dit type personenauto, dat geschikt is voor meerdere doeleinden, wordt een Sports Utility Vehicle (SUV) genoemd. Een SUV heeft een grotere bodemvrijheid en een kleinere spoorbreedte. Dit maakt de inzetbaarheid op vele terreinen mogelijk.
Pagina 395
Als u de auto voor geen abrupte stuurbewegingen uit. terreinrijden toch voorziet van een niet De kans dat een persoon die zijn of door HYUNDAI aanbevolen banden- en haar veiligheidsgordel niet draagt velgencombinatie, mag u deze banden verongelukt als de auto over de...
Pagina 396
Wanneer de elektronische vering niet goed werkt, verschijnt deze waarschuwingsmelding op het LCD- display. Laat de auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI- dealer. OPMERKING Als het accupeil hoog of laag is, kan het zijn dat het elektronisch...
Pagina 397
Rijden met uw auto Uw auto kan zijn uitgerust met het Het ISG-systeem uitschakelen ISG-systeem dat het brandstofverbruik Type A vermindert door de motor automatisch uit te schakelen en opnieuw te starten. De motor wordt automatisch gestart zodra aan de startvoorwaarden wordt voldaan.
Pagina 398
Automatisch stoppen Motor uitzetten in Idle Stop-modus (voor 48V MHEV) Handgeschakelde transmissie/ Intelligente handgeschakelde transmissie Er zijn drie Idle Stop-versies voor MHEV met handgeschakelde transmissie of intelligente handgeschakelde transmissie - Conventionele Idle Stop Verlaag de snelheid tot een snelheid die lager is dan ongeveer 7 km/h. Selectiehendel in stand N OBC3060009 (Neutraal).
Pagina 399
Rijden met uw auto 5. Wanneer u de veiligheidsgordel Auto start losmaakt of het bestuurdersportier Motor starten vanuit Idle Stop-modus opent (motorkap), wordt het ISG- (behalve 48V MHEV) systeem uitgeschakeld. Voertuig met handgeschakelde transmissie/intelligente Automatische transmissie/Double handgeschakelde transmissie Clutch-transmissie Voor auto's met een handgeschakelde - Conventionele Idle Stop transmissie of intelligente Verlaag de snelheid tot 0 km/h.
Pagina 400
OPMERKING Automatische transmissie/Double Clutch-transmissie 1. De late-herstartfunctie werkt alleen - Laat het rempedaal los. wanneer de auto op een vlakke ondergrond staat en stabiel is. De motor start en het groene controlelampje AUTO STOP ( ) op het 2. Trap eerst het rempedaal in en dan instrumentenpaneel dooft.
Pagina 401
Rijden met uw auto Voorwaarden voor de werking De motor zal ook in de volgende gevallen automatisch starten, zonder dat de van het ISG-systeem bestuurder actie onderneemt: Het ISG-systeem werkt wanneer aan de Als het vacuüm van de volgende voorwaarden wordt voldaan: rembekrachtiger laag is.
Pagina 402
ISG-indicatie Type A Het ISG-systeem wordt met een lampje in het instrumentenpaneel aangegeven. Als uw auto is uitgerust met een Supervision-instrumentenpaneel, verschijnt de aanwijzing op het LCD- display. ONX4060016 Type B OBC3060009 ONX4E060033 Type C ONX4E060011 6-83...
Pagina 403
Rijden met uw auto OBC3070110TU OPDE050564L Het kan zijn dat het systeem aangeeft Een auto met een conventionele dat de motor handmatig opnieuw moet handmatige transmissie (niet MHEV worden gestart, wanneer het lampje en zonder LATE herstart) kan de motor in de ISG OFF-toets oplicht en als uw alleen herstarten in de stand N.
Pagina 404
ISG OFF te drukken of als het ISG-systeem steeds niet goed werkt, moet u uw voertuig zo snel mogelijk laten nakijken door een professionele werkplaats. HYUNDAI raadt aan contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. Wanneer het lampje in de toets...
Pagina 405
Rijden met uw auto Start Stop Coasting helpt brandstof Voorwaarden voor het besparen doordat de motor automatisch herstarten van de motor afslaat wanneer het voertuig in beweging U kunt de motor handmatig is. De motor slaat af wanneer de herstarten: rijsnelheid behouden kan worden zonder - Het gaspedaal wordt ingetrapt dat het gaspedaal wordt ingetrapt.
Pagina 406
Type A Informatie Als er een probleem is met het instrumentenpaneel, wordt de drive- stand in de NORMAAL-stand gezet en is het wellicht niet mogelijk om over te schakelen naar de SPORT-stand. De modus wijzigt in onderstaande volgorde wanneer de toets DRIVE MODE wordt ingedrukt of aangezet.
Pagina 407
Rijden met uw auto De rijmodus wordt ingesteld op ECO-stand NORMAALof ECO wanneer de motor Wanneer u de rijmodus hebt opnieuw wordt gestart. ingesteld op ECO, verandert De modus wordt ingesteld op de logische controle van de NORMAAL wanneer de motor motor en de transmissie met opnieuw wordt gestart als hij in de het oog op optimaal...
Pagina 408
Wanneer de ECO-modus wordt SPORT-modus ingeschakeld: De SPORT-modus reguleert de rijdynamiek door Kan de acceleratierespons iets automatisch de stuurkracht afnemen als u het gaspedaal en de logische controle van geleidelijk intrapt. de transmissie aan te passen Nemen de prestaties van de voor betere rijprestaties.
Pagina 409
Rijden met uw auto RIJDEN ONDER SPECIALE RIJOMSTANDIGHEDEN Rijden onder moeilijke Op eigen kracht lostrekken van omstandigheden de auto Neem onderstaande Draai eerst het stuurwiel een aantal voorzorgsmaatregelen als er sprake is keren naar rechts en naar links om de van gevaarlijke omstandigheden, zoals voorwielen vrij te maken wanneer de water, sneeuw, ijs, modder of zand op...
Pagina 410
Rijden in de regen Informatie Regen en natte wegen kunnen het rijden Het ESC-systeem moet worden gevaarlijk maken. Hier volgt een aantal UITGESCHAKELD voor u met de auto aandachtspunten voor het rijden in de schommelt. regen of op een glad wegdek: Verlaag uw snelheid en bewaar meer OPMERKING afstand tot uw voorligger.
Pagina 411
Rijden met uw auto Aquaplaning Brandstof, koelvloeistof en motorolie Als de weg nat genoeg is en u snel genoeg rijdt, maakt uw auto wellicht Het met hoge snelheid op de snelweg weinig of geen contact met het wegdek rijden is ongunstiger voor het en rijdt u in feite op het water.
Pagina 412
WAARSCHUWING Een SUV slaat significant eerder over de kop dan een ander type auto. Om omrollen of controleverlies te vermijden: Neem bochten trager dan u met een personenwagen zou doen. Vermijd scherpe bochten en abrupte stuurbewegingen. Breng geen wijzigingen aan uw voertuig aan die het zwaartepunt zouden verhogen.
Pagina 413
Rijden met uw auto RIJDEN IN DE WINTER Door de ongunstige weersomstandigheden tijdens de winter kunnen de banden sneller slijten en bovendien nog andere problemen optreden. Hierna volgen een aantal suggesties om het risico op problemen tijdens het rijden in de winter te beperken: Sneeuw en ijs Houd voldoende afstand tot uw voorligger.
Pagina 414
Als desondanks sneeuwkettingen beide wielen van dezelfde as en alleen moeten worden gebruikt, raden we aan op de vooras. Tijdens het rijden originele HYUNDAI-onderdelen of een met sneeuwkettingen is meer kracht gelijkwaardig onderdeel te gebruiken nodig om te sturen, maar zo wordt...
Pagina 415
Rijden met uw auto OPMERKING Aanbrengen van kettingen Neem bij het monteren van Bij gebruik van sneeuwkettingen: sneeuwkettingen de voorschriften van Zie onderstaande tabel voor gebruik de fabrikant in acht en monteer ze zo van sneeuwkettingen. strak mogelijk. Rijd langzaam (minder dan 30 km/h) als sneeuwkettingen zijn Gebruik dan gemonteerd.
Pagina 416
9. We raden aan de Gebruik goedgekeurde ladingstoestand van de accu te laten ruitensproeierantivries nakijken door een officiële HYUNDAI- dealer of een garagebedrijf. Gebruik een goedgekeurde ruitensproeierantivries conform de instructies op de flacon om te Overstappen naar "winterolie"...
Pagina 417
Rijden met uw auto Voorkom vastvriezen van de Neem de benodigde uitrusting voor parkeerrem noodgevallen mee Onder bepaalde omstandigheden kan Afhankelijk van de uw parkeerrem bevriezen als deze is weersomstandigheden moet u een aangetrokken. De kans daarop is het betreffende nooduitrusting voor grootst als er rond de achterremmen onderweg meenemen.
Pagina 418
Als u een aanhanger trekt, moet u het bevelen wij aan advies in te winnen bij Idle Stop and Go-systeem (stationair een officiële HYUNDAI-dealer. draaien en vertrekken) uitzetten. Let op dat rijden met een aanhanger anders is dan rijden zonder aanhanger.
Pagina 419
OOSH069129L Neem contact op met een officiële Wat is het veilige maximumgewicht HYUNDAI-dealer over de benodigde van een aanhanger? Dit mag nooit zaken als een trekhaak, enz. als u een hoger zijn dan het maximale geremde aanhanger trekt.
Pagina 420
Kogeldruk WAARSCHUWING Neem de volgende voorzorgsmaatregelen: Zorg ervoor dat de aanhanger aan de voorzijde altijd zwaarder is dan aan de achterzijde. De verhouding tussen de belading voor en achter dient ongeveer 60/40 te zijn. Overschrijd nooit de maximale gewichten voor de aanhanger of de Maximaal toelaatbaar uitrusting voor het trekken van de Maximale asbelasting...
Pagina 421
Rijden met uw auto Maximaal gewicht en maximale kogeldruk bij het rijden met een aanhanger (voor Europa) Smartstream Smartstream D1.6 / G1.6 T-GDi / Smartstream D1.6 Smartstream Smartstream Smartstream (48V) MHEV G2.0 G2.5 GDi Onderdeel G1.6 T-GDi Hoog Laag (48V) MHEV Maximaal Ongeremd aanhanger-...
Pagina 422
Zijwind, rukwinden door passerende mechanische koppelinrichting worden vrachtwagens en hobbelige wegen verstopt. vormen een zware belasting voor de Een HYUNDAI-trekhaak is verkrijgbaar trekhaak. Hieronder volgen een aantal bij de officiële HYUNDAI-dealer. regels: Moet u gaten in de carrosserie van uw auto maken voor het monteren...
Pagina 423
Rijden met uw auto Losbreekvoorziening Rijden met een aanhanger U moet altijd een ketting tussen uw auto Voor het rijden met een aanhanger is en de aanhanger aanbrengen. een zekere mate van ervaring nodig. Voordat u met uw aanhanger onderweg Voor meer informatie over gaat, moet u deze eerst leren kennen.
Pagina 424
Wij adviseren u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI- Rijden in bochten dealer voor hulp. Maak een grotere bocht dan normaal als u met een aanhanger wilt draaien.
Pagina 425
Rijden met uw auto OPMERKING Parkeren op een helling Als u een aanhanger achter de auto hebt Om oververhitting van de motor en/of gekoppeld, is het niet verstandig om uw transmissie te voorkomen: auto op een helling te parkeren. Houd bij het rijden met een aanhanger op een steile Is het niet anders mogelijk dan de auto helling (groter dan 6 %) de...
Pagina 426
OPMERKING Met de auto rijden nadat hij op een heuvel geparkeerd stond Om schade aan de auto te voorkomen: 1. Trap met de selectiehendel in stand P Als gevolg van de grotere belasting (Parkeren) het rempedaal in en houd bij het gebruik van een aanhanger dit ingetrapt terwijl u: kan tijdens hoge buitentemperaturen Start de motor,...
Pagina 427
Rijden met uw auto VOERTUIGGEWICHT Twee labels op de dorpel van het GAWR (Maximale toelaatbare bestuurdersportier geven aan voor welke asbelasting) belading uw auto ontworpen is: het Dit is het maximaal toelaatbare gewicht informatielabel en het typeplaatje. dat door een enkele as kan worden Zorg ervoor dat u, voordat u uw auto gedragen (voor of achter).
Pagina 429
Na het vervangen of repareren van de detectiesensor adviseren wij u uw auto te laten controleren door een OTM070237 officiële HYUNDAI-dealer. Het Forward Collision-Avoidance Assist- Breng NOOIT accessoires of stickers systeem is ontworpen om fietsers of op de voorruit aan en deze mag ook voetgangers op de rijweg te detecteren niet worden getint.
Pagina 430
Settings (Instellingen). Als het waarschuwingslampje blijft branden wanneer de Forward Collision-Avoidance Assist aanstaat, raden we u aan de auto te laten controleren door een erkende HYUNDAI-dealer. OTM070090N WAARSCHUWING Veiligheid vooruit Wanneer de motor opnieuw Met de motor aan selecteert of...
Pagina 431
Bestuurdershulp OTM070140N ONX4EPH071003L Waarschuwingsmoment Waarschuwingsvolume Met de motor aan, selecteert u 'Driver Met de motor aan selecteert u Timing (Timing waarschuwing)' in het menu Settings (instellingen) om Waarschuwingsvolume') in het de initiële activeringstijd voor de menu Settings (instellingen) om het waarschuwing van Forward Collision- waarschuwingsvolume voor Forward Avoidance Assist (hulp bij het vermijden...
Pagina 432
Werking van Forward Collision- OPGELET Avoidance Assist (Ondersteuning De instellingen voor het botsing vermijden voorzijde) waarschuwingsmoment en het De basisfunctie van Forward Collision- waarschuwingsvolume worden Avoidance Assist is om te waarschuwen toegepast bij alle functies van het en helpen het voertuig te controleren, Forward Collision-Avoidance Assist- naargelang het risico op een botsing: systeem.
Pagina 433
Bestuurdershulp ONX4E070002 ONX4E070003 Noodremmen De auto tot stilstand brengen en het aansturen van de remmen beëindigen Om de bestuurder te waarschuwen voor het noodremmen, verschijnt de Wanneer de auto tot stilstand waarschuwingsmelding 'Emergency is gebracht door Emergency Braking' ('Noodremmen') op het braking (Noodremmen), instrumentenpaneel, klinkt een verschijnt de waarschuwing 'Drive...
Pagina 434
Als 'Active Assist' ('actieve Terwijl Forward Collision- ondersteuning') of 'Warning Avoidance Assist ingrijpt, kan Only' ('Alleen waarschuwen') is de auto plotseling tot stilstand geselecteerd wanneer ESC wordt komen, waarbij letsel kan worden uitgeschakeld door de toets ESC toegebracht aan passagiers en losse OFF ingedrukt te houden, wordt voorwerpen kunnen verschuiven.
Pagina 435
We Informatie adviseren u de auto te laten controleren Als een botsing dreigt, kan remhulp door een officiële HYUNDAI-dealer. worden voorzien door het Forward Collision-Avoidance Assist-systeem als de bestuurder niet hard genoeg remt. De afbeeldingen en kleuren op het...
Pagina 436
Straatverlichting of licht van nakijken door een officiële HYUNDAI- een tegenliggend verkeer wordt dealer. gereflecteerd op het natte wegdek, bv. door een plas op de weg...
Pagina 437
Bestuurdershulp De helderheid verandert plots, bv. U verlaat of keert terug naar de wanneer u een tunnel inrijdt of verlaat rijstrook Er is niet veel licht buiten en de Onstabiel rijden koplampen zijn niet aan of geven U bevindt zich op een rotonde en de weinig licht voorligger wordt niet gedetecteerd Rijden door stoom, rook of schaduw...
Pagina 438
De voetganger of fietser draagt WAARSCHUWING kleding die opgaat in de achtergrond U rijdt op een bochtige weg en daardoor moeilijk te detecteren is De voetganger of fietser is moeilijk te onderscheiden van een structuur met een soortgelijke vorm in de omgeving U rijdt voorbij een voetganger, fietser, verkeersbord, gebouw enz., nabij het kruispunt...
Pagina 439
Bestuurdershulp Rijdt u op een bochtige weg, dan moet u een veilige remafstand houden en indien nodig sturen en het rempedaal intrappen om snelheid te minderen en zo een veilige afstand te bewaren. OADAS006 OADAS005 OADAS004 Mogelijk detecteert Forward Collision-Avoidance Assist een voertuig, voetganger of fietser in de rijstrook naast u of elders buiten uw rijstrook wanneer u op een bochtige...
Pagina 440
Rijden op een helling Hierdoor kan het systeem mogelijk waarschuwen, remmen of bijsturen wanneer dat niet nodig is of niet waarschuwen, remmen of bijsturen wanneer dat wel nodig is. De rijsnelheid kan ook snel dalen wanneer plotseling een voertuig, voetganger of fietser vóór de auto wordt gedetecteerd.
Pagina 441
Bestuurdershulp Van rijbaan wisselen OADAS033 [A] : Uw auto, OADAS032 [B] : Een auto die van rijstrook verandert, [A] : Uw auto, [C] : Voertuig op dezelfde rijstrook [B] : Een auto die van rijstrook verandert Wanneer een voertuig vóór u uw Wanneer een voertuig vanuit een rijstrook verlaat, detecteert Forward aangrenzende rijstrook uw rijstrook...
Pagina 442
Voertuig detecteren WAARSCHUWING Wanneer u een aanhanger of een ander voertuig sleept, raden we aan dat u om veiligheidsredenen Forward Collision-Avoidance Assist uitschakelt. Mogelijk grijpt het Forward Collision- Avoidance Assist-systeem in als het voorwerpen detecteert die door hun vorm of bepaalde kenmerken op voertuigen, voetgangers en fietsers lijken.
Pagina 443
Bestuurdershulp Detectiesensor Basisfunctie OJK070172 ONX4E051146L Het Forward Collision-Avoidance Assist- systeem is ontworpen om fietsers of voetgangers op de rijweg te detecteren en te controleren. De bestuurder wordt gewaarschuwd met een melding en een signaal dat een botsing dreigt en de noodrem wordt geactiveerd.
Pagina 444
We adviseren u Na het vervangen of repareren van de auto te laten controleren door een de detectiesensor adviseren wij u uw officiële HYUNDAI-dealer. auto te laten controleren door een Maak voor het repareren of officiële HYUNDAI-dealer. vervangen van een beschadigd Breng nooit accessoires of stickers afdekkapje van de radar vóór alleen...
Pagina 445
Settings (Instellingen). Als het waarschuwingslampje blijft branden wanneer de Forward Collision-Avoidance Assist aanstaat, raden we u aan de auto te laten controleren door een erkende HYUNDAI-dealer. OTM070090N Veiligheid vooruit WAARSCHUWING Met de motor aan selecteert of Wanneer de motor opnieuw...
Pagina 446
Informatie Het Forward Collision-Avoidance Assist- systeem wordt uitgeschakeld wanneer ESC wordt uitgeschakeld, door de toets ESC OFF ingedrukt te houden. Het waarschuwingslampje op het instrumentenpaneel gaat branden. ONX4EPH071003L Waarschuwingsvolume Met de motor aan selecteert u Waarschuwingsvolume') in het menu Settings (instellingen) om het waarschuwingsvolume voor Forward Collision-Avoidance Assist te wijzigen OTM070140N...
Pagina 447
Bestuurdershulp Werking van Forward Collision- OPGELET Avoidance Assist (Ondersteuning De instellingen voor het botsing vermijden voorzijde) waarschuwingsmoment en het Basisfunctie waarschuwingsvolume worden toegepast bij alle functies van het Waarschuwing en regeling Forward Collision-Avoidance Assist- De basisfunctie van de Forward Collision- systeem.
Pagina 448
ONX4E070002 ONX4E070003 Noodremmen De auto tot stilstand brengen en het aansturen van de remmen beëindigen Om de bestuurder te waarschuwen voor het noodremmen, verschijnt de Wanneer de auto tot stilstand waarschuwingsmelding 'Emergency is gebracht door Emergency Braking' ('Noodremmen') op het braking (Noodremmen), instrumentenpaneel, klinkt een verschijnt de waarschuwing 'Drive...
Pagina 449
Bestuurdershulp Junction Turning-functie (Afslaan op kruispunt) De Junction Turning-functie zal waarschuwingen geven en het voertuig in bedwang helpen te houden, afhankelijk van het botsingsrisico: ‘Collision Warning’ (botsingswaarschuwing), ‘Emergency Braking’ (noodrem) en ‘Stopping vehicle and ending brake control’ (voertuig stoppen en remregeling eindigen). ONX4E070007 Noodremmen Om de bestuurder te waarschuwen...
Pagina 450
WAARSCHUWING Tref de volgende voorzorgsmaatregelen wanneer u gebruikmaakt van het Forward Collision-Avoidance Assist-systeem (ondersteuning botsingsvermijding voorzijde): Wijzig voor uw veiligheid de instellingen pas nadat u de auto op een veilige plaats heeft geparkeerd. Als 'Active Assist' ('actieve ONX4E070003 ondersteuning') of 'Warning De auto tot stilstand brengen en het Only' ('Alleen waarschuwen') is aansturen van de remmen beëindigen...
Pagina 451
Bestuurdershulp Mogelijk werkt het Forward Tijdens Emergency braking Collision-Avoidance Assist-systeem (Noodremmen), wordt het niet als de bestuurder het rempedaal aansturen van de remmen door de intrapt om een aanrijding te Forward Collision-Avoidance Assist voorkomen. automatisch geannuleerd wanneer de bestuurder het gaspedaal hard Mogelijk waarschuwt Forward intrapt of abrupt het stuur omgooit.
Pagina 452
Safety system(s) disabled. Camera op het instrumentenpaneel. We adviseren obscured' (Systeem veiligheid vooruit u de auto te laten controleren door een uitgeschakeld. Camera geblokkeerd') of officiële HYUNDAI-dealer. ‘Forward Safety system disabled. Radar blocked’ (Systeem veiligheid vooruit uitgeschakeld. Radar geblokkeerd) en branden de waarschuwingslampjes op het instrumentenpaneel.
Pagina 453
Bestuurdershulp Er is een voorwerp op het dashboard WAARSCHUWING geplaatst Mogelijk werkt het Forward Uw auto wordt gesleept Collision-Avoidance Assist-systeem De omgeving is heel helder niet goed, zonder dat daarover een waarschuwingsmelding verschijnt De omgeving is zeer donker, bv. in een of het waarschuwingslampje gaat tunnel enz.
Pagina 454
U rijdt in een groot gebied waar weinig voertuigen of constructies zijn (bijvoorbeeld een woestijn, weide, voorstad enz.) U rijdt nabij zones waar zich metalen bevinden, zoals een bouwplaats, spoorweg enz. Er is een materiaal in de buurt dat de golven van de radar zeer goed reflecteert, zoals een vangrail, een auto enz.
Pagina 455
Bestuurdershulp De voetganger of fietser draagt WAARSCHUWING kleding die opgaat in de achtergrond U rijdt op een bochtige weg en daardoor moeilijk te detecteren is De voetganger of fietser is moeilijk te onderscheiden van een structuur met een soortgelijke vorm in de omgeving U rijdt voorbij een voetganger, fietser, verkeersbord, gebouw enz., nabij het kruispunt...
Pagina 456
Rijden op een helling OADAS015 OADAS012 OADAS017 OADAS019 Mogelijk detecteert Forward OADAS010 OADAS011 Collision-Avoidance Assist een Mogelijk detecteert Forward voertuig, voetganger of fietser in de Collision-Avoidance Assist geen rijstrook naast u of elders buiten uw andere voertuigen, voetgangers of rijstrook wanneer u op een bochtige fietsers vóór u op hellende wegen weg rijdt.
Pagina 457
Bestuurdershulp Van rijbaan wisselen OADAS031 [A] : Uw auto, OADAS030 [B] : Een auto die van rijstrook verandert, [A] : Uw auto, [C] : Voertuig op dezelfde rijstrook [B] : Een auto die van rijstrook verandert Wanneer een voertuig vóór u uw Wanneer een voertuig vanuit een rijstrook verlaat, detecteert Forward aangrenzende rijstrook uw rijstrook...
Pagina 458
Voertuig detecteren WAARSCHUWING Wanneer u een aanhanger of een ander voertuig sleept, raden we aan dat u om veiligheidsredenen Forward Collision-Avoidance Assist uitschakelt. Mogelijk grijpt het Forward Collision- Avoidance Assist-systeem in als het voorwerpen detecteert die door hun vorm of bepaalde kenmerken op voertuigen, voetgangers en fietsers lijken.
Pagina 459
Bestuurdershulp Het Lane Keeping Assist-systeem Instellingen Lane Keeping Assist is ontworpen om tijdens het rijden (Rijvakassistentie) boven een bepaalde snelheid rijstrookmarkeringen (of randen van de weg) te detecteren. De Lane Keeping Assist (LKA, rijvakassistentie) waarschuwt de bestuurder als het voertuig de rijstrook verlaat zonder gebruik te maken van de richtingaanwijzers of helpt de bestuurder automatisch te sturen om...
Pagina 460
In- of uitschakelen Lane Keeping Assist WAARSCHUWING (Toets veiligheid op de rijstrook) Als 'Warning Only’ (Alleen waarschuwing) wordt geselecteerd, is er geen stuurhulp. Het Lane Keeping Assist-systeem stuurt niet bij wanneer de auto in het midden van de rijstrook rijdt. De bestuurder dient zich altijd bewust te zijn van de omgeving en de auto te sturen als 'Off' ('Uit') is...
Pagina 461
Bestuurdershulp Werking van Lane Keeping Assist (Rijvakassistentie) Het Lane Keeping Assist-systeem waarschuwt en helpt de auto aan te sturen met Lane Departure Warning (waarschuwing bij rijbaanwissel) en Lane Keeping Assist (hulp bij rijbaan aanhouden). Links Rechts ONX4EPH071003L Waarschuwingsvolume Met de motor aan selecteert u Waarschuwingsvolume') in het menu Settings (instellingen) om het waarschuwingsvolume voor Lane...
Pagina 462
Hulp bij rijbaan aanhouden WAARSCHUWING Om de bestuurder te waarschuwen Mogelijk wordt er niet bijgestuurd dat het voertuig afwijkt van de als het stuurwiel zeer stevig wordt geprojecteerde rijstrook vóór de auto vastgehouden of als het voorbij een gaat het groene controlelampje bepaalde hoek gedraaid is.
Pagina 463
(LKA)) en gaat het gele controlelampje branden op het instrumentenpaneel. Laat de auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. ONX4E071171L ONX4070012 De afbeeldingen en kleuren op het instrumentenpaneel kunnen afwijken per type instrumentenpaneel of gekozen thema.
Pagina 464
Beperkingen van de Lane Keeping Het aantal rijstroken verandert of de rijstroken worden samengevoegd Assist De weg heeft meer dan twee Mogelijk werkt het Lane Keeping Assist rijstrookmarkeringen (of wegranden) niet naar behoren of grijpt het systeem onverwacht in onder de volgende De rijstrookmarkeringen (of omstandigheden: wegranden) zijn ingewikkeld of...
Pagina 465
Bestuurdershulp Mogelijk verschijnt of klinkt WAARSCHUWING de waarschuwingsmelding of Neem bij het gebruik van het Lane het waarschuwingssignaal van Keeping Assist (LKA) systeem altijd de Lane Keeping Assist niet als volgende voorzorgsmaatregelen in een waarschuwingsmelding of acht: waarschuwingssignaal van een andere functie wordt weergegeven De bestuurder is er verantwoordelijk of klinkt.
Pagina 466
Blind-Spot Collision Warning (botsingswaarschuwing blinde hoek) is ontworpen om naderende voertuigen in de blinde hoek van de bestuurder te detecteren en te controleren en de bestuurder met een melding en een signaal te waarschuwen voor een mogelijke aanrijding. OJX1079026 Blind-Spot Collision Warning detecteert en informeert de bestuurder dat een voertuig met hoge snelheid nadert uit de dodehoekzone.
Pagina 467
Met de motor aan selecteert of deselec- instrumentenpaneel. We adviseren u de auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. veiliging') in het menu Settings (instellin- Als de hoekradar achter is vervangen gen) om voor iedere functie in te stellen of gerepareerd, raden we u aan uw of die moet worden gebruikt.
Pagina 468
- Als u voor ‘Off’ (uit) kiest, gaat de Blind-spot Collision Warning uit. OTM070140N Waarschuwingsmoment Met de motor aan, selecteert OTM070097N Wanneer de motor opnieuw wordt gestart terwijl de functie uitgeschakeld Waarschuwingsmoment') in het menu is, verschijnt de melding 'Blind-Spot Settings (instellingen) om de initiële Safety Function is Off' ('Veiligheidsfunctie activeringstijd voor de waarschuwing...
Pagina 469
Bestuurdershulp OPGELET De instellingen voor het waarschuwingsmoment en het waarschuwingsvolume worden toegepast bij alle functies van de Blind-Spot Collision Warning (botsingsvermijding blinde hoek). Zelfs als voor het waarschuwingsmoment 'Normal' (Normaal) wordt geselecteerd, kan het lijken dat de waarschuwing te ONX4EPH071003L laat komt als er een voertuig met een Waarschuwingsvolume hoge snelheid nadert.
Pagina 470
Werking van de Blind-Spot Als de richtingaanwijzer wordt uitgeschakeld of u wegrijdt van Collision Warning (BCW, de rijstrook in kwestie, wordt de Botsingswaarschuwing blinde botsingswaarschuwing geannuleerd hoek) en schakelt de Blind-Spot Collision Blind-Spot Collision Warning (BCW, Warning (botsingsvermijding botsingswaarschuwing blinde hoek) blinde hoek) opnieuw de waarschuwt u op de volgende manieren: voertuigdetectiemodus in.
Pagina 471
Laat de auto in dit geval inspecteren door De bestuurder moet het voertuig een officiële HYUNDAI-dealer. te allen tijde onder controle houden. Vertrouw niet volledig op de Blind-Spot Collision Warning (botsingsvermijding blinde hoek).
Pagina 472
Als de Blind-Spot Collision Warning (botsingsvermijding blinde hoek) niet naar behoren werkt nadat het verwijderd is, adviseren we om de functie te laten nakijken door een officiële HYUNDAI- dealer. 7-45...
Pagina 473
Bestuurdershulp Er is een vast voorwerp in de buurt WAARSCHUWING van de auto, zoals een geluidsscherm, Mogelijk werkt de Blind- vangrail, middenberm, slagboom, Spot Collision Warning lamp, bord, tunnel, muur enz. (botsingsvermijding blinde hoek) (inclusief dubbele structuren) niet goed, zonder dat daarover een U rijdt in een groot gebied waar waarschuwingsmelding verschijnt weinig voertuigen of constructies zijn...
Pagina 474
Mogelijk werkt de Blind-Spot Collision WAARSCHUWING Warning niet naar behoren of treedt U rijdt op een bochtige weg de functie onverwacht, wanneer de volgende voorwerpen gedetecteerd worden: Een motorfiets of fiets Een platte aanhanger of gelijkaardig voertuig Een groot voertuig zoals een bus of een vrachtwagen Er wordt een bewegend obstakel zoals een voetganger, dier, winkelwagentje...
Pagina 475
Bestuurdershulp Rijden waar rijstroken samenvoegen/ Rijden waar de rijstroken op splitsen verschillende hoogten lopen OJX1079059 ONX4070017 De Blind-Spot Collision Warning Mogelijk werkt de Blind- (botsingswaarschuwing blinde hoek) Spot Collision Warning werkt mogelijk niet goed op plekken (botsingswaarschuwing blinde waar de rijstroken samenvoegen/ hoek) niet goed op plaatsen waar de splitsen.
Pagina 476
Blind-Spot Collision-Avoidance Assist (botsingsvermijding blinde hoek) is ontworpen om voertuigen die naderen en zich in de blinde hoek van de bestuurder bevinden te detecteren en te controleren en de bestuurder met een melding en een signaal te waarschuwen als een aanrijding dreigt. Als het risico op een botsing bestaat bij een rijstrookwissel of het voorwaarts verlaten van een parkeerplaats, kan de...
Pagina 477
Bestuurdershulp Detectiesensor OJX1079028 Als u voorwaarts een parkeerplek verlaat ONX4N071005L en de Blind-spot Collision-avoidance Assist inschat dat er kans op een botsing bestaat met een naderend voertuig dat zich in de blinde hoek bevindt, kan het helpen om een aanrijding te vermijden door te remmen.
Pagina 478
We adviseren u de auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. Als de hoekradar achter is vervangen of gerepareerd, raden we u aan uw auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer.
Pagina 479
Bestuurdershulp Instellingen Blind-Spot Collision- Avoidance Assist (Botsing vermijden dode hoek) OTM070097N Wanneer de motor opnieuw wordt gestart terwijl de Blind-spot Collision- avoidance Assist (botsingsvermijding OTM070096N blinde hoek) uitgeschakeld is, verschijnt Dodehoekbeveiliging de melding 'Blind-Spot Safety System is Off' (Dodehoekveiligheidssysteem Met de motor aan selecteert of is uitgeschakeld) op het instrumentenpaneel.
Pagina 480
Informatie Wanneer de motor opnieuw wordt gestart, behoudt de Blind-spot Collision-Avoidance Assist (botsingsvermijding blinde hoek) de laatste instelling. ONX4EPH071003L Waarschuwingsvolume Met de motor aan selecteert u 'Driver me') in het menu Settings (instellingen) om het waarschuwingsvolume voor OTM070140N Blind-Spot-Collision-Avoidance Assist te Waarschuwingsmoment wijzigen naar 'High', 'Medium', 'Low' of Met de motor aan, selecteert u 'Driver...
Pagina 481
Bestuurdershulp Blind-Spot Collision-Avoidance Botsingswaarschuwing Assist (BCA - Botsing vermijden De botsingswaarschuwing werkt dode hoek) wanneer de richtingaanwijzer wordt ingeschakeld in de richting van de Blind-Spot Collision Warning (BCW, gedetecteerde auto. botsingswaarschuwing blinde hoek) Als 'Alleen waarschuwing' wordt waarschuwt u en werkt op de volgende geselecteerd in het menu Instellingen, manieren: werkt de Collision Warning (Botsing...
Pagina 482
WAARSCHUWING Het detectiebereik van de hoekradar achter wordt bepaald door de standaard wegbreedte. Op een smalle weg is het dus mogelijk dat de Blind-Spot Collision-Avoidance Assist (botsingsvermijding blinde hoek) andere voertuigen op de beide rijstroken detecteert en u waarschuwt. Mogelijk kan de Blind- Spot Collision-Avoidance Assist ONX4E070015 (botsingsvermijding blinde hoek) op...
Pagina 483
Bestuurdershulp WAARSCHUWING Collision-avoidance assist wordt geannuleerd onder de volgende omstandigheden: - Uw auto rijdt op een bepaalde afstand de rijstrook naast u op - Uw auto is niet meer in de buurt van het botsingsrisico - Het stuurwiel wordt omgegooid - Het rempedaal wordt ingetrapt ONX4E070093 - Forward Collision-Avoidance Assist...
Pagina 484
WAARSCHUWING Tref de volgende voorzorgsmaatregelen wanneer u gebruikmaakt van de Blind-Spot Collision-Avoidance Assist (botsingsvermijding blinde hoek): Wijzig voor uw veiligheid de instellingen pas nadat u de auto op een veilige plaats heeft geparkeerd. Mogelijk verschijnt of klinkt de waarschuwing of het ONX4E070003 waarschuwingssignaal van de Blind- Wanneer de auto tot stilstand...
Pagina 485
Dit kan ernstig of dodelijk letsel op het instrumentenpaneel. Laat de auto veroorzaken. in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. WAARSCHUWING Afhankelijk van de status van ESC (elektronische stabiliteitsregeling) is het mogelijk dat het aansturen van de remmen niet goed functioneert.
Pagina 486
Als de Blind-Spot Collision-Avoidance Assist (botsingsvermijding blinde hoek) niet goed werkt nadat het verwijderd is, adviseren we om de auto te laten nakijken door een officiële HYUNDAI- dealer. 7-59...
Pagina 487
Bestuurdershulp Er is een vast voorwerp in de buurt WAARSCHUWING van de auto, zoals een geluidsscherm, Mogelijk werkt de Blind-Spot vangrail, middenberm, slagboom, Collision-Avoidance Assist lamp, bord, tunnel, muur enz. (botsingsvermijding blinde hoek) (inclusief dubbele structuren) niet goed, zonder dat daarover een U rijdt in een groot gebied waar waarschuwingsmelding verschijnt weinig voertuigen of constructies zijn...
Pagina 488
Mogelijk werkt de Blind-Spot Collision- WAARSCHUWING Avoidance Assist (botsingsvermijding U rijdt op een bochtige weg blinde hoek) niet normaal of treedt de functie onverwacht in werking wanneer de volgende voorwerpen worden gedetecteerd: Een motorfiets of fiets Een platte aanhanger of gelijkaardig voertuig Een groot voertuig zoals een bus of een vrachtwagen...
Pagina 489
Bestuurdershulp Rijden waar rijstroken samenvoegen/ Rijden waar de rijstroken op splitsen verschillende hoogten lopen OJX1079059 ONX4070017 Mogelijk werkt de Blind-Spot Mogelijk werkt de Blind-Spot Collision-Avoidance Assist Collision-Avoidance Assist (botsing (botsingsvermijding blinde hoek) vermijden dode hoek) niet goed niet goed op plaatsen waar de op plaatsen waar de rijstroken rijstrook splitst of meerdere op verschillende hoogten lopen.
Pagina 490
OPGELET Zie het onderdeel "Blind-Spot Collision Warning (BCW)" in hoofdstuk 7 voor meer informatie over de voorzorgsmaatregelen voor de hoekradars achteraan. Instellingen Safe Exit Warning (Waarschuwing bij veilig uitstappen) OJX1070063L Wanneer een passagier een portier opent nadat de auto tot stilstand is gekomen, waarschuwt het Safe Exit Warning-systeem de bestuurder met een waarschuwingsmelding en een...
Pagina 491
Bestuurdershulp Selecteer voor het waarschuwingsmoment 'Late' ('Laat') wanneer er weinig verkeer is en u traag rijdt. Werking van Safe Exit Warning (Waarschuwing bij veilig uitstappen) Safe Exit Warning (Waarschuwing bij veilig uitstappen) ONX4EPH071003L Waarschuwingsvolume Met de motor aan selecteert u Waarschuwingsvolume') in het menu Settings (instellingen) om het waarschuwingsvolume voor Safe Exit...
Pagina 492
- De sensor van de Blind-Spot Als het hoofdwaarschuwingslampje Collision-Avoidance Assist (botsing brandt, raden we u aan de auto te laten vermijden dode hoek) of de controleren door een officiële HYUNDAI- omgeving van de sensor is vuil of dealer. afgedekt - De Blind-Spot Collision-Avoidance...
Pagina 493
) branden. uitschakelen. Als het hoofdwaarschuwingslampje Als dit gebeurt, verschijnt de brandt, raden we u aan de auto te laten waarschuwingsmelding 'Blind- controleren door een officiële HYUNDAI- Spot Safety system disabled. Radar dealer. blocked' (Dodehoekveiligheidssysteem uitgeschakeld. Radar geblokkeerd) op het instrumentenpaneel.
Pagina 494
WAARSCHUWING Informatie Zelfs als er geen waarschuwing op Zie het onderdeel "Blind-Spot Collision het instrumentenpaneel verschijnt, is Warning (botsingswaarschuwing blinde het mogelijk dat de Safe Exit Warning hoek, BCW)" of Blind-Spot Collision- niet goed werkt. Avoidance Assist (botsingsvermijding blinde hoek, BCA) in hoofdstuk 7 voor Mogelijk werkt de Safe Exit meer informatie over de beperkingen van Warning (botsingsvermijding...
Pagina 495
Bestuurdershulp OTM070111L OCN7060143 OCN7060144 (1) Manual Speed Limit Assist (hulp bij 2. Druk de schakelaar + omhoog of de handmatige snelheidsbegrenzing) schakelaar - omlaag en laat hem bij de ingeschakeld controlelampje gewenste snelheid los. (2) Ingestelde snelheid Druk de schakelaar + omhoog of de schakelaar - omlaag en houd hem in U kunt de snelheidslimiet instellen deze positie.
Pagina 496
Manual Speed Limit Informatie Assist (Handmatige Als het gaspedaal niet voorbij het snelheidslimietregeling) hervatten drukpunt wordt ingetrapt, blijft de rijsnelheid onder de snelheidslimiet. Wanneer het gaspedaal voorbij het drukpunt wordt ingetrapt, kan het terugschakelmechanisme een klikgeluid voortbrengen. Manual Speed Limit Assist (Handmatige snelheidslimietregeling) tijdelijk pauzeren...
Pagina 497
Bestuurdershulp Handmatige snelheidslimietregeling WAARSCHUWING uitschakelen Neem de volgende voorzorgsmaatregelen bij gebruik van de Handmatige snelheidslimietregeling: Stel de rijsnelheid altijd lager in dan de snelheidslimiet in uw land. Houd de Handmatige snelheidslimietregeling uitgeschakeld wanneer u de functie niet gebruikt. Zo voorkomt u dat u onbedoeld een snelheid instelt.
Pagina 498
Intelligent Speed Limit Assist (slimme Instellingen Intelligent Speed waarschuwing snelheidsbegrenzing) Limit Assist gebruikt informatie van het Type A Type B gedetecteerde verkeersbord en de navigatiefunctie om de bestuurder in te lichten over de snelheidslimiet en extra informatie over de huidige weg te geven. Ook helpt de Intelligent Speed Limit Assist de bestuurder om zich aan de snelheidslimiet van de weg te houden.
Pagina 499
Bestuurdershulp De functie snelheidslimietwaarschuwing OPGELET waarschuwt de bestuurder wanneer Als 'Speed Limit Warning de rijsnelheid hoger is dan de (waarschuwing snelheidslimiet)' is snelheidslimiet plus de afwijking. Als geselecteerd, adviseert de Intelligent u de snelheidslimietwaarschuwing Speed Limit Assist de bestuurder niet zo wilt instellen dat u onmiddellijk om de ingestelde snelheid te wijzigen.
Pagina 500
ONX4E070096 ONX4E070094 ONX4E070095 Waarschuwing te hoge snelheid Wanneer u met een hogere snelheid rijdt dan de weergegeven snelheidslimiet, wordt de snelheidslimiet in het rood weergegeven. ONX4E070108 Toont snelheidslimiet Informatie over de snelheidslimiet wordt weergegeven op het instrumentenpaneel. ONX4E071152L ONX4E071153L Informatie Change Set Speed Als de snelheidslimiet van de weg (Wijzig ingestelde snelheid)
Pagina 501
Laat de auto in dit geval inspecteren door land wordt gebruikt, is het mogelijk een officiële HYUNDAI-dealer. dat de Intelligent Speed Limit Assist niet goed werkt. Informatie Zie voor meer informatie over de...
Pagina 502
Het voertuig komt verlichte nakijken door een officiële HYUNDAI- verkeersborden tegen dealer. De Intelligent Speed Limit Assist herkent cijfers op verkeersborden ten WAARSCHUWING onrechte als de snelheidslimiet.
Pagina 503
Bestuurdershulp De koplampen worden niet gebruikt Informatie of de helderheid van de koplampen is Zie de paragraaf 'Forward Collision- zwak 's nachts of in een tunnel Avoidance Assist (FCA, ondersteuning Verkeersborden zijn moeilijk te botsingsvermijding voorzijde)' in herkennen door de weerspiegeling hoofdstuk 7 voor meer informatie over de van de zon, straatverlichting of beperkingen van de frontzichtcamera.
Pagina 504
WAARSCHUWINGSSYSTEEM VOOR DE AANDACHT VAN DE Basisfunctie Zie de alinea 'Forward Collision- Avoidance Assist (FCA, ondersteuning Het waarschuwingssysteem voor de botsingsvermijding voorzijde)' in aandacht van de bestuurder helpt het hoofdstuk 7 voor meer informatie over aandachtsniveau van de bestuurder de voorzorgsmaatregelen voor de te bepalen door het rijpatroon en de frontzichtcamera.
Pagina 505
Bestuurdershulp - Wanneer de motor wordt uitgeschakeld en vervolgens opnieuw wordt gestart, wordt de functie Driver Attention Warning (Waarschuwing oplettendheid bestuurder) altijd automatisch ingeschakeld. Informatie – voor Europa Wanneer de motor wordt uitgeschakeld en vervolgens opnieuw wordt gestart, wordt de functie Driver Attention Warning OTM070140N (Waarschuwing oplettendheid bestuurder) Waarschuwingsmoment...
Pagina 506
Werking van Driver Attention - De Driver Attention Warning (Waarschuwing oplettendheid Warning (Waarschuwing bestuurder) werkt bij een rijsnelheid oplettendheid bestuurder) van 0-210 km/h. Driver Attention Warning - Als de snelheid van de auto niet (Waarschuwingssysteem voor de binnen de bedrijfssnelheid valt, aandacht van de bestuurder) wordt de melding 'Stand-by' De basisfunctie van het Driver...
Pagina 507
Bestuurdershulp Functie Leading Vehicle Departure WAARSCHUWING Alert (Waarschuwing vertrek Wijzig voor uw veiligheid de voorliggend voertuig) instellingen pas nadat u de auto op een Type A Type B veilige plaats heeft geparkeerd. OPGELET Driver Attention Warning kan mogelijk ook een pauze aanbevelen op basis van het rijpatroon of de gewoonten van de bestuurder, als de bestuurder zich niet vermoeid voelt.
Pagina 508
(Controleer waarschuwing oplettendheid bestuurder) op het instrumentenpaneel en gaat het hoofdwaarschuwingslampje branden op het instrumentenpaneel. Laat de auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. Beperkingen van Driver Attention Warning (Waarschuwing oplettendheid bestuurder) Mogelijk werkt Driver Attention Warning niet goed in de volgende situaties:...
Pagina 509
Bestuurdershulp Wanneer de bestuurder van de Functie Leading Vehicle Departure Alert (Waarschuwing vertrek voorliggend voorligger het stuur omgooit voertuig) Wanneer een voertuig invoegt OADAS034 [A] : Uw auto, [B] : Voorligger Als de voorligger een scherpe OADAS021 bocht maakt, zoals afslaan naar links of naar rechts, zich omkeren enz., is het mogelijk dat Leading Vehicle Departure Alert niet goed...
Pagina 510
Wanneer er een voetganger tussen u Bij het rijden door een tolpoort of op en uw voorligger staat een kruispunt, enz. OADAS025 OADAS026 Als er zich een of meer voetgangers Als u voorbij een tolpoort of of fietsen tussen u en uw voorligger kruising met veel voertuigen rijdt bevinden, is het mogelijk dat Leading of als u ergens rijdt waar rijstroken...
Pagina 511
Bestuurdershulp Instellingen Monitor Links Rechterkant dodehoekweergave Blind-Spot View (Dodehoekweergave) Terwijl de motor aan staat, selecteert Settings (instellingen) om Blind Spot View Monitor in te schakelen en heft u de selectie op om de functie uit te OJK071201C OJK071202C schakelen. De Blind-Spot View Monitor (monitor blindehoekweergave) toont het Werking van Monitor blindehoekgebied achter uw auto op...
Pagina 512
Voorwaarden voor uitschakelen officiële HYUNDAI-dealer. Als de richtingaanwijzer wordt uitgezet, verdwijnt het beeld op het instrumentenpaneel. WAARSCHUWING Als de alarmknipperlichten werken,...
Pagina 513
Bestuurdershulp Werking cruise control Snelheid instellen 1. Accelereer naar de gewenste snelheid, die hoger moet zijn dan 30 km/h. OTM070111 (1) Controlelampje cruise (2) Ingestelde snelheid Cruisecontrol stelt u in staat boven 30 ONX4070032 km/h een bepaalde rijsnelheid aan te 2.
Pagina 514
Ingestelde snelheid verhogen Ingestelde snelheid verlagen OCN7060143 OCN7060144 Druk de schakelaar + omhoog en laat Druk de schakelaar - omlaag en laat hem onmiddellijk los. Telkens als u de hem onmiddellijk los. Telkens als u de schakelaar op deze manier bedient, schakelaar op deze manier bedient, wordt de ingestelde snelheid met 1 wordt de ingestelde snelheid met 1...
Pagina 515
Cruise ( ) blijft branden. u de toets indrukt, kan uw auto mogelijk snel accelereren of vertragen. OPMERKING Als Cruise Control in een niet vermelde situatie pauzeert, raden we aan om uw auto te laten nakijken door een officiële HYUNDAI-dealer. 7-88...
Pagina 516
Cruise Control uitschakelen WAARSCHUWING Neem de volgende voorzorgsmaatregelen bij gebruik van de cruisecontrol: Stel de rijsnelheid altijd lager in dan de snelheidslimiet in uw land. Laat de cruisecontrol uitgeschakeld wanneer u het niet gebruikt. Zo voorkomt u dat u onbedoeld een snelheid instelt.
Pagina 517
Bestuurdershulp Basisfunctie OPGELET Het Smart Cruise Control-systeem is Houd de frontzichtcamera altijd en ontworpen om de voorligger te helpen de radar vóór in goede staat om de detecteren en de gewenste snelheid en optimale prestaties van het Smart minimumafstand tot uw voorligger te Cruise Control-systeem te waarborgen.
Pagina 518
Instellingen Smart Cruise Control OCN7060069 Tussenafstand instellen Elke keer als u op de toets drukt, ONX4070032 verandert de tussenafstand als volgt: Smart Cruise Control inschakelen Druk op de toets Driving Assist Afstand 4 Afstand 3 Afstand 2 ) om de Smart Cruise Control in te schakelen.
Pagina 519
Bestuurdershulp OCN7060061 OCN7060062 Ingestelde snelheid verhogen Ingestelde snelheid verlagen Druk de schakelaar + omhoog en laat Druk de schakelaar - omlaag en laat hem onmiddellijk los. Telkens als u de hem onmiddellijk los. Telkens als u de schakelaar op deze manier bedient, schakelaar op deze manier bedient, wordt de ingestelde snelheid met 1 wordt de ingestelde snelheid met 1...
Pagina 520
OCN7060120 ONX4070032 Smart Cruise Control tijdelijk annuleren Smart Cruise Control uitschakelen Druk op de schakelaar of trap het Druk op de toets Driving Assist rempedaal in om Smart Cruise Control (Bestuurdershulp) ( ) om Smart Cruise tijdelijk te annuleren. Control uit te schakelen. Informatie Als uw auto is uitgerust met Manual Speed Limit Assist, houd de Driving Assist...
Pagina 521
Bestuurdershulp Werking van Smart Cruise Control Voorwaarden voor gebruik Smart Cruise Control werkt wanneer aan de volgende voorwaarden wordt voldaan. Basisfunctie De transmissie staat in stand D (Rijden) ONX4EPH071003L Het bestuurdersportier is gesloten Waarschuwingsvolume EPB (Elektronische parkeerrem) is niet Met de motor aan selecteert u 'Driver geactiveerd Uw rijsnelheid valt binnen de volume (Waarschuwingsvolume)' in het...
Pagina 522
Weergave en bediening Overtaking Acceleration Assist (Versnellingshulp voor inhalen) Basisfunctie Overtaking Acceleration Assist werkt U ziet de bedrijfsstatus van het Smart wanneer de richtingaanwijzer links Cruise Control-systeem in de Driving (stuur links) of rechts (stuur rechts) Assistmodus (rijhulpprogramma) op het wordt ingeschakeld terwijl Smart Cruise instrumentenpaneel.
Pagina 523
Bestuurdershulp ONX4E071159L ONX4070034 Indien tijdelijk geannuleerd Tijdelijk accelereren controlelampje Als u het gaspedaal boven een bepaalde snelheid intrapt terwijl de Smart Control (2) De vorige ingestelde snelheid wordt actief is, kan het voertuig tijdelijk sneller gearceerd weergegeven gaan rijden zonder dat de ingestelde snelheid wordt gewijzigd.
Pagina 524
Type A Type B WAARSCHUWING Wanneer de Smart Cruise Control tijdelijk geannuleerd is, wordt de afstand tot de voorligger niet aangehouden. Blijf tijdens het rijden altijd op de weg letten en trap indien nodig het rempedaal in om snelheid te minderen en zo een veilige afstand te bewaren.
Pagina 525
Bestuurdershulp OTM070114L ONX4E070035 Filerijden Waarschuwing voor rijomstandigheden Als u in een file rijdt, stopt uw auto als In de volgende situatie verschijnt de uw voorligger stopt. En als uw voorligger waarschuwingsmelding 'Watch for weer gaat rijden, gaat uw auto ook surrounding vehicles' (Let op voor andere rijden.
Pagina 526
WAARSCHUWING Neem de volgende voorzorgsmaatregelen bij gebruik van het Smart Cruise Control-systeem: Het Smart Cruise Control-systeem is geen vervanging voor correct en veilig rijgedrag. Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder om altijd de rijsnelheid en de afstand tot de voorligger in de gaten te houden.
Pagina 527
We adviseren u of klinkt. de auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. Mogelijk hoort u het waarschuwingssignaal van het Forward Collision-Avoidance Assist-systeem (ondersteuning botsingsvermijding voorzijde) niet als er veel lawaai in de omgeving is.
Pagina 528
Smart Cruise Control disabled Beperkingen van het Smart Cruise (uitgeschakeld) Control-systeem Mogelijk werkt de Smart Cruise Control Type A Type B niet naar behoren of grijpt hij onverwacht in onder de volgende omstandigheden: De detectiesensor of het gebied eromheen is vuil of beschadigd De voorruit wordt constant met ruitensproeiervloeistof besproeid of de ruitenwisser is geactiveerd...
Pagina 529
Bestuurdershulp Slechts een deel van een voertuig De weg van de voorligger wordt wordt gedetecteerd plotseling versperd door een obstakel De voorligger heeft geen De voorligger verandert plotseling van achterlichten, zijn achterlichten rijstrook of vertraagt plotseling bevinden zich op een ongewone De voorligger is vervormd plaats enz.
Pagina 530
U rijdt op een bochtige weg Rijden op een helling OADAS014 OADAS012 Het is mogelijk dat Smart Cruise Het Smart cruisecontrol detecteert Control in een bocht een voertuig op bij bergop- of bergafwaarts rijden dezelfde rijstrook niet waarneemt en mogelijk geen rijdende auto in uw tot de ingestelde snelheid accelereert.
Pagina 531
Bestuurdershulp Van rijbaan wisselen Voertuig detecteren OJX1079181 In de volgende gevallen kunnen bepaalde voertuigen in uw rijstrook niet worden gedetecteerd door de sensoren: - Voertuigen die aan de zijkant van de rijstrook rijden - Langzame voertuigen of plotseling afremmende voertuigen - Tegenliggers - Stilstaande voertuigen OADAS030...
Pagina 532
ONX4E070008 OTM058129 In de volgende gevallen kan de Wanneer een voorligger verdwijnt bij voorligger niet worden gedetecteerd een kruispunt, is het mogelijk dat uw door de sensoren: auto accelereert. - Voertuigen met een grotere Let tijdens het rijden altijd op de weg bodemvrijheid of met een lading die en de rijomstandigheden.
Pagina 533
Bestuurdershulp OTM058119 Wanneer een voertuig vóór u de rijstrook verlaat, kan het zijn dat Smart Cruise Control de nieuwe voorligger niet onmiddellijk detecteert. Let tijdens het rijden altijd op de weg en de rijomstandigheden. OTM058124 Kijk altijd uit voor voetgangers als uw auto een vaste afstand tot uw voorligger aanhoudt.
Pagina 534
Navigation-based Smart Cruise Highway Set Speed Auto Change (Automatische wijziging ingestelde Control kan helpen een bepaalde snelheid op de snelweg) rijsnelheid aan te houden op basis van de omstandigheden wanneer u op een De functie Highway Set Speed Auto snelweg (of hoofdweg) rijdt. Dit gebeurt Change wijzigt de ingestelde snelheid doordat Smart Cruise Control informatie van het Smart Cruise Control-systeem...
Pagina 535
Bestuurdershulp Werking van Navigation-Based Navigation-based Smart Cruise Control actief Smart Cruise Control Voorwaarden voor gebruik Navigation-based Smart Cruise Control is bedrijfsklaar wanneer aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: Smart Cruise Control is geactiveerd U rijd op een snelweg (of hoofdweg) Informatie Zie de paragraaf 'Smart Cruise Control (SCC)' in hoofdstuk 7 voor meer...
Pagina 536
Als de functie Highway Set Speed Informatie Auto Change in stand-by is gezet De functies Highway Auto Curve doordat de auto op een andere weg Slowdown (automatisch vertragen in dan de hoofdrijbaan van een snelweg snelwegbochten) en Set Speed Auto (of hoofdweg) rijdt, wordt de functie Change (ingestelde snelheid automatisch Highway Set Speed Auto Change...
Pagina 537
Bestuurdershulp Beperkingen van de Navigation- De auto rijdt een benzinestation of verzorgingsplaats binnen based Smart Cruise Control Android Auto of Car Play is actief Mogelijk functioneert Navigation-based Het navigatiesysteem kan de actuele Smart Cruise Control niet naar behoren positie van de auto niet detecteren in de volgende situaties: (bijv.
Pagina 538
OJX1070280L OJX1070281L [1] : Route instellen [2] : Vertakking, [3] : Rijweg, [1] : Route instellen [2] : Vertakking, [3] : Rijweg, [4] : Hoofdweg, [5] : Bochtig wegdeel [4] : Hoofdweg, [5] : Bochtig wegdeel Wanneer er een verschil is Wanneer er een verschil is tussen de ingestelde route in het tussen de ingestelde route in het...
Pagina 539
Bestuurdershulp WAARSCHUWING Navigation-based Smart Cruise Control is geen vervanging voor een veilig rijgedrag, maar een comfortfunctie. Blijf altijd op de weg letten; het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder om te vermijden dat hij/zij de verkeersregels overtreedt. De informatie over snelheidslimieten waarover het navigatiesysteem OJX1070282L beschikt, verschilt mogelijk van...
Pagina 540
Nadat u voorbij een tolpoort op een Informatie snelweg bent gereden, werkt het Tussen de acties van het Smart Cruise Control-systeem op navigatiesysteem en het moment navigatiebasis op basis van de eerste waarop het Navigation-based Smart rijstrook. Als u op een van de andere Cruise Control-systeem een actie rijstroken rijdt, is het mogelijk dat de onderneemt of beëindigt, kan er een...
Pagina 541
Bestuurdershulp Lane Following Assist signaleert Instellingen Lane Following rijstrookmarkeringen en/of voertuigen op Assist (Hulp bij rijbaan volgen) de weg en helpt de bestuurder de auto in het midden van de rijstrook te sturen. Detectiesensor OCN7060087 Lane Following Assist (Hulp bij rijbaan volgen) in-/uitschakelen Met de motor aan drukt u eventjes op ONX4N071005L...
Pagina 542
Werking van de Lane Following Assist Lane Keeping Assist kan worden in- of uitgeschakeld met de toets Lane Driving Assist (hulp met rijden op de rijstrook) en waarschuwt en werkt op de volgende manieren: Lane Keeping Assist Waarschuwing hands-off (handen van het stuur) ONX4EPH071003L Waarschuwingsvolume...
Pagina 543
Bestuurdershulp Type A Type B WAARSCHUWING Mogelijk wordt er niet bijgestuurd als het stuurwiel zeer stevig wordt vastgehouden of als het voorbij een bepaalde hoek gedraaid is. Lane Keeping Assist werkt niet de hele tijd. Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder om veilig te sturen en de auto in zijn rijstrook te houden.
Pagina 544
(Lane Following Assist) system') op het instrumentenpaneel en gaat het hoofdwaarschuwingslampje op het instrumentenpaneel branden. Laat de auto in dit geval inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. Beperkingen van de Lane Following Assist ONX4070013 ONX4070012 De afbeeldingen en kleuren op het...
Pagina 545
Bestuurdershulp De Highway Driving Assist (of Motorway Detectiesensor Driving Assist) is ontworpen om voertuigen en rijstroken vóór uw auto te detecteren en te helpen de afstand tot uw voorligger te bewaren, de ingestelde snelheid aan te houden en de auto op de rijstrook te houden als u op de snelweg rijdt.
Pagina 546
We adviseren u de auto te het volume zoals bij de instelling 'Low’ laten controleren door een officiële ('Laag'). HYUNDAI-dealer. Als u het waarschuwingsvolume wijzigt, Wanneer de motor opnieuw wordt kan dat ook het waarschuwingsvolume gestart, behouden de functies de laatste voor andere bestuurdershulpsystemen instelling.
Pagina 547
Bestuurdershulp Werking van Highway Driving (3) Controlelampje Lane Following Assist Assist (Rijhulp op de snelweg) (4) Eventuele aanwezigheid van een voorligger en de geselecteerde Weergave werkingsstatus afstand tot het voertuig U ziet de bedrijfsstatus van de (5) Of de rijstrook wordt gedetecteerd Highway Driving Assist (hulp voor of niet.
Pagina 548
Eerste Waarschuwingsmelding Opnieuw starten na stoppen niveau: Tweede Waarschuwingsmelding niveau: (rood stuurwiel) en waarschuwingssignaal Type A Type B OTM070114L Wanneer Highway Driving Assist werkt, stopt uw auto als uw voorligger stopt. En als uw voorligger binnen 30 seconden na het stoppen weer gaat OTM070195N OTM070195L rijden, gaat uw auto ook rijden.
Pagina 549
We adviseren u de auto te laten controleren - De navigatie werkt niet naar door een officiële HYUNDAI-dealer. behoren, bijvoorbeeld wanneer ze wordt bijgewerkt of opnieuw wordt opgestart 7-122...
Pagina 550
Afhankelijk van de Beperkingen van de Rijhulp op de wegomstandigheden (navigatie- snelweg informatie) of de omgeving is het Mogelijk werkt Highway Driving Assist mogelijk dat Highway Driving niet naar behoren in de volgende Assist onbedoeld wordt in- of omstandigheden: uitgeschakeld. De kaartgegevens en de werkelijke De Lane Following Assist wordt weg verschillen omdat het...
Pagina 551
Bestuurdershulp Het Rear View Monitor-systeem toont u Instellingen Achteruitrijmonitor de zone achter de auto om u te helpen Camera-instellingen bij het parkeren of achteruitrijden. Detectiesensor OTM070210L U kunt de instellingen van de achteruitrijmonitor ‚Display Contents ONX4E071178L - inhoud weergeven‘ of ‚Display [1] : Achteruitrijcamera Settings - display-instellingen‘...
Pagina 552
Werking van de Rear View Achteraanzicht Monitor (Achteruitrijmonitor) Voorwaarden voor gebruik Bedieningstoets Met de versnelling in R (Achteruit) zal het beeld op het scherm verschijnen. Type A Druk op de Parking/View - weergave toets (1) als de versnelling in P (Parkeren) staat, het beeld verschijnt op het scherm.
Pagina 553
Bestuurdershulp Zicht achteruit tijdens het rijden Bovenaanzicht achteraan ONX4070042 ONX4EPH071001L De bestuurder kan tijdens het rijden het Wanneer u het aanraakt, verschijnt op zicht achteruit op het scherm controleren het scherm het bovenaanzicht en toont om te helpen bij het achteruitrijden. dat de afstand tot het voertuig achter u wanneer u parkeert.
Pagina 554
HYUNDAI-dealer. Beperkingen van de Achteruitrijmonitor Als de auto 's winters lange tijd stilstaat of als de auto in een overdekte...
Pagina 555
Bestuurdershulp Surround View Monitor Instellingen Surround View (omgevingsmonitor) kan helpen bij Monitor het parkeren en gebruikt daarvoor Camera-instellingen de camera‘s in het voertuig en toont beelden rond het voertuig via het infotainmentfunctiescherm. De functie parkeerassistentie weergave helpt de bestuurder om de omgeving van het voertuig vanuit verschillende weergaven te bekijken als men parkeert.
Pagina 556
Bovenaanzicht parkeerbegeleiding Achteraanzicht parkeerhulp Bovenaanzicht vooraan ONX4E071181L ONX4E071180L Als ‚Rear View parking Guidance - Bovenaanzicht achteraan achteraanzicht parkeerbegeleiding‘ is geselecteerd, wordt de parkeerbegeleiding in achteraanzicht getoond. De horizontale richtlijn van de achteraanzicht parkeerbegeleiding toont de afstand van 0,5 m, 1 m en 2,3 m van de auto.
Pagina 557
Bestuurdershulp Parkeerafstandswaarschuwing Werking van de Surround View Monitor Bedieningstoets Type A ONX4E071182L Als de afstandswaarschuwing is geselecteerd, wordt de ONX4070040 paarkeerafstandswaarschuwing rechts Type B van het bovenaanzicht weergegeven op het Surround View Monitor- scherm. Het beeld wordt alleen weergegeven als de parkeerafstandwaarschuwing de bestuurder waarschuwt.
Pagina 558
Druk op de toets Parking/View (1) Surround View Monitor Auto On om de Surround View Monitor in te (omgevingsweergavescherm schakelen. automatisch aan) werkt wanneer aan de volgende voorwaarden wordt Druk opnieuw op de toets om de voldaan: functie uit te schakelen. - Met ‘Driver Assistance Andere weergavemodi kunnen geselecteerd worden door de...
Pagina 559
Bestuurdershulp Achteraanzicht Zicht achteruit tijdens het rijden Het beeld achteraan wordt op De bestuurder kan tijdens het rijden het het scherm weergegeven als de zicht achteruit op het scherm controleren versnelling in R (Achteruit) of P om te helpen bij het achteruitrijden. (Parkeren) staat om te helpen bij het parkeren.
Pagina 560
Surround View Monitor voertuig te laten controleren door een (omgevingsmonitor) is ontworpen officiële HYUNDAI-dealer. voor gebruik op een plat oppervlak. Als hij gebruikt wordt op wegen Beperkingen van de Surround View met verschillende hoogten zoals...
Pagina 561
Bestuurdershulp BOTSINGSWAARSCHUWING KRUISEND VERKEER Detectiesensor Rear Cross-Traffic Collision Warning Assist helpt bij het detecteren van voertuigen die van linksachter en rechtsachter naderen terwijl uw auto achteruitrijdt, en waarschuwt de bestuurder met een waarschuwingsmelding en een waarschuwingssignaal als er een aanrijding dreigt. ONX4E071054L [1] : Hoekradar achteraan Zie bovenstaande afbeelding voor de...
Pagina 562
Instellingen Rear Cross- Traffic Collision Warning (Botsingswaarschuwing kruisend verkeer achteraan) OTM070140N Waarschuwingsmoment Met de motor aan, selecteert u 'Driver Waarschuwingsmoment') in het menu OTM070194N Settings (instellingen) om de initiële Veiligheid kruisend verkeer achter activeringstijd voor de waarschuwing van het Rear Cross-Traffic Collision Warning Met de motor aan selecteert u 'Driver (botsingswaarschuwing kruisend verkeer achteraan) te wijzigen.
Pagina 563
Bestuurdershulp OPGELET De instelling voor waarschuwingsmoment en waarschuwingsvolume is van toepassing op alle functies van Rear Cross-Traffic Collision Warning. Zelfs als voor het waarschuwingsmoment ‘Normal’ (Normaal) wordt geselecteerd, kan het lijken dat de waarschuwing te laat komt als er een voertuig van ONX4EPH071003L links of rechts met een hoge snelheid Waarschuwingsvolume...
Pagina 564
Werking van de Rear Cross- De Rear Cross-Traffic Collision Warning (ondersteuning Traffic Collision Warning botsingsvermijding achterzijde) (Botsingswaarschuwing werkt wanneer aan al de volgende kruisend verkeer achteraan) voorwaarden is voldaan: Rear Cross-Traffic Collision Warning - Er wordt naar stand R (Achteruit) (Botsingswaarschuwing kruisend geschakeld verkeer achteraan)
Pagina 565
Laat de auto De bestuurder blijft verantwoordelijk in dit geval inspecteren door een officiële voor het besturen van de auto. HYUNDAI-dealer. Vertrouw niet uitsluitend op de Rear Cross-Traffic Collision Warning (botsingswaarschuwing kruisend verkeer achteraan) Houd een veilige...
Pagina 566
Als de Rear Cross Traffic Collision Warning (botsingswaarschuwing kruisend verkeer achteraan) niet naar behoren werkt nadat het verwijderd is, adviseren we om de auto te laten nakijken door een officiële HYUNDAI- dealer. 7-139...
Pagina 567
Bestuurdershulp WAARSCHUWING Informatie Het is mogelijk dat de Rear Cross- Zie de paragraaf "Blind-Spot Collision Traffic Collision Warning-functie niet Warning (BCW; Botsingswaarschuwing goed werkt, zonder dat daardoor het blinde hoek)" in hoofdstuk 7 voor meer waarschuwingsmelding verschijnt informatie over de voorzorgsmaatregelen op het instrumentenpaneel.
Pagina 568
Wanneer het voertuig zich ergens Wanneer het voertuig schuin wordt bevindt waar het moeilijk parkeren is geparkeerd OJX1079112 OJX1079113 [A] : Voertuig De Rear Cross-Traffic Collision Warning detecteert mogelijk Het kan zijn dat de werking van voertuigen die een parkeerplaats Rear Cross-Traffic Collision Warning nabij uw auto in- of uitrijden (bv.
Pagina 569
Bestuurdershulp Als dit gebeurt, is het mogelijk Wanneer het voertuig achteruit dat de functie de bestuurder niet wordt geparkeerd waarschuwt wanneer dat nodig is. Controleer altijd uw omgeving terwijl u achteruitrijdt. Een parkeerplek inrijden waarbij zich een constructie bevindt OJX1079116 De Rear Cross-Traffic Collision Warning detecteert mogelijk voertuigen die achter u voorbijrijden...
Pagina 570
Rear Cross-Traffic Collision-Avoidance Detectiesensor Assist detecteert voertuigen die van linksachter en rechtsachter naderen terwijl uw auto achteruitrijdt, en waarschuwt de bestuurder met een waarschuwingsmelding en een waarschuwingssignaal dat er een aanrijding dreigt. Ook wordt er geremd om een botsing te helpen vermijden. ONX4E071054L [1] : Hoekradar achteraan Zie bovenstaande afbeelding voor de...
Pagina 571
Bestuurdershulp Instellingen Rear Cross- Traffic Collision-Avoidance Assist (Ondersteuning botsing vermijden kruisend verkeer achteraan) OTM070140N Waarschuwingsmoment Met de motor aan, selecteert u 'Driver Timing (Timing waarschuwing)' in het menu Settings (instellingen) om OTM070194N de initiële activeringstijd voor de Veiligheid kruisend verkeer achter waarschuwing van de Rear Cross- Traffic Collision-Avoidance Assist Met de motor aan selecteert u 'Driver...
Pagina 572
OPGELET De instelling voor waarschuwingsmoment en waarschuwingsvolume is van toepassing op alle functies van het Rear Collision-Avoidance Assist- systeem. Zelfs als voor het waarschuwingsmoment ‘Normal’ (Normaal) wordt geselecteerd, kan het lijken dat de waarschuwing te ONX4EPH071003L laat komt als er een voertuig van Waarschuwingsvolume links of rechts met een hoge snelheid Met de motor aan selecteert u 'Driver...
Pagina 573
Bestuurdershulp Werking Rear Cross-Traffic Botsingswaarschuwing Collision-Avoidance Assist Om de bestuurder te waarschuwen (Ondersteuning botsing voor een voertuig dat van links/ rechts de auto nadert, knippert vermijden kruisend verkeer het waarschuwingslampje op de achteraan) buitenspiegel en verschijnt een Waarschuwing en bediening waarschuwingsmelding op het Rear Cross-Traffic Collision- instrumentenpaneel.
Pagina 574
De Rear Cross-Traffic Collision- Avoidance Assist (ondersteuning botsing vermijden kruisend verkeer achteraan) werkt wanneer aan al de volgende voorwaarden is voldaan: - Er wordt naar stand R (Achteruit) geschakeld - De rijsnelheid is lager dan 8 km/h - Het naderende voertuig bevindt zich op ca.
Pagina 575
Bestuurdershulp WAARSCHUWING Tref de volgende voorzorgsmaatregelen wanneer u gebruikmaakt van de Rear Cross-Traffic Collision-Avoidance Assist (ondersteuning botsingsvermijding achterzijde): Wijzig voor uw veiligheid de instellingen pas nadat u de auto op een veilige plaats heeft geparkeerd. Mogelijk verschijnt of klinkt ONX4E070058 de waarschuwing en/of het De auto tot stilstand brengen en het waarschuwingssignaal van de...
Pagina 576
Rear Cross-Traffic Collision- Informatie Avoidance Assist (ondersteuning Als het remmen ondersteund wordt botsingsvermijding achterzijde) door de Rear Cross-Traffic Collision- werkt niet in alle situaties en kan niet Avoidance Assist (ondersteuning alle aanrijdingen voorkomen. botsingsvermijding achterzijde), moet Mogelijk waarschuwt de Rear Cross- de bestuurder onmiddellijk de rem Traffic Collision-Avoidance Assist intrappen en de omgeving van het...
Pagina 577
OTM070125N Laat de auto in dit geval inspecteren door Als de Rear Cross-Traffic Collision- een officiële HYUNDAI-dealer. Avoidance Assist (ondersteuning botsingsvermijding achterzijde) niet Rear Cross-Traffic Collision- naar behoren werkt, verschijnt enkele Avoidance Assist (Ondersteuning...
Pagina 578
Mogelijk werkt het aansturen van de nakijken door een officiële HYUNDAI- remmen niet en is de aandacht van dealer. de bestuurder vereist in de volgende...
Pagina 579
Bestuurdershulp Wanneer het voertuig zich ergens WAARSCHUWING bevindt waar het moeilijk parkeren is Nabij een voertuig of constructie rijden OJX1079112 De Rear Cross-Traffic Collision- OJX1079111 Avoidance Assist (ondersteuning [A] : Constructie botsingsvermijding achterzijde) Het kan zijn dat de werking van detecteert mogelijk voertuigen die een parkeerplaats nabij uw auto in- Rear Cross-Traffic Collision-...
Pagina 580
Wanneer het voertuig schuin wordt Wanneer u auto op of nabij een geparkeerd helling staat OJX1079113 ONX4070082 [A] : Voertuig Het kan zijn dat de werking van Rear Cross-Traffic Collision- Het kan zijn dat de werking van Avoidance Assist (ondersteuning Rear Cross-Traffic Collision- botsingsvermijding achterzijde) Avoidance Assist (ondersteuning...
Pagina 581
Bestuurdershulp Een parkeerplek inrijden waarbij zich Wanneer het voertuig achteruit een constructie bevindt wordt geparkeerd OJX1079115 OJX1079116 [A] : Constructie, [B] : Muur De Rear Cross-Traffic Collision- Avoidance Assist (ondersteuning De Rear Cross-Traffic Collision- botsingsvermijding achterzijde) Avoidance Assist (ondersteuning detecteert mogelijk voertuigen botsingsvermijding achterzijde) die achter u voorbijrijden terwijl u detecteert mogelijk voertuigen...
Pagina 582
De afstandswaarschuwing achteruit Instellingen kan helpen om de bestuurder te Afstandswaarschuwing waarschuwen als er een obstakel wordt achteruit gedetecteerd terwijl de auto traag Waarschuwingsvolume achteruitrijdt Detectiesensor ONX4EPH071003L Met de motor aan selecteert u ONX4E070060 [2] : Ultrasoonsensoren achter Waarschuwingsvolume') in het Zie bovenstaande afbeelding voor de menu Settings (instellingen) op precieze locatie van de detectiesensoren.
Pagina 583
Bestuurdershulp Werking van Afstandswaarschuwing (indien van toepassing) Afstandswaarschuwing achteruit Druk op de toets Parking Distance Warning Off - waarschuwing Bedieningstoets parkeerafstand uit ( ) om Type A Reverse Parking Distance Warning (afstandswaarschuwing achteruit parkeren) uit te zetten. Druk opnieuw op de toets om de functie in te schakelen.
Pagina 584
Als de functie nog steeds niet Let altijd goed op als u op een correct werkt, raden we u aan de auto kleine afstand langs voorwerpen door een officiële HYUNDAI-dealer te of voetgangers, in het bijzonder laten controleren. kinderen, rijdt. Sommige voorwerpen Het waarschuwingssignaal klinkt niet.
Pagina 585
- Bij zware regenval of opspattend officiële HYUNDAI-dealer. water - Als er water over het oppervlak van de sensor loopt - Als de sensor wordt beïnvloed door...
Pagina 586
De afstandswaarschuwing vooruit/ Instellingen achteruit kan helpen om de bestuurder Afstandswaarschuwing vooruit/ te waarschuwen als er binnen een achteruit bepaalde afstand een obstakel wordt Waarschuwingsvolume gedetecteerd terwijl de auto traag voor- of achteruitrijdt Detectiesensor ONX4EPH071003L Met de motor aan selecteert u ONX4E070059 Waarschuwingsvolume') in het menu Settings (instellingen) op...
Pagina 587
Bestuurdershulp Parking Distance Warning Auto Werking van ON (Afstandswaarschuwing Afstandswaarschuwing-vooruit/ automatisch aan) achteruit Om de functie Parking Distance Warning Bedieningstoets Auto On (Waarschuwing parkeerafstand Type A aan) te gebruiken, selecteert u Parking Distance Warning Auto On' aan) in het instellingenmenu van het instrumentenpaneel of de infotainmentfunctie.
Pagina 588
Afstandswaarschuwing vooruit Toets parkeerveiligheid Druk op de Parking Safety (veilig Forward Parking Distance Warning parkeren) ( ) knop om de (waarschuwing parkeerafstand Reverse Parking Distance Warning vooruit) werkt als een van de (waarschuwing parkeerafstand voorwaarden is vervuld. achteruit) uit te zetten. Druk opnieuw - De versnelling wordt geschakeld op de toets om de functie uit te van R (Achteruit) naar een andere...
Pagina 589
Bestuurdershulp Als ‘Parking Distance Warning Afstandswaarschuwing achteruit Auto On’ (Auto PDW (Parking De afstandswaarschuwing achteruit Distance Warning) (Automatische wordt geactiveerd wanneer de trans- waarschuwing parkeerafstand missie in R (Achteruit) staat. aan)) wordt uitgeschakeld, en Reverse Parking Distance (afstands- de voorwaartse snelheid van het waarschuwing achteruit) helpt een voertuig hoger ligt dan 30 km/h, zal persoon, dier of voorwerp achteraan...
Pagina 590
Als de functie nog steeds niet achteruit. correct werkt, raden we u aan de auto Let altijd goed op als u op een door een officiële HYUNDAI-dealer te kleine afstand langs voorwerpen laten controleren. of voetgangers, in het bijzonder Het waarschuwingssignaal klinkt niet.
Pagina 591
- Bij zware regenval of opspattend aan de auto te laten nakijken door een water officiële HYUNDAI-dealer. - Als er water over het oppervlak van de sensor loopt - Als de sensor wordt beïnvloed door...
Pagina 592
ONDERSTEUNING BOTSINGSVERMIJDING ACHTERUIT Instellingen Reverse Reverse Parking Collision-Avoidance Assist kan de bestuurder waarschuwen Parking Collision-Avoidance of helpen bij het remmen om de kans Assist (Ondersteuning op botsingen met voetgangers of botsingsvermijding achteruit voorwerpen tijdens het achteruitrijden te parkeren) verkleinen. Type A Type B Detectiesensoren OTM070231N...
Pagina 593
Bestuurdershulp - Als u voor ‘Off’ (uit) kiest, gaat de Reverse Parking Collision- Avoidance Assist (ondersteuning botsingsvermijding achteruit parkeren) uit. ONX4EPH071003L Waarschuwingsvolume Met de motor aan selecteert u Waarschuwingsvolume') in het OTM070140N menu Settings (instellingen) om Waarschuwingsmoment het waarschuwingsvolume voor Met de motor aan, selecteert Reverse Collision-Avoidance Assist (ondersteuning botsingsvermijding...
Pagina 594
Bediening Reverse Parking Rear Collision-Avoidance Assist (Botsingsvermijding achterzijde) Collision-Avoidance Assist (Ondersteuning Als de functie het risico op een botsing met een voetganger of botsingsvermijding achteruit voorwerp detecteert, waarschuwt parkeren) de functie de bestuurder met een Voorwaarden voor gebruik waarschuwingssignaal, en een waarschuwingsmelding op het Als 'Rear Active Assist' ('Actieve instrumentenpaneel.
Pagina 595
'Check Parking Safety system' (Controleer het Parkeerveiligheid-systeem) op het instrumentenpaneel en wordt de functie automatisch uitgeschakeld. We raden u aan het systeem door een officiële HYUNDAI-dealer te laten controleren. 7-168...
Pagina 596
Reverse Parking Collision-Avoidance Als de sensoren bedekt zijn met vuil, zoals sneeuw of regen, kan dit het Assist (Ondersteuning botsing detectievermogen verminderen en kan vermijden achteruit parkeren) de functie Reverse Parking Collision uitgeschakeld Avoidance Assist (ondersteuning botsingsvermijding achteruit parkeren) tijdelijk minder goed werken of worden uitgeschakeld.
Pagina 597
Bestuurdershulp Beperkingen van Parking Collision- De voetganger bevindt zich nabij de achterkant van het voertuig Avoidance Assist (Ondersteuning botsing vermijden achteruit De voetganger staat niet rechtop parkeren) De voetganger is te klein of te Onder de volgende omstandigheden lang om te worden waargenomen biedt Reverse Parking Collision- door de Reverse Parking Collision- Avoidance Assist mogelijk geen...
Pagina 598
De bumperhoogte of de installatie van Let tijdens het rijden altijd op de de ultrasoonsensoren is gewijzigd toestand van de weg en het verkeer, of er nu een waarschuwing wordt Uw auto is te hoog of te laag door gegeven of niet. een zware lading, een abnormale bandenspanning enz.
Pagina 599
OPGELET werden gebracht. Wij adviseren u de auto te laten controleren door een Neem de volgende officiële HYUNDAI-dealer. voorzorgsmaatregelen om de optimale prestaties van de detectiesensor te waarborgen: Informatie Houd de achteruitrijcamera en de...
Pagina 600
Voorradar - Voor Indonesië Conformiteit van de radiofrequentie- onderdelen (Radar vooraan): - Voor Taiwan OANATEL258 - Voor Maleisië OANATEL255 - Voor Thailand OANATEL259 - Voor Singapore OANATEL260 OANATEL257 7-173...
Pagina 601
Bestuurdershulp - Voor Europa - Voor Moldavië OANATEL261 OANATEL263 - Voor Oekraïne - Voor Jordanië OANATEL264 - Voor de Verenigde Arabische Emiraten OANATEL265 - Voor Ghana OANATEL266 OANATEL262 7-174...
Pagina 602
- Voor Servië - Voor Nigeria OANATEL270 - Voor Marokko OANATEL271 - Voor Rusland OANATEL267 - Voor Zuid-Afrika OANATEL272 - Voor Oman OANATEL268 - Voor Zambia OANATEL273 OANATEL269 7-175...
Pagina 603
Bestuurdershulp - Voor Israël - Voor Mexico OANATEL278 - Voor Paraguay OANATEL274 - Voor Brazilië OANATEL279 - Voor Mauritanië OANATEL277 OANATEL280 7-176...
Pagina 604
- Voor China Hoekradar achteraan Conformiteit van de radiofrequentie- onderdelen (Hoekradar achteraan): - Voor Taiwan OANATEL281 - Voor Argentinië OANATEL069 - Thailand OANATEL282 OANATEL111 7-177...
Pagina 605
Bestuurdershulp - Voor Indonesië - Europa OANATEL070 - Voor Maleisië OANATEL112 - Voor Oekraïne OANATEL057 - Voor Singapore OANATEL068 OANATEL071 7-178...
Pagina 606
- Moldavië - Servië en Montenegro OANATEL369 OANATEL083 - Jordanië - Zambia OANATEL080 OANATEL075 - Verenigde Arabische Emiraten - Nigeria OANATEL076 - Marokko OANATEL079 - Ghana OANATEL077 OANATEL072 7-179...
Pagina 607
Bestuurdershulp - Zuid-Afrika - Israël OANATEL081 - Rusland OANATEL078 OANATEL073 - Oman OANATEL082 7-180...
Pagina 608
8. Noodsituaties Schakelaar van de alarmknipperlichten ............8-3 Wat te doen in een noodgeval tijdens het rijden ..........8-3 Als de motor afslaat tijdens het rijden ................8-3 Als de motor afslaat op een kruising of kruispunt .............8-3 Als u tijdens het rijden een lekke band krijgt............. 8-4 Als de motor niet gestart kan worden .............
Pagina 609
Als u een lekke band hebt (met bandenreparatieset) ........8-24 Inleiding ........................8-24 Aanwijzingen voor een veilig gebruik van de Tire Mobility Kit........8-25 Onderdelen van de bandenreparatieset ..............8-26 Gebruik van de Tire Mobility Kit ................8-27 Bandenspanning controleren ................... 8-30 Slepen ......................8-32 Sleepbedrijf ........................8-32 Afneembaar sleepoog ....................8-33 Slepen in een noodgeval ...................8-34...
Pagina 610
Als de auto niet start, adviseren wij u ONX4080001 contact op te nemen met een officiële De alarmknipperlichten dienen ervoor HYUNDAI-dealer of gekwalificeerde om de overige weggebruikers te hulp zoekt. waarschuwen om extra voorzichtig te zijn bij het naderen, inhalen of passeren van Als de motor afslaat op een uw auto.
Pagina 611
Als de auto nog steeds niet start, neem op een stevige, vlakke ondergrond. dan telefonisch contact op met een Parkeer niet in de middenberm als u officiële HYUNDAI-dealer. op een snelweg rijdt met gescheiden rijbanen. OPMERKING Wanneer de auto is gestopt,...
Pagina 612
STARTEN MET EEN HULPACCU Starten met een hulpaccu kan gevaarlijk Spoel uw ogen minstens 15 minuten zijn als dit niet op de juiste manier met schoon water als er zuur in komt en gebeurt. Volg de procedure voor roep onmiddellijk medische hulp in. Als het starten met een hulpaccu in dit het zuur in contact komt met uw huid, hoofdstuk om ernstig letsel of schade...
Pagina 613
Noodsituaties Startprocedure met behulp van een hulpaccu Informatie In de bagageruimte van uw voertuig zit een accu, maar voor het starten met een hulpaccu moet de accupolen op in de motorruimte gebruiken. 1. Plaats de auto's zo dicht bij elkaar dat ONX4E081043L de startkabels de afstand tussen de 5.
Pagina 614
Tijdens het starten met een hulpaccu te laten controleren door een officiële moet je voorkomen dat de pluspool (+) HYUNDAI-dealer. en minkabels (-) met elkaar in contact komen. Een vonk kan persoonlijk letsel Maak de startkabels los in exact de veroorzaken.
Pagina 615
Als opnieuw oververhitting optreedt, roep dan de hulp in van de 1) Zet de motor uit als de dichtstbijzijnde officiële HYUNDAI- koelventilator niet draait. dealer. 6. Controleer of de aandrijfriem voor de waterpomp aanwezig is.
Pagina 616
Raadpleeg desnoods een aanslag. Doe een stap achteruit terwijl officiële HYUNDAI-dealer om deze de druk ontsnapt uit het koelsysteem. taak uit te voeren. Pas als u zeker weet dat er geen...
Pagina 617
Noodsituaties Controleer de bandenspanning ONX4080004 ONX4E040019 U kunt de bandenspanning controleren in de waarschuwingsmodus op het instrumentenpaneel. Zie 'Instellingen LCD-display' in hoofdstuk 4. De bandenspanning wordt na het starten van de motor weergegeven als de auto enkele minuten heeft gereden. ONX4E080005 (1) Waarschuwingslampje lage Als de bandenspanning bij stilstaande...
Pagina 618
TPMS (Controlesysteem lage Het TPMS dient niet ter vervanging van onderhoud van de banden te worden bandenspanning) gebruikt. Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder dat de banden op WAARSCHUWING de juiste spanning zijn, ook al is de bandenspanning nog niet zo laag dat het Een te hoge of te lage bandenspanning waarschuwingslampje gaat branden.
Pagina 619
Noodsituaties OPMERKING Waarschuwingslampje lage bandenspanning In de volgende situaties raden we u aan dat u het systeem door een officiële HYUNDAI-dealer laat nakijken. Waarschuwingslampje positie 1. Het waarschuwingslampje lage lage bandenspanning en bandenspanning / controlelampje aanduiding bandenspanning storing TPMS brandt niet gedurende...
Pagina 620
Wij adviseren u het systeem zo snel dan 25 km/h wordt gereden), totdat de mogelijk te laten controleren door een lekke band van de auto is gerepareerd en officiële HYUNDAI-dealer. verwisseld. OPMERKING OPGELET In het geval van een storing in het TPMS...
Pagina 621
U moet TPMS-specifieke bandenreparatiemiddel te gebruiken wielen gebruiken. Geadviseerd wordt om dat niet door een HYUNDAI-dealer is uw banden altijd te laten onderhouden goedgekeurd of geen gelijkwaardig door een officiële HYUNDAI-dealer. onderdeel dat gespecificeerd is voor uw voertuig is.
Pagina 622
Het manipuleren, wijzigen of TPMS-sensoren te gebruiken uitschakelen van de componenten van die goedgekeurd zijn door het bandenspanningscontrolesysteem een HYUNDAI-dealer of een (TPMS) kan het systeem belemmeren gelijkwaardig onderdeel dat om de bestuurder te waarschuwen gespecificeerd is voor uw voertuig.
Pagina 623
Noodsituaties WAARSCHUWING Het verwisselen van een band kan gevaarlijk zijn. Volg de instructies in dit hoofdstuk bij het verwisselen van een band om de kans op ernstig letsel te beperken. OPGELET Zorg er bij het gebruik van de krikslinger voor dat u uit de buurt van het platte uiteinde blijft.
Pagina 624
Wielen verwisselen WAARSCHUWING De auto kan van de krik afglijden of rollen, waardoor u of omstanders ernstig letsel zouden kunnen oplopen. Neem de volgende veiligheidsvoorzorgsmaatregelen in acht: Ga nooit onder een auto liggen die OTLE065040 op een krik staat. Als het moeilijk is om de Probeer NOOIT een wiel te bevestigingsbout van het wiel los verwisselen in de baan van het...
Pagina 625
Noodsituaties Volg deze stappen bij het verwisselen van een band van uw auto: 1. Zet de auto op een stevige en vlakke ondergrond. 2. Schakel de transmissie naar P (Parkeren, voor automatische/Double clutch-transmissie) of N (Neutraal) (voor handgeschakelde transmissie/ intelligente handgeschakelde transmissie), activeer de parkeerrem en zet het contact in stand LOCK/OFF.
Pagina 626
WAARSCHUWING Velgen kunnen scherpe randen hebben. Ga er voorzichtig mee om, om te voorkomen dat u zich bezeert. Controleer voordat u het wiel plaatst er niets (modder, teer, grind, enz.) op de wielnaaf of de velg aanwezig is waardoor het wiel niet goed tegen de wielnaaf aan kan liggen.
Pagina 627
HYUNDAI-dealer. de naaf. Wij adviseren u contact op te De wielmoeren moeten worden nemen met een officiële HYUNDAI- vastgedraaid met 11 - 13 kgf·m (79 - dealer voor hulp. 94 lbf·ft). WAARSCHUWING...
Pagina 628
Gebruik van compact reservewiel Trek geen aanhanger als het compacte reservewiel is gemonteerd. (indien van toepassing) Compacte reservewielen zijn uitsluitend ontworpen voor gebruik in noodgevallen. Informatie Rijd voorzichtig als het compacte Als de originele band en velg gerepareerd reservewiel is geplaatst en volg altijd de zijn en weer onder de auto gemonteerd veiligheidsvoorzorgsmaatregelen.
Pagina 629
Noodsituaties Kriklabel OOS067043 Het werkelijke label op de krik in de auto kan afwijken van de afbeelding. Meer informatie vindt u op het label op de krik. 1. Modelnaam 2. Maximaal toegestane belasting 3. Activeer de parkeerrem wanneer u de krik gebruikt. 4.
Pagina 630
EC-conformiteitsverklaring voor de krik ONX4E080036 8-23...
Pagina 631
De band dient zo spoedig gebeuren dat het lek niet afdoende mogelijk door een officiële HYUNDAI- gedicht kan worden. dealer te worden gecontroleerd. Een te lage bandenspanning heeft een negatieve invloed op de prestaties van de band.
Pagina 632
4 mm. raadpleeg onmiddellijk een arts. We adviseren u contact op te nemen Langdurige blootstelling aan het met een HYUNDAI-dealer in de buurt afdichtingsmiddel kan schade als de band niet gerepareerd kan toebrengen aan lichaamsweefsels, worden met de Tire Mobility Kit.
Pagina 633
Noodsituaties Onderdelen van de bandenreparatieset OTM080022 1. Snelheidsbeperkingslabel 2. Afdichtmiddel en -fles 3. Aansluitslang compressor en wiel 4. Connector en kabel voor verbinding met het stopcontact 5. Houder voor de fles dichtmiddel 6. Compressor 7. AAN/UIT-schakelaar 8. Drukmeter voor de bandenspanning 9.
Pagina 634
Gebruik van de Tire Mobility Kit WAARSCHUWING Gebruik geen dichtmiddel waarvan WAARSCHUWING de houdbaarheidsdatum is verstreken (bijvoorbeeld, later dan de datum die wordt vermeld op de verpakking). Dit kan het risico op een defecte band vergroten. WAARSCHUWING Buiten het bereik van kinderen houden.
Pagina 635
Noodsituaties OTM080023 ONX4E080011 2. Verwijder het deksel (A) van de fles 5. Schroef de ventieldop van het ventiel dichtmiddel (2) en de compressor (6). van de lekke band los en schroef de verbindingsslang (3) van de compressor enhet wiel. OPMERKING Bevestig de vulslang voor het afdichtingsmiddel stevig op het ventiel.
Pagina 636
9. Terwijl de motor draait, schakelt u de WAARSCHUWING compressor in door op [I] te drukken Laat de motor niet gedurende en laat ongeveer 5 - 7 minuten draaien langere tijd draaien in een slecht om de band met afdichtingsmiddel geventileerde ruimte.
Pagina 637
Noodsituaties 13. Stop, nadat u ongeveer 7 - 10 km (of Bandenspanning controleren ongeveer 10 minuten) hebt gereden, 1. Stop, nadat u ongeveer 7 - 10 km (of op een veilige plaats. ongeveer 10 minuten) hebt gereden, op een veilige plaats. ONX4E080011 14.
Pagina 638
4 mm. nieuw exemplaar vervangt en de We adviseren u contact op te nemen bandenspanningssensoren controleert. met een officiële HYUNDAI-dealer als We bevelen aan dat u dit laat doen bij de band niet gerepareerd kan worden een bevoegde dealer.
Pagina 639
ONX4E080013 OPGELET [A] : Dolly's Laat de auto bij voorkeur wegslepen Sleep de auto nooit met de door een officiële door HYUNDAI voorwielen op de grond. Hierdoor Erkende Reparateur of een erkend kan de auto beschadigd raken. bergingsbedrijf. Correcte hef- en sleepprocedures zijn noodzakelijk om schade aan de auto te voorkomen.
Pagina 640
Slepen in noodgevallen zonder dolly's: Afneembaar sleepoog Auto zonder EPB 1. Open de achterklep en verwijder het sleepoog uit de gereedschapsset. 1. Zet het contact in de ACC stand. 2. Zet de transmissie in N (Neutraal). Voor 3. Ontgrendel de parkeerrem. Auto met EPB 1.
Pagina 641
We raden u aan contact op te nemen communiceren. met een officiële HYUNDAI-dealer of een deskundig bergingsbedrijf voor hulp. Controleer voor het slepen of de sleepogen niet gebroken of op een Als dit niet mogelijk is, mag de auto andere manier beschadigd zijn.
Pagina 642
OPMERKING Versnel en vertraag langzaam en geleidelijk om de sleepkabel of ketting op spanning te houden en zo de auto te starten of te verplaatsen, anders kunnen de sleepogen en de auto worden beschadigd. OPMERKING Om schade aan uw auto en onderdelen ervan te voorkomen bij het slepen: ONX4E080022 Gebruik een sleepkabel of ketting van...
Pagina 643
Noodsituaties Uw auto is uitgerust met Gevarendriehoek noodvoorzieningen om u te helpen in te Plaats de gevarendriehoek op de weg om grijpen bij noodsituaties. naderende voertuigen te waarschuwen in geval van nood, bijvoorbeeld wanneer Brandblusser de auto langs de weg is geparkeerd Als er een kleine brand is en u weet hoe vanwege problemen.
Pagina 644
De auto is uitgerust met een apparaat* dat verbonden is met het pan-Europese eCall- systeem voor noodoproepen naar hulpdiensten. Het pan-Europese eCall-systeem doet automatisch een noodoproep bij een verkeersongeval of andere** calamiteiten op de Europese wegen (alleen in landen met wetgeving voor dit systeem) Het systeem maakt het mogelijk om verbinding te maken met een hulpverlener van de noodhulpdienst in geval van ongevallen in het verkeer van Europa (alleen in landen met wetgeving voor dit systeem).
Pagina 645
Noodsituaties Het pan-Europese eCall-apparaat in de gebruikershandleiding verwijst naar apparatuur die in de auto geïnstalleerd is en die verbinding kan maken met het pan-Europese eCall- systeem. ** "Andere calamiteiten" betekent elk ongeval op de Europese wegen (alleen in landen met wetgeving voor dit systeem) dat tot letsel bij mensen leidt/hulp noodzakelijk maakt. Bij waarneming van een ongeval moet u het voertuig tot stilstand brengen, de SOS- toets indrukken (de locatie van de toets staat op de afbeelding in het hoofdstuk "Pan- Europees eCall-systeem (INDIEN VAN TOEPASSING)") van de Gebruikershandleiding.
Pagina 646
Wanneer de gegevens die in het pan-Europese eCall-systeem opgeslagen zijn, worden doorgegeven aan het reddingsteam om de bestuurder en passagiers de juiste hulp te verlenen, worden de gegevens gewist zodra de reddingsoperatie voltooid is. Beschrijving van het eCall-systeem in het voertuig (voor Europa) Antenne Antenne Toets SOS...
Pagina 647
Noodsituaties Informatie over (1) Richtlijn 95/46/EC van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober gegevensverwerking (voor 1995 betreffende de bescherming van Europa) natuurlijke personen in verband met Elke verwerking van persoonsgegevens de verwerking van persoonsgegevens door het op de 112-dienst en betreffende het vrije verkeer van gebaseerde eCall-boordsysteem is in die gegevens (OJ L 281, 23.11.1995, p.
Pagina 648
Pan-Europees eCall-systeem Het eCall-systeem voor noodnummer 112 in het voertuig is zo ontworpen dat de (voor Europa) gegevens in het interne geheugen van het systeem automatisch en doorlopend worden verwijderd. De gegevens over de voertuiglocatie worden in het interne geheugen van het systeem doorlopend overschreven, waardoor er altijd maximaal drie van de laatste actuele locaties van het voertuig...
Pagina 649
Noodsituaties Automatische ongevalsmelding (voor Europa) ONX4E080030 Het Pan-Europese eCall-apparaat doet automatisch een noodoproep naar de publieke noodoproepcentrale (PSAP, Public Safety Answering Point) om bij een verkeersongeval de juiste reddingsdiensten in te zetten. Voor de juiste noodhulpdiensten en ondersteuning stuurt het pan-Europese eCall- systeem bij het waarnemen van een verkeersongeval automatisch de gegevens naar de publieke noodoproepcentrale (PSAP).
Pagina 650
Handmatige ongevalsmelding (voor Europa) ONX4E080031 De bestuurder of passagier kan handmatig een noodoproep doen naar de publieke noodoproepcentrale (PSAP, Public Safety Answering Point) door op de SOS-toets te drukken om de noodhulpdiensten te waarschuwen. Een oproep naar de noodhulpdiensten via het pan-Europese eCall-systeem kan worden geannuleerd door nogmaals op de SOS-toets te drukken voordat de verbinding tot stand is gebracht.
Pagina 651
Laat het pan-Europese eCall- systeem onmiddellijk nakijken door een officiële HYUNDAI-dealer. Anders hebt u niet de garantie dat het apparaat met het pan-Europese eCall- systeem in uw auto goed functioneert.
Pagina 652
9. Onderhoud Motorruimte ...................... 9-4 Onderhoudswerkzaamheden ................9-6 Verantwoordelijkheid van de eigenaar ..............9-6 Voorzorgsmaatregelen voor onderhoud uitgevoerd door eigenaar ......9-6 Door de eigenaar uit te voeren onderhoudswerkzaamheden ......9-7 Schema voor door de eigenaar uit te voeren onderhoudswerkzaamheden ..9-8 Uitleg bij onderhoudsschema .................9-10 Brandstoffilter (voor benzinemotor) .................
Pagina 653
Luchtfilter ......................9-23 Filter vervangen ......................9-23 Interieurluchtfilter ................... 9-24 Controle filter ......................9-24 Filter vervangen ......................9-24 Ruitenwisserbladen ..................9-25 Controle bladen ......................9-25 Vervangen van bladen ....................9-25 Accu ......................... 9-29 Voor een optimale werking van de accu ..............9-30 Accucapaciteitsticker ....................9-31 Accu laden ........................
Pagina 655
Onderhoud MOTORRUIMTE Smartstream G1.6 T-GDi / Smartstream G1.6 T-GDi (48V) MHEV Smartstream G2.0 De werkelijke motorruimte in de auto kan afwijken van de afbeelding. ONX4090001/ONX4E090003 1. Expansievat motorkoelvloeistof 5. Vuldop motorolie 2. Remvloeistofreservoir/ 6. Ruitenwisservloeistofreservoir Koppelingsvloeistofreservoir* 7. Zekeringkast 3. Luchtfilter 8.
Pagina 656
Smartstream G2.5 GDI Smartstream D1.6 / Smartstream D1.6 (48V) MHEV De werkelijke motorruimte in de auto kan afwijken van de afbeelding. ONX4E090004/ONX4E091002L 1. Expansievat motorkoelvloeistof 5. Vuldop motorolie 2. Remvloeistofreservoir/ 6. Ruitenwisservloeistofreservoir Koppelingsvloeistofreservoir* 7. Zekeringkast 3. Luchtfilter 8. Accu 4. Peilstok motorolie * : Indien van toepassing...
Pagina 657
Dit hoofdstuk bevat alleen officiële HYUNDAI-dealer. Een officiële instructies voor de onderhoudspunten HYUNDAI-dealer voldoet aan de hoge die eenvoudig kunnen worden kwaliteitseisen van HYUNDAI en krijgt uitgevoerd. technische ondersteuning van HYUNDAI...
Pagina 658
DOOR DE EIGENAAR UIT TE VOEREN ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN We raden aan dat de eigenaar of een WAARSCHUWING officiële HYUNDAI-dealer onderstaande Het uitvoeren van controles volgens het aangegeven onderhoudswerkzaamheden aan interval uitvoert om een veilige en een auto kan gevaarlijk zijn. Als u...
Pagina 659
Onderhoud Schema voor door de Controleer onder uw auto op lekkage (tijdens of na het gebruik van de eigenaar uit te voeren airconditioning kan er een plasje onderhoudswerkzaamheden water onder uw auto ontstaan, dit is Bij het tanken: een normaal verschijnsel en duidt niet op lekkage).
Pagina 660
Ten minste eenmaal per jaar: Reinig de afvoeropeningen aan de onderzijde van de portieren en de dorpels. Smeer alle portierscharnieren en motorkapscharnieren. Smeer de portier- en motorkapsloten, - vergrendelingen. Smeer de portierrubbers. Controleer het airconditioningsysteem. Controleer en smeer het bedieningsmechanisme van de automatische transmissie.
Pagina 661
Vervang het brandstoffilter onmiddellijk. Wij slangen onmiddellijk als er sporen adviseren u contact op te nemen met van veroudering of beschadigingen een officiële HYUNDAI-dealer voor hulp. gevonden worden. 9-10...
Pagina 662
Luchtfilter Vloeistof intelligente handgeschakelde transmissie/ We adviseren u het luchtfilter te laten Versnellingsbakolie vervangen door een officiële HYUNDAI- (indien van toepassing) dealer. Controleer de versnellingsbakolie Bougies (benzinemotor) volgens het onderhoudsschema. Gebruik altijd nieuwe bougies met de Automatische- juiste warmtegraad. transmissievloeistof...
Pagina 663
Controleer de remklauwen op eventuele Koudemiddel vloeistoflekkage Controleer de airconditioningleidingen Raadpleeg de HYUNDAI-website voor en aansluitingen op lekkage en meer informatie over het controleren van beschadiging. de slijtagelimiet van de remblokken of remvoeringen. (http://service.hyundai-motor.com)
Pagina 664
MOTOROLIE Motoroliepeil controleren Smartstream G1.6 T-GDi / Smartstream G1.6 T-GDi (48V) MHEV Motorolie dient voor het smeren, koelen en bedienen van diverse hydraulische onderdelen van de motor. Het is normaal dat er tijdens het rijden motorolie wordt verbruikt en u moet de motorolie regelmatig nakijken en bijvullen.
Pagina 665
Onderhoud OPMERKING Smartstream G1.6 T-GDi / Smartstream G1.6 T-GDi (48V) MHEV Om schade aan de motor te voorkomen: Mors geen motorolie tijdens het bijvullen of verversen van motorolie. Veeg gemorste olie onmiddellijk af. Het motorolieverbruik kan toenemen tijdens het inrijden van een nieuw voertuig en zal stabiliseren na 6.000 Het motorolieverbruik kan worden beïnvloed door rijgewoonten,...
Pagina 666
C stijgt. Bereik Vereiste actie Of neem contact op met een Gebruik alleen de voorgeschreven officiële HYUNDAI-dealer. motorolie (Zie 'Aanbevolen Vul de motorolie niet bij. smeermiddelen en hoeveelheden' in U kunt olie bijvullen, zolang hoofdstuk 2).
Pagina 667
We adviseren u de motorolie te laten verversen en het filter te OPMERKING laten vervangen door een officiële De motorolie is direct na het rijden HYUNDAI-dealer overeenkomstig het zeer heet en kan bij het verversen onderhoudsschema in het begin van brandwonden veroorzaken. Ververs dit hoofdstuk.
Pagina 668
MAX te brengen, maar vul Koelvloeistofpeil controleren niet te veel bij. Als veelvuldig bijvullen noodzakelijk is, adviseren we u naar een officiële HYUNDAI-dealer te gaan om het koelsysteem te laten controleren. WAARSCHUWING Verwijder nooit de dop van de motorkoelvloeistof...
Pagina 669
Onderhoud WAARSCHUWING Informatie Het peil van de motorkoelvloeistof wordt Zorg ervoor dat de koelvloeistofdop na het bijvullen van koelvloeistof goed beïnvloed door de temperatuur van de motor. Schakel de motor uit voordat u de wordt vastgedraaid. Anders kan de motor tijdens het rijden oververhit koelvloeistof controleert of bijvult.
Pagina 670
Gebruik We adviseren u de koelvloeistof te daarom een ethyleenglycol laten verversen door een officiële koelvloeistof op basis van fosfaat HYUNDAI-dealer overeenkomstig het ter voorkoming van corrosie en onderhoudsschema in het begin van dit bevriezing. hoofdstuk. Gebruik geen koelvloeistof op ethanol- of methanol-basis;...
Pagina 671
Rem- en koppelingsvloeistof die raden we aan het systeem door een gedurende lange tijd blootgesteld is officiële HYUNDAI-dealer te laten aan de buitenlucht mag niet worden nakijken om het probleem te laten gebruikt, omdat de kwaliteit ervan vaststellen.
Pagina 672
We adviseren u contact op te nemen Controleer het actuatorvloeistofpeil van met een officiële HYUNDAI-dealer. het iMT-systeem regelmatig en zorg dat het tussen de markeringen MIN en MAX OPMERKING blijft.
Pagina 673
HYUNDAI-dealer overeenkomstig het Gebruik geen koelvloeistof of antivries onderhoudsschema in het begin van dit in het sproeierreservoir. Koelvloeistof hoofdstuk.
Pagina 674
Bij het vervangen van onderdelen adviseren we u deze aan te schaffen bij een officiële HYUNDAI-dealer. OTM090007 2. Trek de hefboom naar omlaag, naar de UNLOCK (Ontgrendel) stand (2).
Pagina 675
Onderhoud Controle filter Het interieurluchtfilter moet worden vervangen volgens het onderhoudsschema. Als de auto gedurende lange tijd in steden met ernstige luchtvervuiling of op ruige, stoffige wegen wordt gebruikt, moet het filter vaker worden gecontroleerd en eerder worden vervangen. Vervang het interieurluchtfilter door de onderstaande procedure te volgen en zorg ervoor dat u ONX4090010...
Pagina 676
RUITENWISSERBLADEN Controle bladen Vervangen van bladen Verontreiniging van de voorruit of de Als de ruitenwissers de ruit niet langer ruitenwisserbladen door bepaalde goed schoonmaken, kan het zijn dat ze substanties kan het effect van de versleten of gescheurd zijn en dienen ze ruitenwissers verminderen.
Pagina 677
Onderhoud Servicestanden ruitenwisser voorruit ONX4E090063 1. Trek de ruitenwisserarm omhoog. ONX4090038 Dit voertuig heeft een “verborgen” ruitenwisserontwerp, wat betekent dat de wissers niet opgetild kunnen worden als ze in de onderste ruststand staan. 1. Binnen 20 seconden na het uitschakelen van de motor, tilt u de wisserhendel op naar de MIST positie (of naar beneden, naar de V-stand) en houdt hem ongeveer 2 seconden...
Pagina 678
Achterruitwisserblad vervangen Verplaats de achterruitenwisser naar het midden en naar onderen en til de ruitenwisserarm op. Trek aan het ruitenwisserblad om het te verwijderen. ONX4090040 2. Trek de ruitenwisserarm omhoog. ONX4090039 1. Binnen 20 seconden na het uitschakelen van het contact verplaatst u de bedieningshendel van de ruitenwisser omlaag in de stand MIST en houdt u hem 2 seconden...
Pagina 679
De ruitenwisserbladen trekken. dienen ook te worden schoongeveegd als er vet of was op Laat de ruitenwisserbladen vervangen door een officiële HYUNDAI-dealer om is aangebracht. schade aan de ruitenwisserarmen en andere onderdelen te voorkomen. 9-28...
Pagina 680
ACCU Bij het optillen van een accu met WAARSCHUWING een kunststof behuizing kan door Om ERNSTIG of DODELIJK LETSEL van overmatige druk accuzuur naar uzelf of omstaanders te voorkomen, buiten komen, waardoor de accu volg altijd deze voorzorgsmaatregelen kan lekken. Houd bij het optillen uw als u in de buurt van de accu werkt of ze handen aan de zijkant van de accu.
Pagina 681
Vul niet teveel water bij in de accucellen. De accu of andere onderdelen kunnen daardoor roesten. Sluit ten slotte de celdop zorgvuldig. We raden u echter aan om contact op te nemen met een erkende HYUNDAI-dealer voor beter onderhoud van de accu. 9-30...
Pagina 682
Schakel vóór het uitvoeren van OTM090064L onderhoudswerkzaamheden aan de 1. MF68L-DIN : De HYUNDAI accu of het laden van de accu alle modelnaam van de accu elektrische verbruikers uit en zet de 2. 12 V : De nominale spanning motor af.
Pagina 683
Ruit automatisch omhoog/omlaag (zie Bij het vervangen van de AGM-accu hoofdstuk 5) adviseren we u om wisselstukken Zonnedak (zie hoofdstuk 5) van een officiële HYUNDAI-dealer te gebruiken. Tripcomputer (zie hoofdstuk 5) Open of verwijder de deksel van de Verwarmings- en ventilatiesysteem accu niet.
Pagina 684
BANDEN EN WIELEN Onderhoud van de banden WAARSCHUWING Voor uw veiligheid, een maximale Door een defecte band kunt u de levensduur van de banden en een controle over de auto verliezen en een zo laag mogelijk brandstofverbruik, ongeval veroorzaken. Om de kans op moet u de banden steeds op de ERNSTIG LETSEL te beperken, moeten aanbevolen spanning houden en mag...
Pagina 685
Schroef de ventieldopjes terug op de HYUNDAI-dealer. bandventielen. Zonder het ventieldopje Een te hoge bandenspanning kan er vuil of vocht in het ventiel komen, heeft een negatieve invloed op wat kan leiden tot luchtlekkage.
Pagina 686
Wielen verwisselen Informatie Om de banden zo gelijkmatig mogelijk De buiten- en binnenkant van een te laten slijten, adviseert HYUNDAI de asymmetrische band is duidelijk banden volgens het onderhoudsschema, waarneembaar. Wanneer u een of eerder te roteren als de slijtage asymmetrische band installeert, moet u onregelmatig verloopt.
Pagina 687
Slijtage-indicator Banden worden in de loop van de tijd slechter, zelfs als ze niet worden gebruikt. Ongeacht het resterende loopvlak adviseert HYUNDAI de banden te vervangen wanneer ze zes (6) jaar zijn gebruikt. Warmte veroorzaakt door warme klimaten of veelvuldig hoge belastingen kan het verouderingsproces versnellen.
Pagina 688
Band compact reservewiel Velgen vervangen vervangen Als u om de een of andere reden (indien van toepassing) de velgen wilt vervangen, dient u De levensduur van een reserveband is erop te letten dat de nieuwe velgen korter dan die van een conventionele gelijkwaardig zijn aan de originele velgen band.
Pagina 689
Onderhoud Label op de wang van de band Voorbeeld aanduiding bandenmaat: (Deze maat dient slechts ter illustratie; de Deze informatie bestaat uit de bandenmaat van uw auto is afhankelijk basiseigenschappen van de van de uitvoering.) band en het identificatienummer voor veiligheidscertificatie. Het 235/60R18 102H identificatienummer kan worden gebruikt om de band te identificeren bij...
Pagina 690
4. Structuur en materiaal van de Snelheidsclassificatie banden band Onderstaande tabel geeft een overzicht van de meest gebruikelijke Het aantal lagen van rubber-bekleed snelheidsclassificaties voor weefsel in de band. Bandenfabrikanten banden voor personenwagens. De moeten ook de materialen in de band snelheidsclassificatie is onderdeel van aangeven, waaronder staal, nylon, de bandenmaataanduiding op de wang...
Pagina 691
Onderhoud 7. Uniforme kwaliteitsaanduiding Grip - AA, A, B en C voor banden Er zijn drie gripclassificaties, van hoog naar laag AA, A, B en C. De Kwaliteitsgradaties vindt u, indien van gripclassificatie geeft aan in hoeverre de toepassing, op de zijkant van de band banden op een nat wegdek doorglijden tussen de schouder van het loopvlak en bij het maken van een noodstop,...
Pagina 692
50 bij banden met een kleine Als een band hard wordt geraakt, hoogte-/breedteverhouding. raden we aan de band te laten nakijken door een officiële HYUNDAI- Aangezien banden met een kleine dealer of bandenspecialist. hoogte-/breedteverhouding zijn geoptimaliseerd voor weggedrag en...
Pagina 693
Multitype Als de vervangende zekering ook doorbrandt, duidt dit op een elektrische storing. Gebruik het betrokken systeem niet. We adviseren u onmiddellijk contact op te nemen met een officiële HYUNDAI- dealer. WAARSCHUWING Normaal Doorgebrand Vervang een zekering ALLEEN door een OTM078035 zekering met dezelfde stroomsterkte.
Pagina 694
7. Plaats een nieuwe zekering met dezelfde stroomsterkte en controleer of de zekering goed vastzit. Bij loszitten adviseren we u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI- dealer. Als u geen reservezekering hebt, kunt u in een noodgeval een zekering van een...
Pagina 695
ONX4090018 Cartridge type zekering ONX4090016 Als de multi- of midizekering is doorgebrand, adviseren we u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI- dealer. ONX4090017 1. Zet de auto uit. 2. Zet alle andere schakelaars uit. 3. Verwijder het deksel van de...
Pagina 696
Beschrijving zekering-/relaiskast Informatie Zekeringkast in het dashboard Niet alle beschrijvingen van de zekeringkasten in deze handleiding zijn mogelijk van toepassing op uw auto; de informatie is correct op het moment van drukken. Raadpleeg het label van de zekeringkast wanneer u de zekeringkast van uw auto controleert.
Pagina 697
Onderhoud Zekeringkast in het dashboard Stroom- Naam zekering Symbool sterkte Beveiligd circuit zekering Relais centrale portiervergrendeling/- 20 A DOOR LOCK ontgrendeling, relais supervergrendeling Hoofdschakelaar ruitbediening, schakelaar 25 A P/WINDOW RH ruitbediening passagierszijde Hoofdschakelaar ruitbediening, schakelaar 25 A P/WINDOW LH ruitbediening passagierszijde S/HEATER 20 A Stoelverwarmingsmodule achter...
Pagina 698
Stroom- Naam zekering Symbool sterkte Beveiligd circuit zekering 20 A Schuif-/kanteldakregelaar (Glass Motor) SUNROOF1 10 A IBU, contactslot, schakelaar Sport-modus IBU2 Module elektrisch bediende ruit met klembeveiliging bestuurder/voorpassagier, P/WINDOW 25 A module elektrisch bediende ruit met SAFETY LH klembeveiliging links achter Relais in-/uitklappen buitenspiegels, IMS-module bestuurder, elektrisch verstelbare buitenspiegels bestuurderszijde/...
Pagina 699
Onderhoud Stroom- Naam zekering Symbool sterkte Beveiligd circuit zekering 7,5 A E/R-aftakblok (Relais 10/11) A/CON 15 A USB-laadstekker voor/achter MODULE2 Motor ADAS-unit (Parkeren), IBU, audiotoetsenbord, versterker, audio-, toetsenbord video- en navigatiesysteem, 10 A MODULE1 onderste spiegelbediening, DC-DC- laagspanningsconverter, MTS E-Call-module, audio, hoofdunit A/V- en navigatiesysteem Consoleschakelaar, klimaatregeling achter, 10 A...
Pagina 700
Stroom- Naam zekering Symbool sterkte Beveiligd circuit zekering 7,5 A MDPS-unit MDPS Relais inbraakalarm, 10 A transmissiestandschakelaar, PCM/ECM IBU, START contactslot, E/R-aftakblok (Relais 3) 9-49...
Pagina 701
Onderhoud Zekeringspaneel motorruimte Informatie (Motorruimte verbindingsbloek) Niet alle beschrijvingen van de zekeringkasten in deze handleiding zijn mogelijk van toepassing op uw auto; de informatie is correct op het moment van drukken. Raadpleeg het label in de zekeringkast als u de zekeringkast controleert.
Pagina 702
Zekeringkast motorruimte Stroom- Naam Type Symbool sterkte Beveiligd circuit zekering zekering 80 A [80A: Stuurkolomtype] : MDPS Unit MDPS1 100 A [100A: Tandheugeltype] : MDPS-unit COOLING 80 A [G4FP] Regeling koelventilator FAN1 [G4NJ/G4KN/D4FE] Regeling COOLING 60 A koelventilator FAN2 Verbindingsblok ICU (IPS01/IPS02/IPS03/ 60 A IPS04/IPS05) Verbindingsblok ICU (Zekering - F5, F6,...
Pagina 703
Onderhoud Stroom- Naam Type Symbool sterkte Beveiligd circuit zekering zekering 50 A [G4FP/G4NJ/D4FE] Trekhaakstekker TRAILER1 Verbindingsblok ICU (Zekering - F1, F4, F7, 50 A F13, F14, F17, F20, F21, F24, F27 langdurige ladingvergrendelingsrelais) 60 A Module ESP EPB2 20 A E/R-aftakblok (relais 8) FUEL PUMP 20 A...
Pagina 704
Stroom- Naam Type Symbool sterkte Beveiligd circuit zekering zekering 40 A [G4FP/D4FE] TCM DCT1 [G4FP/D4FE] Elektronische 40 A E-CLUTCH koppelingsmodule ZEKE- 40 A Elektrisch bedienbare achterklepmodule TAILGATE RING 40 A [G4FP/D4FE] TCM DCT2 30 A [G4FP/G4KN/D4FE] SCU E-SHIFTER1 9-53...
Pagina 705
Onderhoud Zekeringkast motorruimte (PCB blok) Stroom- Naam Symbool sterkte Beveiligd circuit zekering zekering 30 A Relais PDM (IG1) Relais PDM (IG1), verbindingsblok motorruimte 15 A (relais 3) [G4FP] ECM, regelaar CVVD 10 A [G4NJ/G4KN] PCM ECU3 [D4FE] Oliepeilsensor [G4FP/D4FE] TCM, transmissiestandschakelaar, 15 A elektronische koppelingsmodule TCU2...
Pagina 707
Onderhoud Stroom- Naam Symbool sterkte Beveiligd circuit zekering zekering 20 A Verbindingsblok ICU (Zekering - F33, F36) [G4FP/D4FE] TCM, elektronische 15 A koppelingsmodule TCU1 [G4KN] PCM [G4FP/D4FE] Motor-ECU 15 A ECU2 [G4NJ/G4KN] PCM 9-56...
Pagina 708
LAMPEN We bevelen aan dat u een officiële Informatie - Droogelement HYUNDAI-dealer raadpleegt voor het koplamp (indien van vervangen van de meeste lampen van de auto. Het is moeilijk om lampen van toepassing) de auto te vervangen, omdat andere Dit voertuig is uitgerust met een...
Pagina 709
Als dit gebeurt, adviseren we u het systeem te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. Informatie De koplamp moet na een ongeval of na het ONX4EH090009 opnieuw monteren worden afgesteld.
Pagina 710
Dagrijverlichting/parkeerlicht (LED) (2) Koplamp (Grootlicht) Als de LED-lamp niet werkt, adviseren we u het systeem te laten nakijken door (3) Statische bochtverlichting/koplamp een officiële HYUNDAI-dealer. (Grootlicht) De LED-lampen kunnen niet afzonderlijk (4) Dagrijverlichting/Parkeerlicht worden vervangen, omdat ze een (5) Richtingaanwijzer geïntegreerde eenheid vormen.
Pagina 711
Als de LED-lamp niet werkt, adviseren te richten. we u het systeem te laten nakijken door een officiële HYUNDAI-dealer. De LED-lampen kunnen niet afzonderlijk worden vervangen, omdat ze een geïntegreerde eenheid vormen. De LED- lampen moeten samen met de lichtunit worden vervangen.
Pagina 712
Afstelpunt Halogeenlamp LED-lamp ONX4EH090005/ONX4EH090004 H1 : Hoogte tussen hart gloeilamp en grond (dimlicht) H2 : Hoogte tussen hart gloeilamp en grond (grootlicht) W1 : Afstand tussen het hart van beide gloeilampen (dimlicht) W2 : Afstand tussen het hart van beide gloeilampen (grootlicht) Staat van de auto Type lamp W/W2...
Pagina 713
Onderhoud Dimlicht (auto's met linkse besturing) Op basis van 10m-scherm OJX1099064L [1] : Verticale lijn door middelpunt van linker koplamp [2] : Auto-as [3] : Verticale lijn door middelpunt van rechter koplamp [4] : Horizontale lijn door middelpunt van de koplamp [5] : Begrenzingslijn [6] : 100 [7] : W1 (Dimlicht)
Pagina 714
ONX4E090071R Als de LED-lamp (1) niet werkt, adviseren (1) Achterlicht we u het systeem te laten nakijken door (2) Achterlicht/remlicht een officiële HYUNDAI-dealer. (3) Richtingaanwijzer De LED-lampen kunnen niet afzonderlijk (4) Achteruitrijlicht (indien van worden vervangen, omdat ze een toepassing) of mistlamp (indien van geïntegreerde eenheid vormen.
Pagina 715
Onderhoud ONX4090045 ONX4E090074R 6. Verwijder de lamp uit de fitting door Achterlicht (Binnen) de lamp in te drukken en deze linksom 1. Zet de motor uit. te draaien tot de nokjes van de lamp 2. Open de achterklep. in lijn liggen met de uitsparingen van 3.
Pagina 716
7. Plaats de fitting in de lichtunit door de Richtingaanwijzer nokjes op de fitting in lijn te brengen met de uitsparingen in de lichtunit. Duw de fitting in de lichtunit en draai de fitting rechtsom. 8. Plaats de lampunit terug in de carrosserie.
Pagina 717
Achterlicht/Remlicht, Achterlicht toepassing) Als de LED-lamp niet werkt, adviseren we u het systeem te laten nakijken door een officiële HYUNDAI-dealer. De LED-lampen kunnen niet afzonderlijk worden vervangen, omdat ze een geïntegreerde eenheid vormen. De LED- lampen moeten samen met de lichtunit worden vervangen.
Pagina 718
2. Haal de borgclips onder de bumper en Als de LED-lamp (1) niet werkt, adviseren de schroeven op de wielkuip. we u het systeem te laten nakijken door een officiële HYUNDAI-dealer. 3. Duw de wielkuip onder de bomper naar de auto toe. De LED-lampen kunnen niet afzonderlijk worden vervangen, omdat ze een 4.
Pagina 719
OLF077071 Als de LED-lamp niet werkt, adviseren we u het systeem te laten nakijken door een officiële HYUNDAI-dealer. De LED-lampen kunnen niet afzonderlijk worden vervangen, omdat ze een geïntegreerde eenheid vormen. De LED- lampen moeten samen met de lichtunit worden vervangen.
Pagina 720
Kaartleeslampje, interieurverlichting, zonneklepverlichting en het (Gloei) lampje van de bagageruimte Interieurverlichting Verlichting zonneklep ODN8089036 OJS078041 Leeslampje Bagageruimteverlichting ONX4E090056 ONX4E090073R 1. Wrik de lens met een platte schroevendraaier voorzichtig l os uit het huis van de interieurverlichting. 2. Trek de lamp recht naar buiten. 3.
Pagina 721
Onderhoud ONDERHOUD EXTERIEUR Exterieur, onderhoud Wassen met een hogedrukreiniger Houd bij gebruik van een Als u uw auto parkeert in de buurt hogedrukreiniger voldoende afstand van een roestvrijstalen bord of glazen van de auto. gevel, kunnen de kunststof onderdelen aan de buitenkant van de auto, zoals Onvoldoende afstand of overmatige een bumper, spoiler, sierlijst, lamp of druk kan tot schade aan onderdelen of...
Pagina 722
OPMERKING OPMERKING Gebruik geen agressieve Voertuig met matte lakafwerking reinigingsmiddelen, oplosmiddelen (indien van toepassing) of te heet water en was de auto Ga niet naar een automatische niet in de volle zon of wanneer de wasstraat met roterende borstels, carrosserie warm is. omdat die het oppervlak van uw Wees voorzichtig bij het reinigen van auto kunnen beschadigen.
Pagina 723
Als er teer- of u aan de auto te laten onderhouden en teerververvuiling op het oppervlak repareren door een officiële HYUNDAI- van de auto zit, gebruik dan een dealer. Wees erg voorzichtig, het is niet teerverwijderaar om de auto te eenvoudig om dezelfde kwaliteit te reinigen.
Pagina 724
Onderhoud van verchroomde WAARSCHUWING onderdelen Test na het wassen de remmen van Gebruik een teerverwijderaar en geen uw auto bij lage snelheid om te schraper of ander scherp voorwerp controleren of de remwerking door voor het verwijderen van teer of binnengedrongen water beïnvloed insecten.
Pagina 725
Een aantal veel voorkomende tegen te gaan, produceert HYUNDAI oorzaken van versnelde corrosie zijn auto's van de hoogste kwaliteit. Dat strooizout, stofwerende chemicaliën, is echter niet genoeg. Om ervoor te zeelucht en luchtverontreiniging.
Pagina 726
Houd uw garage vochtvrij Voorkomen van roest Houd uw auto schoon Parkeer uw auto niet in een vochtige, slecht geventileerde garage. Dit is de De beste manier om roest tegen te gaan perfecte omgeving voor roestvorming. is uw voertuig schoon te houden en vrij Dit geldt met name als u uw auto in de van agressieve stoffen.
Pagina 727
Onderhoud Onderhoud interieur Interieurbekleding reinigen Onderhoud interieur - Algemeen Kunststof bekleding (indien van toepassing) Voorkom dat bijtende vloeistoffen als parfum en cosmetische oliën in Verwijder stof en los vuil van de aanraking komen met onderdelen van kunststof bekleding met een plumeau het interieur, omdat deze beschadiging of een stofzuiger.
Pagina 728
Leren stoelen verzorgen Lederen bekleding (indien van toepassing) Kenmerken van stoelleder - Stofzuig de stoel regelmatig om stof en zand van de stoel te - Leer wordt gemaakt van de verwijderen. Dit voorkomt slijtage of buitenhuid van een dier, dat een beschadiging van het leder en zorgt speciale behandeling ondergaat voor behoud van de kwaliteit.
Pagina 729
We raden daarom Te veel zonlicht en blootstelling aan aan contact op te nemen met de warmte laten nappaleder vervagen dichtstbijzijnde officiële HYUNDAI- en uitdrogen, zorgen voor rimpels dealer om de beschadigde houten en verkleuringen. Als het nappaleder rand in het interieur te vervangen.
Pagina 730
Om de goede werking van de terechtkomen. emissieregelsystemen te waarborgen, raden we u aan uw auto door een Reservoir officiële HYUNDAI-dealer te laten controleren en onderhouden volgens het De brandstofdampen die vrijkomen in onderhoudsschema in deze handleiding. de brandstoftank worden geabsorbeerd en opgeslagen in een reservoir.
Pagina 731
Onderhoud 3. Emissieregelsysteem Voorzorgsmaatregelen katalysator (indien van toepassing) Het emissieregelsysteem is een uiterst effectief systeem dat de uitstoot van schadelijke stoffen tot een minimum WAARSCHUWING beperkt zonder dat dit ten koste gaat van Het uitlaatsysteem en de katalysator de prestaties. zijn zeer heet wanneer de motor draait Als de motor afslaat of niet wil en onmiddellijk daarna.
Pagina 732
GPF- Het leegrijden van de tank kan systeem te laten controleren door een leiden tot overslaan van de motor en officiële HYUNDAI-dealer. beschadiging van de katalysator. Als het GPF-controlelampje gedurende langere tijd knippert, kan het GPF-...
Pagina 733
GPF- systeem te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. Als er gedurende langere tijd met de auto wordt gereden terwijl het DPF- lampje knippert, kan er schade ontstaan aan het roetfiltersysteem en kan het brandstofverbruik toenemen.
Pagina 734
Selective Catalytic Reduction Waarschuwingsmelding laag ureumpeil (SCR) (dieselmotor) (indien van toepassing) Deze waarschuwing verschijnt in vier fasen op het dashboard, in Het systeem van selectieve katalytische overeenstemming met het peil van de reductie (SCR of Selective Catalytic ureumoplossing in het reservoir Reduction) zorgt voor de katalytische omzetting van NOx in stikstof en water door gebruik te maken van een...
Pagina 735
Onderhoud OJX1099042L OJX1099044L Derde waarschuwing Vierde waarschuwing Het SCR ( ) waarschuwingslampje Het SCR ( ) waarschuwingslampje en ‘Ureum aanvullen in 000 km of en ‘Ureum aanvullen of voertuig voertuig zal niet starten / Ureum zal niet starten / Ureumreservoir aanvullen in 000 km.
Pagina 736
Als dat gebeurt raden we aan om te aten inspecteren door een officiële HYUNDAI-dealer. Als u blijft rijden zonder dat het probleem wordt opgelost, kan dit de prestaties van het systeem aantasten of het voertuig kan niet meer worden gestart zodra de motor is afgezet.
Pagina 737
Onderhoud OPMERKING Ureumoplossing toevoegen Om schade aan uw auto te voorkomen: Gebruik uitsluitend een gespecificeerde ureumoplossing. Voeg nooit een ureumoplossing toe die niet gespecificeerd is. Let zeer goed op dat u de ureumoplossing niet toevoegt in de brandstoftank. Als u ureum bijvult moet u ervoor opletten dat er geen vreemde stoffen in het reservoir van de ONX4090037...
Pagina 738
Voor contact op te nemen met een u aan het voertuig werkt, moet u officiële HYUNDAI-dealer. ervoor zorgen dat het Selectieve Wanneer niet vreemde substanties Katalytische reductiesysteem in de tank met ureumoplossing volledig OFF staat.
Pagina 739
Onderhoud OPMERKING WAARSCHUWING Verwijder eventuele gemorste Wanneer de ureumoplossing in ureumoplossing met water of contact komt met uw ogen of huid, een vochtige doek. Wanneer de moet u het aangetaste gebied ureumoplossing is gekristalliseerd grondig wassen. moet u deze afvegen met een spons Wanneer u de ureumoplossing of doek die is bevochtigd met koud inslikt, moet u uw mond grondig...