Grotere kinderen
Kinderen jonger dan 13 jaar die te groot
zijn voor een stoelverhoger moeten altijd
plaatsnemen op de achterbank en de
aanwezige driepuntsgordel gebruiken.
Een veiligheidsgordel moet over de
heupen en nauw over de schouder en
borst lopen om het kind correct te
beschermen. De bewegingen van een
kind kunnen de ligging van de gordel
veranderen. Volwassenen moeten
regelmatig controleren of de riem goed
zit. Bij een aanrijding is de veiligste plek
voor kinderen op de achterbank, met
gebruik van een
kinderbeveiligingssysteem dat geschikt is
voor het kind.
Als een groter kind (ouder dan 13) op de
voorstoel vervoerd moet worden, moet
het kind de driepuntsgordel op de juiste
manier dragen en moet de stoel zo ver
mogelijk naar achteren worden geplaatst.
Als de schoudergordel de nek of het
gezicht van het kind raakt, probeer het
kind dan iets dichter naar het midden van
de auto te laten zitten. Als de
schoudergordel nog steeds het gezicht of
nek raakt, moet het kind weer op een
geschikte zittingverhoger op de
achterbank plaatsnemen.
WAARSCHUWING
• Zorg ervoor dat grotere kinderen de
veiligheidsgordel altijd dragen en
controleer of deze goed is afgesteld.
• Laat het schoudergedeelte van de
gordel nooit langs de hals of langs het
gezicht van het kind lopen.
• Zet nooit meer dan één kind vast met
een enkele veiligheidsgordel.
Gewonde mensen en het gebruik
van veiligheidsgordels
Gewonde mensen moeten altijd de
veiligheidsgordel dragen. Raadpleeg een
arts voor specifieke aanbevelingen.
Een persoon per veiligheidsgordel
Als twee personen (kinderen of
volwassenen) bij elkaar zitten, probeer
dan nooit een enkele veiligheidsgordel te
gebruiken. Dit zou de ernst van
verwondingen in geval van een ongeluk
kunnen verhogen.
Zet de rugleuning niet horizontaal
Zitten in een liggende positie wanneer het
voertuig in beweging is, kan gevaarlijk
zijn. Zelfs wanneer de gordel is
vastgemaakt, wordt de bescherming van
uw veiligheidssysteem
(veiligheidsgordels en/of airbags)
aanzienlijk verminderd door uw
rugleuning achterover te kantelen.
De veiligheidsgordel moet strak over uw
heupen en borst lopen voor een maximale
effectiviteit.
Bij een ongeval kunt u tegen de
veiligheidsgordel aan geslingerd worden,
waardoor u nekletsel of ander letsel op
kunt lopen.
Hoe verder de rugleuning achterover
staat, hoe groter de kans is dat de
inzittende bij een aanrijding onder het
heupgedeelte van de gordel door schiet
of dat de nek in aanraking komt met het
schoudergedeelte van de gordel.
WAARSCHUWING
• Rijd nooit met een naar achteren
geklapte rugleuning.
• Als de rugleuning te ver achterover
staat, neemt de kans op letsel bij een
aanrijding of een noodstop aanzienlijk
toe.
• De bestuurder en passagiers moeten
altijd goed in hun stoel zitten met de
rugleuning rechtop en moeten de
veiligheidsgordel op de juiste manier
dragen.
3
3-31