Klembeveiliging
2C_WindowEmergencyStop
Als een ruit een obstakel detecteert
terwijl deze automatisch wordt gesloten,
stopt de ruit en gaat deze ongeveer 30 cm
omlaag om het obstakel te kunnen
verwijderen.
Als een obstakel gesignaleerd wordt
tijdens het automatisch sluiten van een
ruit, stopt de beweging van de ruit en zakt
de ruit ongeveer 2,5 cm.
De automatische klembeveiliging werkt
niet als de schakelaar opnieuw
omhooggetrokken wordt binnen 5
seconden nadat de ruit naar beneden is
gegaan door de automatische
klembeveiliging.
De klembeveiliging voor de portierruit
werkt alleen als de automatische
sluitfunctie wordt gebruikt door de
schakelaar omhoog te trekken tot de
tweede stand.
AANWIJZING
Breng geen accessoires aan op de ruiten.
De automatische omkering werkt
mogelijk niet.
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat lichaamsdelen en
voorwerpen zich op een veilige afstand
bevinden voordat u de ruiten sluit. Zo
voorkomt u letsel of schade aan de auto.
Als een voorwerp met een diameter van
minder dan 4 mm tussen de ruit en de
sponning terechtkomt, wordt de extra
weerstand mogelijk niet opgemerkt door
de klembeveiliging en stopt de ruit niet en
verandert deze niet van richting.
Elektrisch bediende
ruitvergrendelingsknop
2C_WindowLockButton
De bestuurder kan de
ruitbedieningschakelaars van de
achterportieren uitschakelen door de
blokkeerschakelaar voor de ruitbediening
in te drukken.
Als er op de blokkeertoets wordt gedrukt:
• Met de hoofdschakelaar voor de
bestuurder kunnen alle elektrisch
bedienbare ruiten worden bediend.
• Met de schakelaar voor de
ruitbediening van de portierruit aan
voorpassagierszijde kan de portierruit
aan voorpassagierszijde worden
bediend.
• De achterpassagiers kunnen de
elektrisch bedienbare portierruiten
achter niet bedienen.
5
5-43