Dagrijverlichting (DRL)
De dagrijverlichting (DRL) zorgt ervoor
dat medeweggebruikers uw auto overdag
beter zien, met name na zonsopgang en
voor zonsondergang.
Het DRL-systeem gaat UIT wanneer:
• De koplampen zijn aan.
• De parkeerrem is geactiveerd.
• Het voertuig staat uit.
Welkomstsysteem
2C_WelcomeSystem
Het verwelkomingssysteem helpt de
bestuurder door de autolichten te laten
branden als de bestuurder nadert.
Verlichting portiergreep
Wanneer alle portieren (en de achterklep)
gesloten en vergrendeld zijn, gaat het
lampje op de portiergrepen ongeveer 15
seconden branden als:
• Druk op de Ų knop en vervolgens
op Voertuig > Lichten >
Welkomstspiegel/-licht > Bij
portierontgrendeling is geselecteerd
in het infotainmentsysteem.
- De knop deurvergrendeling wordt
ingedrukt op de smart key.
- De knop van de buitenportiergreep is
ingedrukt wanneer u de Smart Key bij
u hebt.
- U uw hand in de buitenportiergreep
steekt terwijl u de Smart Key bij u
hebt.
• De Smart Key wordt gedetecteerd en
zowel Lichten > Welkomstspiegel/
-licht > Bij portierontgrendeling als
Lichten > Welkomstspiegel/-licht > Bij
nadering bestuurder zijn geselecteerd.
U kunt de functie voor de
Begroetingsverlichting activeren of
deactiveren in het infotainmentsysteem.
Koplamp en stadslicht
Wanneer de schakelaar van de
koplampen in de stand koplamp of AUTO
staat en alle portieren (en de achterklep)
gesloten en vergrendeld zijn, zullen de
koplampen en stadslichten 15 seconden
branden als de ontgrendelingsknop
wordt ingedrukt op de smart key.
Als u op de vergrendel- of
ontgrendeltoets drukt, doven de
stadslichten en koplampen onmiddellijk.
Druk op de Ų knop en selecteer
vervolgens Voertuig > Lampen >
Koplamp time-out in het
infotainmentsysteem om deze functie in
te schakelen.
5
5-71