C
3
HAPTER
Wanneer een externe bestemming wordt gekozen met behulp van kiezen op naam via snelkiezen, dan
worden alleen de exchangetoegangsrechten omzeild (voor meer informatie over nummerblokkeringen en
exchangetoegangsrechten zie
Categorie voor alarmnummer
In het nummerschema kunnen in totaal 10 alarmnummers worden aangemaakt. De alarmnummers
worden gebruikt om snel een telefoonnummer te kunnen kiezen dat voor een bepaalde Emergency desti-
nation is gedefinieerd (
bestemmingsnummers gekozen op basis van de schakelpositie van de toegewezen schakelgroep.
Alle interne alarmnummers kiezen de alarmbestemming, gedefinieerd op het knooppunt (
(Uitzondering: Een alarmbestemming wordt toegewezen aan een aansluiting, zie ook onderstaande
opmerkingen).
Er kunnen 50 alarmbestemmingen worden gedefinieerd. De standaardwaarde is alarmbestemming 1.
:
NOTE
•
In een AIN is het toepasbare knooppunt afhankelijk van het aansluitingstype: Voor IP-systeemtele-
foons en SIP-telefoons is dit het masterknooppunt. Voor systeem-DECT-telefoons is dit het knoop-
punt waarop de telefoon zich op dat moment bevindt. Voor analoge- en digitale telefoons is dit het
knooppunt waarmee de telefoon is verbonden.
•
Een alarmbestemming kan ook aan een aansluiting worden toegewezen. Als een alarmnummer op
een dergelijke aansluiting wordt gekozen, dan wordt een van de bestemmingsnummers van deze
alarmbestemming gekozen, afhankelijk van de schakelpositie van de toegewezen schakelgroep.
Een alarmbestemming toegewezen aan een aansluiting heeft altijd prioriteit.
•
Wanneer een externe bestemming wordt gekozen via het alarmnummer, dan worden de nummer-
blokkering en de exchangetoegangssautorisatie omzeild.
•
Als een externe bestemming met exchange-toegangskengetal is gespecificeerd, dan is het belangrijk
om ervoor te zorgen dat aan elke gebruiker een route wordt toegewezen.
•
Het kiezen van een alarmnummer gedefinieerd in het interne nummer schema is totaal anders dan
het kiezen van een nummer uit de openbare alarmnummerlijst (zie ook "Noodoproepen").
Mitel Geavanceerd Intelligent Netwerk:
In een AIN kunnen de knooppunten zich in verschillende landen bevinden, wat betekent dat het zinvol is
om in het nummerschema het alarmnummer in te voeren dat normaal gesproken in ieder land wordt
gebruikt. Afhankelijk van de toegewezen alarm bestemming en de schakelpositie van de geconfigureerde
schakelgroep wordt vervolgens telkens wanneer het alarmnummer wordt gekozen, het bijbehorende
bestemmingsnummer gekozen. De toewijzing van de alarmnummer bestemming wordt voor elk knoop-
punt geconfigureerd.
Categorie voor gebruikers
Interne gebruikers
De telefoonnummers binnen deze categorie worden toegewezen aan een of meer aansluitingen. De
volgende aansluiting-typen ondersteund:
"Nummerblokkering"
=9r). Wanneer een alarmnummer wordt gekozen, dan wordt een van de 3
H
en "Exchangetoegangssautorisatie").
N
ET
UMMERSCHEMA VAN HET
N
UMMERSCHEMA
=3q).
S
YSTEEM
46