C
9
HAPTER
: De meeste functies kunnen ook worden gebruikt via het Mitel 6000 SIP telefoonmenu. Voor
NOTE
andere SIP-telefoons, geïntegreerde mobiele of externe telefoons, analoge telefoons of ISDN-telefoons
kunnen vele functies worden gebruikt via */# functiecodes. U vindt een overzicht in het functieoverzicht
(links in
Links naar
functieoverzicht).
Terminologie
De volgende begrippen worden gehanteerd:
Table
9.3:Termen worden gebruikt
Term
Interne gebruiker
Externe gebruiker
PISN-Gebruikers
Geïntegreerde gebruiker
Virtuele gebruiker
Gebruiker A
Gebruiker B
Gebruiker C
Service
Functie
Gebruik
Een interne gebruiker heeft een interne
gebruikersnummer. Aan een interne gebruiker
zijn een of meer aansluitingen toegewezen.
Een externe gebruiker bevindt zich in het
openbare netwerk (buiten het particuliere
netwerk).
Een PISN gebruiker is aangesloten op een ander
knooppunt (PINX) van het particuliere netwerk
(PISN: Privé Integrated Services Network). Een
PISN-gebruiker kan ook een gebruiker in een
virtuele PINX (virtuele PISN gebruiker) zijn.
Een gebruiker aan wie alleen een geïntegreerde
mobiele telefoon of een andere geïntegreerde
externe telefoon is toegewezen.
Een gebruiker aan wie slechts één virtuele
aansluiting is toegewezen
Eerste gebruiker in een functiescenario (de
persoon die een oproep opzet bijvoorbeeld)
Tweede gebruiker in een functiescenario (de
persoon die de oproep van gebruiker A
beantwoordt bijvoorbeeld).
Derde gebruiker in een functiescenario
(inlichtingenoproep tussen gebruikers B en C
bijvoorbeeld)
Functie aangeboden door de netwerkprovider en
uitgevoerd op het openbare netwerk, in het
bijzonder een ISDN-aanvullende dienst.
Functie geleverd door het systeem en lokaal
uitgevoerd in de communicatieserver.
O
VERZICHT
F
UNCTIES
306