Werken met Handmatige machine
16.5 Eenvoudige werkstukbewerking
Parameters
Transmissietrap
α1
Overige M-funct.
Bewerkingsvlak
16.5.3
Rechte en cirkelvormige bewerking
16.5.3.1
Rechte draaien
Voor een eenvoudige bewerking van een rechte (bijvoorbeeld vlak- of langsdraaien) gebruikt
u deze functie.
Procedure
812
Beschrijving
Rechtsdraaiend: de spil draait met de wijzers van de klok mee
Vastleggen van de transmissietrap (auto, I - V)
Draaiing van het coördinatenstelsel.
Invoeren van machinefuncties
In een tabel van de machinefabrikant vindt u de toewijzing tussen benaming en func‐
tienummer terug.
Selectie van het bewerkingsvlak (G17(XY), G18 (ZX), G19 (YZ))
1.
"Handmatige machine" is ingeschakeld.
2.
Druk op de softkey "Rechte cirkel".
3.
Selecteer de gewenste eenvoudige bewerking van een rechte en druk
op softkey "Alle assen",
- OF -
druk op de softkey "Rechte X α".
- OF -
druk op de softkey "Rechte Z α" als.
4.
Voer de gewenste waarde voor de voeding F in.
- OF -
Druk op de softkey "IJlgang".
In veld "F" wordt de ijlgang weergegeven.
5.
Voer de doelpositie en eventueel de hoek (α) in voor de as(sen) die u wilt
verplaatsen.
Met de softkey "Grafische weergave" schakelt u in het scherm over van
het hulpscherm naar de grafische weergave.
Bedieningshandboek, 12/2017, 6FC5398-8CP40-6JA1
Eenheid
graden
Draaien