Werkstuk bewerken
6.8 Programma-afloop beïnvloeden
Afkorting / Programmabeïn‐
vloeding
GCC
MRD
Programmabeïnvloedingen activeren
Door het activeren en deactiveren van het overeenkomstige aankruisvakje beïnvloedt u het
uitvoeren van de programma's op de gewenste manier.
Weergave / terugmelding van de actieve programmabeïnvloeding
Indien de programmabeïnvloeding geactiveerd is, dan wordt als feedback de afkorting van de
desbetreffende functie in de statusbalk weergegeven.
Procedure
6.8.2
Blokken overslaan
Programmablokken die niet bij elke programmadoorloop moeten worden uitgevoerd, verbergt
u.
Deze blokken worden met het teken "/" (schuine streep) of "/x" (x = nummer van het over te
slaan niveau) voor het bloknummer aangegeven. U kunt meerdere blokken na elkaar
verbergen.
De instructies in de verborgen blokken worden niet uitgevoerd. Het programma wordt telkens
voortgezet met het volgende niet verborgen blok.
Hoeveel niveaus bij het overslaan kunnen worden gebruikt, hangt af van een machinedatum.
160
Werkwijze
Een Jobshop-programma wordt bij het uitvoeren omgezet in een G-codeprogramma.
De weergave de meetresultaten wordt in het programma tijdens de bewerking ingeschakeld.
1.
Selecteer het bedieningsbereik "Machine".
2.
Druk op de toets <AUTO> of <MDA>.
3.
Druk op de softkey "Progr. beïnvl.".
Het venster "Programmabeïnvloeding" wordt geopend.
Machinefabrikant
Raadpleeg hiervoor de instructies van de machinefabrikant.
Bedieningshandboek, 12/2017, 6FC5398-8CP40-6JA1
Draaien