Voorgrond
zwart
rood
Grafische weergave
Synchroon aan de doorlopende invoer van de contourelementen wordt in het grafisch venster
de contourprogrammering in een lijngrafiek weergegeven.
Het gegenereerde contourelement kan in verschillende lijntypes en kleuren worden getoond:
● zwart: geprogrammeerde contour
● oranje: huidig contourelement
● groene gestreepte lijn: alternatief element
● blauwe stippellijn: gedeeltelijk bepaald element
De schaalverdeling van het coördinatensysteem past zich aan de wijziging van de totale
contour aan.
De locatie van het coördinatensysteem wordt in het grafisch venster weergegeven.
10.5.3
Nieuwe contour maken
Functie
Voor elke contour die u wilt frezen, moet u een eigen contour genereren.
De contouren worden aan het einde van het programma opgeslagen.
Opmerking
Bij de G-codeprogrammering moet erop worden gelet dat de contouren zich na de programma-
einde extensie moeten bevinden!
Wanneer u een nieuwe contour genereert, moet u als eerste het startpunt definiëren. Voer het
contourelement in. De contourprocessor definieert dan automatisch het contoureinde.
Wanneer u de gereedschapsas wijzigt, past de cyclus automatisch de bijbehorende
startpuntassen aan. Voor het startpunt kunt u extra commando's naar keuze (max. 40 tekens)
in de vorm van G-code invoeren.
Draaien
Bedieningshandboek, 12/2017, 6FC5398-8CP40-6JA1
Technologische functies programmeren (cycli)
Achtergrond
Betekenis
wit
normaal element
wit
met dit element wordt momen‐
teel geen rekening gehouden (er
wordt pas rekening gehouden
met dit element wanneer het met
de cursor wordt geselecteerd)
10.5 Contourfrezen
533