Technologische functies programmeren (cycli)
10.1 Boren
Procedure
Parameters
Beschrijving
LAB
Sprongmarkering voor positie herhalen
(alleen bij G-code)
PL
Bewerkingsvlak
(alleen bij G-code)
Bewerkings
● Kop C
vlak
● Kop Y
● Mantel C
(alleen bij Shop‐
Turn)
● Mantel Y
Positie
● voorkant (kop)
(alleen bij Shop‐
● achterkant (kop)
Turn)
● buiten (mantel)
● binnen (mantel)
X0
X-coördinaten van referentiepunt X (abs)
Bij de eerste oproep moet deze positie absoluut worden geprogrammeerd.
Y0
Y-coördinaten van referentiepunt Y (abs)
α0
Bij de eerste oproep moet deze positie absoluut worden geprogrammeerd.
(alleen bij G-code)
Draaihoek van de lijn m.b.t. de X-as
Positieve hoek: de lijn wordt gedraaid tegen de wijzers van de klok in.
Negatieve hoek: de lijn wordt gedraaid met de wijzers van de klok mee.
Kop C:
Z0
Z-coördinaten van referentiepunt (abs)
X0
X-coördinaten van het referentiepunt – eerste positie (abs)
Y0
Y-coördinaten van het referentiepunt – eerste positie (abs)
α0
Draaihoek van de lijn m.b.t. de X-as
(alleen bij Shop‐
Positieve hoek: de lijn wordt gedraaid tegen de wijzers van de klok in.
Turn)
Negatieve hoek: de lijn wordt gedraaid met de wijzers van de klok mee.
358
1.
Het deelprogramma of ShopTurn-programma dat moet worden bewerkt,
is aangemaakt en u bevindt zich in de editor.
2.
Druk op de softkey "Boren".
3.
Druk de softkeys "Posities" en "Reeks" in.
Het invoervenster "Positiereeks" wordt geopend.
Bedieningshandboek, 12/2017, 6FC5398-8CP40-6JA1
Eenheid
mm
mm
graden
mm
mm
mm
graden
Draaien