Technologische functies programmeren (cycli)
10.4 Frezen
3. De bewerking van de open sleuf wordt met het geselecteerde bewerkingstype steeds
uitgevoerd over de volledige lengte van de sleuf.
4. Het gereedschap wordt met ijlgang naar de veiligheidsafstand teruggetrokken.
Naderen/verwijderen bij insteekfrezen
1. Het gereedschap wordt met ijlgang verplaatst naar het beginpunt voor de sleuf op
veiligheidsafstand.
2. De bewerking van de open sleuf wordt met het geselecteerde bewerkingstype steeds
uitgevoerd over de volledige lengte van de sleuf.
3. Het gereedschap wordt met ijlgang naar de veiligheidsafstand teruggetrokken.
Bewerkingstype voorbewerken trochoïdaal frezen
Het voorbewerken gebeurt in een cirkelvormige beweging van de frees.
Tijdens deze bewegingen wordt de frees voortdurend steeds verder in het vlak aangezet.
Wanneer de frees de volledige sleuf heeft doorlopen, wordt deze opnieuw in een cirkelvormige
beweging opnieuw teruggeplaatst en verwijdert op die manier de volgende laag (aanzetdiepte)
in Z-richting. Deze procedure wordt zo vaak herhaald tot de vooraf ingestelde sleufdiepte plus
nabewerkingstoegift is bereikt.
Trochoïdaal frezen: meelopend of tegenlopendTrochoïdaal frezen: meelopend - tegenlopend:
Randvoorwaarden bij het trochoïdaal frezen
● Voorbewerken
1⁄2 sleufbreedte W – nabewerkingstoegift UXY ≤ freesdiameter
● Sleufbreedte
minimaal 1,15 x freesdiameter + nabewerkingstoegift
maximaal 2 x freesdiameter + 2 x nabewerkingstoegift
510
Bedieningshandboek, 12/2017, 6FC5398-8CP40-6JA1
Draaien