Indicator of melding op het statusscherm
Geluidssignalen BDU
Het continue alarmsignaal is het enige geluidssignaal op de BDU dat wordt
beschreven in
Ononderbroken alarmsignaal
(directe prioriteit)
Connectoren
2.11.2
Het beademingsapparaat is voorzien van de volgende aansluitingen:
Uitlaatpoort beademingsapparaat (Naar patiënt) — Een coaxiale conische
•
aansluiting van 15 mm (binnendiam.) / 22 mm (buitendiam.) met daarop aangesloten
een extern inspiratoir bacteriefilter.
Expiratiepoort (Van patiënt) — De expiratietak van het patiëntcircuit wordt bevestigd
•
op de inlaat van het expiratoire bacteriefilter. Deze poort is compatibel met een
standaard conisch verbindingsstuk van 22 mm (buitendiam.).
Proximale-flowsensor — Er is een speciaal gevormde pneumatische connector voor
•
de proximale-flowsensor met een borgfunctie om te voorkomen dat de verbinding
onbedoeld loskomt. De proximale-flowsensor meet de flow en druk bij het Y-stuk van
de patiënt. De proximale-flowsensor is een optionele sensor. Meer informatie over het
gebruik ervan vindt u in de bijlage van deze handleiding. Zie bijlage E.
Gebruikershandleiding
Tabel 2-9. Indicatoren op het statusscherm en beschrijving (Vervolg)
Tabel 2-10.
Tabel 2-10. Functies geluidssignaal BDU
Signaal
Er klinkt een ononderbroken signaal als er een toestand Beademingsapparaat
inoperatief (Bead. Inop) is. Dit alarm houdt minimaal twee (2) minuten aan.
Betekenis
Indicator Lucht beschikbaar. Als deze afbeelding
op een indicator van het statusscherm wordt
weergegeven, geeft dit aan dat het
beademingsapparaat op lucht is aangesloten.
Indicator O
beschikbaar. Geeft aan dat het
2
beademingsapparaat is aangesloten op een bron
van samengeperste O
.
2
Beschrijving
Ademslagtoedieningsunit
2-37