Opmerking:
Er is een aanvullende alarminstelling voor ademslagtypen TC, PAV+, VS en VC+: Hoog
geïnspireerd teugvolume (
teugvolume groter is dan de instellingswaarde. Een
ademslagtoediening overgaat op de expiratiefase om toediening van overmatige
inspiratievolumes te voorkomen.
WAARSCHUWING:
Controleer altijd of de beademingsinstellingen juist zijn voor de patiënt voordat u
met beademing begint en nadat de beademingsinstellingen zijn gewijzigd.
WAARSCHUWING:
Het instellen van alarmlimieten op UIT of extreem hoge of lage waarden, kan ervoor
zorgen dat het bijbehorende alarm tijdens beademing niet wordt geactiveerd.
Hierdoor wordt de patiënt minder effectief bewaakt en wordt de arts mogelijk niet
gewaarschuwd in situaties die ingrijpen vereisen.
Zie
Het alarmvolume
ingesteld.
Opmerking:
Bij elke volumewijziging klinkt ter controle een voorbeeldalarmsignaal. Pas het
alarmvolume opnieuw aan door de schuifregelaar van het alarmvolume te verschuiven om
het alarmvolume te verhogen of te verlagen.
Opmerking:
Blokkeer het Y-stuk van het patiëntcircuit niet terwijl het beademingsapparaat wacht totdat
de patiënt is aangesloten. De blokkering zou er anders op kunnen duiden dat er een patiënt
is aangesloten.
Scherm Alarmen tijdens gebruik
4.5.4
Als het beademingsapparaat gebruikt wordt, verschijnt het scherm Alarmen met
indicatoren om de gebruiker te informeren over de huidige
patiëntgegevenswaarde voor elke parameter (item 1), de parameter
alarminstellingen (items 2 en 3) en de huidige reeks patiëntgegevenswaarden voor
de laatste 200 ademslagen (item 4). Als een alarm afgaat, tonen de schuifregelaar en
de knop grenswaarden een kleur die de prioriteit van het alarm aangeeft. Zie
Alarmen tijdens
Gebruikershandleiding
2
V
). Deze alarmtoestand treedt op als het geïnspireerde
TI
afstellen, p. 3-38 om te verzekeren dat het alarmvolume goed is
gebruik, p. 4-20.
Gebruik van het beademingsapparaat
1
V
-alarm zorgt er ook voor dat de
TI
Scherm
4-19