Gebruik
Omdat de zuurstofsensor voortdurend met zuurstof reageert, moet de sensor
periodiek worden gekalibreerd om onjuiste alarmmelding van het O
te voorkomen. Als een zuurstofsensor eenmaal is gekalibreerd en het
beademingsapparaat een stabiele gebruikstemperatuur heeft bereikt, bevindt het
bewaakte O
werkelijke waarde. Om ervoor te zorgen dat de zuurstofsensor gekalibreerd blijft,
dient u deze elke 24 uur minstens eenmaal opnieuw te kalibreren.
Doorgaans gebruikt de arts een O
de informatie afkomstig van het beademingsapparaat. Als er een alarm
GEEN O
met de O
probleemoplossing. Het beademingsapparaat schakelt automatisch over op 100%
luchttoediening.
Kalibratie van zuurstofsensor
4.10.2
De zuurstofsensor moet om de 24 uur en voorafgaand aan gebruik worden
gekalibreerd. De kalibratiefunctie biedt een single-point-kalibratie van de O
De O
-sensor kalibreren
2
Raak Set-up bead. aan.
1.
Raak het tabblad Meer instellingen aan.
2.
Raak Kalibreren aan voor de O
3.
gekalibreerd. Zie
Kalibratietest zuurstofsensor
4.10.3
U test de kalibratie van de O
Sluit de zuurstofslang van het beademingsapparaat aan op een 100% O
1.
(bijvoorbeeld een zuurstoffles van medische kwaliteit).
Kalibreer de zuurstofsensor zoals hierboven beschreven.
2.
Sluit de zuurstofslang van het beademingsapparaat aan op een andere 100% O
3.
(bijvoorbeeld een tweede zuurstoffles van medische kwaliteit).
Stel het O
4.
zodat de bewaakte waarde kan stabiliseren: 21%, 40%, 90%.
4-36
% zich gedurende minstens 24 uur binnen drie procentpunten van de
2
-TOEVOER optreedt, vergelijkt u de meting van het O
2
-meting van het beademingsapparaat ten behoeve van
2
Scherm Meer instellingen met O
-sensor als volgt:
2
% in op elk van de volgende waarden en wacht na elke instelling één minuut
2
-analyseprogramma in combinatie met
2
-sensor. De zuurstofsensor wordt binnen twee minuten
2
-sensor
2
%
2
-analyseprogramma
2
-sensor.
2
ingeschakeld, p. 4-35.
-bron
2
2
-bron
Gebruikershandleiding