Prestaties
Alarmresettoets
6.5.2
De alarmresetfunctie kan worden gebruikt voor elk niet-technisch alarm
Zie
Verwerking van
niet-technische alarms. Bij een alarmreset wordt het algoritme dat het
beademingsapparaat gebruikt voor het aanvankelijk detecteren van het alarm
gereset, met uitzondering van de alarmen Verlies netvoeding, Niet-funct.
compressor, Batt bijna leeg, Geen luchttoev., Geen O
en actieve batterijalarmen. Als de oorzaak van het alarm nog steeds aanwezig
is nadat op de alarmresettoets is gedrukt, wordt het alarm weer actief. Het
beademingsapparaat registreert alle activeringen van de alarmresettoets.
6-8
Tabel 6-1. Beschrijvingen en symbolen van alarmen (Vervolg)
Alarmbeschrijving
Instelling hoge ademhalingsfrequentie
Hoge spontane inspiratieduur
Limiet hoge spontane inspiratieduur
Hoge circuitdruk
Limiet hoge circuitdruk
Lage circuitdruk
Instelling lage circuitdruk
Laag geëxpireerd verplicht teugvolume
Instelling laag geëxpireerd verplicht teugvolume
Laag geëxpireerd minuutvolume
Instelling laag geëxpireerd minuutvolume
Laag geëxpireerd spontaan teugvolume
Instelling laag geëxpireerd spontaan teugvolume
Laag toegediend zuurstofpercentage
alarmen, p. 6-16 voor een uitleg over technische en
Symbool
2
f
TOT
1
T
I SPONT
2
T
I SPONT
1
P
PEAK
2
P
PEAK
3
P
PEAK
4
P
PEAK
3
V
TE MAND
4
V
TE MAND
3
V
E TOT
4
V
E TOT
3
V
TE SPONT
4
V
TE SPONT
3
O
%
2
-toevoer, Procedurefout
2
Gebruikershandleiding