Proximale flow
Er is tevens een functie voor handmatig purgeren om de pneumatische leidingen te
ledigen en zo een nauwkeurige drukmeting te verkrijgen. Als er om een handmatige
inspiratie wordt gevraagd, geeft het beademingsapparaat geen nieuwe purge
gedurende ten minste 30 seconden. Zie
sensorleidingen, p. E-8 voor meer informatie over de purgeerfunctie.
Onderdelen van de proximale-flowoptie
E.3.1
De proximale-flowoptie bestaat uit de volgende onderdelen:
PCBA voor de proximale-flowoptie — Deze PCBA op de Option Host Card in de BDU
bevat een druksensor voor het meten van het drukverschil in de flowsensorleidingen, met
interfaces voor conversie van de analoge meetwaarden van de proximale-flowsensor in
digitale gegevens die op het beademingsapparaat kunnen worden weergegeven. De PCBA
bevat tevens kleppen en een accumulator om verstoppingen in de sensorleidingen te
verwijderen (purgeren).
Proximale-flowsensor — Voor de proximale-flowoptie moet de Puritan Bennett
proximale-flowsensor worden gebruikt. De sensor wordt vlak bij het Y-stuk van de patiënt
aangesloten. Het andere uiteinde van de sensor wordt aangesloten op het voorpaneel van
het beademingsapparaat, achter een doorzichtig klepje dat het aansluitpunt beschermt
tegen tijdens reiniging gemorste of gespoten vloeistoffen.
E-2
Sensorkalibratie en purgeren van de
Afbeelding E-1. Proximale-flowsensor
Gebruikershandleiding