Zet de hendel in de gewenste stand
Intervalwissen bij de achterruit. De ach-
terruitwisser werkt ongeveer om de 6 se-
6
conden.
Wis/was-automaat om de achterruit
schoon te maken met ingedrukte hen-
7
del.
VOORZICHTIG
Als het contact met ingeschakelde ruitenwis-
sers wordt uitgeschakeld, beginnen de rui-
tenwissers weer op hetzelfde niveau te wis-
sen wanneer u het contact opnieuw inscha-
kelt. Bij vorst, sneeuw en andere voorwerpen
kunnen de ruitenwissers en de ruitenwisser-
motor beschadigd raken.
Let op
●
De achterruitwisser werkt alleen bij inge-
schakeld contact en gesloten motorkap res-
pectievelijk achterklep.
●
Het intervalwissen van de ruitenwissers is
afhankelijk van de snelheid van de wagen.
Hoe hoger de snelheid is, des te vaker de rui-
tenwissers bewegen.
De achterruitwisser gaat automatisch aan
●
wanneer de ruitenwissers aan staan en de
achteruitversnelling wordt ingeschakeld.
Lichten en zicht
Functies van de ruitenwissers
›››
:
Reactie van de ruitenwissers op verschillende
situaties
Als de wagen
De geactiveerde stand gaat tijdelijk
stilstaat
naar de voorgaande stand.
Tijdens de
De airco schakelt 30 seconden in de re-
werking van
circulatiefunctie in om te voorkomen
de wis/was-
dat de ruitensproeiervloeistof in het in-
automaat
terieur van de wagen te ruiken is.
De intervallen werken volgens de snel-
Bij interval-
heid. Hoe hoger de snelheid, des te
wissen
korter het interval.
Verwarmbare ruitensproeiers
De verwarming ontdooit alleen de bevroren
sproeiers, niet het water in de slangen. De
verwarmbare ruitensproeiers stellen hun ver-
warmingsvermogen automatisch bij het in-
schakelen van het contact in, afhankelijk van
de omgevingstemperatuur.
Koplampwisser/-sproeiersysteem
Het koplampwisser/-sproeiersysteem dient
om de koplampen schoon te maken.
Na het inschakelen van het contact, en wan-
neer de ruitensproeiers voor het eerst en ie-
dere vijf keer worden ingeschakeld, worden
ook de koplampen schoongemaakt. Daarom
moet de ruitenwisserhendel naar het stuur
worden toegetrokken wanneer het dimlicht of
het grootlicht brandt. Het vuil dat zich moge-
lijk op de koplampen heeft vastgezet (zoals
insectenresten) moet regelmatig worden
schoongemaakt (bijv. bij het tanken).
Om de werking van het koplampsproeiersys-
teem in de winter te garanderen, moet de
sneeuw worden verwijderd die zich in de
sproeiers van de bumper kan hebben verza-
meld. Mocht het nodig zijn, dan kan het ijs
met een antivriesspray worden verwijderd.
Let op
Bij een obstakel op de voorruit probeert de
ruitenwisser dit obstakel weg te schuiven. In-
dien het obstakel de ruitenwisser blijft blok-
keren, blijft de ruitenwisser stil staan. Verwij-
der het obstakel en zet de ruitenwisser weer
aan.
Servicestand van de ruitenwissers
Ruitenwissers in servicestand.
Afbeelding 66
»
87