Bijzonderheden van parkeerhulpsysteem
Soms detecteert de parkeerhulp water dat
●
zich op de sensoren bevindt als een obsta-
kel.
●
Als de afstand niet varieert, weerklinkt het
waarschuwingssignaal na enkele seconden
minder intens. Als het signaal continu klinkt,
blijft het volume constant.
●
Als de wagen zich van het obstakel verwij-
dert, wordt het intermitterende geluid auto-
matisch uitgeschakeld. Als de wagen het ob-
stakel opnieuw nadert, wordt het intermitte-
rende geluid automatisch ingeschakeld.
●
Als de elektronische parkeerrem ingescha-
keld is of als de keuzehendel in de stand P
staat, wordt geen akoestisch signaal gepro-
duceerd.
●
Bij uw technische dienst kunt u het volume
van de waarschuwingssignalen laten instel-
len.
Let op
Als er in de parkeerhulp een storing optreedt,
is de eerste keer dat het akoestisch signaal
weerklinkt het signaal constant te horen, en
het lampje in de toets knippert. Schakel met
de toets de parkeerhulp uit en laat het sys-
teem zo snel mogelijk in een gespecialiseer-
de werkplaats controleren.
170
Bedienen
Optisch parkeersysteem* (OPS)
Afbeelding 139
Aanduiding van OPS op het
display:
er is een obstakel in de botszone
A
waargenomen;
er is een obstakel in het
B
segment waargenomen;
geregistreerde
C
zone achter de wagen.
Afbeelding 140
Aanduiding van OPS op het
display:
er is een obstakel in het segment
A
waargenomen;
geregistreerde zone voor
B
de wagen.
Het optische parkeersysteem is een aanvul-
›››
ling op de parkeerhulp
pagina 169
›››
inparkeersysteem
pagina
171.
In het in de fabriek ingebouwde scherm van
de radio of het navigatiesysteem wordt de
door de voorste en achterste sensoren van de
wagen opgepikte zone weergegeven. De mo-
gelijke obstakels worden ten opzichte van de
›››
wagen
weergeven.
Functie
Nodige handelingen
Schakel de parkeerhulp
169
Schakel de dis-
of het inparkeersysteem
playweergave in:
gina 171
in. Het OPS wordt automa-
tisch ingeschakeld.
Druk een zoneselectietoets op de in
Schakel de dis-
de fabriek ingebouwde radio of het
playweergave
navigatiesysteem in.
handmatig uit:
OF: Druk de functietoets
op het scherm kort in.
Rijd vooruit met ongeveer
10-15 km/u (6-9 mph).
Schakel de dis-
Bij wagens met achteruitkijkcamera
playweergave
schakelt u de achteruitversnelling in
›››
handmatig uit:
pagina
176. De displayweergave
verdwijnt en het camerabeeld wordt
weergegeven.
Gecontroleerde zones
De zone waarin obstakels herkend worden,
strekt zich voor de wagen ongeveer 120 cm
en naar de zijkanten ongeveer 60 cm uit
›››
Afbeelding 140
. Achter de wagen wordt
B
en het
›››
pagina
›››
pa-
of
RVC