VOORZICHTIG
Het negeren van de controlelampjes die gaan
branden en de tekstberichten die verschijnen,
kan leiden tot storingen in de wagen.
Werkwijze
De verkeersborddetectie werkt niet in alle
landen. Houd daar rekening mee wanneer u
naar het buitenland reist.
Verkeersborden weergeven
Snelheidbeperkingen of inhaalverboden kun-
nen samen met de aanvullende signalen op
het display van het instrumentenpaneel wor-
›››
Afbeelding
den weergegeven
kelijk van het navigatiesysteem dat in de au-
to geïnstalleerd is, wordt de verkeerbordde-
tectie ook op de kaart van het navigatiesys-
teem getoond.
Als de verkeersborddetectie ingeschakeld is,
registreert de wagen de verkeersborden via
een camera onderaan de binnenspiegel. Na-
dat de informatie van de camera, het naviga-
tiesysteem en de actuele gegevens van de
wagen is gecontroleerd en geëvalueerd, wor-
den maximaal drie geldige verkeerssignalen,
samen met de aanvullende signalen weerge-
geven. Het verkeerssignaal dat momenteel
geldt voor de bestuurder wordt als eerste ge-
toond, aan de linkerkant van het display. Als
tweede wordt een beperkend verkeerssignaal
186
getoond, bijv. 90 km/u (56 mph) samen met
het aanvullende signaal "op nat wegdek". Als
de regensensor van de auto regen meet,
wordt het geldende verkeerssignaal ver-
plaatst naar de eerste positie, samen met het
aanvullende signaal "op nat wegdek".
Informatie wordt permanent weergegeven op
het display van het instrumentenpaneel als
de werkelijke verkeerssignalen binnenko-
men. De in- en uitgangssignalen activeren de
weergave van de geldende snelheidsbeper-
kingen op wegen binnen de bebouwde kom
of op hoofdwegen, totdat de snelheid niet
meer beperkt wordt door een verkeerssig-
naal.
Het einde van een verbod of beperking wordt
niet aangegeven. Als de getoonde snelheids-
150. Afhan-
beperkingen worden overschreden, wordt
geen waarschuwing gegeven. Het systeem
registreert geen gebieden met weinig ver-
keer. De geldende wettelijke voorschriften
zijn van toepassing.
In- en uitschakelen
Schakel het hulpsysteem in of uit via het
●
menu Instellingen in het SEAT informatiesys-
›››
teem
pagina
●
OF: Druk op de toets van de hulpsystemen
voor de bestuurder op de grootlichthendel.
Bedienen
48.
Aanhangwagen
Schakel de aanvullingen aanwijzingen m.b.t.
de snelheidslimieten en de geldende inhaal-
verboden bij rijden met aanhanger (aanhan-
gerstand) in of uit via het menu Instellingen
›››
in het SEAT informatiesysteem
Detectie van vermoeidheid
(advies om een pauze te
nemen)
Inleiding tot thema
ATTENTIE
Het hogere comfort dat de vermoeidheidsde-
tectie biedt, mag geen aanleiding vormen tot
het nemen van risico's. Bij het maken van
lange ritten moet op regelmatige afstanden
worden gepauzeerd gedurende langere tijd.
●
De bestuurder is te allen tijde verantwoor-
delijk voor het inschatten van zijn rijbe-
kwaamheid.
●
Rijd nooit als u vermoeid bent.
Het systeem detecteert niet altijd de ver-
●
moeidheid bij de bestuurder. Lees het onder-
›››
deel
pagina 187, Beperkte werking
dig door.
●
In bepaalde gevallen interpreteert het sys-
teem foutief een bedoeld manoeuvre als een
teken van vermoeidheid van de bestuurder.
pagina
48.
gron-