Menu
Functie
Comfort
Instelling van de ruitbediening: hiermee
kunnen alle ruiten geopend of gesloten
worden wanneer de wagen wordt ontgren-
Ruitbe-
deld respectievelijk vergrendeld. De ope-
diening
ningsfunctie kan enkel ingeschakeld wor-
den in het portier van de bestuurder
gina
74.
Helling
Helt de achteruitkijkspiegel van de bijrijder
naar onderen wanneer in achteruit gescha-
van de
keld wordt. Zo kan bijvoorbeeld de stoe-
achteruit-
kijkspie-
prand waargenomen worden
gel
89.
Indien de instelling
Regel.
achteruit-
geselecteerd, wordt bij het aanpassen van
kijkspie-
de spiegel van de bestuurder ook die van
gel
de bijrijder afgesteld.
Afstelling
Een aantal functies van het submenu
in pro-
fort
wordt terug op hun fabrieksinstelling
ductie
gezet.
Het menu
Configuratie
Terug
gegeven.
54
Submenu
Menu
Licht &
zicht.
Coming
Home
›››
pa-
Leaving
Home
Licht voe-
›››
pagina
tenruimte
wordt
gesynchroniseerd
Comfort-
lichten
Com-
Afstelling
in produc-
tie
wordt opnieuw weer-
Reislam-
pen
Terug
Bedienen
Licht & zicht.
Functie
Hiermee kan ingesteld worden hoe lang de
lampen blijven branden na het vergrende-
len of ontgrendelen van de wagen, en kan
deze functie in- of uitgeschakeld worden
›››
pagina
82.
Hiermee kan de intensiteit van de verlich-
ting in de voetenruimte met geopende por-
tieren aangepast worden, en kan deze func-
tie in- en uitgeschakeld worden.
De comfortlichten in- of uitschakelen. Wan-
neer de comfortlichten zijn ingeschakeld,
knipperen deze lichten minstens drie keer
›››
bij het activeren van het knipperlicht
pa-
gina
78.
Alle configuraties in het submenu
Licht &
zicht
worden terug op hun fabrieksinstel-
ling gezet.
Instelling van de lampen in landen waar
men aan de andere kant van de weg rijdt.
Bij het inschakelen van het merk, worden
de lampen van een wagen met het stuur
links ingesteld voor het rijden aan de lin-
kerzijde. Deze functie mag slechts geduren-
de een korte tijd gebruikt worden.
Het menu
Configuratie
wordt opnieuw weer-
gegeven.
Persoonlijke comfortinstellingen
Wanneer twee personen dezelfde wagen de-
len, beveelt SEAT aan dat elke persoon
steeds "zijn eigen" sleutel met afstandsbe-
diening gebruikt. Wanneer het contact wordt
uitgeschakeld of de wagen wordt vergren-
deld, worden de persoonlijke comfortinstel-
lingen opgeslagen en automatisch toegewe-
zen aan de sleutel van de wagen
48.
De persoonlijke comfortinstellingen van de
volgende menu-opties worden toegewezen
aan de sleutel van de wagen:
Menu Interieurvoorverwarming
■
■
Menu Configuratie
Tijd
■
■
Taal
Eenheden
■
■
Menu Comfortinstellingen
Openen van de portieren (individuele
■
opening, Auto Lock)
Comfortbediening van de ruiten
■
Helling achteruitkijkspiegel
■
Menu Instellingen licht & zicht.
■
Coming home en Leaving home
■
■
Licht voetenruimte
Comfortlichten
■
De opgeslagen instellingen worden automa-
tisch geactiveerd, pas bij het inschakelen van
›››
pagina