Aanduiding van het bandtype (voorbeeld)
TREADWEAR 280
TRACTION AA
TEMPERATURE A
In geval van andere cijfers, gaat het om specifieke wagenkenmerken van de bandenfabrikant of om specifieke nationale wagenkenmerken.
a)
De afkorting TIN verwijst naar het serienummer van de band.
Draairichtinggebonden banden
Draairichtinggebonden banden zijn ontwor-
pen om in één richting te draaien. Bij draai-
richtinggebonden banden is de wang van de
band met pijlen gemarkeerd. De aangegeven
verplichte draairichting altijd aanhouden.
Hierdoor worden de optimale rijeigenschap-
pen met betrekking tot aquaplaning, grip,
geluid en wrijving gegarandeerd.
Draagvermogen van de wielen
De belastingsindex geeft de maximale draag-
kracht in kilogram aan waarmee een wiel be-
last kan worden (draagvermogen).
91
615 kg (1.356 pond)
93
650 kg (1.433 pond)
95
690 kg (1.521 pond)
97
730 kg (1.609 pond)
99
775 kg (1.709 pond)
258
Aanwijzingen
Betekenis
Relatieve levensduur van de band, die verwijst naar een specifieke standaardtest in de Verenigde Staten.
Remvermogen van de band op een nat wegdek (AA, A, B of C).
Hittebestendigheid van de band bij hogere testsnelheden (A, B of C).
Snelheidssymbool
Het snelheidssymbool geeft de toegestane
maximale snelheid voor de banden aan.
P
max. 150 km/u (93 mpu
Q
max. 160 km/u (99 mpu
R
max. 170 km/u (106 mpu
S
max. 180 km/u (112 mpu
T
max. 190 km/u (118 mpu
U
max. 200 km/u (124 mpu
H
max. 210 km/u (130 mpu
V
max. 240 km/u (149 mpu
Z
meer dan 240 km/u (149 mpu)
W
max. 270 km/u (168 mpu
Y
max. 300 km/u (186 mpu
Sommige fabrikanten gebruiken de aandui-
ding "ZR" voor banden met een toegestane
maximale snelheid van meer dan 240 km/u
(149 mph).
Winterservice
Winterbanden*
In de winter worden de rij-eigenschappen van
de wagen door winterbanden beduidend be-
ter. Zomerbanden hebben wegens hun con-
structie (breedte, rubbersamenstelling, pro-
fielvorming) op ijs en sneeuw minder grip.
Winterbanden verbeteren ook het remgedrag
van de wagen en verminderen de remweg in
winterse omstandigheden. SEAT adviseert bij
temperaturen onder de +7 °C (+45 °F) winter-
banden op de wagen te monteren.
Winterbanden verliezen grotendeels hun ei-
genschappen wanneer het profiel van de
band tot minder dan 4 mm (1/16 inch) gesle-
ten is. Veroudering is een andere factor die
het verlies van de eigenschappen van winter-
banden met zich meebrengt, onafhankelijk
van de profieldiepte van de band.