het noodprogramma kan nog steeds met de
auto gereden worden, maar dan wel met een
lagere snelheid en niet meer in alle rijstan-
den.
®
In het geval van het DSG
-versnellingsbak
met tweevoudige koppeling betekent dit in
sommige gevallen dat de achteruitrijversnel-
ling niet kan worden ingeschakeld. Neem on-
middellijk contact op met een gespecialiseer-
de werkplaats om de versnellingsbak te laten
nakijken.
Overbelastingbescherming van
automatische
DSG
®-versnellingsbak met 6 versnellingen
Wanneer de koppeling overbelast wordt, be-
gint de wagen schakelrukken te geven en de
indicator van de stand van de keuzehendel
begint te knipperen. Om de koppeling niet te
beschadigen, onderbreekt de koppeling de
krachtoverbrenging tussen de motor en de
versnellingsbak. Er is geen aandrijving meer
en er kan niet meer worden geaccelereerd.
Als de koppeling door de overbelasting auto-
matisch wordt geopend, trap dan het rempe-
daal in. Wacht even voordat u weer verder
gaat rijden.
Kickdown
Met de kickdown kan met de keuzehendel in
de standen D, S of in de stand Tiptronic-
stand maximaal geaccelereerd worden.
Rijden
Als het gaspedaal helemaal wordt ingetrapt,
schakelt de automatische transmissie afhan-
kelijk van rijsnelheid en motortoerental naar
een lagere versnelling terug. Op deze wijze
profiteert u maximaal van de acceleratie van
›››
de wagen
.
Bij ingetrapt gaspedaal schakelt de automa-
tische transmissie pas op naar de volgende
versnelling zodra het voorgeschreven maxi-
male motortoerental wordt bereikt.
Launch-control-programma
Het launch-control-programma maakt een
maximale acceleratie mogelijk.
›››
pagina
145.
●
ASR uitschakelen
●
Met uw linkervoet het rempedaal intrappen
en ingetrapt houden.
●
Zet de keuzehendel in de stand S of in de
Tiptronic-stand.
●
Trap met de rechtervoet het gaspedaal in
tot ongeveer een motortoerental van 3.200
tpm bereikt is.
●
Haal uw linkervoet van het rempedaal
De wagen gaat rijden met de maximale acce-
leratie.
Schakel na het accelereren de ASR opnieuw
●
in!
ATTENTIE
Snel accelereren kan leiden tot aandrijvings-
verlies en slippen van wagen, met name op
een glad wegdek. U kunt hierdoor de controle
over de wagen verliezen wat kan leiden tot
een ongeval of tot aanzienlijke schade.
Gebruik de kickdown of snelle acceleratie
●
alleen als het klimaat, het wegdek en het ver-
keer het toelaten. Breng met uw rijstijl en tij-
dens het accelereren geen andere weggebrui-
kers in gevaar.
Houd er rekening mee dat de aandrijfwielen
●
en de wagen kunnen slippen als de ASR uit-
geschakeld is, met name op glad wegdek.
Schakel na het accelereren de ASR opnieuw
●
in.
VOORZICHTIG
●
Als u op een helling stopt met een inge-
schakelde rijstand, probeer dan niet te voor-
komen dat de auto naar achteren rijdt door
het gaspedaal in te trappen. Hierdoor kan de
automatische transmissie worden oververhit
en beschadigd.
›››
.
●
Zet de wagen nooit met de keuzehendel in
de stand N in beweging, met name als de mo-
tor uit staat. De automatische versnellings-
bak wordt in dit geval namelijk niet gesmeerd
en kan zo beschadigd raken.
155