478
5-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Bedieningsinstructies
De stoel wordt op hoge tempe-
1
ratuur verwarmd (HI)
De stoel wordt op lage tempe-
2
ratuur verwarmd (LO)
Het controlelampje gaat branden
wanneer een zijde van de toets
wordt ingedrukt.
Druk lichtjes op de andere zijde
van de toets om de werking te
stoppen.
●
De stoelverwarming kan worden gebruikt wanneer het contact AAN staat.
●
Schakel de toetsen uit wanneer u het systeem niet gebruikt. Het controle-
lampje gaat uit.
●
Controlelampje werking passagierszijde:
Gaat branden terwijl de stoelverwar-
ming aan passagierszijde in werking is,
waardoor de bedrijfsconditie van de
stoelverwarming aan passagierszijde
ook vanaf de bestuurderszijde kan wor-
den gecontroleerd.