344
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Hervatten van het rijden met de volgregeling als de auto is stilge-
zet door het systeem (afstandsregelmodus)
Druk de hendel omhoog als uw
voorligger begint te rijden.
Het volgen van uw voorligger
wordt ook hervat als u het gaspe-
daal intrapt wanneer uw voorlig-
ger begint te rijden.
Uitschakelen en hervatten van de snelheidsregeling
Als u de hendel naar u toe trekt,
1
wordt de snelheidsregeling uit-
geschakeld.
De snelheidsregeling wordt even-
eens uitgeschakeld als het rem-
pedaal wordt ingetrapt.
(Als de auto is stilgezet door het
systeem, wordt de snelheidsinstel-
ling niet geannuleerd als het rem-
pedaal wordt ingetrapt.)
Als u de hendel omhoog drukt, wordt de cruise control hervat en
2
wordt de ingestelde snelheid hervat.
Wanneer er echter geen voorligger wordt gesignaleerd, wordt de cruise
control niet hervat wanneer de rijsnelheid ongeveer 40 km/h of lager is.