5-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Gebruik van de automatische modus
Druk op
1
Wijzig de ingestelde temperatuur.
2
Druk op
3
Wanneer de automatische modus is ingeschakeld, worden de
luchtcirculatiemodi en de aanjagersnelheid niet weergegeven op
het bedieningspaneel voor de airconditioning.
Controlelampje automatische modus
■
Als de instelling van de aanjagersnelheid of de luchtcirculatiemodi
worden bediend, dooft het controlelampje van de automatische
modus. De automatische modus blijft echter ingeschakeld voor de
andere functies dan die worden bediend.
Afzonderlijk instellen van de temperatuur voor de bestuurder
■
en voor de voorpassagier (DUAL-modus)
Voer een van de volgende handelingen uit om de DUAL-modus in
te schakelen:
● Druk op
● Wijzig de ingestelde temperatuur aan passagierszijde met de
temperatuurknop voor de passagierszijde.
Als de DUAL-modus is ingeschakeld, gaat het controlelampje branden.
.
om de werking te beëindigen.
.
469
5