372
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Snelheidsbegrenzer
Er kan een gewenste maximumsnelheid worden ingesteld met
de cruise control-schakelaar.
De snelheidsbegrenzer voorkomt dat de auto de ingestelde snel-
heid overschrijdt.
Instellen van de rijsnelheid
Druk op de knop om de snelheids-
begrenzer in te schakelen.
Druk nogmaals op de toets om de
snelheidsbegrenzer uit te schake-
len.
Accelereer of decelereer naar de
gewenste snelheid en druk de
hendel naar beneden om de
gewenste maximumsnelheid in te
stellen.
Als de hendel naar beneden wordt
gedrukt terwijl de auto stilstaat of
wanneer de rijsnelheid 30 km/h of
lager is, wordt de snelheid inge-
steld op 30 km/h.
∗
∗
: Indien aanwezig