5-1. Gebruik van de airconditioning en de achterruitverwarming
Stoelverwarming
De stoelverwarming verwarmt de voorstoelen.
WAARSCHUWING
●
Wees voorzichtig wanneer iemand uit onderstaande categorieën in con-
tact komt met de stoelen wanneer de stoelverwarming is ingeschakeld:
• Baby's, kleine kinderen, oudere personen, zieken en gehandicapten
• Personen met een gevoelige huid
• Personen die oververmoeid zijn
• Personen die alcohol hebben gedronken of personen die rustgevende
medicijnen (slaapmiddel, middel tegen verkoudheid, enz.) hebben
gebruikt
●
Neem, om de kans op brandwonden of oververhitting te beperken, de vol-
gende voorzorgsmaatregelen in acht:
• Bedek de stoel niet met een kleed of kussen als de stoelverwarming in
gebruik is.
• Gebruik de stoelverwarming niet langer dan noodzakelijk is.
OPMERKING
●
Plaats geen zware voorwerpen met een ongelijkmatig oppervlak op de
stoel en leg geen scherpe voorwerpen (naalden, punaises, enz.) op de
stoel.
●
Gebruik de functies niet wanneer het hybridesysteem niet is ingeschakeld,
om te voorkomen dat de 12V-accu ontladen raakt.
∗
477
∗
: Indien aanwezig
5