WAARSCHUWING
■
Bij het tanken
Neem bij het tanken de volgende voorzorgsmaatregelen in acht. Het niet in
acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot gevolg heb-
ben.
●
Raak na het verlaten van de auto en voor het openen van de tankdopklep
een ongeverfd metalen oppervlak aan om eventuele statische elektriciteit
af te voeren. Het is belangrijk om statische elektriciteit af te voeren voordat
u gaat tanken, omdat vonken als gevolg van statische elektriciteit brand-
stofdampen tot ontbranding kunnen brengen.
●
Pak de tankdop bij de greep vast en draai hem langzaam los.
Tijdens het losdraaien van de tankdop kan er een sissend geluid hoorbaar
zijn. Wacht tot het geluid verdwenen is alvorens de tankdop te verwijde-
ren. Bij hoge buitentemperaturen kan er brandstof uit de vulpijp spuiten en
letsel veroorzaken.
●
Zorg ervoor dat er niemand die de eventueel aanwezige statische elektrici-
teit van zijn lichaam niet heeft afgevoerd, in de buurt van een niet afgeslo-
ten brandstoftank komt.
●
Adem de brandstofdampen niet in.
Brandstof bevat stoffen die schadelijk zijn als ze ingeademd worden.
●
Rook niet tijdens het tanken.
Als u dat wel doet, kan er brand ontstaan.
●
Keer niet naar de auto terug als u statisch geladen bent.
Statische elektriciteit kan vonkvorming en daarmee brand veroorzaken.
■
Bij het tanken
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht om te voorkomen dat de
brandstoftank overstroomt:
●
Plaats het vulpistool nauwkeurig in de vulpijp.
●
Stop met het vullen van de tank wanneer het vulpistool automatisch uit
klikt.
●
Vul de brandstoftank niet tot de rand.
293
4-4. Tanken
4