Met uw auto rijden
WAARSCHUWING
• Maak geen gebruik van het For‐
ward Collision-Avoidance Assist-
systeem (ondersteuning botsings‐
vermijding voorzijde) wanneer u
een voertuig sleept. Toepassing
van het FCA-systeem kan invloed
hebben op de veiligheid van uw
voertuig of het gesleepte voertuig.
• Wees uiterst voorzichtig wanneer
een voorligger een lading heeft die
achter het voertuig uitsteekt of
wanneer een voorligger een grote‐
re bodemvrijheid heeft.
• Het FCA-systeem is ontworpen
om een voorligger op de rijbaan te
detecteren en volgen of een voet‐
ganger of fietser te detecteren
door herkenning door de front‐
zichtcamera en signalen van de ra‐
dar aan de voorzijde. Het zal mo‐
gelijk niet altijd fietsen, motorfiet‐
sen of kleinere objecten met wie‐
len, zoals koffers, winkelwagens of
kinderwagens detecteren.
• Probeer nooit om de werking van
het FCA-systeem te testen. Dit
kan in ernstig of dodelijk letsel re‐
sulteren.
(Vervolg)
6-66
(Vervolg)
• Wanneer
de
voorbumper,
voorglas, de frontzichtcamera of
de radar aan de voorzijde is ver‐
vangen of gerepareerd, moet u het
voertuig laten nakijken door een
professionele
werkplaats.
raadt aan om een officiële Kia-
dealer/servicepartner te bezoeken.
• Als het systeem een voorwerp de‐
tecteert met een vergelijkbare
vorm of kenmerken als een voer‐
tuig of een voetganger, dan kan
het FCA-systeem in werking tre‐
den.
OPMERKING
In sommige gevallen kan het FCA-
systeem worden uitgeschakeld wan‐
neer het wordt blootgesteld aan
elektromagnetische interferentie.
Lane-Change Oncoming-functie
Het Forward Collision-Avoidance Assist-
het
Lane-Change Oncoming-systeem de‐
tecteert een tegemoetkomend voertuig
met een frontzichtcamera bij de voor‐
ruit. Ook helpt het de bestuurder met
sturen om een botsing met een tege‐
Kia
moetkomend voertuig te voorkomen en
het voertuig in de rijstrook te houden,
wanneer het voertuig de middenlijn
overschrijdt.
WAARSCHUWING
• Deze functie is slechts een aanvul‐
lend systeem. Het is geen vervan‐
ging van de grote voorzichtigheid
en aandacht die de bestuurder
moet betrachten. Het sensorbereik
van het tegemoetkomende voer‐
tuig is beperkt. Blijf te allen tijde
letten op de toestand van de weg.
• Rijd voorzichtig om te voorkomen
dat zich onverwachte en plotselin‐
ge situaties voordoen. Deze func‐
tie neemt niet het sturen over en
voorkomt geen botsingen.