(Vervolg)
slaan en kan de lucht in het passa‐
gierscompartiment muf worden.
Bovendien kan de lucht in het passa‐
gierscompartiment extreem droog
worden bij langdurig gebruik van de
airconditioning in de stand RECIRCU‐
LATIE.
WAARSCHUWING
• Langdurig recirculeren kan leiden
tot een verhoogde luchtvochtig‐
heid in het interieur, waardoor de
ruiten kunnen beslaan en het zicht
wordt belemmerd.
• Ga niet slapen in de auto wanneer
de airconditioning of de verwar‐
ming is ingeschakeld. Door een af‐
name van de zuurstofconcentratie
en/of
de
lichaamstemperatuur
kunnen de inzittenden ernstig of
dodelijk letsel oplopen.
(Vervolg)
(Vervolg)
• Langdurig recirculeren kan slape‐
righeid veroorzaken, waardoor de
bestuurder de controle over de au‐
to kan verliezen. Schakel daarom
zo veel mogelijk de stand BUITEN‐
LUCHT in.
Aanjagerknop
De aanjagersnelheid kan worden inge‐
steld door de knop in de gewenste
stand te duwen.
Hoe hoger de aanjagersnelheid is, des
te meer lucht wordt aangevoerd.
Druk op toets OFF om de aanjager uit
te schakelen.
Airconditioning
Druk op de toets A/C om de airconditio‐
ning in te schakelen (het controlelampje
gaat branden).
Druk nogmaals op de toets om de air‐
conditioning uit te schakelen.
5
5-123