Kenmerken van uw auto
Automatische verwarming en
airconditioning
1. Druk op toets AUTO. De te gebrui‐
ken uitstroomopeningen, de aanja‐
gersnelheid, de luchtinlaat en de
airconditioning worden automatisch
geregeld op basis van de gekozen
temperatuur.
5-118
2. Stel de temperatuurregelknop in op
de gewenste temperatuur.
OPMERKING
•
Schakel de automatische werk‐
ing uit door op een van onder‐
staande toetsen of schakelaars
te drukken:
- Luchtcirculatietoets
- Toets airconditioning
(Vervolg)
(Vervolg)
- Toets
voorruitontwaseming
(Druk nogmaals op de toets
om
de
voorruitontwase‐
mingsfunctie uit te schakelen.
De aanduiding 'AUTO' gaat op‐
nieuw branden op het infor‐
matiescherm.)
- Aanjagertoets
De geselecteerde functie wordt
handmatig bediend terwijl de
andere
functies
automatisch
werken.
•
Voor uw gemak en om de effec‐
tiviteit van het verwarmings- en
ventilatiesysteem te verbeteren,
kunt u de toets AUTO gebruiken
en de temperatuur instellen op
22 °C.