Pagina 3
Nu u de trotse eigenaar van een Kia Joice bent, zal men u wellicht heel wat vragen voer uw auto en de producent ervan stellen "Wie of wat is Kia?", "Wat betekent 'Kia'?" Hier krijgt u het antwoord. Allereerst is Kia .
Pagina 4
Kia behoudt zich het recht voor de werden, over het aanbevolen speciale digheid en garantie op het uitlaatcontrole- specificaties of het ontwerp stop te zetten of gereedschap en originele Kia-onderdelen.
Pagina 7
Guide In deze handleiding worden de volgende symbolen gebruik: Dit symbool duidt aan in welke positie de contactschakelaar moet staan opdat u het optioneel of niet op alle modellen onderdeel zou kunnen bedienen. aanwezig zijn. De functie kan alleen geactiveerd worden als de contactschakelaar op "ON"...
Pagina 14
Veiligheidsinstructies Controleer uw auto dagelijks voor u start. Door iedere dag voor u start uw auto na te kijken, kunt u ongelukken Begin pas te rijden als de wijzer van de watertemperatuurmeter begint voorkomen. te bewegen. Neem voorzorgen tegen uitlaatgasvergiftiging als u de motor lang laat draaien in een gesloten ruimte.
Pagina 15
Veiligheidsinstructies voor u Kijk achter u tijdens ket rijden. Als u de motor uitschakelt tijdens het rijden, neemt het remvermogen af en is de auto moeilijker te besturen. Trek de sleutel niet uit de contactschakelaar terwijl u rijdt. Anders blokkeert te kijken, want daarin kunt u niet alles zien.
Pagina 18
Veiligheidsinstructies De deuren, ruiten en stoelen mogen alleen door Laat geen kinderen vooraan plaatsnemen. volwassenen worden bediend. e Vergrendel de elektrisch bedienbare ramen. baat niet toe dat iemand het raam steekt. baat geen kinderen alleen in de auto achter. Bij warm weer kan het kind oververhit geraken in de auto. Als het kind nog zo klein is dat de schoudergordel het gezicht of de keel kan raken, moet een kinderzitje worden gebruikt.
Pagina 19
Veiligheidsinstructies Kinderen moeten in de auto altijd op de achterbank in een veiligheidssysteem o Kinderen die te groot zijn voor het veiligheidssysteem voor kinderen, worden meegenomen, zodat de kans op verwondingen bij een aanrijding, moeten op de achterbank in de aanwezige gordel zitten. plotseling afremmen of plotselinge manoeuvres wordt beperkt.
Veiligheidsinstructies Geschiktheid van vei8Pgheidssysteem voor Verbouw de auto niet. kinderen voor zitplaatsen Het is verboden de auto op welke manier dan ook te verbouwen. Het is niet alleen tegen de wet, maar het kan ook het vermogen, de levensduur Gebruik een veiligheidssysteem voor kinderen dat oificieel is goedgekeurd en de veiligheid van het voertuig aantasten.
Veiiigheidsinstructies O Parkeren Rijden in de s Als u buiten parkeert, doe het Door de onderstaande voorschriften na te leven, vermindert u de kans op dan met de voorkant in de problemen in de winter. richting van de zonsopgang. O Groot onderhoud en voorbereidingen Concentratie antivries in de koelvloeistof.
Veiligheidsinstructies Een bocht nemen Auto's Vertraag voor de bocht en rijd van de buitenkant naar de binnenkant. Als Tijdens het rijden op een onverharde weg, zand of sneeuw kan de u bijna uit de bocht bent, versnelt u en rijdt u terug naar de buitenkant. remafstand langer zijn dan bij een auto zonder ABS.
Vergrendelingen Bij de levering van uw auto ontvangt u twee Voorportier De auto van buiten sleutels. Druk op de vergrendelknop. Q Sluit de deur. Openen of vergrendelen met e e n sleutel De sleutel het slot steken (of eruit trekken) Op slot Van slot Leg de motor altijd stil en doe het...
Pagina 27
Vergrendelingen Om de laadklep op slot te doen, draait u de sleutel naar links. Om de deur van het slot te doen, draait Druk op de vergrendelknop. gesloten zijn. Een deur die plots u de sleutel naar rechts. openslaat. kan gevaarlijk zijn. De laadklep openen Doe de laadklep van slot met de sleutel en trek ze naar boven.
Vergrendelingen n Korte druk op de knop (raam van de beslulerder) U kunt h e t r a a m snel openen door de bedieningsknop even helemaal in te drukken. Als het raam ver genoeg is geopend, kunt openingsmechanisme stopzetten door de schakelaar zachtjes naar boven te trekken.
vergrendelingen ............Be motorkap openen Trek aan de hendel links onder het dashboard om de motorkap te ontgrendelen. 3. Plaats de steunstang in de daartoe voorziene opening in de motorkap en controleer of hij goed vaststaat.
Vergrendelingen Trek het hendeltje links onder de bestuurdersstoel Elektronische startblokkering * Als u de sleutel uit de contactschakelaar neemt naar boven om de brandstofvulklep te ontgrendelen. en de deur opent terwijl het mistachterlicht of de achterlichten nog branden, hoort u een De elektronische startblokkering is een waarschuwingssignaal.
Controle-, meet- en bedieningsinstrumenten Controlelampjes richtingaanwijzers/noodknipperlichten Toerenteller Snelheidsmeter keuzehendel Een sterretje wijst erop dat het genoemde lampje verwijst naar optionele uitrusting.
Pagina 35
Controle-, meet- en bedieningsinstrumenten b De snelheidsmeter duidt de snelheid van de auto in kilometer per uur (km/ ) aan. De toerenteller duidt de motorsnelheid aan (Urnin) Houd t~jdens het rijden de toerenteller in het oog Rode en zorg ervoor dat de wijzer niet in de rode zone zone komt C M 3...
Pagina 36
Controle-, meet- en bedieningsinstrumenten De dagteller duidt het aantal kilometer aan dat de auto heeft afgelegd sedert de dagteller de laatste keer werd nulgesteld. Druk op de nulstelknop de teller op O te zetten. Op de brandstofmeter kunt u het peil in de brandstoftank aflezen. .
Pagina 37
Controle-, meet- en bedieningsinstrumenten I nood knippedichten Richtingaanwijzers Zodra u de richtingaanwijzers ingeschakeld, begint het overeenkomstige controlelampje te knipperen. Als het lampje te snel knippert, i s de richtingaanwijzer misschien niet goed aangesloten of het lampje doorgebrand. Als u op de schakelaar van de noodknipperlichten hebt gedrukt, branden de controlelampjes allebei.
Pagina 38
Controle-, meet- en bedieningsinstrumenten Dit lampje begint te branden als het peil in de brandstoftank laag is. (zo'n 8 liter). Als het lampje brandt, moet u spoedig bijtanken. Rijd niet met een te laag brandstofpeil. Als u zonder brandstof valt, kan de katalysator beschadigd worden.
Pagina 39
Controle-, meet- en bedieningsinctrumenten Dit lampje begint te branden in de volgende gevallen: Als de handrem is aangehaald. Als het remvloeistofpeil is gedaald onder een bepaalde waarde. Het lampje kan ook aangaan als u veel op de rempedaal drukt tijdens het rijden op een beijzelde weg of van een helling, maar dan hoeft u zich geen zorgen te maken.
Pagina 40
Dit lampje gaat aan zodra u de schakelaar voor de achterruitverwarming hebt ingedrukt om de achterruit te ontwasemen. Dit lampje brandt gedurende 6 seconden zodra de contactschakelaar op moeten worden vastgemaakt. Het waarschuwingslampje gaat uit zodra de contactschakelaar in de positie "ACC"...
Pagina 41
Controle-, meet- e n bedieningsinstrumenten Dit lampje begint te branden als de contactschakelaar in "ON" wordt gezet en gaat ongeveer 6 seconden later weer uit. (Dat is normaal.) Als het aangaat terwijl u rijdt, is er iets mis met de airbag. Laat het in de volgende gevallen nakijken en repareren in een erkend sewicecenter: Als het lampje niet aangaat zodra contactschakelaar in "ON"...
Pagina 42
Controle-, meet- en bedieningsinstrumenten Dit lampje brandt als de laadklep geopend of niet goed gesloten is. Als dit lampje brandt wanneer u wilt vertrekken, moet u eerst de laadklep goed sluiten. Dit lampje brandt als de overdrive-schakelaar is geactiveerd en gaat uit als hij wordt uitgeschakeld.
Controle-, meet- en bedieningsinstrumenten (2) Hoogtemeter Functies van het display De hoogte verschijnt in meter hoogtemeter Azimutkompas voorafgegaan door "ALTI". Het bereik Barometer gaat van 200 tot 2800 m. Hoogtemeter De hoogte bijregelen Relatieve-hoogtemeter Weg afhankelijk De weergegeven hoogte verschilt zelfs op van de rijsnelheid Weg afhankelijk van een plaats, omdat de luchtdruk op het...
Controle-, meet- en bedieningsinstrumenten Groot licht I dimlicht De verlichting voor overdag moet uw auto beter Door aan het uiteinde van de hendel te draaien zichtbaar maken voor tegenliggers. om : o o: o f 1. Trek de hendel naar u toe om De verlichting voor overdag brandt zolang de aan die insde onderstaande tabel met "0"...
Pagina 46
Controle-, meet- en bedieningsinstrumenten Door de hendel naar beneden Als u op de schakelaar voor de te trekken, activeert u de noodknipperlichten drukt, gaan zowel de linker- als de linkerrichtingaanwijzers. Door rechterrichtingaanwijzers hem omhoog te duwen, knipperen. Zo weten de andere schakelt u de weggebruikers dat uw auto in rechterrichtingaanwijzers in.
Pagina 47
Controle-, meet- en bedieningsinstrumenten Ruitensproeiers Trek de hendel naar u toe om de ruitensproeiers in te schakelen. De hendel heeft verschillende standen. Door U kunt de sproeiers ook de hendel naar u roe te trekken, activeert u inschakelen als de ruitenwissers de volgende functies, afhankelijk van de niet aanstaan.
Controle-, meet- en bedieningsinstrumenten Als u op de claxon drukt, weerklinkt er een Zet deze verwarming aan om de achterruit en waarschuwingssignaal. de buitenspiegels snel vrij te maken van wasem en ijzel. controlelampje op het instrumentenbord aan. Druk nogmaals op de schakelaar om het verwarmingssysteem uit te schakelen.
Pagina 50
Controle-, meet- en bedieningsinstrumenten GELADEN GEWICHT JUISTE STAND Bestuurder alleen Bestuurder + passagier vooraan Bestuurder passagier vooraan passagier achteraan Alle zitplaatsen zijn ingenomen Alle zitplaatsen zijn Draai aan de knop om de hoogte van de straal Druk op de schakelaar om het mistachterlicht aan ingenomen volle van de koplichten aan te passen aan het aantal...
Interieuruitrusting voor comfortabel rijden B Plaats nemen op de achterbank De rugleuning naar voren klappen Druk de hendel achter de stoel naar beneden en Draai de vleugelknop naar voren en klap de rugleuning van de bank neer. de glijhendel indrukt, kunt u heel de bank naar Als de bank neergeklapt is, kunt u de rug als tafel voren verschuiven.
Pagina 56
interieuruitrusting voor comfortabel rijden De rugleuning naar voren klappen De bank verschuiven Als de rugleuning is neergeklapt, kunt de hele Duw tegen de knop en klap de rugleuning naar bank naar voor verschuiven door te trekken aan voren. de hendel achteraan de rugleuning. Duw tegen de knop bovenaan de rugleuning en verstel de helling van de rugleuning.
Interieuruitrusting voor comfortabel rijden De hoogte verstellen Rijden zonder hoofdsteun of met een Regel de hoogte van de hoofdsteun zo dat het slecht afgestelde hoofdsteun is midden van de steun zich op ooghoogte bevindt. gevaarlijk. Controleer voor u de auto start of de hoofdsteunen wel goed Zo vermindert u de kans op letsel bij een botsing.
Pagina 58
Interieuruitrusting voor comfortabel rijden Vergeet niet uw veiligheidsgordel vast ingesteld. Controleer of de gordel goed zit. te klikken. De veiligheidsgordels beschermen de inzittenden Controleer of de heupriem niet op uw bij een ongeluk. Stel de veiligheidsgordel af op Stel de gordel zo in dat hij over uw schouder ligt. buik ligt.
Pagina 64
Interieuruitrusting voor comfortabel rijden 2. Duw de knop in en klap de rugleuning naar voren. Maak de knop onderaan de rugleuning los en trek de plank 3. Hef de hendel achteraan de zitting op en schuif de bank achteruit. naar voren.
Pagina 65
Interieuruitrusting voor comfortabel rijden Laadruimte maken door de midden- en achterbank dicht te klappen. 2. Klap de rugleuning van de middenbank naar 3. Duw de knop van de achterbank in en achterbank. voren. de rugleuning naar voren. Hef de hendel achteraan de zitting op en 5.
Pagina 66
Interieuruitrusting voor comfortabel rijden De SRS-airbags vormen een aanvulling op de veiligheidsgordels. Ze beschermen de bestuurder Steun met uw rug tegen de stoel. Ga niet met uw gezicht en bovenlichaam te dicht bij het vanaf een zekere kracht. stuur zitten. SRS staat voor Supplemental Restraint System.
Pagina 67
Interieuruitrusting voor comfortabel rijden Levensgevaar! Plaats geen kind op een zitje Als er onderdelen van het SRS-systeem met de rug naar de airbag! moeten worden gedemonteerd, of als de auto moet worden gesloopt, moet u bepaalde Alle montage-, demontage- en reparatiewerken van het SUS-systeem alsook het aanbrengen veiligheidsmaatregelen nemen om verwondingen van stickers op de plaats van de airbag of het...
Interieuruitrusting voor comfortabel rijden Als de zon u verblindt tijdens het rijden, kunt u de In het zijpaneel van de interieurbekleding bevindt zich een stekkerdoos die u kunt gebruiken om zonneklep gebruiken om de zon vooraan en opzij Achteraan de zonneklep voor de passagiersstoel elektrische apparaten van stroom te voorzien.
Pagina 70
Interieuruitrusting voor comfortabel rijden Asbak achteraan Open de klep van de asbak door er van boven aan te trekken. 2. Om de asbak proper te maken, trekt u hem volledig uit terwijl u de verende pen naar wel volledig dooft. 2.
Pagina 72
interieuruitrusting voor comfortabel rijden De tijd insteliepi In het handschoenkastje kunt u kleine voorwerpen H-knop bewaren. Trek de klep naar voren om het te moet de klok opnieuw ingesteld Druk op H-knop om het uur te veranderen. openen. worden. Laat de knop los zodra het gewenste uur 2.
Pagina 73
voor Interieuruitrusting comfortabel riiden Trek aan de knop en hef het deksel op om kastje te openen. Om het te sluiten, laat u deksel weer neer.
Pagina 74
interieuruitrusting voor comfortabel rijden Als u de rugleuning van de middenbank naar In het opbergvak kunt u kleine voorwerpen bewaren. voren hebt geklapt, kunt u de bank gebruiken als U kunt het ook gebruiken voor gereedschap, tafel. Trek aan de hendel om de bank t e autowas, de gevarendriehoek enz.
Pagina 75
riiden Interieuruitrustina voor comfortabel (Het zonnedak kippen) Aan weerszijden van de binnenverlichti Het zonnedak kan elektrisch geopend en gesloten bevinden zich twee schakelaars waarmee u Het zonnedak kan gekipt en gesloten worden als worden als de contactschakelaar op "ON" staat. leeslamp kunt in- en uitschakelen.
Pagina 76
6-26 Interieuruitrusting voor comfortabel rijden ........De antenne bevindt zich achteraan op het dak. Ze is afneembaar. Om de antenne los te maken, draait u ze tegen de richting van de wijzers van de klok in. Om ze te bevestigen, draait u ze in de richting van de wijzers van de klok.
Pagina 78
Interieuruitrusting voor comfortabel rijden 3. Regelknop voor lage lonen (BASS) Uitwerptoets en balansregeling Druk op de knop zodat ze naar voren springt O Als u op de uitwerptoets drukt, komt de en draai ze naar links of naar rechts om de cassette uit de cassettespeler.
Pagina 79
6-29 Interieuruitrusting voor comfortabel rijden in het geheugen van de installatie. Door op de bandschakelaar enlof een van de zes voorkeuzetoetsen t e drukken, kunt u o n m i d d e l l i j k a f s t e m m e n geprogrammeerde zender van uw keuze.
Pagina 81
6-31 Interieuruitrusting voor comfortabel rijden van de achterste luidspreker verzwakt.) in het geheugen van de radio. Door op de Draai de regelknop naar links om het geluid bandschakelaar enlof een van d e zes van de achterste luidspreker te versterken. voorkeuzetoetsen t e drukken, kunt u De radio werkt alleen als de contactschakelaar (Het geluid van d e voorste luidspreker...
Pagina 83
6-33 Interieuruitrusting voor comfortabel rijden 4. Uilwerptoets (EJECT) O Druk op de -toets (FF) om de cassette O Druk op de uitwerptoets om de cassette uit de speler te halen. versneld vooruit te spoelen terwijl ze aan het afspelen of het terugspoelen is. O Ook als u tijdens het terug- of doorspoelen op O Druk nogmaals op de @-toets om de deze toets drukt, wordt de cassette...
Pagina 84
Zenderafstemmer (TUNE) 8. Programmeer- (BSM) of scantoets (indien aanwezig) 7. Equalizertoets (EQ) 5. Voorkeuzetoetsen Bandschakelaar (FM-AM) Regelknop voor fading en hoge tonen (FADEITREB) . AANIUIT-schakelaar, volumeregeling 2. Regelknop voor lage tonen en balans (BASIBAL)
Pagina 85
6-35 Interieuruitrusting voor comfortabel rijden 3. Regeling hoge tonen De radio werkt alleen als de contactschakelaar Druk op de knop zodat ze naar voren springt U kunt voor iedere frequentieband (AM, FM1 op "ON" of "ACC" staat. Druk op de knop om en draai ze naar links of naar rechts om de en FM2) zes (6) radiozenders programmeren de radio aan te zetten.
Pagina 86
6-36 Interieuruitrusting voor comfortabel rijden gewenste frequentieband te selecteren met de 9. Scantoets (indien aanwezig) bandschakelaar en op de voorkeuzetoets van de gewenste zender te drukken. Druk op de scantoets om alle zenders die u kunt ontvangen in oplopende frequentie een na een te horen gedurende 5 seconden.
Pagina 87
Interieuruitrusting voor comfortabel rijden 4. Uitwerptoets 3. Afspeelrichtingtoets (TAPE) 2. Zoektoetsen 1. Door- (FF) en terugspoeltoets (REW) 5. Dolbytoets...
6-38 Interieuruitrusting voor comfortabel rijden - (FF) en te~ugspoeltoets (REW) O Druk op de FF-toets om de cassette versneld O Druk op de uitwerptoets om de cassette uit de vooruit te spoelen terwijl ze aan het afspelen speler te halen. of het terugspoelen is.
interieuruitrusting voor comfortabel rijden seconden van ieder nummer te beluisteren. O Deze installatie is alleen geschikt voor een O Druk binnen 10 seconden opnieuw op de accu van 12 volt DC met een negatieve scantoets om het afgespeelde nummer aarding. O Plaats de cd met de bedrukte zijde naar boven volledig te beluisteren.
Interieuruitrusting voor comfortabel rijden De kop reinigen Cd's bewaren Berg cd+s die u niet gebruikt, afzonderlijk op in hun hoesje en bewaar ze op een koele plaats, buiten het bereik van de zon, hitte en stof. Neem of trek de cd niet uit de installatie terwijl hij door de zelflader naar binnen wordt gebracht.
Pagina 92
voor interieuruitrusting comfortabel rijden ONDERHOUD 5. Het transport van een cassetteband die niet goed is opgewonden, vereist te veel kracht. Bijgevolg begint de installatie automatisch de Sluit geen luidsprekers aan op de andere kant af te spelen, alsof het einde van massa de cassetteband is bereikt.
Pagina 95
Verwarming en airconditioning Draai aan deze knop om in te stellen uit welke roosters er lucht moet komen. Luchtiniaatschakelaars Schakelaar airconditioning...
Verwarming en airconditioning Verstel deze hendel om de ventilatiekracht te Kies in normale omstandigheden altijd voor Draai aan deze knop om de verwarming in of uit regelen. aanvoer van buitenlucht. te schakelen en de temperatuur van de verwarming te regelen. Schakelaar airconditioning Druk op deze schakelaar om de airconditioning in of uit te schakelen.
Verwarming e n airconditioning twee niveaus Ventilatie Om de verwarming in te schakelen, draait u de temperatuurregelaar in de rode zone en zet u de regelhendel van de ventilatiekracht in de gewenste stand. Snelle vevv\rarming Als u de luchtstroomregelaar op de tweede schakelen, draait u de temperatuurregelaar in Voor een snelle verwarming zet uOtijdelijk op stand zet, wordt er warme lucht geblazen...
Verwarming en airconditioning Normale airconditioning De airconditioner van deze auto werkt zet, met een nieuw koelmiddel (R-134a) wordt er frisse lucht geblazen naar uw benen dat niet schadelijk is voor de ozonlaag. Vul de airconditioner en uw bovenlichaam. daarom altijd bij met het nieuwe koelmiddel (R-1 34a).
Verwarming e n airconditioning De automatische verwarming en volledig automatisch. Het enige wat u moet doen, is de gewenste temperatuur instellen. Nota O Als u de motor uitzet. onthoudt de installatie de ingestelde temperatuur en de positie van de verschillende bedieningsinctrumenten.
Pagina 100
Verwarming en airconditioning om de goede werking van het systeem !e Met de luchtinlaatregeling stelt u in of er frisse verzekeren. lucht dan wei gerecirculeerde binnenlucht in de auto wordt geblazen. Buitenlucht Binnenlucht Als d e (buitenlucht) is geselecteerd, brandt het overeenkomstige controlelampje op het display.
Pagina 101
Verwarming en airconditioning Tips warm is in de auto wanneer u instapt, zodat Lucht blazen op het Lucht blazen op het Lucht blazen op het Functie bovenlichaam de hete lucht kan ontsnappen. onderlichaam boven- en onderlichaam aanstaat, zodat er geen warme lucht naar binnen kan komen.
Pagina 104
Starten en rijden Controleer de volgende punten voor het starten: (Standen van de contactschakelaar) (1) Controleer de auto rondom (lekke band, (2) Controleer zodra u in de wagen stapt of de handrem goed is opgetrokken. (3) Controleer of de stoel goed staat. (4) Controleer of de achteruitkijkspiegel goed is ingesteld.
Pagina 105
Starten en rijden De motor draait en u kunt alle s de sleutel niet van "LOCK' Attention elektrische systemen gebruiken. geventileerde plaats. zoals in een garage, om uitlaat-gasvergiftiging te voorkomen. Draai aan de sleutel terwijl u het stuur zachtjes Druk bij auto's met een hand- geschakelde versnellingsbak de over en weer beweegt.
Pagina 106
Starten e n rijden Extreme koude 1. Trap de gaspedaal half in terwijl u de contactschakelaar in "START" draait en start Normale omstandigheden de motor. Trap de koppelingspedaal in terwijl u de Laat de motor na het starten een minuutje 2.
Pagina 107
Starten e n riiden Raadpleeg ook het hoofdstuk "Voor Als u de koplichten aanmaakt, wordt het plaatje positie van de automatische auto's naast de hendel ook verlicht. en het snelheidsbereik Als u altijd de knop indrukt terwijl u de keuzehendel verzet, kan hij per Als u in een lagere versnelling schakelt, let er "P".
Pagina 108
Starten e n rijden Controleer veiligheidshalve de stand V R I J L O O P (Neutral) van de keuzehendel voor het starten. Start de motor veiligheidshalve alleen als de keuzehendel in "P" staat, ook al kan hij vanuit vrijloop worden gestart. Wijden me't een au'tomatische Controleer de omgeving van de auto In deze stand is er geen enkele versnelling...
Pagina 109
Starten e n rijden Rem op de motor terwijl de keuzekendel Rijden staat. Als u tijdens een lange afdaling alleen remt Starten op een steile helling het rijden. Dat is gevaarlijk, omdat u met de rempedaal kan het remvermogen dan niet op de motor kunt remmen. afnemen door de "dampbelvorming"...
Pagina 110
Starten en rijden Soppen 4. Wat is dampbelvorming 1. Trap hard op de rempedaal terwijl de 1. Zet de auto volledig stil. Door remwrijving ontstaat oververhitting en komen er bellen in de in "D" staat. remvloeistof. Ais u op de rempedaal trapt, 2.
Pagina 111
Starten en rijden Gebruik Stand Controlelampje automatische versnellingsbak Selecteer de rijmodus afhankelijk van de Normaal rijden rijomstandigheden en de toestand van de weg. Deze stand dient voor rustig en Met de modusschakelaar kunt u het vlot rijden met een zuinig brandstofverbruik en het optrekkingsvermogen brandstofverbrui optimaliseren.
Pagina 112
U kunt de overdrive in- en uitschakelen door op deze knop te drukken. om op de motor te remmen tijdens een lange afdaling; om vlot bergop te rijden in een lagere versnelling. Als de automatische versnelling niet meer schakelt Als de versnelling niet verandert tijdens het rijden of als de auto niet optrekt op een helling, is het de auto slecht optrekt op een helling.
Starten en rijden Be handrem aanzetten Opgepast Trek de handrem goed op en zet de Trek de hendel helemaal op. versnelling of in achteruit voor Parkeer de auto en trek de hendel van de auto's met een automat~sche handrem helemaal op zonder op de knop te versnellingsbak) als u oo een hellina drukken.
Pagina 114
rijden Als het waarschuwingslarnpje Het ABS voorkomt dat de remmen blokkeren bij aangaat tijdens het rijden Als het A B S functioneert. trilt de plots remmen of remmen op een gladde weg. Zo rempedaal lichtjes. Het systeem blijft het remvermogen behouden en kunt u de produceer! ook geluid.
Pagina 115
Duw de hendel naar voren om de spiegel in 1. Duw de hendel naar beneden terwijl u het stuur vasthoudt. Stel het stuur in op de gewenste u een goed achteruitzicht hebt. hoogte. 2. Trek de hendel naar u toe om de spiegel in 2.
Starten en rijden De buitenspiegel inklappen De buitenspiegels verstellen Klap de buitenspiegels in om te parkeren in Elektrisch bedienbare buitenspiegels een nauwe ruimte of door een carwash te rijden, om beschadiging te voorkomen. kunt u de rechterbuitenspiegel verstellen. Als 2. Duw van achteren tegen de buitenspiegel om hij op "L"...
Onderhoud buitenkant (Autowas gebruiken] Reinig de auto binnenin met water, een detergent of iets dergelijks. Wrijf hem dan droog op een goed 1. Veeg het stof van de auto met een zachte doek verluchte plaats in de schaduw. laklaag, moet u de auto opnieuw in de was na het rijden.
Pagina 119
Onderhoud Was het wiel met een detergent en wrijf het Als de autolak is beschadigd, bv. door onmiddellijk droog. rondvliegende stenen, kan er roest ontstaan. 2. Gebruik geen borstel e.d., want aaarmee kunt Werk de laklaag zo snel mogelijk bij. u het wiel beschadigen.
Pagina 123
Onderhoud in de winter Pas op dat de auto niet slipt op een 3. Verwijder eventuele sneeuw uit de wielkast! Parkeer de auto met de voorkant tegen de besneeuwde of beijzelde weg! wind in! De sneeuw in de wielkast kan een blok vormen en moet snel verwijderd worden.
Onderhoud in de winter 2. Breng de auto omhoog met de krik. Bevestig alleen aan de voorbanden Zie [De krik gebruiken] sneeuwkettingen. Rijd niet sneller dan 30 kmiu op een beijzelde of besneeuwde weg. Verwijder de sneeuwkettingen voor Sneeuw kan roestvorming veroorzaken. Was uw het rijden op een niet-besneeuwde auto na het rijden op een besneeuwde weg.
Onderhoud in de winter Laat de krik neer en verwijder de wiggen. 8. Rij zo'n 500 m met de sneeuwketting om te controleren of alles goed vastzit. Maak evt. loszittende onderdelen vast. Ais u een abnormaal geluld hoort tijdens het rijden, parkeer de auto dan onmiddellijk op een veilige plaats en controleer of de sneeuwketting goed aangebracht...
Noodgevallen Bij auto's met 5 zitplaatsen bevindt het gereedschap zich rechts onder de middenbank en de krik onder Reservewiel de passagiersstoel vooraan. Controleer regelmatig de bandenspanning van het reservewiel. Zorg ervoor dat het reservewiel steeds in perfecte staat is, zodat u het kunt gebruiken in een noodgeval.
Pagina 130
Noodgevallen Leg de motor stil, trek de handrem op en 5. Plaats de groef bovenaan de krik over de flens Opgepast Krik de auto op totdat de band de schakel in de I e versnelling ("P" voor een van de auto en zwengel de krik handmatig aan. grond net niet meer raakt.
Pagina 131
Noodgevallen l . Neem het gereedschap, het reservewiel en de Zwengel de krik aan tot de band de grond nel Opgelet Als u aluminium wielen vervangt door krik uit de auto. niet meer raakt. stalen wielen, moet u de randmoeren die voor de aluminium wielen werden 5.
Pagina 132
Noodgevallen 8. Controleer of de bandenspanning overeenstemt Als de accu leeg is, kunt u auto starten met de 1. De negatieve p o o l v a n de met de waarde die wordt opgegeven op de tabel accu van een andere auto via startkabels. op het bestuurdersporîier.
Pagina 133
Noodgevallen Als de wijzer van de watertemperatuurmeter lang 5. Controleer of de koelventilator wel functioneert, in de rode zone blijft staan, is de motor mogelijk Leg de motor onmiddellijk stil als dat niet het opent. Er kan heet water rondspuiten oververhit.
Pagina 134
Noodgevallen 1. Doe een beroep op een takelbedrijf als uw Bevestig de sleepkabel alleen aan auto moet worden weggesleept. Laat de auto de trekhaak. Als u hem bevestigt op contactschakelaar in " A C C of "ON" op een takelwagen plaatsen als er te weinig een andere plaats.
Pagina 135
Noodgevallen In de motorruimte Bij schijfremmen (voorwielen) hoort u een metalen geluid bij het remmen als de remblokken bijna zijn versleten. Laat de remmen nakijken als u dat geluid hoort. Zeke MS00289 Een zekering vervangen Zekeringtrekker Als een bepaald systeem niet meer werkt, is de zekering mogelijk doorgeslagen.
Pagina 136
Noodgevallen Zekeringkast in de motorruimte Zekeringkast in de beenruimte van de bestuurder 30 A ontsteking Nr. 1 20A achteruitverwarming 20 A motorbesturing 40 A koplicht 40 A koelluchtventilator 10 A noodknipperlichten 10 A achterlicht (rechts) 10 A achterlicht (links) Nr. 6 15 A zonnedak 80 A wisselstroomdynamo...
Pagina 137
Noodgevallen Een smelimekering vervangen Als de stroomkring van de accu wordt overbelast, smelt de draad in de zekering, zodat de stroomkring is onderbroken. Zo wordt beschadiging van de hele bedrading voorkomen. Vervang de smeltzekering en laat de doorgebrande zekering nakijken in een werkplaats van de fabrikant van het elektrische systeem.
Pagina 140
Onderhoudsschema en onderhoudsinstructies Brandstof Loodvrije benzine liter in oliefilter) Sproeiervloeistof Pure sproeiervloeistof Remvloeistof Zoals vereist Remvloeistof DOT3 DOT4...
Pagina 141
Onderhoudsscherna en onderhoudsinstructies Riemlosheid (Als er wordt uitgeoefend.)
Onderhoudsschema en onderhoudsinstructies (De band controleren Monteer nooit banden met andere dan de Controleer de spanning en de slijtage van de band Voor een gelijkmatige slijtage en langere opgegeven maten, dat kan gevaarlijk zijn. voor u in de auto stapt. Een goede bandenspanning is levensduur van de banden, moet u de wielen bevorderlijk voor de levensduur van de banden.
Pagina 143
Onderhoudsschema en onderhoudsinstructies band Slijtage 1.6 mm Aan de hand van de slijtage-indicator kunt u bepalen of de banden aan vernieuwing toe zijn. Als er op de plaats van het pijltje ( A o f ) over heel de breedte van het loopvlak een ononderbroken lijn zichtbaar wordt, is het bandprofiel afgesleten en moet u de band vervangen.
Pagina 144
Onderhoudsschema en onderhoudsinstructies Remvloeistofreservoir Vuldop motorolie (handgeschakelde versnellingsbak) Luchtfilter Accu Peilstok olie (automatische Peilstok motorolie versnellingsbak)
Pagina 146
Motor Onderwerp 2.0 DOHC Boring x slag (mm) x 88 Cilinderinhoud (cc) 1,997 Ontstekingsvolgorde 1-3-4-2 Maximaal vermogen (PK-ff min) 139-5800 mm-! , l mm): Europa Bougie Standaardmotorolie SG graad SAE 1 OW-30 Inhoud oliereservoir ( l ) Stationair toerental (tlmin) Ontstekingstijdstip Remmen Ophanging...
Pagina 147
Onderhoudsschema en onderhoudsinstructies ................... . .
Pagina 148
Onderhoudsschema en onderhoudsinstructies Houd u nauwgezet aan het onderstaande onderhoudsschema om de bestuurbaarheid en het prestatievermogen van de auto te verzekeren. Bewaar van de onderhoudswerken, om aanspraak te kunnen maken op werken onder garantie. Als zowel een afstand als een tijdsduur worden vermeld, is het onderhoud nodig zodra 1 van de 2 is overschreden.
Pagina 149
Onderhoudsschema e n onderhoudsinstructies C: Controleren en indien nodig reinigen, bijregelen, repareren of vervangen V: Vervangen BEVESTIGINGSBOUTEN OPHANGING STUURHUIS, STANGENSTELSEL & BOUTENIONDERSTE WIELDRAAGARM STUURBEKRACHTIGINGSPOMP, RIEM EN SLANGEN AANDRIJFASSEN EN BOUTEN KOELMIDDEL AIRCONDITIONING Om de 2 jaar: "V" *ONGUNSTIGE RIJOMSTANDIGHEDEN Veelvuldig korte afstanden rijden Meer dan de helft van de tijd rijden in druk (Onder ongunstige rijomstandigheden) Langdurig stationair draaien...
Pagina 151
Onderhoudsschema en onderhoudsinstructies Om een aanhangwagen voort te trekken met uw Rijd niet sneller dan 100 kmlu met een auto, moet u in een erkend servicecenter een aanhangwagen. trekhaak laten installeren die aan de geldende voorschriften beantwoordt. Deze voorschriften voor auto's met een handgeschakelde kunnen verschillen van land tot land.
Pagina 153
Index Keuzehendel '(automatische versnellingsbak) 2-1, 8-5 11-3 Modusschakelaar automatische versnellingsbak 2.1. 12-1 4 5-14...
Pagina 154
Index 12-10 6-24 ....Overdrive-schakelaar *(automatische versnellingsbak) 2-1, 8-1 O 11-7 5-13 Versnellingspook (handgeschakelde versnellingsbak) 2-1, 8-4 2-1, 7-1...