Veiligheidssystemen van uw auto
(Vervolg)
zichtbaar beschadigd. Bij het dragen
mag de gordel niet gedraaid zitten.
Elke
veiligheidsgordel
door één persoon worden gedragen;
het is gevaarlijk een kind op schoot
te vervoeren met de gordel om beide
personen heen.
WAARSCHUWING
• Er mogen geen wijzigingen aan de
gordel worden aangebracht of
hulpmiddelen worden gebruikt die
voorkomen dat het gordelmecha‐
nisme de gordel strak tegen het li‐
chaam aan kan trekken of die het
verstellen van de gordel onmogelijk
maken.
• Zorg er bij het vastmaken van de
veiligheidsgordel voor dat u de
gordel niet in de gordelsluiting van
een andere stoel steekt. Dit is erg
gevaarlijk omdat u mogelijk niet
volledig door de veiligheidsgordel
wordt beschermd.
(Vervolg)
4-18
(Vervolg)
• Maak de veiligheidsgordel tijdens
het rijden niet (herhaaldelijk) los en
mag
maar
vast. Hierdoor kunt u de controle
over het voertuig verliezen waar‐
door een ongeluk kan gebeuren
met ernstig of dodelijk letsel of
schade tot gevolg.
• Zorg er bij het vastmaken van de
veiligheidsgordel voor dat de gor‐
del niet over harde of breekbare
voorwerpen ligt.
• Controleer of er geen voorwerpen
in de gordelsluiting aanwezig zijn.
Anders kan de veiligheidsgordel
niet goed worden vastgemaakt.