Kenmerken van uw auto
(Vervolg)
of kan iemand zich in uw auto ver‐
stoppen terwijl u weg bent. Verwij‐
der altijd de contactsleutel, activeer
de parkeerrem, sluit alle ruiten en
vergrendel alle portieren als u uw
auto onbeheerd achterlaat.
WAARSCHUWING
n Kinderen alleen achterlaten
Het kan binnen in een afgesloten au‐
to erg warm worden, waardoor ach‐
tergelaten kinderen of huisdieren die
niet uit de auto kunnen komen, ern‐
stig letsel kunnen oplopen of kunnen
overlijden. Bovendien kunnen kinde‐
ren ernstig gewond raken door het
bedienen van bepaalde systemen in
de auto. Ook zouden andere mensen
kunnen proberen zich toegang te
verschaffen tot uw auto en uw kin‐
deren letsel toebrengen. Laat kinde‐
ren en huisdieren nooit zonder toe‐
zicht achter in de auto.
5-16
Portier vergrendel-/
ontgrendelfuncties
Botsingafhankelijk
portierontgrendelingssysteem
Alle portieren worden automatisch ont‐
grendeld wanneer de airbags door een
aanrijding worden geactiveerd.
Snelheidsafhankelijk
portiervergrendelingssysteem
Alle portieren worden automatisch ver‐
grendeld zodra de rijsnelheid hoger
wordt dan15 km/h.
U kunt de automatische vergrendel-/
ontgrendelfuncties in de auto activeren
of deactiveren. Zie "Gebruikersinstellin‐
gen" op bladzijde 5-53.
Kinderslot op portierslot achter
Het kinderslot zorgt ervoor dat kinde‐
ren de achterportieren niet per ongeluk
van binnenuit kunnen openen. Schakel
het kinderslot altijd in als u gaat rijden
met kinderen.
Het kinderslot bevindt zich aan de rand
van de achterportieren. Als het kinder‐
slot in de stand vergrendeld staat (1),
kan het achterportier niet van binnen‐
uit (2) worden geopend.
Om het kinderslot in de stand vergren‐
deld te zetten, steekt u een sleutel (of
schroevendraaier) in de opening en
draai deze in de vergrendelstand.