romberg
rotatie
row
rowAdd
rowDim
466
Hiermee wordt de methode van Romberg gebruikt om de
benaderde waarde te retourneren van de integraal van de
expressie over het interval a tot b.
romberg(Expr(f(x)),Var(x),Reëel(a),Reëel(b))
Voorbeeld:
romberg(exp(x^2),x,0,1)
Met een punt (B), een hoek (a1) en nog een punt (A) als
argumenten wordt hiermee het resultaat geretourneerd van
het draaien van het tweede punt over de hoek en rond het
draaipunt gegeven door het eerste punt. Met een lijn (Dr3),
een hoek (a1) en een curve als argumenten wordt het resultaat
geretourneerd van het draaien van de curve over de hoek en
rond de draaias gegeven door de lijn.
rotation((Pnt(B) of Cplx of
Dr3),Hoek(a1),(Pnt(A) of Curve))
Voorbeeld:
Met rotation(GA, angle(GB,GC,GD),GK)
geometrische object met label K om punt A gedraaid,
over een hoek die gelijk is aan hoek CBD.
Hiermee wordt de rij n of de reeks van de rijen n1...n2 van
de matrix A geretourneerd.
row(Mtrx(A),Intg(n)||Interval(n1..n2))
Voorbeeld:
row([[1,2,3],[4,5,6],[7,8,9]],1)
[4,5,6]
Hiermee wordt de matrix geretourneerd die wordt verkregen
van matrix A nadat de n2-de rij wordt vervangen door de som
van de n1-ste en de n2-de rij.
rowAdd(Mtrx(A),Intg(n1),Intg(n2))
Voorbeeld:
rowAdd([[1,2],[3,4],[5,6]],1,2)
[[1,2],[3,4],[8,10]]
Hiermee wordt het aantal rijen van een matrix geretourneerd.
rowDim(Mtrx)
Voorbeeld:
rowdim([[1,2,3],[4,5,6]])
retourneert
1,46265174591
wordt het
retourneert
retourneert
retourneert
2
Functies en opdrachten