Externe
functies
230
U kunt in een formule elke
functie gebruiken die
beschikbaar is in de menu's
Wisk., CAS, Toep., Gebruiker
of Catlg (zie hoofdstuk 21,
"Functies en opdrachten" op
pagina 347). Als u
bijvoorbeeld de wortel wilt
vinden van 3 – x
die het dichtst bij x = 2 ligt, kunt u in een cel
2
S.AA
jo
2
E
weergegeven, is 1,732...
U had ook een functie kunnen selecteren in een menu.
Bijvoorbeeld:
1. Druk op
S.
2. Druk op
en tik op
D
3. Selecteer Polynomiaal > Wortels zoeken.
Uw bewerkingsregel ziet er nu als volgt uit:
=CAS.proot().
4. Voer de coëfficiënten van het polynoom in aflopende
volgorde in, elk gescheiden door een komma:
1
0
Q
o
o
5. Druk op
E
de cel en tik op
wortels: [1,732... –1,732...] bevat.
6. Tik op
om terug te gaan naar de spreadsheet.
Opmerking: het CAS-voorvoegsel dat aan uw functie is
toegevoegd, herinnert u eraan dat de berekening wordt
uitgevoerd door het CAS (er wordt dus, indien mogelijk, een
symbolisch resultaat geretourneerd). U kunt ook een berekening
geforceerd door het CAS laten uitvoeren door te tikken op
in de spreadsheet.
Er zijn nog meer spreadsheetfuncties die u kunt gebruiken (de
meeste hebben betrekking op financiële en statistische
berekeningen). Zie "Spreadsheetfuncties" op pagina 389.
ROOT
AR
3
wAs
invoeren. Het antwoord dat wordt
.
3
om het resultaat weer te geven. Selecteer
om een vector te zien die beide
Spreadsheet